gepubliceerd op 26 januari 2006
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 10 mei 2005, gesloten in het Paritair Subcomité voor de terugwinning van allerlei producten, betreffende de loon- en arbeidsvoorwaarden
12 DECEMBER 2005. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 10 mei 2005, gesloten in het Paritair Subcomité voor de terugwinning van allerlei producten, betreffende de loon- en arbeidsvoorwaarden (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de terugwinning van allerlei producten;
Op de voordracht van Onze Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 10 mei 2005, gesloten in het Paritair Subcomité voor de terugwinning van allerlei producten, betreffende de loon- en arbeidsvoorwaarden.
Art. 2.Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 12 december 2005.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN _______ Nota's (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Subcomité voor de terugwinning van allerlei producten Collectieve arbeidsovereenkomst van 10 mei 2005 Loon- en arbeidsvoorwaarden (Overeenkomst geregistreerdop 2 juni 2005 onder het nummer 74925/CO/142.04) HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de werknemers van de ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Subcomité voor de terugwinning van allerlei producten.
Onder "werknemers" wordt verstaan : het mannelijk en vrouwelijk werkliedenpersoneel.
Art. 2.§ 1. De bepalingen van deze collectieve arbeidsovereenkomst stellen de algemene regels vast welke van toepassing zijn op al de werknemers en beogen slechts minimumlonen te bepalen terwijl aan de partijen de vrijheid wordt gelaten gunstiger voorwaarden overeen te komen.
Zij mogen geen afbreuk doen aan beschikkingen welke voor de werknemers gunstiger zijn, daar waar dergelijke toestand bestaat. § 2. De minimum uurlonen zijn vastgesteld voor een wekelijkse arbeidsduur van maximum 38 uren. HOOFDSTUK II. - Functieclassificatie
Art. 3.De werknemers worden in 5 categorieën ondergebracht en kunnen tot de hoogste categorie opklimmen.
Categorie 1. Handenarbeid : De werkman van wie geen speciale kennis of bijzondere lichamelijke geschiktheid gevergd wordt en die eenvoudige werken verricht waarvoor geen leertijd vereist wordt.
Worden onder meer in deze categorie ingedeeld : hulpwerkman; sorteerder; chef van de lijn.
Categorie 2. Operator : De werkman die bekwaam is beroepsarbeid te verrichten die kennis vereist, verworven door ervaring of die aan een machine werkt.
Worden onder meer in deze categorie ingedeeld : arbeider belast met de balenpersen, ...
Categorie 3. Personeel van vervoer : De werkman die bekwaam is werken uit te voeren waarvoor kennis en handigheid vereist zijn die slechts na verschillende maanden ervaring verkregen worden.
Worden onder meer in deze categorie ingedeeld : heftruckbestuurder; bestuurder van een bull; vrachtwagenbestuurder ...
Categorie 4. Onderhoudspersoneel : De werkman die bekwaam is werken uit te voeren waarvoor beroepskennis vereist is, verworven hetzij op school, hetzij door verschillende jaren ervaring.
Worden onder meer in deze categorie ingedeeld : machinetechnicus; elektrieker, elektrotechnicus ...
Categorie 5. Meesterschap : Meestergast.
Art. 4.§ 1. Vanaf 1 januari 2005 moet op iedere individuele loonfiche en loonafrekening, overhandigd aan de werkman, de juiste beroepencategorie waartoe betrokkene behoort, vermeld worden. Iedere werkman behoort noodzakelijkerwijze tot één van de beroepencategorieën vermeld onder artikel 3. § 2. Wanneer een werknemer een andere werknemer moet vervangen die een functie uitoefent van een hogere categorie of wanneer een werknemer moet functies moet uitoefenen die tot verschillende categorieën behoren, dient daarmee rekening gehouden bij de vaststelling van de beloning. § 3. Alle niet opgenomen functies zullen op ondernemingsvlak via vergelijkend onderzoek gerangschikt worden onder één van de bestaande categorieën. De partijen komen overeen in dit geval dat de vakbondsafvaardiging voorafgaandelijk geraadpleegd moet worden.
Art. 5.De sociale partners verbinden zich ertoe om tegen 31 december 2007 de onderhavige functieclassificatie te evalueren en desnoods tot een wetenschappelijke functieclassificatie te komen. HOOFDSTUK III. - Minimum uurlonen
Art. 6.§ 1. De minimumuurlonen geldig op 1 januari 2005, staande tegenover de indexspil 114,48, worden als volgt vastgesteld in euro : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld § 2. De minimumuurlonen geldig op 31 juni 2005 zullen op 1 juli 2005 verhoogd worden als volgt : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld § 3. De minimumuurlonen geldig op 31 december 2005 zullen op 1 januari 2006 verhoogd worden als volgt : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld
Art. 7.De loonsverhogingen voorzien onder het artikel 6 van deze arbeidsovereenkomst zijn verschuldigd op de minimumuurlonen en de effectief betaalde tonen : - In zijn geheel, indien het effectief betaalde loon overeenstemt met het minimumuurloon; - Gedeeltelijk, indien het effectief betaalde loon zich bevindt tussen het oude en het nieuwe minimumuurloon. In dat geval wordt de verhoging toegestaan maar maximum tot het nieuwe minimumuurloon; - De verhogingen voorzien op 1 juli 2005 en op 1 januari 2006 zijn niet verschuldigd indien het effectief betaalde loon hoger is dan het nieuwe minimumuurloon.
Art. 8.§ 1. Het jongerenloon is berekend op basis van het loon van de categorie van de uitgeoefende functie en dit voor de werknemers. minder dan 17 jaar : 75 pct. vanaf 17 jaar : 80 pct. vanaf 18 jaar : 85 pct. vanaf 19 jaar : 90 pct. vanaf 20 jaar : 100 pct. § 2. In afwijking op de bepalingen vermeld onder § 1, bekomt elke jongere vanaf 18 jaar die gedurende 3 ononderbroken maanden, om het even onder welke soort van contract, in de sector tewerkgesteld was, het barema aan 100 pct.
De sociale partners komen overeen dat een onderbreking van zeer korte termijn tussen opeenvolgende contracten geen breuk in de berekening van de sectorale anciënniteit van de betrokken werknemer betekent. HOOFDSTUK IV. - Koppeling van de lonen aan het indexcijfer van de consumptieprijzen
Art. 9.§ 1. De minimum uurlonen zoals vastgesteld in hoofdstuk III van deze collectieve arbeidsovereenkomst evenals de werkelijk uitbetaalde lonen, worden gekoppeld aan het gezondheidsindexcijfer, gemiddelde van 4 maanden, maandelijks vastgesteld door het Federale Overheidsdienst Economie, KMO, Middenstand en Energie, en bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad.
Zij staan tegenover het spilindexcijfer 114,48 (basis 1996 - gemiddelde van 4 maanden). § 2. Er wordt vanaf 1 januari 2006 een vast indexeringsmechanisme ingevoerd. De koppeling van de lonen geschiedt eenmaal per jaar op 1 januari van elk jaar.
Art. 10.§ 1. Bij het begin van elk jaar, wordt een referte-indexcijfer opgemaakt, dat gelijk te aan het rekenkundig gemiddelde, berekend tot op twee decimalen zonder afronding, van de indexcijfers van het vorige jaar. § 2. Op 1 januari van elk jaar worden de lonen vermenigvuldigd met het quotiënt verkregen door het referte-indexcijfer van het laatste jaar te delen door het referte-indexcijfer van het voorlaatste jaar.
Voormeld quotiënt wordt berekend op vier decimalen zonder afronding. § 3. Het resultaat van de aanpassing van de lonen aan het gezondheidsindexcijfer wordt afgerond naar het hogere of het lagere 2e cijfer na de komma, naargelang het 3e cijfer na de komma al dan niet 5 bereikt.
Art. 11.Indien gelijktijdig een verhoging, voortvloeiend uit de koppeling aan het gezondheidsindexcijfer, en een andere verhoging van de lonen moet toegepast worden, dient de aanpassing, voortvloeiend uit de indexkoppeling, berekend te worden nadat eerst de lonen met de te voorziene verhoging werden aangepast. HOOFDSTUK V. - Slotbepalingen
Art. 12.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 januari 2005 en is gesloten voor onbepaalde tijd.
Zij kan worden opgezegd op verzoek van de meest gerede partij, mits een opzegging van zes maanden, gericht bij ter post aangetekende brief aan de voorzitter van het Paritair Subcomité voor de terugwinning van allerlei producten.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 12 december 2005.
De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN