gepubliceerd op 31 december 1999
Koninklijk besluit dat de afschaffing van de overwegen nrs. 33, 34 en 35A op de spoorlijn 34 : Luik-Hasselt te Hoeselt machtigt mits het aanleggen van de ruilverkavelingswegen nrs. 17, 18 en 33
13 SEPTEMBER 1999. - Koninklijk besluit dat de afschaffing van de overwegen nrs. 33, 34 en 35A op de spoorlijn 34 : Luik-Hasselt te Hoeselt machtigt mits het aanleggen van de ruilverkavelingswegen nrs. 17, 18 en 33
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 12 april 1835 betreffende de tolgelden en politiereglementen op de spoorwegen, inzonderheid op artikel 2;
Gelet op de wet van 23 juli 1926 houdende de oprichting van de Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen, inzonderheid op artikel 1bis, vervangen door de wet van 21 maart 1991;
Overwegende dat het in het belang van de veiligheid van het trein- en wegverkeer en van een vlotte spoorexploitatie aangewezen is de overwegen op de lijn 34 Luik - Hasselt af te schaffen en dat de overwegen nrs. 33, 34 en 35A omwille van de mogelijkheid geboden door een plaatselijk ruilverkavelingsproject hiervoor prioritair in aanmerking komen;
Overwegende dat de aanleg van nieuwe ruilverkavelingswegen vanuit technisch, landschappelijk en financieel oogpunt de best passende oplossing vormt voor eventuele verkeersproblemen, tengevolge van de afschaffing van genoemde overwegen;
Overwegende dat de in het plan nr. D6.L34.40 aangeduide ruilverkavelingswegen 17, 18 en 33 aan het gestelde doel beantwoorden;
Overwegende dat het openbaar onderzoek waaraan voornoemd plan onderworpen werd geen bezwaren opgeleverd heeft;
Op de voordracht van Onze Minister van Mobiliteit en Vervoer, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.De Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen is gemachtigd tot de afschaffing van de overwegen nrs. 33, 34 en 35A op de lijn 34 Luik - Hasselt te Hoeselt mits de ruilverkavelingswegen nrs. 17, 18 en 33, aangeduid op het bij dit besluit gevoegde plan D6.L34.40, worden aangelegd en hierbij rekening wordt gehouden met de voorwaarden van de bouwvergunning afgeleverd door het Vlaamse Gewest op 8 augustus 1996;
Art. 2.Onze Minister van Mobiliteit en Vervoer is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 13 september 1999.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Mobiliteit en Vervoer, Mevr. I. DURANT