Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 11 mei 2025
gepubliceerd op 27 mei 2025

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 11 december 2024, gesloten in het Paritair Subcomité voor de bedienden van de inrichtingen van het gesubsidieerd vrij onderwijs van de Franse Gemeenschap en de Duitstalige Gemeenschap, betreffende de verplichte verbinding en het recht op deconnectie in de professionele betrekkingen

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2025000880
pub.
27/05/2025
prom.
11/05/2025
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

11 MEI 2025. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 11 december 2024, gesloten in het Paritair Subcomité voor de bedienden van de inrichtingen van het gesubsidieerd vrij onderwijs van de Franse Gemeenschap en de Duitstalige Gemeenschap, betreffende de verplichte verbinding en het recht op deconnectie in de professionele betrekkingen (1)


FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de bedienden van de inrichtingen van het gesubsidieerd vrij onderwijs van de Franse gemeenschap en de Duitstalige gemeenschap;

Op de voordracht van de Minister van Werk,

Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 11 december 2024, gesloten in het Paritair Subcomité voor de bedienden van de inrichtingen van het gesubsidieerd vrij onderwijs van de Franse Gemeenschap en de Duitstalige Gemeenschap, betreffende de verplichte verbinding en het recht op deconnectie in de professionele betrekkingen.

Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 11 mei 2025.

FILIP Van Koningswege : De Minister van Werk, D. CLARINVAL _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Subcomité voor de bedienden van de inrichtingen van het gesubsidieerd vrij onderwijs van de Franse Gemeenschap en de Duitstalige Gemeenschap Collectieve arbeidsovereenkomst van 11 december 2024 Verplichte verbinding en recht op deconnectie in de professionele betrekkingen (Overeenkomst geregistreerd op 7 januari 2025 onder het nummer 191323/CO/225.02)

Artikel 1.Toepassingsgebied Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en de werknemers van de onderwijsinstellingen en de internaten van het vrij onderwijs van de Franse Gemeenschap en de Duitstalige Gemeenschap, waarvan de maatschappelijke zetel gevestigd is in het Waalse Gewest en in het Brusselse Hoofdstedelijk Gewest en die zijn ingeschreven bij de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid op de Franse taalrol.

Art. 2.Definitie Het recht op deconnectie is het recht van de werknemer om niet ingelogd te zijn op zijn professionele digitale tools buiten de overeengekomen werkuren. De bedoelde digitale tools omvatten de digitale tools die ter beschikking zijn gesteld door de werkgever (platform, mailadressen, enz.). De persoonlijke digitale tools (gsm, smartphone, enz.) zijn persoonlijke communicatiemiddelen die dus buiten de verplichte verbinding vallen in het kader van de professionele relaties.

De doelstelling van deze tekst is het omkaderen van de verbindingen en het vaststellen van deconnectiemomenten om, enerzijds, de overconnectie van de werknemers te voorkomen en, anderzijds, om de rust- en vakantietijden na te leven, alsook het noodzakelijke evenwicht tussen het beroepsleven en het privéleven, en tegelijk te zorgen voor een kwaliteitsvolle dienstverlening.

Art. 3.Verplichte verbinding Onder voorbehoud van de terbeschikkingstelling van het nodige materiaal en van de mogelijkheid tot toegang tot het netwerk, als de werknemer zijn mails moet raadplegen, werken op een platform of al het andere werk in verband met het digitale uitvoeren, gebeurt dit in het kader van de arbeidstijd van de werknemer. Onder deze voorwaarden zal de werknemer die voltijds werkt erop toezien dat hij de verschillende digitale tools ten minste één keer per dag raadpleegt. Voor de werknemers die deeltijds werken, zij hebben slechts in verhouding tot de gepresteerde opdrachtbreuk de verplichting om verbonden te zijn.

Tijdens de verloven, de jaarlijkse vakanties alsook gedurende de periodes van schorsing van de arbeidsovereenkomst is de werknemer niet verplicht om verbonden te zijn en, bijvoorbeeld, om zijn professionele berichten te raadplegen.

Art. 4.Recht op deconnectie Om een te grote inmenging van de beroepssfeer in de privésfeer te voorkomen, moeten de volgende principes worden nageleefd : - De verzending van de dienstmededelingen van de directie of van de inrichtende macht naar de werknemers moet in principe gebeuren : - via het professioneel e-mailadres als het wordt verstrekt door de werkgever of bij gebreke daarvan het adres dat werd medegedeeld door de werknemer; - gedurende de openingsuren van de instelling.

Als de directie ertoe wordt gebracht om mededelingen te doen buiten deze periodes, en dit in geval van noodzaak voor de dienst, zal zij erop toezien dat zij enkel de noodzakelijke informatie mededeelt en zal zij het meest directe en het minst invasieve communicatiemiddel voor de werknemer gebruiken (1). - De professionele mededelingen die uitgaan van de werknemers onderling of ten aanzien van de directie of van de inrichtende macht moeten in principe gebeuren : - via het professioneel e-mailadres als het wordt verstrekt door de werkgever of bij gebreke daarvan het adres dat werd medegedeeld door de werknemer; - gedurende de openingsuren van de instelling.

Als de werknemer ertoe wordt gebracht om mededelingen te doen buiten deze periodes, aan zijn collega's of aan de directie of aan de inrichtende macht, en dit in geval van noodzaak voor de dienst, zal hij erop toezien om enkel de noodzakelijke informatie mede te delen en zal hij het meest directe en het minst invasieve communicatiemiddel voor de bestemmeling gebruiken (2).

Als het elektronisch bericht een antwoord vraagt (mondeling, schriftelijk of in de vorm van een actie), moet in een redelijke termijn hiervoor worden voorzien. Het redelijk karakter van de termijn moet worden vermeld in het bericht en zal rekening houden met de soort verzoek, de dringendheid ervan en de arbeidstijd van de betrokken werknemer.

Voor wat de organisatie en het houden van culturele of pedagogische activiteiten buiten de openingsuren van de instelling betreft, zal in een beperkte soepelheid in de tijd kunnen worden voorzien die binnen een redelijke termijn wordt medegedeeld aan alle betrokken werknemers.

Art. 5.Preventiebeleid en risicoanalyse Elke werkgever zal een communicatiebeleid volgen dat wordt bepaald in overleg met het lokaal sociaaloverlegorgaan dat bevoegd is inzake risicopreventiebeleid. Dit beleid zal de risicoanalyse in verband met overconnectie in rekening nemen.

Op basis van deze analyse zal het intern beleid voorzien in momenten en modaliteiten voor informatie en sensibilisering voor de doordachte en zorgzame communicatie. Het beleid zal regelmatig opnieuw worden geëvalueerd door het lokaal sociaal overlegorgaan dat bevoegd is inzake risicopreventiebeleid om te evolueren met de behoeften en de risico's die werden aangepakt bij inrichtende macht.

Als het intranet (of een ander digitaal platform) ingevoerd door de inrichtende macht de communicatie met de studenten/de leerlingen/de ouders mogelijk maakt, zal het communicatiebeleid vastgesteld door de inrichtende macht in overleg met het lokaal sociaal overlegorgaan dat bevoegd is inzake risicopreventiebeleid de gebruiksmodaliteiten ervan aangeven in de geest van deze bepalingen.

Voorafgaandelijk aan de keuze van een digitaal platform zal de inrichtende macht het lokaal sociaal overlegorgaan dat bevoegd is inzake risicopreventiebeleid raadplegen over de behoeften waaraan moet worden voldaan en over de gewenste werkingsmodaliteiten van de tool.

De werkgever zal voor de werknemers de toegang waarborgen tot de opleidingen/informatie voor het gebruik van de digitale middelen die ter beschikking worden gesteld van de werknemer binnen zijn instelling(en).

Art. 6.Inwerkingtreding en geldigheid Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 februari 2025 en wordt gesloten voor onbepaalde duur.

De sociale partners vragen de algemeen verbindend verklaring.

Ze kan door elk van de partijen worden opgezegd door middel van een opzeggingstermijn van zes maanden die wordt betekend bij een ter post aangetekend schrijven, gericht aan de voorzitter van het Paritair Subcomité voor de bedienden van de inrichtingen van het gesubsidieerde vrij onderwijs van de Franse Gemeenschap en de Duitstalige Gemeenschap.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 11 mei 2025.

De Minister van Werk, D. CLARINVAL _______ Nota (1) Dit is van toepassing met naleving van het 2de lid van artikel 3 - Verplichte verbinding.(2) Dit is van toepassing met naleving van het 2de lid van artikel 3 - Verplichte verbinding.

^