gepubliceerd op 08 juni 2001
Koninklijk besluit betreffende de uitgiftevoorschriften van de loterij met biljetten "Super Fun" genaamd, een openbare loterij georganiseerd door de Nationale Loterij
14 MEI 2001. - Koninklijk besluit betreffende de uitgiftevoorschriften van de loterij met biljetten "Super Fun" genaamd, een openbare loterij georganiseerd door de Nationale Loterij
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 22 juli 1991 betreffende de Nationale Loterij, inzonderheid op artikel 2, eerste lid, en op artikel 27, tweede lid;
Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen bij de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;
Overwegende dat de wijze waarop de attitudes van het publiek evolueren de Nationale Loterij tot de conclusie leidt dat de aantrekkingskracht van de openbare loterijvormen die zij overeenkomstig artikel 2, eerste lid, van de wet van 22 juli 1991 betreffende de Nationale Loterij organiseert, met name die van de loterijen met biljetten, onderhevig is aan een erosie die sneller verloopt dan vroeger en die de levensduur van deze loterijvormen derhalve sterk verkort;
Overwegende dat die erosie een versnelde vernieuwing van de genoemde loterijvormen des te meer onontbeerlijk maakt daar de in het bedrijfsplan beoogde jaarlijkse verhoging met 5 % van de ontvangsten van de Nationale Loterij een essentiële voorwaarde vormt opdat de Nationale Loterij al haar verplichtingen kan nakomen;
Overwegende dat de studie van de haalbaarheid, het ontwerp, de organisatie en de rendabiliteit van de in dit besluit bedoelde openbare loterijvorm vele maanden werk heeft gevergd van de diensten van de Nationale Loterij;
Overwegende dat de Nationale Loterij in 2001 niet al haar verplichtingen zal kunnen nakomen als zij niet onverwijld kan overgaan tot de lancering van deze nieuwe vorm van openbare loterij die extra ontvangsten moet opleveren;
Overwegende dat het, om een dergelijke situatie te voorkomen, absoluut noodzakelijk is dringend dit besluit te nemen zodat de Nationale Loterij onmiddellijk alle maatregelen kan treffen die nodig zijn voor een spoedige organisatie van de erin bedoelde loterijvorm;
Gelet op de dringende noodzakelijkheid, gewettigd door de bovenstaande overwegingen;
Op de voordracht van Onze Minister van Overheidsbedrijven en Participaties, Hebben Wij besloten en besluiten Wij : HOOFDSTUK I. - Deelnemingsbeginsel
Artikel 1.Dit reglement is van toepassing op de door de Nationale Loterij uitgegeven openbare loterij met biljetten, "Super Fun" genaamd.
De Super Fun is een loterij met biljetten waarbij de loten uitsluitend zonder loting worden toegewezen d.m.v. de aanduiding op het biljet, volgens een verdeling bepaald bij toeval, dat een lot al dan niet wordt toegekend. HOOFDSTUK II. - Uitgifte van de biljetten
Art. 2.De Nationale Loterij bepaalt het aantal uitgegeven biljetten in veelvouden van 999 990.
De verkoopprijs van een biljet is bepaald op : 1° 160 frank voor de biljetten uitgegeven tot 31 december 2001.Op die biljetten wordt de verkoopprijs vermeld in frank en, ter informatie, ook in euro. 2° 4 euro voor de biljetten uitgegeven vanaf 1 januari 2002.Op die biljetten wordt de verkoopprijs uitsluitend vermeld in euro. HOOFDSTUK III. - Aantal en bedrag van de loten
Art. 3.Per hoeveelheid van 999 990 uitgegeven biljetten is het aantal loten vastgesteld op 242 771 verdeeld : 1° voor de biljetten bedoeld in artikel 2, tweede lid, 1°, in 1 lot, het « Super Fun » lot genaamd, van een jaarlijkse rente van 1 000 000 frank.Voorts zijn er 20 loten van 100 000 F, 750 loten van 10 000 F, 2 000 loten van 1 000 F, 40 000 loten van 400 F en 200 000 loten van 240 F; 2° voor de biljetten bedoeld in artikel 2, tweede lid, 2°, in 1 lot, het « Super Fun » lot genaamd, van een jaarlijkse rente van 25 000 euro.Voorts zijn er 20 loten van 2.500 euro, 750 loten van 250 euro, 2 000 loten van 25 euro, 40 000 loten van 10 euro en 200 000 loten van 6 euro. HOOFDSTUK IV. - Deelnemingswijze
Art. 4.In een afgebakende zone van de biljetten staat een combinatie van negen bedragen in Arabische cijfers. Die combinaties duiden de winnende en niet-winnende biljetten aan. Zij verschillen in functie van het aantal en het bedrag van de toegekende loten en van de volgende elementen : 1° elk van de bedragen in de combinaties staat voor een welbepaald lotenbedrag;2° volgens het geval wordt een lotenbedrag één, twee of drie keer afgebeeld in een combinatie of helemaal niet;3° een combinatie bestaat maximum uit één keer drie dezelfde bedragen;4° de schikking van de bedragen in een combinatie is niet vast, zij speelt trouwens ook geen rol bij de aanwijzing van de winnende en niet-winnende biljetten. De biljetten met een combinatie waarin een lotenbedrag drie keer voorkomt, winnen éénmaal dit bedrag. Het bedrag dat gepaard gaat met de vermelding « Super Fun » slaat op het bedrag van de jaarlijkse rente. De andere biljetten winnen niet.
De zone bedoeld in het eerste lid is bedekt door een ondoorzichtige deklaag die de deelnemers moeten afkrassen. HOOFDSTUK V. - Controle- en beheersmaatregelen
Art. 5.Op de voor- of keerzijde van de biljetten kunnen de volgende vermeldingen staan, uitsluitend voor de controle en het administratief beheer ervan : 1° een reeks zichtbare cijfers;2° een reeks cijfers bedekt met een ondoorzichtige laag;3° twee zichtbare streepjescodes.
Art. 6.In de zone bedoeld in artikel 4, eerste lid, kunnen controlevermeldingen staan in de vorm die de Nationale Loterij nuttig acht.
Alleen de Nationale Loterij mag ter controle de in artikel 4, laatste lid, en artikel 5, 2°, bedoelde ondoorzichtige lagen van de onverkochte biljetten afkrassen.
Art. 7.Om te garanderen dat alleen het toeval de toewijzing van de loten bepaalt : 1° wordt elke vorm van stelselmatigheid geweerd bij het drukken van de vermeldingen die betrekking hebben op de lotentoewijzing;2° mogen de biljetten uiterlijk geen enkel verschil vertonen dat elementen in verband met de lotentoewijzing kan onthullen. De biljetten vertonen op de voor- of keerzijde vermeldingen in cijfers en/of letters ter identificatie van de uitgifte waartoe ze behoren.
Een uitgifte omvat een veelvoud van 999.990 biljetten. Het aantal uitgiften wordt bepaald door de Nationale Loterij. HOOFDSTUK VI. - Belastingontheffing van de loten
Art. 8.De loten zijn ontheven van alle belastingen ten bate van de Staat.
Artikel 17, § 1, 4°, en artikel 20 van het Wetboek 1992 van de inkomstenbelastingen zijn niet van toepassing op de « Super Fun » loten. HOOFDSTUK VII. - Betalingswijze van de loten Eerste afdeling - « Super Fun » loten
Art. 9.§ 1. De biljetten die de « Super Fun » loten winnen mogen alleen ten zetel van de Nationale Loterij, Belliardstraat 25-33, 1040 Brussel, ter inning aangeboden worden. § 2. Onder voorbehoud van de §§ 3 tot 5, zijn de in § 1 bedoelde loten betaalbaar aan toonder tegen afgifte van de winnende biljetten, vanaf de aankoop van de biljetten tot en met de laatste dag van een termijn van twee maanden vanaf de datum waarop de verkoop van de uitgifte waartoe de biljetten behoren, is afgesloten.
De houder dient op de keerzijde van het winnend biljet zijn naam, voornaam, adres en geboortedatum in drukletters te schrijven. Die gegevens dienen om de Nationale Loterij in staat te stellen alle maatregelen te treffen met het oog op de toekenning van de rente waarop hij recht heeft. De houder verbindt zich ertoe alle andere gegevens mee te delen die de Nationale Loterij nodig acht voor de uitbetaling van de rente, ongeacht of ze hiervoor al dan niet een beroep doet op de diensten van een derde.
De Nationale Loterij mag gratis de naam en eventueel de beeltenis van de houder gebruiken op eender welke drager, en dit voor alle reclame- en promotieacties. § 3. Het bedrag van het « Super Fun » lot is een vast bedrag, dat niet vatbaar is voor enige aanpassing. § 4. Onder voorbehoud van artikel 12, is de aanvang van de rente vastgesteld op de eerste dag van de tweede maand volgend op de maand waarin het winnend biljet ter inning is aangeboden. De betaling van de rente wordt gestaakt bij het overlijden van de begunstigde. § 5. De rente is niet overdraagbaar en kan bij overlijden van de begunstigde evenmin aanleiding geven tot terugvalling. Afdeling II. - Forfaitaire loten
Art. 10.De loten andere dan de « Super Fun » loten zijn betaalbaar aan toonder bij de verkopers, tegen afgifte van de winnende biljetten, vanaf de aankoop van de biljetten, tot en met de laatste dag van een termijn van twee maanden te rekenen vanaf de afsluitingsdatum van de verkoop van de uitgifte waartoe de biljetten behoren. Afdeling III. - Gemeenschappelijke bepalingen
Art. 11.De Nationale Loterij maakt voor iedere uitgifte de afsluitingsdatum van de verkoop en bijgevolg de daarmee samenhangende afsluitingsdatum van de uitbetalingen, bekend met alle middelen die ze nuttig acht.
Art. 12.De loten die niet binnen de in artikel 9, § 2, en artikel 10 bepaalde termijn zijn opgeëist, verblijven aan de Nationale Loterij.
Art. 13.Klachten over de lotenuitbetaling moeten op straffe van nietigheid binnen de in artikel 9, § 2, en artikel 10 bedoelde termijn worden ingediend. Ze moeten per aangetekende brief aan de Nationale Loterij worden gericht of er tegen ontvangstbewijs worden afgegeven.
Elke klacht moet vergezeld gaan van het betrokken biljet. Op de keerzijde ervan moet de deelnemer zijn naam, voornaam en adres vermelden. HOOFDSTUK VIII. - Algemene bepalingen
Art. 14.Het is minderjarigen verboden deel te nemen.
Art. 15.De Nationale Loterij erkent maar één eigenaar van een winnend biljet, namelijk de houder ervan.
De staving van de identiteit wordt geëist : 1° als er twijfel bestaat over de geldigheid van het biljet, als het besmeurd, gescheurd, onvolledig of herplakt is.In dat geval houdt de Nationale Loterij het biljet in tot ze een beslissing heeft genomen en ontvangt de toonder van het biljet een bewijs van afgifte. 2° als het nodig is voor de door de Nationale Loterij bepaalde betalingswijze van de loten.
Art. 16.Geen enkel bezwaar of verzet wordt aanvaard bij diefstal, verlies of vernietiging van een biljet of van een aan toonder opgesteld bewijs van afgifte.
De eigenaar van een biljet met een druktechnische fout kan alleen aanspraak maken op de terugbetaling van zijn biljet.
Elke fraude die wordt gepleegd om een lot te verkrijgen, in het bijzonder elke valsheid in geschrifte of elk gebruik ervan, zal het voorwerp uitmaken van een klacht bij het parket. HOOFDSTUK IX. - Overgangsmaatregelen
Art. 17.De verkoop van de biljetten, bedoeld in artikel 2, tweede lid, 1°, blijft tot 28 februari 2002 toegelaten. HOOFDSTUK X. - Slotbepalingen
Art. 18.Dit besluit treedt in werking op 14 mei 2001.
Art. 19.Onze Minister van Overheidsbedrijven en Participaties is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te brussel, 14 mei 2001.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Overheidsbedrijven en Participaties, R. DAEMS