Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 12 oktober 2005
gepubliceerd op 12 december 2005

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 5 februari 2002, gesloten in het Paritair Subcomité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten van de Franse Gemeenschap, het Waalse Gewest en de Duitstalige Gemeenschap, betreffende het geldelijk statuut van het personeel

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2005202846
pub.
12/12/2005
prom.
12/10/2005
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

12 OKTOBER 2005. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 5 februari 2002, gesloten in het Paritair Subcomité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten van de Franse Gemeenschap, het Waalse Gewest en de Duitstalige Gemeenschap, betreffende het geldelijk statuut van het personeel (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten van de Franse Gemeenschap, het Waalse Gewest en de Duitstalige Gemeenschap;

Op de voordracht van Onze Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 5 februari 2002, gesloten in het Paritair Subcomité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten van de Franse Gemeenschap, het Waalse Gewest en de Duitstalige Gemeenschap, betreffende het geldelijk statuut van het personeel.

Art. 2.Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 12 oktober 2005.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werk, Mevr. F. VAN DEN BOSSCHE _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Subcomité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten van de Franse Gemeenschap, het Waalse Gewest en de Duitstalige Gemeenschap Collectieve arbeidsovereenkomst van 5 februari 2002 Geldelijk statuut van het personeel (Overeenkomst geregistreerd op 23 maart 2004 onder het nummer 70439/CO/319.02) HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werknemers en de werkgevers van de gespecialiseerde onthaaldiensten voor jonge kinderen (voorheen kinderkribben en crisiscentra) die ressorteren onder het Paritair Subcomité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten van de Franse Gemeenschap, het Waals Gewest en de Duitstalige Gemeenschap erkend en/of gesubsidieerd door de Franse Gemeenschap, alsmede op de werknemers en de werkgevers van de inrichtingen en diensten die dezelfde activiteiten uitoefenen en die noch erkend, noch gesubsidieerd zijn en waarvan de hoofdactiviteit wordt uitgeoefend in het Waalse Gewest.

Art. 2.Onder "werknemers" verstaat men : de vrouwelijke en mannelijke bedienden, de werksters en werklieden. HOOFDSTUK II. - Beroepsindeling

Art. 3.De personeelsclassificatie in de artikels 1 en 2 is die van bijlage I bij deze collectieve arbeidsovereenkomst. HOOFDSTUK III. - Bestemming van de weddeschalen

Art. 4.De nummering van de weddeschalen evenals de bepaling van de minimumleeftijd die in aanmerking wordt genomen voor het berekenen van de anciënniteit van de in de artikelen 1 en 2 bedoelde werknemers, zijn die van bijlage II bij deze collectieve arbeidsovereenkomst. HOOFDSTUK IV. Loonvoorwaarden

Art. 5.Het gewaarborgd minimumjaarloon wordt per 1 oktober 2001 vastgesteld op 12.736,27 EUR of 513 780 BEF.

Art. 6.Vanaf 1 oktober 2001 zijn de loonschalen van bijlage III van toepassing op de in de artikels 1 en 2 bedoelde werknemers.

Vanaf 1 januari 2003 zijn de loonschalen van bijlage IV van toepassing op de in de artikelen 1 en 2 bedoelde werknemers;

Vanaf 1 januari 2004 zijn de loonschalen van bijlage V van toepassing op de in de artikelen 1 en 2 bedoelde werknemers.

Vanaf 1 januari 2005 zijn de loonschalen van bijlage VI van toepassing op de in de artikelen 1 en 2 bedoelde werknemers.

Vanaf 1 januari 2006 zijn de loonschalen van bijlage VII van toepassing op de in de artikelen 1 en 2 bedoelde werknemers.

Art. 7.Het gewaarborgd minimumjaarloon vermeld in artikel 5 en de loonschalen vermeld in artikel 6 worden gepubliceerd tegen 100 pct. op 1 januari 1990.

Art. 8.Het concordantierooster van de loonschalen die toepasselijk zijn op de in artikelen 1 en 2 bedoelde werknemers, is vervat in bijlage VIII. HOOFDSTUK V. - Bijkomende financiële voordelen

Art. 9.De speciale jaarlijkse toelage aan de werknemers bedoeld in de artikels 1 en 2, wordt per 1 oktober 2001 vastgesteld op 495,79 EUR of 20 000 BEF.

Art. 10.De in artikel 9 bedoelde speciale jaarlijkse toelage wordt toegekend pro rata temporis; zij wordt maandelijks uitbetaald in twaalfden en maakt integraal deel uit van het loon.

Art. 11.Het bedrag van de in artikel 9 bedoelde speciale jaarlijkse toelage wordt gepubliceerd tegen 100 pct. op 1 januari 1990. HOOFDSTUK VI. - Koppeling van de lonen aan het indexcijfer van de consumptieprijzen

Art. 12.De in de artikels 5, 6 en 7 evenals de speciale jaarlijkse toelage bedoeld in de artikels 9, 10 en 11 worden gekoppeld aan het indexcijfer van de consumptieprijzen van het rijk overeenkomstig de bepalingen van de wet van 1 maart 1977 houdende inrichting van een stelsel waarbij sommige uitgaven in de overheidssector aan het indexcijfer van de consumptieprijzen van het Rijk worden gekoppeld. HOOFDSTUK VII. - Slotbepalingen

Art. 13.Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt van kracht op 1 oktober 2001 en is gesloten voor onbepaalde tijd.

Elk van de partijen kan ze opzeggen mits een opzeggingstermijn van 6 maanden, betekend bij aangetekende brief aan de voorzitter van het Paritair Subcomité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten van de Franse Gemeenschap, het Waalse Gewest en de Duitstalige Gemeenschap.

De termijn van 6 maanden vangt aan op de datum van verzending van de aangetekende brief aan de voorzitter van het paritair subcomité.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 12 oktober 2005.

De Minister van Werk, Mevr. F. VAN DEN BOSSCHE

Bijlage I bij de collectieve arbeidsovereenkomst van 5 februari 2002, betreffende het geldelijk statuut van het personeel Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 12 oktober 2005.

De Minister van Werk, Mevr. F. VAN DEN BOSSCHE

Bijlage II bij de collectieve arbeidsovereenkomst van 5 februari 2002, betreffende het geldelijk statuut van het personeel Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 12 oktober 2005.

De Minister van Werk, Mevr. F. VAN DEN BOSSCHE

Bijlage III bij de collectieve arbeidsovereenkomst van 5 februari 2002, betreffende het geldelijk statuut van het personeel. Loonschalen van toepassing vanaf 1 oktober 2001.

Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 12 oktober 2005.

De Minister van Werk, Mevr. F. VAN DEN BOSSCHE

Bijlage IV bij de collectieve arbeidsovereenkomst van 5 februari 2002, betreffende het geldelijk statuut van het personeel. Loonschalen van toepassing vanaf 1 januari 2003.

Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 12 oktober 2005.

De Minister van Werk, Mevr. F. VAN DEN BOSSCHE

Bijlage V bij de collectieve arbeidsovereenkomst van 5 februari 2002, betreffende het geldelijk statuut van het personeel. Loonschalen van toepassing vanaf 1 januari 2004.

Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 12 oktober 2005.

De Minister van Werk, Mevr. F. VAN DEN BOSSCHE

Bijlage VI bij de collectieve arbeidsovereenkomst van 5 februari 2002, betreffende het geldelijk statuut van het personeel. Loonschalen van toepassing vanaf 1 januari 2005.

Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 12 oktober 2005.

De Minister van Werk, Mevr. F. VAN DEN BOSSCHE

Bijlage VII bij de collectieve arbeidsovereenkomst van 5 februari 2002, betreffende het geldelijk statuut van het personeel. Loonschalen van toepassing vanaf 1 januari 2006.

Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 12 oktober 2005.

De Minister van Werk, Mevr. F. VAN DEN BOSSCHE

Bijlage VIII bij de collectieve arbeidsovereenkomst van 5 februari 2002, betreffende het geldelijk statuut van het personeel Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 12 oktober 2005.

De Minister van Werk, Mevr. F. VAN DEN BOSSCHE

^