gepubliceerd op 26 juni 2006
Koninklijk besluit tot vaststelling van de samenstelling, de werkwijze en de bevoegdheden van het beheerscomité van de Staatsdienst met afzonderlijk beheer belast met het beheer van de paspoorten, visa, identiteitskaarten voor Belgen in het buitenland en legalisaties
9 MEI 2006. - Koninklijk besluit tot vaststelling van de samenstelling, de werkwijze en de bevoegdheden van het beheerscomité van de Staatsdienst met afzonderlijk beheer belast met het beheer van de paspoorten, visa, identiteitskaarten voor Belgen in het buitenland en legalisaties
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de programmawet van 27 december 2005, inzonderheid op de artikelen 14, 15 en 16;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 9 november 2005;
Gelet op de akkoordbevinding van onze Minister van Begroting, verleend op 20 februari 2006;
Gelet op het advies nr. 39.845/4 van de Raad van State, gegeven op 8 maart 2006;
Op de voordracht van Onze Minister van Buitenlandse Zaken en van Onze Minister van Begroting, Hebben Wij besloten en besluiten Wij : HOOFDSTUK I. - Samenstelling
Artikel 1.Er wordt een comité opgericht tot beheer van de Staatsdienst met afzonderlijk beheer belast met het beheer van de paspoorten, visa, identiteitskaarten voor Belgen in het buitenland en legalisaties, hierna genoemd « Beheerscomité », dat is samengesteld uit : 1° de Voorzitter van het Directiecomité van de FOD Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, die van rechtswege Voorzitter is;2° de directeur-generaal van de Directie-generaal Consulaire Zaken van de FOD Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, die van rechtswege ondervoorzitter is;3° de adviseur-generaal van de Directie Personenverkeer;4° de stafdirecteur Begroting & Beheerscontrole van de FOD Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking;5° de stafdirecteur ICT van de FOD Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking;6° een vertegenwoordiger van de FOD Budget en Beheerscontrole. De voorzitter wijst een secretaris aan.
Art. 2.Het lid bedoeld in artikel 1, 6° wordt aangesteld door de Minister van Begroting, na overleg met de Minister van Buitenlandse Zaken, voor een periode van vier jaar.
Als een lid ontslag neemt of overlijdt, wordt het onmiddellijk vervangen. Het nieuwe lid voltooit het mandaat van zijn voorganger.
Met uitzondering van de Voorzitter en van de ondervoorzitter duidt de bevoegde Minister voor de leden van het Beheerscomité een vaste plaatsvervanger aan. HOOFDSTUK II. - Werkwijze
Art. 3.Het Beheerscomité beraadslaagt onder het voorzitterschap van de voorzitter of, bij diens afwezigheid, van de ondervoorzitter. Bij staking van stemmen is de stem van de voorzitter van de vergadering beslissend.
Het Beheerscomité vergadert ten minste viermaal per jaar. De voorzitter roept schriftelijk minstens acht werkdagen vooraf de leden bijeen en dit ambtshalve of op verzoek. De bijeenroeping op verzoek gebeurt op initiatief van één of meer leden. De bijeenroeping vermeldt de agenda. De bijeenroeping op verzoek vermeldt de punten die de betrokken leden op de agenda plaatsen.
Het Beheerscomité kan slechts geldig beraadslagen indien de meerderheid van zijn leden aanwezig is. Indien het quorum niet wordt bereikt, kan het Comité, na een tweede bijeenroeping, geldig beraadslagen over dezelfde agenda, ongeacht het aantal aanwezige leden.
Van de beraadslagingen van het Beheerscomité worden notulen opgesteld die door de voorzitter en de secretaris worden ondertekend. HOOFDSTUK III. - Bevoegdheden
Art. 4.Het Beheerscomité is inzonderheid belast met : 1° het goedkeuren van een ontwerp van jaarlijkse begroting dat alle ontvangsten en alle uitgaven en het jaarlijkse investeringsplan bevat;2° het goedkeuren van de eventuele wijzigingen van het budget;3° het goedkeuren vóór 31 maart van de rekening van uitvoering van de begroting, de beheersrekeningen, de vermogensrekeningen van het afgelopen begrotingsjaar en het jaarlijkse activiteitenverslag;4° het uitbrengen van adviezen op eigen initiatief of op verzoek van de Minister van wie de Staatsdienst met afzonderlijk beheer belast met het beheer van de paspoorten, visa, identiteitskaarten voor Belgen in het buitenland en legalisaties afhangt, in verband met de werking van de Staatsdienst met afzonderlijk beheer belast met het beheer van de paspoorten, visa, identiteitskaarten voor Belgen in het buitenland en legalisaties;5° het organiseren van het beheer over het vermogen van de Staatsdienst met afzonderlijk beheer belast met het beheer van de paspoorten, visa, identiteitskaarten voor Belgen in het buitenland en legalisaties.6° het aanduiden van de rekenplichtige van de rekening van de ontvangsten en uitgaven. HOOFDSTUK IV. - Inwerkingtreding
Art. 5.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt. HOOFDSTUK V. - Slotbepaling
Art. 6.Onze Minister van Buitenlandse Zaken en Onze Minister van Begroting zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te, Brussel, 9 mei 2006.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Buitenlandse Zaken, K. DE GUCHT De Minister van Begroting, Mevr. Fr. VAN DEN BOSSCHE