gepubliceerd op 14 februari 2006
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 mei 2005, gesloten in het Paritair Subcomité voor de terugwinning van metalen, betreffende het nationaal akkoord
12 DECEMBER 2005. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 mei 2005, gesloten in het Paritair Subcomité voor de terugwinning van metalen, betreffende het nationaal akkoord (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de terugwinning van metalen;
Op de voordracht van Onze Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 30 mei 2005, gesloten in het Paritair Subcomité voor de terugwinning van metalen, betreffende het nationaal akkoord.
Art. 2.Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 12 december 2005.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN _______ Nota Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.
Bijlage Paritair Subcomité voor de terugwinning van metalen Collectieve arbeidsovereenkomst van 30 mei 2005 Nationaal akkoord (Overeenkomst geregistreerd op 23 juni 2005 onder het nummer 75284/CO/142.01) HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied
Artikel 1.Toepassingsgebied Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers, arbeiders en arbeidsters van de ondernemingen die ressorteren onder de bevoegdheid van het Paritair Subcomité voor de terugwinning van metalen.
Voor de toepassing van deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt onder "arbeiders" verstaan : de mannelijke en vrouwelijke werklieden. HOOFDSTUK II. - Inkomenszekerheid
Art. 2.Koopkracht Afdeling 1. Indexering
Alle minimumuurlonen en de effectieve uurlonen worden jaarlijks op 1 januari aangepast aan de reële index volgens de formule "sociale index" (= 4 maandelijks gemiddelde) december van het voorgaande kalenderjaar tegenover december van het kalenderjaar daarvoor. Afdeling 2. Verhoging van de minimumuurlonen en de effectieve uurlonen
- op 1 november 2005 worden alle lonen verhoogd met 0,7 pct.; - op 1 mei 2006 worden alle lonen verhoogd met het saldo van 4,5 pct. verminderd met de som van de reële index op 1 januari 2005, de loonsverhoging van 0,7 pct. op 1 november 2005 en de reële index op 1 januari 2006.
Indien dit saldo negatief is, wordt er geen loonsverhoging toegepast.
Deze saldoformule dient - omwille van de moeilijke economische situatie - als uitzonderlijk en eenmalig te worden beschouwd.
De collectieve arbeidsovereenkomst inzake uurlonen van 27 juni 2003 zal in die zin worden aangepast voor onbepaalde duur.
Art. 3.Sociaal fonds § 1. Vanaf 1 januari 2006 worden alle aanvullende vergoedingen geïndexeerd op basis van de reële loonindexering op 1 januari 2005 en de herberekende loonindexering van 1 januari 2004 (de sociale index van de maand december van het voorgaande kalenderjaar wordt vergeleken met de sociale index van de maand december van het kalenderjaar daarvoor).
Door deze berekening, met name 1,64 pct. op 1 januari 2004 en 1,78 pct. op 1 januari 2005 worden de aanvullende vergoedingen met 3,45 pct. geïndexeerd.
Hierdoor worden de aanvullende vergoedingen vanaf 1 januari 2006 als volgt verhoogd : - Aanvullende vergoeding bij tijdelijke werkloosheid, bij volledige werkloosheid, voor oudere werklozen en oudere zieken : - 5,17 EUR per werkloosheidsuitkering; - 2,59 EUR per halve werkloosheidsuitkering. - Aanvullende vergoedingen bij ziekte : - 56,64 EUR na 60 dagen; - 77,07 EUR na 120 dagen; - 100,09 EUR bij een langere ziekteperiode. § 2. Vanaf 1 januari 2006 wordt de minimumleeftijd voor oudere werklozen en oudere zieken van 56 jaar op 55 jaar gebracht.
De collectieve arbeidsovereenkomst inzake statuten sociaal fonds van 27 juni 2003 zal vanaf 1 januari 2006 in die zin worden aangepast voor onbepaalde duur.
Art. 4.Sectoraal pensioenfonds Met ingang van 1 januari 2006 wordt een bedrag gelijk aan 0,7 pct. van de bruto-bezoldigingen van de arbeiders besteed aan een sectoraal pensioenstelsel voor de arbeiders.
Mits een collectieve arbeidsovereenkomst of akkoord op ondernemingsvlak die reeds bestond voor 31 december 2004 kan de 0,7 pct. gebruikt worden voor de invoering of uitbreiding van het ondernemingsgebonden pensioenstelsel. Om hiervoor in aanmerking te komen moeten zowel de collectieve arbeidsovereenkomst als het reglement ter controle en goedkeuring worden voorgelegd aan het paritair subcomité voor 30 september 2005.
Het sectoraal pensioenstelsel zal uitgewerkt worden tegen 31 december 2006 zowel de financiering als wat de rechten van de werknemers betreft en zal ter goedkeuring aan het paritair subcomité worden voorgelegd.
In uitvoering hiervan zal een collectieve arbeidsovereenkomst inzake het sectoraal pensioenstelsel worden uitgewerkt.
HOOFSTUK III. - Werkzekerheid
Art. 5.Sectorale tewerkstellingscel De sectorale tewerkstellingscel die in uitvoering van het nationaal akkoord 2001-2002 in de schoot van Educam werd ingevoerd, zal worden geactiveerd op basis van volgende principes : - specifiek rechten op de doelgroep : volledig werklozen binnen eht sociaal fonds en herstructureringen binnen de sector; - geen doublure van, maar vanuit een sectorgerichte aanpak samenwerking met, verwijzing naar bestaande diensten; - opbouwen van een database op basis van de e-mailadressen van de werkgevers.
De sociale partners zullen binnen Educam op basis van deze principes verder uitvoering geven aan de sectorale tewerkstellingscel.
De principes van deze sectorale tewerkstellingscel zullen worden ingeschreven in de collectieve arbeidsovereenkomst inzake vorming en opleiding vanaf 1 juli 2005, en dit voor onbepaalde duur.
Art. 6.Werkzekerheidsclausule Voor de duur van het akkoord 2005-2006 worden de aanbevelingen inzake werkzekerheid, zoals voorzien in artikel 5 van het nationaal akkoord 2003-2004 verlengd : « Voor de duur van dit akkoord zal in geen enkele onderneming overgegaan worden tot afdanken om economische redenen vooraleer alle andere tewerkstellingsbehoudende maatregelen, met inbegrip van tijdelijke werkloosheid, uitgeput zijn.
Wanneer zich echter onvoorzienbare en onvoorziene economische en/of financiële omstandigheden zouden voordoen, waardoor bijvoorbeeld tijdelijke werkloosheid of andere equivalente maatregelen sociaal-economisch onhoudbaar worden, zal de toestand paritair onderzocht en besproken worden op het gepast niveau in functie van een na te streven oplossing. »
Art. 7.Uitzendarbeid en onderaanneming Voor de duur van het akkoord 2005-2006 worden de aanbevelingen verlengd inzake werkzekerheid, zoals voorzien in artikel 7 van het nationaal akkoord 2003-2004, geregistreerd op 20 juni 2003 onder het nummer 66580/CO/142.01. § 1. Het beroep op de contracten voor uitzendarbeid zal beperkt worden tot de in de wet van 24 juli 1987 voorziene gevallen, met inachtname van het uitzonderingskarakter van dit regime. § 2. de raadplegingsprocedure, zoals voorzien in de collectieve arbeidsovereenkomsten nrs. 36, 58 en 58bis van de Nationale Arbeidsraad waarbij de vakbondsafvaardiging, en bij ontstentenis de werknemersorganisaties, voorafgaand haar/hun toestemming moeten verlenen inzake het gebruik van uitzendkrachten in de onderneming zal strikt worden toegepast.
Partijen bevelen aan het beroep op contracten van onderaanneming te beperken en engageren zich om alle maatregelen te nemen om praktijken inzake schijnzelfstandigheid uit te roeien. HOOFDSTUK IV. - Vorming en opleiding De ondertekenende partijen verklaren zich akkoord om, rekening houdend met de huidige principes, in het Paritair Subcomité voor de terugwinning van metalen een collectieve arbeidsovereenkomst betreffende vorming en opleiding af te sluiten, en dit vanaf 1 juli 2005 voor onbepaalde duur.
Art. 8.Risicogroepen - Bevestiging van de bijdrage van 0,15 pct. voor onbepaalde duur; - Voortzetten van de werkzaamheden inzake het optimaliseren van de stelsels alternerend leren - werken; - Verlenging van de bepalingen met betrekking tot instroom van risicogroepen.
Art. 9.Recht op permanente vorming - Bevestiging van de bijdrage van 0,15 pct. voor onbepaalde duur; - Verfijnen van het bestaande systeem van een recht op permanente vorming; - Actievere rol van de Educam-adviseurs indien er zich in de ondernemingen problemen voordoen bij het opmaken en uitwerken van opleidingsplannen voor arbeiders die van dit recht geen gebruik kunnen of willen maken. HOOFDSTUK V. - Arbeidstijd en flexibiliteit
Art. 10.Tewerkstellingsbevorderende maatregel De ondernemingen kunnen in het geval van herstructurering of indien de arbeidsorganisatie kan versoepeld worden, via een collectieve arbeidsovereenkomst de tewerkstelling bevorderen door onder meer collectieve arbeidsduurvermindering toe te passen.
Ze kunnen hiervoor gebruik maken van de bestaande wettelijke en decretale aanmoedigingspremie en de omzetting van de loonsverhogingen (in bijlage).
Art. 11.Jubileumdag Bij elke anciënniteitschijf van 10 jaar in de onderneming heeft de arbeider recht op één extra verlofdag.
Deze verlofdag is niet recurrent naar de volgende jaren toe, maar wordt toegekend per schijf van 10 jaar, dus na 10, 20, 30 jaar anciënniteit in de onderneming.
Een collectieve arbeidsovereenkomst inzake jubileumdag zal vanaf 1 januari 2006 voor onbepaalde duur worden opgemaakt. HOOFDSTUK VI. - Loopbaanplanning
Art. 12.Eindeloopbaan § 1. Het brugpensioen in de sector wordt onder dezelfde voorwaarden en binnen de wettelijke mogelijkheden verlengd.
In die zin zullen de bestaande collectieve arbeidsovereenkomsten inzake brugpensioen, geregistreerd op 14 oktober 2003 onder de nummers 68075/CO/142.01, 68076/CO/142.01 en 68077/CO/142.01, worden verlengd vanaf 1 juli 2005 tot en met 30 juni 2007. § 2. Voor de duur van het akkoord 2005-2006 worden de aanbevelingen inzake brugpensioen - procedure, zoals voorzien in artikel 12, § 2, van het nationaal akkoord 2003-2004 verlengd.
Op vlak van brugpensioen bevelen de partijen in het kader van de arbeidsherverdelende maatregelen op ondernamingsvlak volgende procedure aan : minstens 1 maand voor het bereiken van de brugpensioenleeftijd nodigt te werkgever de betrokken arbeider (bij aangetekende brief) uit tot een onderhoud tijdens de werkuren op de zetel van de onderneming. Bij dit onderhoud kan de arbeider zich laten bijstaan door zijn vakbondsafgevaardigde. Bij dit onderhoud zullen zowel naar timing van het brugpensioen als naar opleiding van de vervanger van de bruggepensioneerde sluitende afspraken gemaakt worden. HOOFDSTUK VII. - Inspraak en overleg
Art. 13.Statuut van de vakbondsafvaardiging Bij betwisting op ondernemingsvlak over installatie en werking van de vakbondsafvaardiging kunnen hetzij de werkgever hetzij de werknemersvertegenwoordigers beroep doen op de paritaire commissie "overleg", bestaande uit techniekers van de sociale partners.
Deze commissie onderzoekt ter plaatse het probleem en formuleert een voorstel aan beide partijen teneinde sneller tot een oplossing te komen.
De collectieve arbeidsovereenkomst inzake statuut van de vakbondsafvaardiging van 27 juni 2003 zal vanaf 1 januari 2006 in die zin worden aangepast en dit voor onbepaalde duur. HOOFDSTUK VIII. - Sectorale projecten 2005-2006
Art. 14.Ronde tafel over loopbaan Partijen engageren zich om na afloop van de interprofessionele loopbaanconferentie een sector eigen ronde tafel op te starten over loopbanen in de sector terugwinning van metalen.
Hierbij kunnen thema's als instroom, tijdskrediet, eindeloopbaan en werkbaarheid ter sprake komen.
Art. 15.Functieclassificatie Oprichten van een paritaire werkgroep inzake classificatie voor 30 september 2005 met als taak actualisering van de bestaande functieclassificatie, opstellen van een procedure bij betwisting, opstellen van een voorbeeldenlijst.
Bij elke vergadering worden nieuwe werkafspraken gemaakt en een nieuwe datum vastgelegd.
Art. 16.Technische aanpassingen In de hieronder vermelde collectieve arbeidsovereenkomsten dienen technische aanpassingen te worden doorgevoerd : - collectieve arbeidsovereenkomst inzake vakbondsafvaardiging; - collectieve arbeidsovereenkomst inzake eindejaarspremie.
Partijen verklaren zich akkoord om in de looptijd van het akkoord verdere afspraken te maken over de mogelijke oprichting van een gemengd paritair subcomité en over een collectieve arbeidsovereenkomst inzake non-discriminatieclausule. HOOFDSTUK IX. - Sociale vrede en duurtijd akkoord
Art. 17.Sociale vrede Dit akkoord verzekert de sociale vrede in de sector tijdens heel de duur van het akkoord. Bijgevolg zal geen enkele eis van algemene of collectieve aard voorgelegd worden, noch op nationaal, noch op regionaal, noch op vlak van de individuele onderneming.
Art. 18.Duur Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten voor bepaalde duur, gaande van 1 januari 2005 tot en met 31 december 2006, met uitzondering van : - artikel 2 geldig vanaf 1 januari 2005 voor onbepaalde duur; - artikel 3 geldig vanaf 1 januari 2006 voor onbepaalde duur; - artikel 4 geldig vanaf 1 januari 2006 voor onbepaalde duur; - artikel 5 geldig vanaf 1 juli 2005 voor onbepaalde duur; - artikel 8 en 9 geldig vanaf 1 juli 2005 voor onbepaalde duur; - artikel 11 geldig vanaf 1 januari 2006 voor onbepaalde duur; - artikel 12, § 1 geldig vanaf 1 juli 2005 tot 30 juni 2007; - artikel 13 geldig vanaf 1 juni 2006 voor onbepaalde duur.
De artikelen die van toepassing zijn voor onbepaalde duur kunnen worden opgezegd mits een opzeggingstermijn van drie maanden, betekend per aangetekend schrijven aan de voorzitter van het Paritair Subcomité voor de terugwinning van metalen en aan de ondertekenende organisaties.
Artikel 4, geldig voor onbepaalde duur, dat van toepassing is op het sociaal fonds, kan worden opgezegd mits een opzeggingstermijn van zes maanden, betekend per aangetekend schrijven aan de voorzitter van het Paritair Subcomité voor de terugwinning van metalen en aan de ondertekenende organisaties.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 12 december 2005.
De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN
Bijlage aan het sectoraal akkoord 2005-2006 voor het Paritair Subcomité voor de terugwinning van metalen van 30 mei 2005 Premies Vlaamse Gewest De ondertekende partijen verklaren dat de arbeiders ressorterend onder het Paritair Subcomité voor de terugwinning van metalen en die inzake domicilie en tewerkstelling voldoen aan de omschrijven van het Vlaamse Gewest gebruik kunnen maken van de aanmoedigingspremies van kracht in het Vlaamse Gewest namelijk : - zorgkrediet; - opleidingskrediet; - ondernemingen in moeilijkheden of herstructureringen.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 12 december 2005.
De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN