gepubliceerd op 25 juli 1997
Koninklijk besluit betreffende de onteigening van onroerende goederen ten behoeve van de Belgische Staat, voor wie optreedt de Regie der Gebouwen
11 JUNI 1997. Koninklijk besluit betreffende de onteigening van onroerende goederen ten behoeve van de Belgische Staat, voor wie optreedt de Regie der Gebouwen
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 26 juli 1962 betreffende onteigeningen ten algemenen nutte, inzonderheid op het artikel 5 tot instelling van een rechtspleging bij dringende omstandigheden;
Gelet op de wet van 1 april 1971, houdende oprichting van een Regie der Gebouwen;
Gelet op de wet van 8 november 1975 houdende goedkeuring van volgende internationale akten: 1. a) Protocol ondertekend te Luxemburg op 13 april 1962, nopens de oprichting van Europese Scholen, vastgesteld onder verwijzing naar het te Luxemburg op 12 april 1957 ondertekende Statuut van de Europese School, inzonderheid artikel 2.b) Protocol betreffende de voorlopige toepassing van het Protocol nopens de oprichting van Europese Scholen, ondertekend te Luxemburg op 13 april 1962.2. Akkoord tussen de Regering van het Koninkrijk België en de Raad van Bestuur van de Europese School, ondertekend te Brussel op 12 oktober 1962, inzonderheid artikel 1; Overwegende het verzoek d.d. 2 februari 1996 van de Raad van Bestuur van de Europese School om over een vierde Europese School op het grondgebied van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest te kunnen beschikken;
Overwegende dat in de Europese School te Ukkel tot in 2003 verschillende bouw- en renovatiewerken gepland zijn;
Overwegende dat de Europese School te Ukkel overbevolkt is en dat het onmogelijk is in de huidige omstandigheden de geplande werken uit te voeren;
Overwegene dat de 600 leerlingen van de lagere school van 1998 tot minstens 2003 elders gehuisvest dienen te worden, teneinde hun veiligheid te waarborgen;
Overwegende dat er in Vorst een leegstaand schoolcomplex staat, waarvan de Federale Staat reeds de eigendommen, gekadastreerd te Vorst, 3e afdeling, sectie B, met nrs. 91 s pie, 82 v4 en 82 r6 heeft verworven;
Overwegende dat de hiervoor verworven terreinen, gebouwen en aanhorigheden de optimale werking van een schoolgemeenschap niet toelaten;
Overwegende dat het verwerven van de aanpalende terreinen, gebouwen en aanhorigheden, eigendom van de Compagnie Foncière Brugmann Molière, noodzakelijk is;
Overwegende dat alle werken om de ingebruikneming van het schoolcomplex te Vorst mogelijk te maken, uiterlijk in juni 1998 dienen voltooid te zijn teneinde de 600 leerlingen van de Europese School te Ukkel naar het schoolcomplex te Vorst te kunnen verhuizen en het schoolprogramma niet in de war te brengen;
Overwegende dat, gelet op voormelde redenen, het algemeen nut de onmiddellijke inbezitneming vordert van de percelen, aangegeven op het plan nr. 30.2352S/Q.60.32 en gelegen op het grondgebied van de gemeente Vorst;
Op de voordracht van Onze Minister van Ambtenarenzaken, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Het algemeen nut vordert de onmiddellijke inbezitneming van de onroerende goederen, nodig voor de uitbreiding van de bestaande Europese School te Ukkel, op het grondgebied van de gemeente Vorst, gekadastreerd te Vorst, 3e afdeling, sectie B, met nr. 91 s pie 2, groot 49 a 93 ca, ingesloten perceel achter de woningen gelegen Brugmannlaan 123-125, het nr. 93 r2, groot 2 a 87 ca, gelegen Berkendaelstraat 68 en het ingesloten perceel aansluitend op voornoemde percelen, gekadastreerd met nr. 93 n2, groot 99 a 37 ca, op het bijbehorend plan nr. BG 30.2352S/Q.60.32 weergegeven.
Art. 2.Bij gebrek aan afstand in der minne worden de percelen vermeld in artikel 1, onteigend en bezet overeenkomstig de wet van 26 juli 1962 betreffende de onteigeningen ten algemenen nutte.
Art. 3.Onze Minister van Ambtenarenzaken is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 11 juni 1997.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Ambtenarenzaken, A. FLAHAUT