gepubliceerd op 16 oktober 2003
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 28 mei 2003, gesloten in het Paritair Comité voor de non-ferro metalen, betreffende het gewaarborgd minimumloon
11 SEPTEMBER 2003. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 28 mei 2003, gesloten in het Paritair Comité voor de non-ferro metalen, betreffende het gewaarborgd minimumloon (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de non-ferro metalen;
Op de voordracht van Onze Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 28 mei 2003, gesloten in het Paritair Comité voor de non-ferro metalen, betreffende het gewaarborgd minimumloon.
Art. 2.Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Athene, 11 september 2003.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werk, F. VANDENBROUCKE _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor de non-ferro metalen Collectieve arbeidsovereenkomst van 28 mei 2003 Gewaarborgd minimumloon (Overeenkomst geregistreerd op 28 juli 2003 onder het nummer 67010/CO/105)
Artikel 1.§ 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Comité voor de non-ferro metalen en op de werklieden die zij tewerkstellen. § 2. Onder « werklieden » wordt verstaan : de werklieden en de werksters.
Art. 2.Aan alle meerderjarige of daarmee gelijkgestelde werklieden die normale prestaties leveren wordt een brutomaandloon verzekerd van 1. 472,14 EUR, alle productiepremies inbegrepen, in de vorm van een tegenwaarde per uur van 8,94 EUR (basis 38 uren per week), voor de prestaties voorzien in het arbeidsreglement van de onderneming.
Art. 3.De bedragen voorzien in deze collectieve arbeidsovereenkomst zijn gekoppeld aan het viermaandelijks gemiddelde van de gezondheidsindex van april 2003 (111,51) en worden aangepast volgens de bepalingen van de collectieve arbeidsovereenkomst van 10 juli 1997, gesloten in het Paritair Comité voor de non-ferro metalen, betreffende de koppeling van de lonen aan het prijsindexcijfer bij consumptie.
Art. 4.De tegenwaarde per uur mag niet leiden tot een algemene verschuiving, noch van de ondernemingsbarema's, noch van de werkelijke lonen die dit bedrag reeds bereiken.
Art. 5.De bedragen vermeld in artikel 2 van deze collectieve arbeidsovereenkomst worden verhoogd met : a) 1 pct.op 1 januari 2004; b) na toepassing van artikel 3 met het resultaat van 5,1 pct.(index 2003 + index 2004 +1 pct.) zoals voorzien in artikel 2, § 1, b , van de collectieve arbeidsovereenkomst van 28 mei 2003, gesloten in het Paritair Comité voor de non-ferro metalen, betreffende het budget.
Art. 6.§ 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking met ingang van 28 mei 2003 en is gesloten voor een onbepaalde duur. Zij kan door een van de partijen worden opgezegd met een opzegging van 3 maanden gericht aan de voorzitter van het paritair comité en aan elk van de ondertekenende partijen. § 2. Zij heft de bepalingen op van de collectieve arbeidsovereenkomst van 19 juni 2001 gesloten in het Paritair Comité voor de non-ferro metalen betreffende het gewaarborgd minimumloon, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 28 januari 2002, bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad van 18 april 2002. § 3. Zij vervangt de bepalingen van hoofdstuk 3, afdeling 4, van de collectieve arbeidsovereenkomst van 6 mei 2003, gesloten in het Paritair Comité voor de non-ferro metalen, betreffende het protocol van sectoraal akkoord 2003-2004.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 11 september 2003.
De Minister van Werk, F. VANDENBROUCKE