gepubliceerd op 24 mei 2007
Koninklijk besluit tot uitvoering van artikel 44ter, § 2, 1°, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 en artikel 114 van de wet van 25 april 2007 houdende diverse bepalingen (1)
11 MEI 2007. - Koninklijk besluit tot uitvoering van artikel 44ter, § 2, 1°, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 en artikel 114 van de wet van 25 april 2007 houdende diverse bepalingen (IV) (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, inzonderheid op artikel 44ter, § 2, 1°, ingevoegd bij de wet van 25 april 2007 houdende diverse bepalingen (IV);
Gelet op de wet van 25 april 2007 houdende diverse bepalingen (IV), inzonderheid op artikel 114;
Gelet op het KB/WIB 92;
Gelet op het advies van de Europese Commissie;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 23 april 2007;
Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Begroting van 27 april 2007;
Gelet op het verzoek om spoedbehandeling, gemotiveerd door de omstandigheid dat : - de datum van inwerkingtreding van artikel 44ter van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 pas kon worden vastgelegd na goedkeuring van de maatregel door de Europese Commissie en deze haar advies pas op 8 maart 2007 heeft gegeven; - de ecologische normen waaraan vaartuigen moet voldoen om een geldige herbelegging te kunnen zijn in het kader van de vrijstelling van meerwaarden verwezenlijkt op binnenschepen als bedoeld in artikel 44ter van het voornoemde Wetboek, zo snel mogelijk moeten worden vastgelegd en bekendgemaakt om de belastingplichtigen toe te laten een gefundeerde keuze te maken op het vlak van hun investeringen;
Dientengevolge de Ministerraad heeft besloten dat het advies van de Raad van State niet wordt aangevraagd, Op de voordracht van Onze Vice-Eerste Minister en Minister van Financiën en van Onze Minister van Mobiliteit en op het advies van Onze in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.In hoofdstuk I van het KB/WIB 92 wordt, na artikel 20, een nieuwe afdeling VIIIter ingevoegd, die artikel 21 bevat, opgeheven bij koninklijk besluit van 12 augustus 1994 en hersteld in de volgende lezing : « Afdeling VIIIter. - Vrijstelling van de meerwaarden gerealiseerd op bepaalde binnenvaartuigen (Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, artikel 44ter, § 2, 1°)
Art. 21.§ 1. Opdat de meerwaarden verwezenlijkt op binnenschepen bestemd voor de commerciële vaart als bedoeld in artikel 44ter van het Wetboek van inkomstenbelastingen 1992, de vrijstelling verkrijgen waarin dat artikel voorziet, moeten de binnenschepen bestemd voor de commerciële vaart die zijn verkregen via herbelegging, beantwoorden aan één van de volgende ecologische normen : 1° het binnenschip is uitgerust met een typegoedgekeurde voortstuwingsmotor conform het Reglement betreffende het Onderzoek van Rijnschepen of het koninklijk besluit van 5 december 2004 houdende normen inzake verontreinigende gasvormige en deeltjesemissies van inwendige verbrandingsmotoren voor mobiele niet voor de weg bestemde machines;2° het binnenschip is uitgerust met een reglementaire technische inrichting ter voorkoming van het uitstromen van brandstof aan boord bij het vullen van de brandstoftanks;3° het binnenschip is uitgerust met een actieve boegbesturing, bedienbaar vanuit het stuurhuis;4° het binnenschip is uitgerust met een reglementaire radar en een éénmansradarstuurstand;5° het binnenschip is uitgerust met een schroefasafdichting die het instromen van water of smeermiddelen in het schip onmogelijk maakt en het uitstromen van waterverontreinigende smeermiddelen vermijdt;6° het binnenschip is zodanig gebouwd of aangepast dat de bodem en de wanden van de ruimen bestaan uit gladde stalen oppervlakten, waarbij de spanten zich niet in het ruim bevinden. § 2. Zodra één van de alternatieve voorwaarden genoemd in § 1 een verplichte norm wordt, moet het binnenschip aan minstens één van de andere alternatieve voorwaarden voldoen om als geldige wederbelegging in aanmerking te kunnen komen. § 3. De in § 1 vastgestelde ecologische normen moeten worden verantwoord door een vermelding ervan in de verplichte technische certificaten of door een verklaring van een klasseringmaatschappij. ».
Art. 2.De artikelen 108 tot 113 van de wet van 25 april 2007 houdende diverse bepalingen (IV) en artikel 1 van dit besluit zijn van toepassing op de meerwaarden die zijn verwezenlijkt vanaf 1 januari 2007 en voor zover de datum van de verwezenlijking ten vroegste behoort tot het belastbare tijdperk dat aan aanslagjaar 2008 verbonden is.
Art. 3.Onze Vice-Eerste Minister en Minister van Financiën en onze Minister van Mobiliteit, zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 11 mei 2007.
ALBERT Van Koningswege : De Vice-Eerste Minister en Minister van Financiën, D. REYNDERS De Minister van Mobiliteit, R. LANDUYT _______ Nota (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, gecoördineerd bij koninklijk besluit van 10 april 1992, Belgisch Staatsblad van 30 juli 1992. Wetten op de Raad van State, gecoördineerd bij koninklijk besluit van 12 januari 1973, Belgisch Staatsblad van 21 maart 1973.
Wet van 25 april 2007, Belgisch Staatsblad van 8 mei 2007, ed. 3.
Koninklijk besluit van 27 augustus 1993 tot uitvoering van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, Belgisch Staatsblad van 13 september 1993.