gepubliceerd op 10 augustus 2001
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 10 juni 1999, gesloten in het Paritair Subcomité voor de metaalhandel, betreffende de loonvorming
11 MEI 2001. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 10 juni 1999, gesloten in het Paritair Subcomité voor de metaalhandel, betreffende de loonvorming (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de metaalhandel;
Op de voordracht van Onze Minister van Werkgelegenheid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 10 juni 1999, gesloten in het Paritair Subcomité voor de metaalhandel, betreffende de loonvorming.
Art. 2.Onze Minister van Werkgelegenheid is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 11 mei 2001.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Subcomité voor de metaalhandel Collectieve arbeidsovereenkomst van 10 juni 1999 Loonvorming (Overeenkomst geregistreerd op 8 oktober 1999 onder het nummer 52512/CO/149.04) HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en werklieden van de ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Subcomité voor de metaalhandel.
Voor de toepassing van deze collectieve arbeidsovereenkomst, wordt onder « werklieden » verstaan de werklieden en de werksters. HOOFDSTUK II. - Lonen Sectie 1. - Meerderjarige werklieden
Art. 2.De minimumuurlonen van de meerderjarige werklieden tewerkgesteld in de bij artikel 1 bepaalde ondernemingen, worden vastgesteld door het Paritair Subcomité voor de metaalhandel.
Sectie 2. - Jonge werklieden
Art. 3.De minimumuurlonen en de werkelijk betaalde uurlonen van de jonge werklieden worden berekend op basis van de minimumuurlonen en de werkelijk betaalde uurlonen van de werklieden van de beroepencategorie waartoe de betrokkenen behoren; zij worden verminderd naargelang van de leeftijd volgens de percentages vermeld in navermelde tabel : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld De verhogingen die voortvloeien uit de in de bovenstaande tabel vermelde doorschuiving, worden verleend : - op 1 januari en op 1 juli voor de werklieden geboren tussen 1 oktober en 31 maart; - op 1 juli en op 1 januari voor de werklieden geboren tussen 1 april en 30 september.
Art. 4.De beroepencategorie waartoe een jonge werkman behoort, wordt vastgesteld volgens de regels bepaald door de collectieve arbeidsovereenkomst van 23 maart 1993, gesloten in het Paritair Subcomité voor de metaalhandel, tot vaststelling van de beroepenclassificatie, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 17 juni 1994 (Belgisch Staatsblad van 30 september 1994).
Sectie 3. - Stagiairs
Art. 5.De stagiair, zoals bepaald bij het koninklijk besluit nr. 230 van 31 december 1983, wordt vanaf 1 juli 1999 tot en met 30 juni 2001 gedurende zijn tweede contractsperiode van zes maanden vergoed aan 100 pct. van het in aanmerking te nemen loon. HOOFDSTUK III. - Koppeling van de lonen aan het indexcijfer van de consumptieprijzen
Art. 6.De minimumuurlonen en de werkelijk betaalde uurlonen zijn gekoppeld aan het indexcijfer van de consumptieprijzen, maandelijks vastgesteld door het Ministerie van Economische Zaken en bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad.
Alle indexberekeningen worden uitgevoerd rekening houdend met de derde decimaal en afgerond tot op het honderdste, het halve honderdste wordt tot het hogere honderdste afgerond.
Art. 7.Vanaf 1999 en de volgende jaren worden de mimimumuurlonen en de werkelijke betaalde uurlonen telkens op 1 mei aangepast aan de reële index.
De aanpassing wordt dan berekend door het indexcijfer van april van het kalenderjaar van de aanpassing te vergelijken met het indexcijfer van de consumptieprijzen van april van het voorafgaande kalenderjaar. HOOFDSTUK IV. - Bijzondere bepalingen
Art. 8.Alle verhogingen of aanpassingen van de lonen worden berekend rekening houdend met de tweede decimaal.
De uitkomst van deze verhogingen of aanpassingen van de lonen wordt tot op de dichtst bijgelegen eenheid afgerond. ...,01 BEF tot en met...,49 BEF wordt afgerond naar de lagere eenheid; ...,50 BEF of meer wordt afgerond naar de hogere eenheid.
Art. 9.Onverminderd bestaande afrondingsregels worden, voor de omrekening in euro, alle bedragen uitgedrukt met 2 decimalen na de eenheid.
Art. 10.Alle verhogingen of aanpassingen van de minimumuurlonen worden op het minimumuurloon van de hulpwerkman (spanning 100) toegepast en schommelen voor de andere categorieën volgens de hierna bepaalde loonspanning : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld
Art. 11.Wanneer een verhoging samenvalt met een aanpassing, wordt de verhoging eerst toegepast. HOOFDSTUK V. - Premies Scheidingspremie
Art. 12.Onverminderd gunstiger bepalingen op ondernemingsvlak wordt aan de bij artikel 1 bedoelde werklieden, die de nacht buiten hun woonplaats doorbrengen omwille van beroepsbezigheden, een scheidingspremie toegekend van 600 BEF per nacht.
Premie voor ploegenarbeid
Art. 13.Onverminderd gunstiger bepalingen op ondernemingsvlak wordt het loon van de werklieden die ploegenarbeid verrichten (vroege en late shift) verhoogd met 10 pct.
Premie voor nachtarbeid
Art. 14.Onverminderd gunstiger bepalingen op ondernemingsvlak wordt het loon van de werklieden die nachtarbeid verrichten (tussen 20 uur en 6 uur) verhoogd met 20 pct. HOOFDSTUK VI. - Slotbepalingen
Art. 15.Deze collectieve arbeidsovereenkomst vervangt deze van 16 juni 1997, gesloten in het Paritair Subcomité voor de metaalhandel, betreffende de loonvorming, algemeen verbindend verklaard bij het koninklijk besluit van 26 april 1999 (Belgisch Staatsblad van 25 november 1999).
Art. 16.Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking met ingang van 1 januari 1999 en is gesloten voor een onbepaalde tijd.
Zij kan door één van de partijen opgezegd worden met een opzegging van drie maand, betekend bij een ter post aangetekende brief, gericht aan de voorzitter van het Paritair Subcomité voor de metaalhandel.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 11 mei 2001.
De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX