gepubliceerd op 15 oktober 2007
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 7 januari 2003, gesloten in het Paritair Subcomité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten van de Franse Gemeenschap, het Waalse Gewest en de Duitstalige Gemeenschap, betreffende de oprichting van een fonds voor bestaanszekerheid, genaamd "Sociaal Fonds Old Timer"
12 SEPTEMBER 2007. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 7 januari 2003, gesloten in het Paritair Subcomité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten van de Franse Gemeenschap, het Waalse Gewest en de Duitstalige Gemeenschap, betreffende de oprichting van een fonds voor bestaanszekerheid, genaamd "Sociaal Fonds Old Timer" (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 7 januari 1958 betreffende de fondsen voor bestaanszekerheid, inzonderheid op artikel 2;
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten van de Franse Gemeenschap, het Waalse Gewest en de Duitstalige Gemeenschap;
Op de voordracht van Onze Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 7 januari 2003, gesloten in het Paritair Subcomité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten van de Franse Gemeenschap, het Waalse Gewest en de Duitstalige Gemeenschap, betreffende de oprichting van een fonds voor bestaanszekerheid, genaamd "Sociaal Fonds Old Timer".
Art. 2.Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 12 september 2007.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN _______ Nota's (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staasblad : Wet van 7 januari 1958, Belgisch Staatsblad van 7 februari 1958. Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.
Bijlage Paritair Subcomité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten van de Franse Gemeenschap, het Waalse Gewest en de Duitstalige Gemeenschap Collectieve arbeidsovereenkomst van 7 januari 2003 Oprichting van een fonds voor bestaanszekerheid, genaamd "Sociaal Fonds Old Timer" (Overeenkomst geregistreerd op 8 december 2003 onder het nummer 68855/CO/319.02) HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werknemers en op de werkgevers van de instellingen en diensten die ressorteren onder het Paritair Subcomité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten van de Franse Gemeenschap, het Waalse Gewest, de Duitstalige Gemeenschap, erkend en/of gesubsidieerd door l'"Agence Wallonne pour l'Intégration de la Personne Handicapée", evenals op de werknemers en op de werkgevers van de instellingen en diensten die dezelfde activiteiten uitoefenen als gesubsidieerd worden door en die niet erkend of gesubsidieerd worden en waarvan de hoofdactiviteit wordt verricht in het Waalse Gewest.
Art. 2.Onder "werknemers" wordt verstaan : - de mannelijke en vrouwelijke bedienden; - de werklieden en werksters. HOOFDSTUK II. - Benaming, maatschappelijke zetel, doel, duur
Art. 3.Met ingang van 1 januari 2003 wordt er een fonds voor bestaanszekerheid opgericht, "Sociaal Fonds Old Timer" genaamd.
Art. 4.De zetel van het sociaal fonds is gevestigd, Handelskaai 48, 1000 Brussel.
Art. 5.1. Het sociaal fonds heeft tot doel het innen, beheren en aanwenden voor het doel waarvoor ze bestemd zijn van de maandelijkse bijdragen, die gestort worden door de werkgevers, bedoeld in artikel 1, om de indeling van de beroepsloopbaan van de werknemers bedoeld in artikelen 1 en 2 te financieren. Het fonds bepaalt de bedragen van de maandelijkse bijdrage die gestort wordt door de werkgevers.
Het sociaal fonds heeft eveneens tot doel het innen, beheren en aanwenden van de subsidies die toegekend zijn, met het oog op de verwezenlijking van dezelfde doelstellingen. 2. In het kader van haar taken kan het fonds een gedeelte van de financiële middelen gebruiken om de personeels- en administratiekosten te dekken.De administratiekosten worden jaarlijks vastgesteld door het beheerscomité van het fonds.
Art. 6.Het sociaal fonds wordt opgericht voor een onbepaalde periode die ingaat op 1 januari 2003. HOOFDSTUK III. - Beheer
Art. 7.1. Het sociaal fonds wordt beheerd door een paritair beheerscomité, het aantal en de verdeling van de mandaten wordt vastgelegd door het Paritair Subcomité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten van de Franse Gemeenschap, het Waalse Gewest en de Duitstalige Gemeenschap. Zij worden voor de helft voorgedragen, respectievelijk door de beroepsorganisaties van werkgevers en door de representatieve organisaties van de werknemers. 2. Een vertegenwoordiger van de minister die bevoegd is voor één van de activiteitensectoren die ressorteert onder het Paritair Subcomité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten van de Franse Gemeenschap, het Waalse Gewest en de Duitstalige Gemeenschap (opvang en huisvesting van personen met een handicap, jeugdzorg, kinderzorg, volwassenen in moeilijkheden, centra voor integrale gezinshulp, enz.) en een lid van de administratie van de activiteitensector die de diensten goedkeurt zetelen eveneens als raadgever. 3. De leden van het beheerscomité worden aangeduid voor een periode van 4 jaar.4. Het mandaat van een lid van het beheerscomité loopt af : - in geval van ontslag of overlijden van de betrokkene; - als het mandaat wordt herroepen door de organisatie die hem heeft voorgedragen; - als zijn mandaat een einde neemt. 5. De mandaten van de leden van het beheerscomité zijn vernieuwbaar.
Art. 8.De beheerders van het sociaal fonds gaan geen enkele persoonlijke verplichting aan in verband met de verbintenissen van het fonds. Hun verantwoordelijkheid is beperkt tot de uitvoering van het beheersmandaat dat zij ontvangen hebben.
Art. 9.Het beheerscomité kiest om de 2 jaar een voorzitter en een ondervoorzitter onder zijn leden, beurtelings uit de werknemersafvaardiging en uit de werkgeversafvaardiging. Het wijst eveneens de pers(o)n(en) aan die met het secretariaat wordt(en) belast.
Art. 10.1. Het beheerscomité beschikt over de meest uitgebreide bevoegdheden voor het beheer en de administratie van het sociaal fonds, binnen de grenzen gesteld door de wet of door deze statuten.
Het moet een huishoudelijk reglement opstellen. 2. De raad van beheer wordt geldig vertegenwoordigd in al zijn acties en rechtshandelingen, en dit als eiser en als verweerder, door de voorzitter van het beheerscomité of het lid dat hij voor deze vertegenwoordiging afvaardigt.
Art. 11.Het beheerscomité heeft onder meer tot taak : a) eventueel het personeel van het sociaal fonds in dienst te nemen en te ontslaan;b) controle uit te oefenen en alle maatregelen te treffen die nodig zijn voor de uitvoering van deze statuten;c) jaarlijks de administratiekosten, alsmede het aandeel van de jaarlijkse inkomsten die deze dekken, vast te stellen.Deze kosten worden in de eerste plaats gedekt door de interesten van kapitalen uit de storting van bijdragen en eventueel, als aanvulling, door een inhouding op de bijdragen waarvan het beheerscomité het bedrag vaststelt; d) elk jaar tijdens de maand juni schriftelijk verslag uit te brengen over de vervulling van zijn opdracht aan het Paritair Subcomité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten van de Franse Gemeenschap, het Waalse Gewest en de Duitstalige Gemeenschap.
Art. 12.1. Het beheerscomité vergadert minstens eenmaal per semester ten zetel van het sociaal fonds, hetzij op uitnodiging van de voorzitter die ambtshalve handelt, hetzij op aanvraag van ten minste de helft van de leden van het beheerscomité, alsmede op aanvraag van één van de vertegenwoordigde organisaties. 2. De uitnodigingen moeten de agenda bevatten.De notulen worden opgemaakt door de secretaris en ondertekend door degene die de vergadering heeft voorgezeten. Uittreksels uit deze notulen worden door de voorzitter en de ondervoorzitter ondertekend.
Art. 13.1. Het beheerscomité kan slechts geldig beraadslagen en beslissen, indien minstens de helft, zowel van de leden van de werknemersafvaardiging, als van de leden van de werkgeversafvaardiging, aanwezig is. 2. De beslissingen van het beheerscomité worden getroffen bij eenparigheid van stemmen van elke afvaardiging.
Art. 14.Het fonds houdt een analytische boekhouding die de financiële bewegingen toont voor de verschillende sectoren en het financieel beheer wordt tot stand gebracht door gebruik te maken van specifieke bankrekeningen. De gemeenschappelijke kosten worden proportioneel verdeeld over het aantal rechthebbenden van de maatregel tot indeling van de eindeloopbaan.
Art. 15.Elk jaar bepaalt het fonds, voor elke activiteitensector, samen met de betrokken Minister, het bedrag van financieel overschot dat niet meer noodzakelijk blijkt voor het fonds om zijn verplichtingen te vervullen en om het voortbestaan van het systeem te waarborgen. Dit overschot zal gestort worden aan de subsidiërende overheid van de betrokken sector (AWIPH, Franse Gemeenschap, Waalse Gewest, enz.).
Art. 16.Balans en rekeningen.
De balans en de rekeningen worden afgesloten op 31 december.
Art. 17.Financiering.
De financiële middelen van het fonds bestaan uit : - de som van de maandelijkse bijdragen van de werkgevers; - de beleggingsinteresten, die niet zijn gerealiseerd onder de vorm van aandelen of obligaties; - de financiële tegemoetkomingen van de publieke overheden bedoeld om de voorzieningen voor eindeloopbaan te steunen; - de andere financiële middelen die aan het fonds worden toegekend door of krachtens een collectieve arbeidsovereenkomst. HOOFDSTUK IV. - Uitkeringen, rechthebbenden
Art. 18.De toekenningsvoorwaarden van de tegemoetkomingen toegekend door het sociaal fonds in het kader van de indeling van het einde van de beroepsloopbaan van de werknemers worden vastgelegd door het beheerscomité van het fonds.
Art. 19.De uitbetaling van de voordelen kan in geen enkel geval afhankelijk gemaakt worden van de betaling der verschuldigde bijdragen door de werkgever.
Art. 20.Controle. 1. Overeenkomstig artikel 12 van de wet van 7 januari 1958 betreffende de fondsen voor bestaanszekerheid (Belgisch Staatsblad van 7 februari 1958) duidt het Paritair Subcomité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten van de Franse Gemeenschap, het Waalse Gewest en de Duitstalige Gemeenschap minstens een accountant aan ter controle van het beheer van het sociaal fonds.2. Deze moet minstens een maal per jaar verslag uitbrengen aan het Paritair Subcomité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten van de Franse Gemeenschap, het Waalse Gewest en de Duitstalige Gemeenschap. Bovendien licht hij het beheerscomité van het sociaal fonds regelmatig in over de resultaten van zijn onderzoeken en doet de aanbevelingen die hij nodig acht. HOOFDSTUK V. - Ontbinding en vereffening
Art. 21.Het sociaal fonds kan enkel ontbonden worden door eenparige beslissing van het Paritair Subcomité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten van de Franse Gemeenschap, het Waalse Gewest en de Duitstalige Gemeenschap, die aanvang neemt bij het verstrijken van de tweede maand die volgt op deze waarin deze beslissing werd genomen.
Het paritair subcomité duidt de vereffenaars aan die zij kiest onder de leden van het beheerscomité en bepaalt hun machten.
Het comité bepaalt de bestemming van het vermogen, dat in overeenstemming moet zijn met het doel waartoe het fonds werd opgericht.
De netto activa worden proportioneel toegekend aan de bedragen van de maandelijkse bijdragen die worden gestort door de werkgevers van iedere activiteitensector aan de subsidiërende overheid van deze sector. HOOFDSTUK VI. - Slotbepalingen
Art. 22.Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt van kracht op 1 januari 2003 en is voor onbepaalde tijd gesloten.
Zij kan worden opgezegd door elk van de partijen, mits een opzeggingstermijn van zes maanden wordt nageleefd, betekend bij een ter post aangetekende brief, gericht aan de voorzitter van het Paritair Subcomité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten van de Franse Gemeenschap, het Waalse Gewest en de Duitstalige Gemeenschap.
De termijn van zes maanden neemt aanvang vanaf de datum waarop de aangetekende brief wordt verstuurd naar de voorzitter van het Paritair Subcomité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen van de Franse Gemeenschap, het Waalse Gewest en de Duitstalige Gemeenschap.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 12 september 2007.
De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN