Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 09 september 2008
gepubliceerd op 06 januari 2009

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 4 december 2007, gesloten in het Paritair Comité voor de diamantnijverheid en -handel, betreffende de brugpensioenregeling in de sector van de diamantnijverheid

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2008013291
pub.
06/01/2009
prom.
09/09/2008
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

9 SEPTEMBER 2008. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 4 december 2007, gesloten in het Paritair Comité voor de diamantnijverheid en -handel, betreffende de brugpensioenregeling in de sector van de diamantnijverheid (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de diamantnijverheid en -handel;

Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 4 december 2007, gesloten in het Paritair Comité voor de diamantnijverheid en -handel, betreffende de brugpensioenregeling in de sector van de diamantnijverheid.

Art. 2.De Minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Athene, 9 september 2008.

ALBERT Van Koningswege : De Vice-Eerste Minister en Minister van Werk en Gelijke Kansen, Mevr. J. MILQUET _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor de diamantnijverheid en -handel Collectieve arbeidsovereenkomst van 4 december 2007 Brugpensioenregeling in de sector van de diamantnijverheid (Overeenkomst geregistreerd op 8 januari 2008 onder het nummer 86247/CO/324)

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de werknemers die ressorteren onder de bevoegdheid van het Paritair Comité voor de diamantnijverheid en -handel, met uitzondering van de technische bedienden.

Art. 2.Bij toepassing van het interprofessioneel akkoord van 18 november 1988 wordt voor de ondernemingen die ressorteren onder de bevoegdheid van het Paritair Comité voor de diamantnijverheid en -handel de leeftijd inzake de toegang tot de brugpensioenregeling na ontslag, veralgemeend tot 58 jaar.

Voormelde brugpensioenregeling wordt geregeld door de geldende wettelijke bepalingen inzake brugpensioen en dient in overeenstemming te zijn met de bepalingen van de generatiepactwet.

Art. 3.§ 1. Onverminderd de bepalingen in § 2 van dit artikel en onverminderd artikel 4 van deze collectieve arbeidsovereenkomst, zijn de bepalingen inzake de aanvullende vergoeding, zoals bedoeld bij de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 van de Nationale Arbeidsraad van 19 december 1974 tot invoering van een regeling van aanvullende vergoeding ten gunste van sommige bejaarde werknemers indien zij worden ontslagen, van toepassing op dit sectoraal brugpensioen. § 2. a) Ingeval een werknemer minder dan 1 jaar volledig werkloos is, moet hij, om recht te hebben op de aanvullende vergoeding, ten minste 1 maand terug bij een werkgever in dienst zijn.

Ingeval een werknemer meer dan één jaar volledig werkloos is, moet hij, om recht te hebben op de aanvullende vergoeding, ten minste zes maanden terug bij een werkgever in dienst zijn. b) Ingeval een werknemer tussen zes maanden en één jaar ziek is, moet hij, om recht te hebben op de aanvullende vergoeding, ten minste één maand terug werken. Ingeval een werknemer meer dan één jaar ziek is, moet hij, om recht te hebben op de aanvullende vergoeding, ten minste zes maanden terug werken. c) Ingeval van loonsverhoging buiten collectieve arbeidsovereenkomst of buiten indexaanpassing moet dit loon gedurende ten minste zes maanden uitgekeerd zijn om in aanmerking te worden genomen voor het berekenen van het netto-referteloon. § 3. Het bedrag van de aanvullende vergoeding wordt verhoogd met 1 EUR per vergoede werkloosheidsdag.

De betalingsmodaliteiten worden vastgelegd door het algemeen beheersorgaan van het "Intern Compensatiefonds voor de diamantsector".

Art. 4.De werknemers die ontslagen zijn in het kader van deze collectieve arbeidsovereenkomst behouden het recht op de aanvullende vergoeding ten laste van de laatste werkgever, wanneer ze het werk hervatten als loontrekkende bij een andere werkgever dan de werkgever die hen ontslagen heeft en die niet behoort tot dezelfde technische bedrijfseenheid als de werkgever die hen heeft ontslagen.

De werknemers die ontslagen zijn in het kader van deze collectieve arbeidsovereenkomst behouden het recht op de aanvullende vergoeding ten laste van de laatste werkgever, ingeval een zelfstandige activiteit in hoofdberoep wordt uitgeoefend, op voorwaarde dat die activiteit niet wordt uitgeoefend voor rekening van de werkgever die hen heeft ontslagen of voor rekening van een werkgever die behoort tot dezelfde technische bedrijfseenheid als de werkgever die hen heeft ontslagen.

Voor de concrete toepassingsmodaliteiten van het behoud van het recht op een aanvullende vergoeding, zoals bepaald in de voorgaande leden, gelden dezelfde modaliteiten als deze bepaald in de artikelen 4bis, 4ter en 4quater van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 van de Nationale Arbeidsraad van 19 december 1974 tot invoering van een regeling van aanvullende vergoeding ten gunste van sommige bejaarde werknemers indien zij worden ontslagen.

Art. 5.De aanvullende vergoeding wordt ten laste genomen door het "Intern compensatiefonds voor de diamantsector" voor de brugpensioneringen vanaf 1 januari 2008.

Art. 6.De collectieve arbeidsovereenkomst van 24 maart 1989 betreffende de brugpensioenregeling (registratienummer 23379), gesloten in het Paritair Comité voor de diamantnijverheid en-handel en algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 11 september 1989 (Belgisch Staatsblad van 10 november 1989), wordt opgeheven op datum van 31 december 2007.

Art. 7.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 januari 2008 en houdt op uitwerking te hebben op 31 december 2009.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 9 september 2008.

De Vice-Eerste Minister en Minister van Werk en Gelijke Kansen, Mevr. J. MILQUET

^