gepubliceerd op 04 september 1998
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 juni 1997, gesloten in het Paritair Comité voor de banken, betreffende de inspanning voor de risicogroepen
10 JUNI 1998. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 juni 1997, gesloten in het Paritair Comité voor de banken, betreffende de inspanning voor de risicogroepen (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Gelet op het koninklijk besluit van 27 januari 1997 houdende maatregelen ter bevordering van de werkgelegenheid met toepassing van artikel 7, § 2 van de wet van 26 juli 1996 tot bevordering van de werkgelegenheid en tot preventieve vrijwaring van het concurrentievermogen, inzonderheid op hoofdstuk II;
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de banken;
Op de voordracht van Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 30 juni 1997, gesloten in het Paritair Comité voor de banken, betreffende de inspanning voor de risicogroepen.
Art. 2.Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 10 juni 1998.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Tewerkstelling en Arbeid, Mevr. M. SMET _______ Nota (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Koninklijk besluit van 27 januari 1997, Belgisch Staatsblad van 13 februari 1997.
Bijlage Paritair Comité voor de banken Collectieve arbeidsovereenkomst van 30 juni 1997 Inspanning voor de risicogroepen (Overeenkomst geregistreerd op 3 oktober 1997 onder het nummer 45530/CO/310) HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied en draagwijdte van de overeenkomst
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en werknemers van de ondernemingen welke tot de bevoegdheid van het Paritair Comité voor de banken behoren.
Deze overeenkomst wordt afgesloten in uitvoering van de bepalingen voorzien in hoofdstuk II van het koninklijk besluit van 27 januari 1997 houdende maatregelen ter bevordering van de werkgelegenheid met toepassing van artikel 7, § 2 van de wet van 26 juli 1996 tot bevordering van de werkgelegenheid en tot preventieve vrijwaring van het concurrentievermogen (Belgisch Staatsblad van 13 februari 1997).
Zij bepaalt de inspanning van de banksector ten voordele van de risicogroepen voor 1997 en 1998 en stelt de voorwaarden vast waarbinnen de ondernemingen of de sector initiatieven voor risicogroepen kunnen nemen. HOOFDSTUK II. - Definitie van het begrip "risicogroepen"
Art. 2.In het kader van onderhavige collectieve arbeidsovereenkomst worden volgende categorieën van werknemers op sectoraal niveau als risicogroep voor de banksector erkend, onafhankelijk van het genoten onderwijs : 1° de personeelsleden die, wegens herstructurering/reorganisatie of wegens automatisering/informatisering, binnen een bedrijf hun functie verliezen of dreigen te verliezen en die, op basis van bijscholing/recyclage, een andere functie binnen hetzelfde bedrijf zullen kunnen vinden.2° personeelsleden die hetzij op basis van leeftijd, hetzij op basis van scholingsniveau, hetzij op basis van beide, significante moeilijkheden hebben met de omschakeling naar nieuwe functies of nieuwe technologieën.Hierbij zal voorrang verleend worden aan de personeelsleden die geen hoger diploma hebben dan hoger secundair onderwijs. 3° personeelsleden die behoren tot de hierboven gedefinieerde categorieën en die moeten omgeschakeld worden van administratieve en/of operationele naar commerciële taken, om aldus hun mogelijkheden inzake tewerkstelling te blijven ondersteunen.
Art. 3.Andere dan de hierboven in artikel 2 bedoelde werknemers of groepen van werknemers kunnen, in paritair overleg, als dusdanig worden geïdentificeerd op het niveau van de onderneming (voor ondernemingsinitiatieven) of van de sector (voor sectoriële initiatieven). HOOFDSTUK III. - In aanmerking komende ondernemingsinitiatieven
Art. 4.§ 1. Ondernemingen die ten laatste op 31 oktober 1997 een collectieve arbeidsovereenkomst sluiten met een omschrijving van de risicogroepen die valt binnen de definitie zoals hierboven vermeld onder artikel 2 dienen geen storting aan het sectorieel fonds te verrichten, mits toezending, per aangetekend schrijven, van het akkoord aan de voorzitter van het Paritair Comité voor de banken, de sectoriële syndicale organisaties en de Belgische Vereniging van Banken. § 2. Ondernemingen die ten laatste op 31 oktober 1997 een collectieve arbeidsovereenkomst sluiten met een omschrijving van risicogroepen die valt onder het hierboven vermelde artikel 3 verkrijgen vrijstelling van storting aan het paritair fonds na goedkeuring van het akkoord door het Paritair Subcomité voor de tewerkstelling in de sector banken. § 3. Ondernemingen die uiterlijk op 31 oktober 1997 geen collectieve arbeidsovereenkomst hebben afgesloten storten de bijdrage aan het paritair fonds.
Deze ondernemingen kunnen eventuele projecten ter goedkeuring voorleggen aan het Paritair Subcomité voor de tewerkstelling in de sector banken.
Het Paritair Subcomité voor de tewerkstelling in de sector banken houdt bij zijn beoordeling rekening met de criteria zoals vastgesteld in artikel 2.
Art. 5.De mogelijke ondernemingsinitiatieven zoals bedoeld in artikel 4 worden in akkoord met de wettelijke of conventionele overlegorganen in de onderneming vastgelegd.
Bij gebrek aan dergelijke organen worden de initiatieven rechtstreeks ter goedkeuring voorgelegd aan het Paritair Subcomité voor de tewerkstelling in de sector banken. HOOFDSTUK IV. - Toezicht
Art. 6.De sociale partners in de onderneming waken over de correcte uitvoering van de ondernemingsinitiatieven en kunnen zich in geval van betwisting wenden tot het Paritair Subcomité voor de tewerkstelling in de sector banken, dat zich hierover uitspreekt.
De sociale partners in de onderneming maken ieder jaar aan het Paritair Subcomité voor de tewerkstelling in de sector banken een evaluatieverslag en een financieel overzicht van de uitvoering van het ondernemingsinitiatief over, tegen uiterlijk 1 juni van het jaar volgend op het jaar waarop het ondernemingsinitiatief betrekking heeft. HOOFDSTUK V. - Financieel beheer
Art. 7.De inning van de bijdrage van 0,10 pct. in 1997 en in 1998 van de bedrijven die gehouden zijn tot storting gebeurt via het Paritair Fonds voor de Professionele en Syndicale Vorming in de Banksector. Het paritair fonds zorgt eveneens voor de financiering van de in artikel 4, § 3, bedoelde projecten.
Art. 8.De beslissingen van het Paritair Subcomité voor de tewerkstelling in de sector banken, zoals bedoeld in artikel 4, § 3, tweede lid, kunnen er niet toe leiden dat aan een onderneming meer zou worden uitbetaald, dan zijzelf in het fonds heeft gestort, noch dat de beschikbare middelen van het fonds worden overschreden.
Art. 9.De beschikbare middelen van het fonds worden gevormd door de stortingen van de 0,10 pct. in 1997 en 1998 die de ondernemingen desgevallend dienen te storten. HOOFDSTUK VI. - Sectorale initiatieven
Art. 10.Een gedeelte van de in artikel 9 bedoelde beschikbare middelen van het fonds kan worden bestemd voor het ontwikkelen van sectorale initiatieven die een positieve bijdrage betekenen voor de tewerkstelling in de sector, en welke goedgekeurd zijn door het Paritair Subcomité voor de tewerkstelling in de sector banken. HOOFDSTUK VII. - Geldigheidsduur
Art. 11.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 januari 1997. Zij is afgesloten voor onbepaalde duur en voor zolang de bepalingen waarop onderhavige overeenkomst berust ongewijzigd van toepassing zijn, of tot het ogenblik dat de beschikbare fondsen uitgeput zijn. Zij is opzegbaar mits een vooropzeg van drie maanden per aangetekend schrijven aan de voorzitter van het Paritair Comité voor de banken.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 10 juni 1998.
De Minister van Tewerkstelling en Arbeid, Mevr. M. SMET