gepubliceerd op 04 augustus 2004
Koninklijk besluit betreffende de aanstelling van de leden van het secretariaat van de kansspelcommissie in de hoedanigheid van officier van gerechtelijke politie, hulpofficier van de procureur des Konings
12 JULI 2004. - Koninklijk besluit betreffende de aanstelling van de leden van het secretariaat van de kansspelcommissie in de hoedanigheid van officier van gerechtelijke politie, hulpofficier van de procureur des Konings
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 7 mei 1999 op de kansspelen, de kansspelinrichtingen en de bescherming van de spelers, inzonderheid op artikel 15;
Gelet op het advies van de kansspelcom-missie, gegeven op 4 februari 2004;
Gelet op het advies van de Inspecteur van financiën, gegeven op 12 mei 2004;
Gelet op de akkoordbuinding van Onze Minister van Begroting, gegeven op 11 juni 2004;
Op de voordracht van Onze Minister van Justitie, van Onze Minister van Begroting tot wiens bevoegdheid ten dele de Nationale Loterij behoort, van Onze Minister van Binnenlandse Zaken, van Onze Minister van Financiën, van Onze Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, en van Onze Minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.De hierna genoemde ambtenaren van het secretariaat van de kansspelcommissie hebben de hoedanigheid van officier van gerechtelijke politie, hulpofficier van de procureur des Konings : Mevr. Sirinella Contri, Mevr. Aleth Gros, de heer José Derlet, de heer David Matthys en de heer Christophe Swolfs.
Art. 2.1. De leden van het secretariaat van de kansspelcommissie kunnen de hoedanigheid van officier van gerechtelijke politie, hulpofficier van de procureur des konings, uitsluitend inroepen om de toepassing van de wet op de kansspelen en haar uitvoeringsbesluiten te doen naleven. 2. In het geval van vrijwillig of gedwongen ontslag, verliezen de leden van het secretariaat van de kansspelcommissie automatisch deze hoedanigheid.
Art. 3.Het koninklijk besluit van 22 december 2000 betreffende de aanstelling van de leden van het secretariaat van de kansspelcommissie in de hoedanigheid van officier van gerechtelijke politie, hulpofficier van de procureur des Konings, wordt opgeheven.
Art. 4.De artikelen 44, 45 en 46 van de wet van 7 mei 1999 op de kansspelen, de kansspelinrichtingen en de bescherming van de spelers treden in werking op 29 juni 2002.
Art. 5.Dit besluit treedt in werking op de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.
Art. 6.Onze Minister bevoegd voor Justitie, Onze Minister bevoegd voor Begroting en ten dele bevoegd voor de Nationale Loterij, Onze Minister bevoegd voor Binnenlandse Zaken, Onze Minister bevoegd voor Financiën, Onze Minister bevoegd voor Sociale Zaken en Volksgezondheid, en Onze Minister bevoegd voor Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 12 juli 2004.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Justitie, Mevr. L. ONKELINX De Minister van Begroting, tot wiens bevoegdheid ten dele de Nationale Loterij behoort, J. VANDE LANOTTE De Minister van Binnenlandse Zaken, P. DEWAEL De Minister van Financiën, D. REYNDERS De Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, R. DEMOTTE De Minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid, Mevr. F. MOERMAN