gepubliceerd op 04 juli 2012
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 28 juni 2011, gesloten in het Paritair Comité voor de gesubsidieerde inrichtingen van het vrij onderwijs, betreffende de bijkomende vormingsinspanningen (1)
15 FEBRUARI 2012. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 28 juni 2011, gesloten in het Paritair Comité voor de gesubsidieerde inrichtingen van het vrij onderwijs, betreffende de bijkomende vormingsinspanningen (Vlaamse Gemeenschap) (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de gesubsidieerde inrichtingen van het vrij onderwijs;
Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 28 juni 2011, gesloten in het Paritair Comité voor de gesubsidieerde inrichtingen van het vrij onderwijs, betreffende de bijkomende vormingsinspanningen (Vlaamse Gemeenschap).
Art. 2.De Minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 15 februari 2012.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werk, M. DE CONINCK _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor de gesubsidieerde inrichtingen van het vrij onderwijs Collectieve arbeidsovereenkomst van 28 juni 2011 Bijkomende vormingsinspanningen (Vlaamse Gemeenschap) (Overeenkomst geregistreerd op 21 september 2011 onder het nummer 105856/CO/152) Toepassingsgebied
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en werklieden en werksters van de onderwijsinstellingen en internaten die ressorteren onder het Paritair Comité voor de gesubsidieerde inrichtingen van het vrij onderwijs en gesubsidieerd zijn door de Vlaamse Gemeenschap.
Vormingsinspanning
Art. 2.In uitvoering van artikel 30 van de wet van 23 december 2005Relevante gevonden documenten type wet prom. 23/12/2005 pub. 30/12/2005 numac 2005021175 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Wet betreffende het generatiepact sluiten betreffende het Generatiepact, van het koninklijk besluit van 11 oktober 2007 tot invoering van een bijkomende werkgeversbijdrage ten bate van de financiering van het betaald educatief verlof voor de werkgevers die behoren tot sectoren die onvoldoende opleidingsinspanningen realiseren en van het interprofessioneel akkoord voor de periode 2009-2010, zullen de in artikel 1 bedoelde werkgevers jaarlijks de opleidingsinspanningen verhogen door de deelname van de werknemers aan de door "Vlaams Sociaal en Waarborgfonds voor de gesubsidieerde inrichtingen van het vrij onderwijs" georganiseerde opleidingen aan te moedigen.
Art. 3.De participatiegraad aan vorming en opleiding zal met 5 pct. verhoogd worden.
Art. 4.Concreet zal per werknemer opleidingstijd toegekend worden, individueel of collectief.
De gevolgde uren vorming van de werknemer worden beschouwd ais arbeidstijd.
De werkgever betaalt het loon van de werknemer voor de uren effectieve vorming die de werknemer volgt.
Geldigheidsduur
Art. 5.Deze overeenkomst treedt in werking op 1 januari 2011 en treedt buiten werking tot 31 december 2011.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 15 februari 2012.
De Minister van Werk, M. DE CONINCK