Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 12 juni 1997
gepubliceerd op 01 juli 1997

Koninklijk besluit betreffende het triëren tegen loon van zaden van bepaalde soorten van landbouwgewassen bestemd om te worden ingezaaid

bron
ministerie van middenstand en landbouw
numac
1997016164
pub.
01/07/1997
prom.
12/06/1997
ELI
eli/besluit/1997/06/12/1997016164/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

12 JUNI 1997. Koninklijk besluit betreffende het triëren tegen loon van zaden van bepaalde soorten van landbouwgewassen bestemd om te worden ingezaaid


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 11 juli 1969 betreffende de bestrijdingsmiddelen en de grondstoffen voor de landbouw, tuinbouw, bosbouw en veeteelt, inzonderheid op de artikelen 2 en 13;

Gelet op dringende noodzakelijkheid, gemotiveerd door de omstandigheid dat de triëring tegen loon van de nieuwe oogst dient te geschieden in de voorwaarden van de nieuwe reglementering die tot doel heeft de verantwoordelijkheden van de landbouwer en de bereider te bepalen;

Gelet op het advies van de Raad van State, gegeven op 16 mei 1997, met toepassing van artikel 84, eerste lid 2°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Op de voordracht van Onze Minister van Landbouw en de Kleine en Middelgrote Ondernemingen, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit, wordt verstaan onder: zaden: de zaden van tarwe, triticale, rogge, gerst, spelt, haver, erwt en veldboon; triëren tegen loon: het voor rekening van een landbouwer uitvoeren van de reiniging, het triëren en de eventuele ontsmetting van zaden die afkomstig zijn van het eigen bedrijf van deze landbouwer en bestemd zijn om daar te worden ingezaaid; loontrieerder: de persoon die tegen loon trieert; loontriëring: de handeling van het triëren tegen loon; opslaan: het tijdelijk opslaan van de granen bij de loontrieerder; partij: elke hoeveelheid zaden van eenzelfde soort en van eenzelfde ras die op een bepaald ogenblik voor loontriëring wordt aangeboden door een landbouwer; landbouwer: iedere natuurlijke of rechtspersoon verantwoordelijk voor een landbouwbedrijf; eigen bedrijf: elk bedrijf of elk deel van een bedrijf dat daadwerkelijk wordt geëxploiteerd door een landbouwer met het oog op het telen van plantensoorten, ongeacht of het bedrijf zijn eigendom is of op de ene of andere manier wordt geleid voor zijn eigen aansprakelijkheid en voor eigen rekening, onder meer als er pachtovereenkomsten zijn;

Dienst: de Dienst Teeltmateriaal van het Ministerie van Middenstand en Landbouw;

Minister: de Minister die de landbouw onder zijn bevoegdheid heeft.

Art. 2.Elke landbouwer die laat triëren tegen loon mag dit alleen laten doen door een erkend loontrieerder.

De hoeveelheid van de tegen loon getrieerde zaden moet in verhouding staan tot het areaal van de betrokken soort op het eigen bedrijf van de landbouwer.

Art. 3.Niemand mag tegen loon zaden triëren tenzij hij daartoe is erkend door de Minister.

De erkenning wordt door de Minister of door zijn afgevaardigde verleend aan de verantwoordelijke exploitant van het bedrijf voor een welbepaalde installatie en voor een termijn van ten hoogste één jaar die begint op de 1e mei en eindigt op 30 april daaropvolgend.

De erkenning kan een onbeperkt aantal keren worden verlengd telkens voor een duur van ten hoogste één jaar.

De erkenning is persoonlijk en niet overdraagbaar.

Art. 4.De aanvragen tot erkenning worden ingediend bij de Dienst.

Verlenging kan worden toegestaan na een schriftelijk verzoek dat aan de Dienst wordt gericht ten minste één maand vóór het verstrijken van de termijn.

Art. 5.Om erkend te worden en te blijven moet de aanvrager beschikken over een aangepaste installatie die een samenhangende eenheid vormt en die ten minste bestaat uit: 1° een doeltreffend reinigings- en trieertoestel;2° een weegtoestel;3° een lokaal of een kast dat uitsluitend bestemd is voor de goede bewaring van de monsters. In het geval van opslaan moet de aanvrager over een infrastructuur beschikken voor de goede bewaring van de zaden.

Wanneer een scheikundige behandeling van de zaden voorzien wordt, moet de aanvrager bovendien beschikken over een ontsmettingstoestel dat een juiste dosering en een homogene verdeling van de chemische stoffen over de zaden verzekert. Hij moet tevens de reglementering naleven betreffende het bewaren, het op de markt brengen en het gebruik van bestrijdingsmiddelen voor landbouwkundig gebruik.

Een zelfde installatie mag niet tegelijk in aanmerking komen voor de erkenning als loontrieerder en voor de erkenning als handelaar-bereider van zaaizaden van de in artikel 1 bedoelde soorten, die wordt verleend overeenkomstig de reglementering houdende inrichting van de keuring van zaaizaad van landbouwgewassen.

De loontrieerder moet alle in het kader van de erkenning verschuldigde retributies betalen.

De lijst van de erkende loontrieerders wordt jaarlijks in het Belgisch Staatsblad bekendgemaakt.

Art. 6.1. De loontrieerder moet een register bijhouden van de aangeboden, opgezakte, en teruggegeven zaden, waarin vermeld worden: 1° onmiddellijk bij de aanbieding van het onbewerkte zaad met het oog op de loontriëring: a) de datum;b) de naam, het adres en het BTW-nummer van de landbouwer;c) het volgnummer van de partij;d) het gewicht van de partij die met het oog op de loontriëring wordt aangeboden;e) de soort;f) de rasbenaming van de partij volgens de verklaring van de landbouwer;2° onmiddellijk bij het opzakken van de tegen loon getrieerde zaden en van de afval;a) de datum;b) het gewicht van de tegen loon getrieerde zaden;c) het gewicht van de afval na het triëren tegen loon;3° bij de teruggave van de tegen loon getrieerde zaden en van de afval aan de landbouwer of aan zijn afgevaardigde: a) de datum (indien deze verschilt van de datum van het opzakken);b) de handtekening van de landbouwer of van zijn afgevaardigde. Dit register wordt elk jaar op 30 april afgesloten en wordt door de loontrieerder bewaard gedurende een periode die verstrijkt drie jaar na de afsluitingsdatum.

Het register wordt, op hun verzoek en zonder verplaatsing, voorgelegd aan de met het toezicht belaste ambtenaren. 2. Bovendien moet de loontrieerder elk jaar vóór 15 mei bij de Dienst een aangifte doen waarin de volgende gegevens van het vorige werkjaar per soort, per ras en per landbouwer zijn vermeld: 1° de naam, het adres en het BTW-nummer;2° het aantal tegen loon getrieerde partijen;3° de totale hoeveelheid bruto aangeboden zaden met het oog op de loontriëring;4° de totale hoeveelheid zaad die na het triëren tegen loon werd teruggegeven;5° de totale hoeveelheid afval die na het triëren tegen loon werd teruggegeven.

Art. 7.Het is verboden bij het aanbieden met het oog op de loontriëring, gedurende het opslaan, het triëren, het reinigen, het ontsmetten, het verpakken en het vervoeren, zaden van verschillende partijen te mengen of om te wisselen of een gedeelte van een partij weg te nemen of er zaden aan toe te voegen.

Art. 8.Elke partij wordt afzonderlijk en duidelijk identificeerbaar opgeslagen.

In afwachting van de loontriëring wordt bij elke partij en op een wijze die elke verwarring uitsluit een duidelijk zichtbaar bordje door de loontrieerder geplaatst waarop op goed leesbare wijze het partijnummer is vermeld.

In het geval dat de partij opgeslagen is in een verpakking wordt het bordje vervangen door een etiket op deze verpakking en met dezelfde vermelding.

Art. 9.Van elke partij van de tegen loon getrieerde zaden worden door de loontrieerder in het bijzijn van de landbouwer of van zijn afgevaardigde, drie monsters genomen.

Het gewicht van elk monster bedraagt ten minste 500 gram.

Elk monster wordt verzegeld met een zelfklevend etiket afgeleverd door de Dienst dat door de loontrieerder ondertekend wordt en door de landbouwer of door zijn afgevaardigde mede-ondertekend.

Dit etiket draagt benevens de aanduidingen die moeten voorkomen op het etiket bedoeld in artikel 12, de naam van de soort en van het ras, volgens de verklaring van de landbouwer.

Twee monsters waarvan één ter beschikking wordt gehouden van de Dienst, worden bewaard bij de loontrieerder.

Het derde monster wordt ter beschikking gesteld van de landbouwer of van zijn afgevaardigde.

Het voor de Dienst bestemde monster wordt bewaard in het in artikel 5, alinea 1, 3°, bedoelde lokaal of kast gedurende 1 jaar na het afsluiten van het register overeenkomstig het artikel 6 dat de gegevens betreffende de partij waaruit het monster is genomen bevat.

Art. 10.De Minister kan de controle van de rasechtheid bij machtiging laten uitvoeren door de kwekers of de rechthebbenden.

Hij bepaalt in overleg met de beroepsverenigingen van kwekers en van landbouwers op welke wijze deze machtiging wordt verleend.

Art. 11.Elke chemische behandeling van de zaden moet op het in artikel 12 bedoelde etiket worden vermeld en mag slechts geschieden overeenkomstig de reglementering betreffende het bewaren, het op de markt brengen en het gebruiken van bestrijdingsmiddelen voor landbouwkundig gebruik.

Art. 12.De tegen loon getrieerde zaden worden door de loontrieerder onmiddellijk bij het verlaten van het reinigings- of eventueel het ontsmettingstoestel in zakken verpakt. Deze zakken worden voorzien van een etiket waarop voorkomen: 1° de naam en het adres van de bedrijfszetel van de loontrieerder; 2° de vermelding: "Partij...(volgnummer van de partij) getrieerd tegen loon voor rekening van...(naam en adres van de landbouwer)"; 3° wanneer de zaden ontsmet werden, de vermelding: "Ontsmet met...(handelsbenaming die op het etiket van het gebruikte ontsmettingsmiddel voorkomt)".

Het is verboden enige vermelding, teken of afkorting in verband met een rasbenaming aan te brengen op de etiketten, verpakkingen, facturen, begeleidende of andere documenten.

Dit verbod geldt niet voor het in artikel 6, 1, bedoelde register en evenmin voor het etiket op de monsters bedoeld in artikel 9, lid 4.

Art. 13.De landbouwer, of zijn afgevaardigde, heeft het recht aanwezig te zijn bij het triëren tegen loon.

Bij het afhalen van de tegen loon getrieerde zaden en het afval, bezorgt de loontrieerder aan de landbouwer of aan zijn afgevaardigde een begeleidend document.

Dit document bevat benevens de vermeldingen die zijn voorgeschreven voor het in artikel 12 bedoelde etiket, het gewicht van de zaden en van de afval na loontriëring alsook de datum van de loontriëring.

Dit document moet bij elke controle kunnen worden voorgelegd.

Het wordt door de landbouwer bewaard gedurende de bewaarperiode van het register door de loontrieerder zoals bedoeld inartikel 6, lid 2.

Art. 14.Overtredingen van de bepalingen van dit besluit worden opgespoord, vastgesteld, vervolgd en bestraft overeenkomstig de bepalingen van de wet van 11 juli 1969 betreffende de bestrijdingsmiddelen en de grondstoffen voor de landbouw, tuinbouw, bosbouw en veeteelt.

De termijn van de voorlopige inbeslagneming bedoeld in artikel 13 van de bovenvermelde wet is vastgesteld op dertig dagen.

Art. 15.Het koninklijk besluit van 14 september 1989 betreffende het triëren voor rekening van derden van bepaalde soorten zaden, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 11 december 1995, wordt opgeheven.

Art. 16.De verleende erkenningen, op grond van het voornoemde koninklijk besluit van 14 september 1989 betreffende het triëren voor rekening van derden van bepaalde soorten zaden, vervallen na verloop van drie maanden vanaf de datum van de bekendmaking van dit besluit tenzij er een nieuwe aanvraag tot erkenning in het kader van onderhavig besluit zou ingediend zijn.

Deze heeft van rechtswege de verlenging van de lopende erkenning voor gevolg totdat over die aanvraag beslist is.

Art. 17.Onze Minister van Landbouw en de Kleine en Middelgrote Ondernemingen is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 12 juni 1997.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Landbouw en de Kleine en Middelgrote Ondernemingen, K. PINXTEN.

^