gepubliceerd op 26 augustus 2003
Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 14 februari 2001 tot vaststelling van de vergoedingen waaraan het gebruik van openbare diensten betreffende de luchtvaart is onderworpen
11 JULI 2003. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 14 februari 2001 tot vaststelling van de vergoedingen waaraan het gebruik van openbare diensten betreffende de luchtvaart is onderworpen
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 27 juni 1937 houdende herziening van de wet van 16 november 1919 betreffende de regeling der luchtvaart, inzonderheid op het artikel 5, § 1 gewijzigd bij de wet van 2 januari 2001;
Gelet op het koninklijk besluit van 14 februari 2001 tot vaststelling van de vergoedingen waaraan het gebruik van openbare diensten betreffende de luchtvaart is onderworpen, gewijzigd bij koninklijk besluit van 26 maart 2001, inzonderheid op artikel 14;
Gelet op de omstandigheid dat de gewestregeringen bij het ontwerpen van dit besluit betrokken zijn;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 7 juni 2002;
Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Begroting van 11 oktober 2002;
Gelet op de dringende noodzakelijkheid gemotiveerd door de omstandigheid dat de wijze van inning van de vergoeding, bedoeld in artikel 14 van het koninklijk besluit van 14 februari 2001 tot vaststelling van de vergoedingen waaraan het gebruik van openbare diensten betreffende de luchtvaart is onderworpen, ter spijziging van een fonds om de onderzoekskosten te dekken in geval van vliegongevallen en -incidenten en programma's ter bevordering van de luchtvaartveiligheid te dekken, op dit ogenblik ondoeltreffend is en de spijziging van dit fonds verhindert, en zo de onderzoeken inzake vliegongevallen en -incidenten belemmert; dat België zijn internationale verplichtingen, voortvloeiend uit het Verdrag van Chicago, met name die van Bijlage 13 bij het bovengenoemde Verdrag onafgebroken dient na te komen;
Gelet op het advies van de Raad van State, gegeven op 15 januari 2003, met toepassing van artikel 84, eerste lid, 2° van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;
Op de voordracht van Onze Minister belast met Mobiliteit en Vervoer, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Artikel 14 van het koninklijk besluit van 14 februari 2001 tot vaststelling van de vergoedingen waaraan het gebruik van openbare diensten betreffende de luchtvaart is onderworpen, wordt vervangen door de volgende bepaling : «
Art. 14.De vergoeding ter spijziging van een fonds om de onderzoekskosten in geval van vliegongevallen en -incidenten en programma's ter bevordering van de luchtvaartveiligheid te dekken, is verschuldigd bij elke afgifte of hernieuwing van een bewijs van luchtwaardigheid of van een beperkte toelating tot het luchtverkeer.
Deze vergoeding is afhankelijk van de hoogste toegelaten massa bij opstijging (MTOW) van het luchtvaartuig uitgedrukt in kilogram overeenkomstig artikel 15, § 6 van dit besluit en bedraagt : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld
Art. 2.Dit besluit treedt in werking op 1 september 2003.
Art. 3.Onze Minister bevoegd voor de Luchtvaart is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 11 juli 2003.
ALBERT Van Koningswege : De Minister belast met Mobiliteit en Vervoer, Mevr. L. ONKELINX