gepubliceerd op 09 december 2003
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 10 december 2001, gesloten in het Paritair Comité voor de uitzendarbeid, betreffende de toepassing van uitzendarbeid in de bouwsector
11 SEPTEMBER 2003. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 10 december 2001, gesloten in het Paritair Comité voor de uitzendarbeid, betreffende de toepassing van uitzendarbeid in de bouwsector (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de uitzendarbeid;
Op de voordracht van Onze Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 10 december 2001, gesloten in het Paritair Comité voor de uitzendarbeid, betreffende de toepassing van uitzendarbeid in de bouwsector.
Art. 2.Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Athene, 11 september 2003.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werk, F. VANDENBROUCKE _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor de uitzendarbeid Collectieve arbeidsovereenkomst van 10 december 2001 Toepassing van uitzendarbeid in de bouwsector (Overeenkomst geregistreerd op 29 januari 2002 onder het nummer 60752/CO/322)
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op : a) de uitzendbureaus, bedoeld bij artikel 7, 1 van de wet van 24 juli 1987, betreffende de tijdelijke arbeid, de uitzendarbeid en het ter beschikking stellen van werknemers ten behoeve van gebruikers (Belgisch Staatsblad van 20 augustus 1987), die erkend zijn om activiteiten uit te oefenen in het Paritair Comité voor het bouwbedrijf (P.C. 124); b) de uitzendkrachten, bedoeld bij artikel 7, 3 van genoemde wet van 24 juli 1987, die door deze uitzendbureaus worden tewerkgesteld.
Art. 2.Het uitzendbureau, zoals bedoeld in artikel 1, a) moet zich laten inschrijven bij het "Fonds voor bestaanszekerheid van de bouwsector" voor wat de betaling betreft van de bijdragen aan dat fonds, overeenkomstig artikel 12, 1e lid van de wet van 24 juli 1987.
Bovendien dient dit bureau elk kwartaal een aangifte te doen aan het "Fonds voor bestaanszekerheid van de bouwsector", van de weerverlet- en getrouwheidszegels, alsook van de bijdragen aan dit fonds voor bestaanszekerheid en het fonds voor vakopleiding.
Art. 3.Het uitzendbureau, zoals bedoeld in artikel 1, a) dient jaarlijks een activiteitenverslag op te maken voor het Paritair Comité van het bouwbedrijf.
Art. 4.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 januari 2002. Zij wordt gesloten voor onbepaalde duur.
Deze collectieve arbeidsovereenkomst kan, mits een opzeggingstermijn van drie maanden in acht wordt genomen, door elk van de partijen worden opgezegd met een aangetekend schrijven gericht aan de voorzitter van het Paritair Comité voor de uitzendarbeid.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 11 september 2003.
De Minister van Werk, F. VANDENBROUCKE