gepubliceerd op 30 mei 1998
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 19 maart 1997, gesloten in het Paritair Comité voor de notarisbedienden, tot wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 22 september 1994 houdende maatregelen ten voordele van oudere bedienden en tot bevordering van de tewerkstelling in het notariaat
9 MAART 1998. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 19 maart 1997, gesloten in het Paritair Comité voor de notarisbedienden, tot wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 22 september 1994 houdende maatregelen ten voordele van oudere bedienden en tot bevordering van de tewerkstelling in het notariaat (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Gelet op de collectieve arbeidsovereenkomst van 22 september 1994, gesloten in het Paritair Comité voor de notarisbedienden, houdende maatregelen ten voordele van oudere bedienden en tot bevordering van de tewerkstelling in het notariaat, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 7 juni 1995;
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de notarisbedienden;
Op de voordracht van Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 19 maart 1997, gesloten in het Paritair Comité voor de notarisbedienden, tot wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 22 september 1994 houdende maatregelen ten voordele van oudere bedienden en tot bevordering van de tewerkstelling in het notariaat.
Art. 2.Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te BRUSSEL, 9 maart 1998.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Tewerkstelling en Arbeid, Mevr. M. SMET
Bijlage Paritair Comité voor de notarisbedienden Collectieve arbeidsovereenkomst van 19 maart 1997 Wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 22 september 1994 houdende maatregelen ten voordele van oudere bedienden en tot bevordering van de tewerkstelling in het notariaat (Overeenkomst geregistreerd op 1 juli 1997 onder het nummer 44391/CO/216)
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en de bedienden die onder het Paritair Comité voor de notarisbedienden ressorteren.
Art. 2.Artikel 2 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 22 september 1994 houdende maatregelen ten voordele van oudere bedienden en tot bevordering van de tewerkstelling in het notariaat, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 7 juni 1995, bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad van 26 juli 1995 en verlengd door de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 mei 1996, wordt gewijzigd, als volgt : «
Art. 2.De collectieve arbeidsovereenkomst wordt onder andere gesloten krachtens artikel 26 van het koninklijk besluit van 24 december 1993 ter uitvoering van de wet van 6 januari 1989 tot vrijwaring van 's lands concurrentievermogen, zoals aangevuld en gewijzigd door latere wetten en uitvoeringsbesluiten en collectieve arbeidsovereenkomsten, en krachtens andere tewerkstellingsinitiatieven.
Zij heeft onder andere tot doel : a) de bedienden voor te bereiden op hun pensioen, door vermindering van hun arbeidsduur, zodat zij op deze wijze tevens hun knowhow kunnen overdragen aan een jongere opvolger;b) andere tewerkstellingsinitiatieven te nemen, te bevorderen en te financieren";c) de promotie van het notariaat in het kader van de tewerkstelling. ».
Art. 3.Artikel 3 van dezelfde collectieve arbeidsovereenkomst wordt gewijzigd, als volgt : «
Art. 3.Voor toepassing van deze overeenkomst wordt bedoeld met : 1° loopbaanonderbreking : de onderbreking van de beroepsloopbaan ingericht door de artikelen 100 en volgende van de herstelwet van 22 januari 1985 houdende sociale bepalingen;2° oudere bedienden : alle personeelsleden die vijftig jaar oud of meer zijn, en die minimaal twee derde tewerkgesteld zijn sedert meer dan 12 maanden in hetzelfde kantoor of in dezelfde notariële instelling;3° vermindering van de arbeidsduur : vermindering van de arbeidsduur op dagelijkse of wekelijkse basis of volgens de modaliteiten tussen partijen afgesloten;4° toetredingsakte houdende een bedrijfsplan : bedrijfsplan tot herverdeling van de arbeid, door invoering van verminderde arbeidsduur met compenserende vervanging; 5° compenserende vervanging : aanwerving van een bediende, werkzoekende ingeschreven bij de R.V.A. of uitkeringsgerechtigde werkloze, teneinde de bediende die zijn arbeidsduur vermindert, minstens halftijds te vervangen; 6° onderbrekingsuitkering : toegekende uitkering door de R.V.A. aan de bediende die met zijn werkgever overeenkomt om zijn arbeidsduur te verminderen en die door een uitkeringsgerechtigde volledig werkloze vervangen wordt; het bedrag van de uitkering wordt bij koninklijk besluit van 2 januari 1991 en latere wijzigingen vastgesteld; 7° conventionele vergoeding voor vermindering van de arbeidsduur : een vergoeding gelijk aan minimaal 40 pct.van het gederfde brutoloon in verhouding tot de maand die deze van de arbeidsduurvermindering voorafgaat, beperkt tot het maximum van de 6e categorie, onder aftrek van de onderbrekingsuitkering indien deze door de R.V.A. in voorkomend geval wordt uitbetaald. Een minimum kan vastgesteld worden door de raad van bestuur van nagemelde vereniging zonder winstoogmerk "Financieringsfonds voor de tewerkstelling in het notariaat". »
Art. 4.Artikel 4 van dezelfde collectieve arbeidsovereenkomst wordt gewijzigd, als volgt : «
Art. 4.De vermindering van de arbeidsduur stemt overeen met een vermindering gaande van een vijfde tot de helft van een voltijdse arbeidsduur. Zij neemt van rechtswege een einde op de pensioenleeftijd of de datum van de vervroegde inwerkingtreding van het wettelijke pensioen of bij de aanvang van het conventioneel brugpensioen of het halftijds brugpensioen.
De vermindering kan door de werkgever en door de bediende die zijn arbeidsduur vermindert, in gemeenschappelijk akkoord herzien of herroepen worden. ».
Art. 5.Artikel 5 van dezelfde collectieve arbeidsovereenkomst wordt gewijzigd, als volgt : «
Art. 5.Elke oudere bediende die voldoet aan de voorwaarden om van een arbeidsduur vermindering te genieten, en wiens werkgever een toetredingsakte heeft neergelegd, heeft recht op de voordelen voorzien in artikel 6 hierna.
De overeenkomst houdende vermindering van de arbeidsduur dient schriftelijk afgesloten te worden overeenkomstig artikel 11bis van de wet van 3 juli 1978. Bovendien kan dezelfde overeenkomst bevatten : de duur van de overeenkomst en de modaliteiten en beschikkingen die na het verstrijken van deze overeenkomst van toepassing zullen zijn. ».
Art. 6.Artikel 6 van dezelfde collectieve arbeidsovereenkomst wordt gewijzigd, als volgt : «
Art. 6.Ter compensatie van de vermindering van het loon ten gevolge van de vermindering van de arbeidsduur, heeft de oudere bediende recht op : 1. de eventuele onderbrekingsuitkering die hem door de R.V.A., zonder tussenkomst van de werkgever, zal gestort worden; 2. de conventionele vergoeding voor vermindering van de arbeidsduur welke maandelijks door het "Financieringsfonds" zal uitbetaald worden;3. storting door de werkgever van het supplement van de patronale bijdrage in de groepsverzekering berekend op het bedrag van het gederfde brutoloon ingevolge de arbeidsduurvermindering.».
Art. 7.Artikel 7 van dezelfde collectieve arbeidsovereenkomst wordt gewijzigd, als volgt : «
Art. 7.Als tegenprestatie voor de vermindering van de arbeidsduur van een oudere bediende, moet de werkgever hem vervangen door een werkzoekende of volledig werkloze bediende, en dit krachtens een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd voor minstens een halftijdse tewerkstelling.
De vervanging moet aanvangen binnen een termijn van zes weken die aanvangt vier weken vóór de arbeidsduurvermindering.
In geval een einde komt aan de arbeidsovereenkomst van de vervanger, beschikt de werkgever over 15 kalenderdagen om een nieuwe vervanger aan te werven. ».
Art. 8.Artikel 8 van dezelfde collectieve arbeidsovereenkomst wordt gewijzigd, als volgt : «
Art. 8.Gelet op de verplichte vervanging voor onbepaalde duur wordt aan de werkgever een financiële tegemoetkoming ten laste van het "Financieringsfonds voor de Tewerkstelling in het Notariaat" wegens die compenserende aanwerving uitgekeerd. Het bedrag en de modaliteiten van de tegemoetkoming zullen jaarlijks door de raad van bestuur van het Financieringsfonds vastgelegd worden. Deze tegemoetkoming stemt minimaal overeen met 10 pct. van het maandelijks brutoloon van de aangeworven bediende, beperkt tot de beginwedde van de 6e categorie.
Zij wordt uitgekeerd in de loop van de maand volgend op elk burgerlijk kwartaal. ».
Art. 9.Artikel 9 van dezelfde collectieve arbeidsovereenkomst wordt gewijzigd, als volgt : «
Art. 9.De werkgever die niet tot een bedrijfsplan is toegetreden en die een bijkomende tewerkstelling met aanwerving voor onbepaalde tijd ten opzichte van 31 december van het voorlaatste jaar dat de datum van indiensttreding voorafgaat, heeft verwezenlijkt, heeft recht op een eenmalige aangroeipremie voor tewerkstelling ten laste van het "Financieringsfonds voor de tewerkstelling in het notariaat". Deze is gelijk aan minimaal 5 pct. van het bruto jaarloon van de bijkomende bediende. Hij wordt uitgekeerd binnen de maand na het verstrijken van het eerste tewerkstellingsjaar.
Het juiste bedrag en de nadere modaliteiten hieromtrent kunnen door de raad van bestuur van voormeld "Financieringsfonds" vastgesteld worden. ».
Art. 10.Na artikel 9 van dezelfde collectieve arbeidsovereenkomst worden de volgende bepalingen ingelast : « Hoofdstuk IIIbis - Tussenkomsten
Art. 9bis.De conventionele vergoedingen worden gekoppeld aan het indexcijfer van de consumptieprijzen, dat maandelijks wordt vastgesteld door het Ministerie van Economische Zaken en wordt bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad.
Zij worden aangepast zoals de lonen van het notarispersoneel, overeenkomstig de modaliteiten en beschikkingen van artikel 18 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 2 februari 1989 houdende de arbeids- en loonvoorwaarden, en voor de eerste maal in mei 1997.
Als aanvangsindexcijfer geldt het rekenkundig gemiddelde van het indexcijfer van de maanden september, oktober, november en december 1996, of 121,06 punten.
Art. 9ter.Andere tussenkomsten voor tewerkstellingsinitiatieven, vastgesteld bij collectieve arbeidsovereenkomsten, kunnen ook door gemelde vereniging zonder winstoogmerk gedragen worden, zoals voor : - brugpensioen en halftijds brugpensioen : * op zich nemen en terugbetaling van de hieromtrent te betalen aanvullende vergoedingen en bijdragen en kosten ten laste van de werkgever; - beroepsopleiding en vorming van het notarispersoneel : * op zich nemen en betaling van verplaatsingsonkosten cursisten, inschrijvings- en lesgelden, kosten voor cursusboeken en lesgevers, kosten van vormings- en recyclagedagen; - kinderopvang, teneinde het notarispersoneel de mogelijkheid te verschaffen te werken en/of te blijven werken, zelfs met kleinere kinderen : * betaling aan personeel van kosten voor kinderopvang; - arbeidsherverdeling, deeltijdse arbeid en loopbaanonderbreking : * tegemoetkoming aan de werkgever die inspanningen doet om dit te realiseren in zijn kantoor, alsmede aan de werknemer die hierdoor enige financiële benadeling zou lijden; - promotie van het notariaat in het kader van de tewerkstelling : * op zich nemen en betaling van kosten van deze promotie.
De modaliteiten en beschikkingen hieromtrent zullen door de raad van bestuur van gemelde vereniging zonder winstoogmerk uitgewerkt worden. ».
Art. 11.Artikel 10 van dezelfde collectieve arbeidsovereenkomst wordt gewijzigd als volgt : «
Art. 10.De financiering van het "Financieringsfonds" gebeurt bij middel van een bijdrage van 0,50 pct. op de lonen berekend zoals voorzien in artikel 170, § 2 van de wet van 29 december 1990 houdende sociale bepalingen en is ten laste van de werkgevers. ».
Art. 12.Artikel 11 van dezelfde collectieve arbeidsovereenkomst wordt gewijzigd als volgt : «
Art. 11.Een "Financieringsfonds voor de tewerkstelling in het notariaat" werd onder vorm van een vereniging zonder winstoogmerk opgericht. Het wordt belast met het innen van de bijdragen waarvan sprake in artikel 10, alsook met het uitbetalen van de vergoedingen en premies. Het wordt paritair beheerd en zal eenmaal per jaar een het paritair comité verantwoording afleggen over zijn beheer. ».
Art. 13.Artikel 12 van dezelfde collectieve arbeidsovereenkomst wordt gewijzigd als volgt : «
Art. 12.De bijdrage waarvan sprake in artikel 10 is verschuldigd op de uitgekeerde lonen, vanaf 1 oktober 1994.
De vrijwillige vermindering van de arbeidsduur is in werking getreden voor de toetredignsakten houdende een bedrijfsplan afgesloten vanaf 1 oktober 1994. ».
Art. 14.Artikel 13 van dezelfde collectieve arbeidsovereenkomst wordt gewijzigd als volgt : «
Art. 13.Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking met ingang van 1 oktober 1994 en is gesloten voor onbepaalde duur. Zij kan door elk van de contracterende partijen slechts worden opgezegd met een opzeggingstermijn van ten minste zes maanden.
Deze opzegging moet gebeuren bij een ter post aangetekende brief gericht aan de voorzitter van het Paritair Comité voor de notarisbedienden en aan de ondertekende organisaties. ».
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 9 maart 1998.
De Minister van Tewerkstelling en Arbeid, Mevr. M. SMET
(1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Koninklijk besluit van 7 juni 1995, Belgisch Staatsblad van 26 juli 1995.