9 OKTOBER 2014. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 13 februari 2014, gesloten in het Paritair Comité voor het vervoer en de logistiek, betreffende de toekenning van een niet-recurrent resultaatsgebonden voordeel (VVM) (1)

FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor het vervoer en de logistiek;

Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 13 februari 2014, gesloten in het Paritair Comité voor het vervoer en de logistiek, betreffende de toekenning van een niet-recurrent resultaatsgebonden voordeel (VVM).

Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 9 oktober 2014.

FILIP Van Koningswege : De Minister van Werk, Mevr. M. DE CONINCK _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor het vervoer en de logistiek Collectieve arbeidsovereenkomst van 13 februari 2014 Toekenning van een niet-recurrent resultaatsgebonden voordeel (VVM) (Overeenkomst geregistreerd op 28 april 2014 onder het nummer 120811/CO/140) HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied

Artikel 1.§ 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers die ressorteren onder het Paritair Comité voor het vervoer en de logistiek behorend tot de subsector van het gemeenschappelijk personenvervoer over de weg en wiens activiteit bestaat uit het verzekeren van geregeld vervoer in opdracht van de Vlaamse Vervoermaatschappij alsook op de leden van hun rijdend personeel die aan de uitvoering van dit vervoer zijn toegewezen. § 2. Onder "geregeld vervoer" wordt verstaan : het personenvervoer verricht voor rekening van de VVM en de SRWT-TEC, ongeacht de capaciteit van het voertuig en ongeacht het soort aandrijving van de gebruikte vervoermiddelen. Dit vervoer wordt verricht volgens de volgende criteria : een welbepaald traject en een welbepaald, geregeld uurrooster. De passagiers worden opgehaald en afgezet aan vooraf vastgelegde halten. Dit vervoer is toegankelijk voor iedereen, zelfs indien, in voorkomend geval, het verplicht is de reis vooraf te re-serveren. § 3. Met "rijdend personeel" worden zowel de vrouwelijke als de mannelijke leden van het rijdend personeel bedoeld. HOOFDSTUK II Toekenning van een niet-recurrent resultaatsgebonden voordeel

Art. 2.Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt afgesloten ter uitvoering van artikel 2 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 21 november 2013 betreffende de sociale programmatie 2013-2014 voor het rijdend personeel van de VVM-exploitanten.

Art. 3.Het niet-recurrent voordeel gebonden aan het behalen van een collectieve doelstelling wordt vastgelegd in het toekenningsplan opgenomen als bijlage bij deze collectieve arbeidsovereenkomst.

Art. 4.§ 1. Artikel 23 van de wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités wordt niet toegepast. § 2. Het voordeel zoals opgenomen in onderhavige collectieve arbeidsovereenkomst wordt bijgevolg niet stilzwijgend geïncorporeerd in de individuele arbeidsovereenkomst. § 3. Onderhavige collectieve arbeidsovereenkomst creëert geen verworven rechten voor de toekomst. Wanneer zij ophoudt uitwerking te hebben, zal dit voordeel niet langer bestaan.

Art. 5.§ 1. Aan het voordeel zoals bepaald in onderhavige collectieve arbeidsovereenkomst, kunnen geen rechten worden ontleend, met uitzondering van de betaling ervan door de werkgever bij het behalen van de beoogde doelstelling. § 2. Het voordeel wordt niet opgenomen in de berekeningsgrondslag van andere elementen, zoals de opzeggingstermijn of de compenserende opzeggingsvergoeding, de berekening van het vakantiegeld, van het loon van een feestdag, van het gewaarborgd loon en van de eindejaarspremie. HOOFDSTUK 3. - Inwerkingtreding en geldigheidsduur

Art. 6.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 januari 2014 en houdt op uitwerking te hebben op 31 december 2014.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 9 oktober 2014.

De Minister van Werk, Mevr. M. DE CONINCK

Bijlage aan de collectieve arbeidsovereenkomst van 13 februari 2014, gesloten in het Paritair Comité voor het vervoer en de logistiek, betreffende de toekenning van een niet-recurrent resultaatsgebonden voordeel (VVM) Toekenningsplan van een niet-recurrent resultaatsgebonden voordeel 1) Voorwoord De werkgevers van de privé-ondernemingen die behoren tot de subsector van de geregelde diensten die behoort tot het Paritair Comité voor het vervoer en de logistiek, voeren geregeld vervoer uit voor rekening van de Vlaamse Vervoermaatschappij-De Lijn.Dit geregeld vervoer wordt beheerd door de VVM-De Lijn en deels uitgevoerd door deze privébedrijven die een contractuele relatie hebben met de VVM-De Lijn.

De rechten en plichten van beide partijen worden bepaald in het bestek en in het contract.

Krachtens dit bestek innen deze ondernemingen de vervoerprijs in naam en voor rekening van de VVM-De Lijn.

Op deze manier dragen zij rechtstreeks bij tot de verwezenlijking van de collectieve doelstelling vastgelegd in onderhavig toekenningsplan. 2) Betrokken ondernemingen en werknemers Het toekenningsplan is van toepassing op de werkgevers behorend tot de subsector van het geregeld vervoer die behoort tot het Paritair Comité voor het vervoer en de logistiek en die geregeld vervoer uitvoert voor rekening van de Vlaamse Vervoermaatschappij (VVMDe Lijn), alsook op de leden van hun rijdend personeel toegewezen aan de uitvoering van dit geregeld vervoer. Onder "leden van het rijdend personeel" wordt verstaan : de vrouwelijke en mannelijke leden van het personeel behorend tot de categorie van het rijdend personeel. 2 700 leden van het rijdend personeel zijn betrokken bij dit toekenningsplan. 3) Meetbare doelstellingen De doelstelling wordt gemeten op basis van de cijfers met betrekking tot de ontvangsten van de VVM. Zij bestaat er in om een verhoging van de ontvangsten van de VVM te realiseren tijdens de periode van 1 januari 2014 tot en met 30 juni 2014 (referteperiode) ten opzichte van de periode van 1 januari 2013 tot en met 30 juni 2013.

Op 30 juni 2013 bedroegen de ontvangsten van de VVM 71.542.846,53 EUR. De leden van het rijdend personeel zullen over dit bedrag geïnformeerd worden via een rondschrijven van de VRA (Vlaamse Raad van Autobus- en Autocarondernemers en van Reisorganisatoren), gericht aan de ondernemingen en door hen aangeplakt. 4) Referteperiode De referteperiode loopt van 1 januari 2014 tot en met 30 juni 2014.5) Opvolg- en controlemethode De opvolging en de controle zal gebeuren aan de hand van de cijfers met betrekking tot de ontvangsten van de VVM. De leden van het rijdend personeel zullen over de bereikte resultaten geïnformeerd worden via een rondschrijven van de VRA (Vlaamse Raad van Autobus- en Autocarondernemers en van Reisorganisatoren), gericht aan de ondernemingen en door hen aangeplakt. 6) Voordeel dat kan toegekend worden Het niet-recurrente resultaatsgebonden voordeel bedraagt 140 EUR bruto voor een voltijdse werknemer bij het behalen van de beoogde doelstelling.7) Berekeningsmodaliteiten van het voordeel Voor de leden van het rijdend personeel die in dienst zijn geweest tijdens de volledige referteperiode, vermeld onder 3), gebeurt de berekening pro rata het effectief tewerkstellingspercentage en de effectieve arbeidsprestaties tijdens die periode in de onderneming. De volgende periodes worden gelijkgesteld met effectieve arbeidsprestaties : - jaarlijkse vakantie; - arbeidsongeschiktheid wegens ziekte of ongeval in het privéleven (met een maximum van twee jaar), moederschaps- of vaderschapsverlof; - tijdelijke ongeschiktheid wegens arbeidsongeval of beroepsziekte; - staking en syndicale opdrachten; - verlof voor familiale gebeurtenissen, burgerlijke opdrachten en dwingende familiale redenen.

Voor de leden van het rijdend personeel die in dienst treden tijdens de referteperiode, vermeld onder 3), wordt de bonus berekend pro rata van 1/181e per gepresteerde of gelijkgestelde arbeidsdag.

Wanneer een lid van het rijdend personeel tijdens de referteperiode : - ontslag neemt omwille van een dringende reden in hoofde van de werkgever; - door de werkgever ontslagen wordt om een andere dan een dringende reden; - met pensioen gaat; - toetreedt tot het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag (brugpensioen); - overlijdt in actieve dienst, gebeurt de berekening pro rata de effectieve arbeidsprestaties tijdens die periode. Er wordt rekening gehouden met de hierboven bepaalde periodes van gelijkstelling. De bonus wordt berekend pro rata van 1/181e per gepresteerde of gelijkgestelde arbeidsdag.

Dezelfde regeling geldt bij beëindiging van een contract van bepaalde duur of een duidelijk omschreven werk.

Wanneer een lid van het rijdend personeel tijdens de referteperiode, vermeld onder 3), wordt ontslagen om dringende reden of zelf ontslag neemt om een andere dan een dringende reden in hoofde van de werkgever, heeft hij geen recht op de bonus. 8) Datum van betaling Het voordeel wordt betaald met de loonafrekening van augustus 2014.9) Betwisting met betrekking tot het bereiken van de doelststelling Iedere betwisting met betrekking tot het bereiken van de doelstelling wordt voorgelegd aan het Paritair Comité voor het vervoer en de logistiek.10) Geldigheidsduur van het plan Het plan is geldig van 1 januari 2014 tot en met 31 december 2014. Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 9 oktober 2014.

De Minister van Werk, Mevr. M. DE CONINCK