gepubliceerd op 27 mei 1998
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 26 mei 1997, gesloten in het Paritair Comité voor de textielnijverheid uit het administratief arrondissement Verviers, betreffende het halftijds brugpensioen
9 MAART 1998. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 26 mei 1997, gesloten in het Paritair Comité voor de textielnijverheid uit het administratief arrondissement Verviers, betreffende het halftijds brugpensioen (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Gelet op de collectieve arbeidsovereenkomst nr 55 van 13 juli 1993 gesloten in de Nationale Arbeidsraad, tot instelling van een regeling van aanvullende vergoeding voor sommige oudere werknemers in geval van halvering van de arbeidsprestaties, algemeen verbindend verkaard bij koninklijk besluit van 17 november 1993, inzonderheid op artikel 3;
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de textielnijverheid uit het administratief arrondissement Verviers;
Op de voordracht van Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 26 mei 1997, gesloten in het Paritair Comité voor de textielnijverheid uit het administratief arrondissement Verviers, betreffende het halftijds brugpensioen.
Art. 2.Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 9 maart 1998.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Tewerkstelling en Arbeid, Mevr. M. SMET
Bijlage Paritair Comité voor de textielnijverheid uit het administratief arrondissement Verviers Collectieve arbeidsovereenkomst van 26 mei 1997 Halftijds brugpensioen (Overeenkomst geregistreerd op 16 september 1997, onder het nummer 45074/CO/123) HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werklieden (werksters) die tewerkgesteld zijn in een voltijdse arbeidsregeling ter uitvoering van een arbeidsovereenkomst, alsmede op de werkgevers die hen tewerkstellen en die behoren tot het ressort van het Paritair Comité voor de textielnijverheid uit het administratief arrondissement Verviers.
Onder voltijdse arbeidsregeling wordt verstaan : de arbeidsregeling bedoeld in hoofdstuk III, arbeidstijd en rusttijd, van de arbeidswet van 16 maart 1971. HOOFDSTUK II. - Draagwijdte van de overeenkomst
Art. 2.De aanvullende vergoeding, ingevoerd bij collectieve arbeidsovereenkomst nr. 55 van 13 juli 1993 gesloten in de Nationale Arbeidsraad, tot instelling van een regeling van aanvullende vergoeding voor sommige oudere werknemers in geval van halvering van de arbeidsprestaties, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 17 november 1993, wordt toegekend aan de in artikel 1 bedoelde werknemers, voor zover zij op het ogenblik waarop de halvering van de arbeidsprestaties ingaat de leeftijd van 55 jaar hebben bereikt.
De werklieden (werksters) die met hun werkgever overeenkomen om hun arbeidsprestaties te halveren, kunnen deze regeling genieten. Deze overeenkomst wordt schriftelijk vastgesteld overeenkomstig de bepalingen van artikel 11 bis van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten. HOOFDSTUK III Voorwaarden om recht te hebben op de aanvullende vergoeding
Art. 3.De in artikel 2 van deze collectieve arbeidsovereenkomst bedoelde werknemers hebben recht op de aanvullende vergoeding op voorwaarde : - dat zij de werkloosheidsuitkering ontvangen waarin is voorzien voor deze categorie van werknemers door de reglementering inzake de werkloosheidsverzekering; - dat zij in de loop van de 12 maanden, te rekenen van datum tot datum, die onmiddellijk voorafgaan aan de halvering van hun arbeidsprestaties in dienst zijn geweest van dezelfde onderneming in een voltijdse arbeidsregeling zoals is bepaald in artikel 1 van deze collectieve arbeidsovereenkomst; - dat het aantal arbeidsuren in de arbeidsregeling voor deeltijdse arbeid, na de halvering van de arbeidsprestaties, per arbeidscyclus gemiddeld gelijk is aan de helft van het aantal arbeidsuren begrepen in een normale voltijdse arbeidsregeling in de onderneming. HOOFDSTUK IV. - Bedrag en betaling van de aanvullende vergoeding
Art. 4.De aanvullende vergoeding wordt berekend en aangepast zoals is aangegeven in de artikelen 5 tot 10 van de voormelde collectieve arbeidsovereenkomst nr. 55.
Art. 5.De betaling van de aanvullende vergoeding valt ten laste van de werkgever van de betrokken werkman (werkster).
De betrokken werkman (werkster) ontvangt zijn (haar) vergoeding, hetzij tot de datum waarop zijn (haar) rustpensioen ingaat, hetzij tot de datum waarop zijn (haar) arbeidsovereenkomst verstrijkt.
De betaling van de aanvullende vergoeding geschiedt maandelijks, of, met de instemming van de betrokken partijen, bij het verstrijken van de normale periodes van loonuitbetaling in de onderneming, op voorwaarde dat deze periodes niet de duur van één maand overschrijden. HOOFDSTUK V. - Overgang naar het voltijds brugpensioen
Art. 6.De betrokken werkman (werkster) kan aanspraak maken op de aanvullende vergoeding voor sommige bejaarde werknemers, indien zij worden ontslagen, onder de voorwaarden bepaald in de collectieve arbeidsovereenkomst van 26 mei 1997, gesloten in het Paritair Comité voor de textielnijverheid uit het administratief arrondissement Verviers, betreffende de toekenning van een aanvullende vergoeding voor sommige bejaarde werknemers, indien zij worden ontslagen.
Indien hij (zij) op dat ogenblik niet de leeftijd voor het voltijds brugpensioen heeft bereikt, kan de opzeggingstermijn pas ingaan op de eerste dag van de maand die volgt op die waarin hij (zij) deze leeftijd heeft bereikt, of op elk ander tijdstip dat door de reglementering terzake is bepaald en toegestaan.
Art. 7.Ingeval de werkman (werkster) aanspraak kan maken op de toepassing van de bepalingen van artikel 6, wordt de aanvullende vergoeding voor sommige bejaarde werknemers, indien zij worden ontslagen, berekend alsof hij (zij) zijn (haar) arbeidsprestaties niet had gehalveerd.
Te dien einde wordt het brutoloon van de werknemer voor zijn halftijdse arbeidsprestaties vermenigvuldigd met twee. HOOFDSTUK VI. - Slotbepalingen
Art. 8.Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten in uitvoering van titel III, hoofdstuk IV van de wet van 26 juli 1996 tot bevordering van de werkgelegenheid en tot preventieve vrijwaring van het concurrentievermogen en in uitvoering van het koninklijk besluit van 24 februari 1997 houdende nadere voorwaarden met betrekking tot de tewerkstellingsakkoorden in toepassing van de artikelen 7, § 2, 30, § 2, en 33 van de voornoemde wet van 26 juli 1996.
Zij treedt in werking op 1 januari 1997 en wordt gesloten voor de periode van 1 januari 1997 tot 31 december 1998.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 9 maart 1998.
De Minister van Tewerkstelling en Arbeid, Mevr. M. SMET
(1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Koninklijk besluit van 17 november 1993, Belgisch Staatsblad van 4 december 1993.