gepubliceerd op 11 januari 2010
Koninklijk besluit houdende toekenning van een toelage aan het Ziekenhuis Heilig Hart van Jezus gelegen te Mol voor de organisatie van een interventiedienst op het vlak van de dringende geneeskundige hulpverlening van het type ambulance met een verpleegkundige gespecialiseerd in de intensieve zorg en spoedgevallenzorg aan boord en houdende vaststelling van de toekenningsvoorwaarden voor deze toelage
9 DECEMBER 2009. - Koninklijk besluit houdende toekenning van een toelage aan het Ziekenhuis Heilig Hart van Jezus gelegen te Mol voor de organisatie van een interventiedienst op het vlak van de dringende geneeskundige hulpverlening van het type ambulance met een verpleegkundige gespecialiseerd in de intensieve zorg en spoedgevallenzorg aan boord en houdende vaststelling van de toekenningsvoorwaarden voor deze toelage
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 8 juli 1964 betreffende de dringende geneeskundige hulpverlening, gewijzigd bij de wetten van 22 februari 1994, 22 februari 1998, 14 januari 2002, 2 augustus 2002, 9 juli 2004, 24 juli 2008 en 19 december 2008;
Gelet op de wet van 22 mei 2003 houdende organisatie van de begroting en van de comptabiliteit van de federale Staat, de artikelen 121 tot 124;
Gelet op de wet van 13 januari 2009 houdende de algemene uitgavenbegroting voor het begrotingsjaar 2009;
Gezien het gunstig advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 3 november 2009;
Op de voordracht van de Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Er wordt een toelage van 60.000 euro die moet worden ondergebracht in de basisallocatie 52/21.33.00.05 van het budget van de Federale Overheidsdienst Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu, hierna « de FOD » genoemd, voor het budgettaire jaar 2009 toegekend aan : Het erkende ziekenhuis dat bestaat onder de naam « Ziekenhuis Heilig Hart van Jezus », waarvan de maatschappelijke zetel zich bevindt in 2400 Mol, Gasthuisstraat, 1, en dat het volgende statuut heeft : VZW.
Art. 2.§ 1. Een proefproject « PIT » wordt als volgt gedefinieerd : een ambulancevoertuig voor dringende geneeskundige hulpverlening, beantwoordend aan de uiterlijke kenmerken, met aan boord minstens een verpleegkundige houder van de bijzondere beroepstitel van verpleegkundige gespecialiseerd in de intensieve zorg en spoedgevallenzorg, en vertrekkend uit en behorend tot een erkende functie gespecialiseerde spoedgevallenzorg, hierna « GUD » genoemd, binnen de dringende geneeskundige hulpverlening en waarvan het personeel buiten de « PIT »-prestaties ingezet wordt in de het ziekenhuis. § 2. De overeenkomst betreffende het « PIT »-proefproject afgesloten tussen het Directoraat-generaal Basisgezondheidszorg en Crisisbeheer van de FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu en het ziekenhuis bedoeld in artikel 1 maakt integraal deel uit van dit besluit.
Art. 3.§ 1. Als tegenprestatie voor deze toelage, verbindt het ziekenhuis er zich toe om zijn middelen in het kader van het « PIT »-proefproject ter beschikking te stellen voor het uitvoeren van de volgende opdrachten : -de permanente inzet van een « PIT »-team dat voorzien is van een voertuig en aangepast materiaal, vanuit de GUD-functie en als respons op de opvordering door de aangestelde van het eenvormig oproepstelsel in het kader van de dringende geneeskundige hulpverlening; - de deelname aan de registratie van de « PIT »-opdrachten volgens de modaliteiten die zijn vastgesteld door de FOD teneinde een toereikende analysebasis te vormen voor de evaluatie van de plaats van de projecten in de organisatie van de dringende geneeskundige hulpverlening in België en de evaluatie van een toekomstige programmatie; - de uitwerking van strategieën inzake lokale communicatie in coördinatie met de FOD. Op het vlak van de interne organisatie van de « PIT »-projecten : - de ontwikkeling van de competenties en het uitbouwen, via een aangepaste interne coaching, van een toegenomen polyvalentie van de verpleegkundigen, houders van de bijzondere beroepstitel van verpleegkundige gespecialiseerd in de intensieve zorg en spoedgevallenzorg, die in het « PIT » actief zijn, ongeacht de diensten van het ziekenhuis waar ze zijn tewerkgesteld; - de ontwikkeling van een strategie inzake beheer van de competenties van de verwijzende artsen; - de ontwikkeling van een teammanagement en van een begeleiding van de verpleegkundigen zodat hun psychosociaal comfort zo groot mogelijk wordt gemaakt in deze nieuwe activiteit en in de nieuwe verantwoordelijkheden die daaruit voortvloeien; - de ontwikkeling van de integratie van de « PIT »-beheerstructuur in een GUD-functie en de afstemming met het beheer van de MUG-functie wanneer deze bestaat; - het ontwerpen van lokalen die vereist zijn voor de organisatie van het « PIT »-team binnen de GUD-functie; - het opzetten van een proefproject rond de integratie van de eerstelijnszorg in het beheer van het « PIT »-instrument.
Op niveau van het management van de « PIT »-projecten : - intern een beheerstabel definiëren, zoals de Balanced ScoreCard of een daaraan gelijkaardig instrument; - regelmatig een intern stuurcomité organiseren; - maandelijks aan de afgevaardigden van de FOD een verslag bezorgen met een beknopte stand van zaken van het project en van de meest acute problematieken die op korte termijn moeten worden behandeld; - deelnemen aan een extern stuurcomité waar de afgevaardigden van de FOD aanwezig zijn alsook een aantal leden die zijn aangewezen door de FOD in een methodologische fiche « PIT-Stuurgroep »; - deelnemen aan een door de FOD georganiseerde oefening bij het afsluiten van het project, voor de projecten waarvan de werking het « PIT »-team ertoe brengt om een routinefunctie in het ziekenhuis te worden, en die op termijn het statuut van proefproject zullen verliezen; - actief deelnemen aan het delen van kennis, instrumenten en methoden die in het « PIT »-projectbeheer worden gebruikt, binnen een logica van netwerking tussen de verschillende teams die zich in het hele land bevinden. § 2. De managementactiviteiten moeten worden gerealiseerd in het kader van deze toelage. De andere activiteiten zullen door het ziekenhuis kunnen worden gekozen.
Art. 4.§ 1. De activiteiten zullen het voorwerp van een verslag uitmaken, dat in de interne « PIT »-stuurgroep zal worden besproken en zal worden bezorgd aan de FOD. § 2. De FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu kan aan de verantwoordelijken van de « PIT »-projecten vragen om het verslag te komen voorstellen en om deel te nemen aan een gedachtewisseling in de lokalen van de FOD.
Art. 5.De inlichtingen en resultaten verkregen in het kader van de gesubsidieerde opdrachten zijn vertrouwelijk en mogen slechts ten wetenschappelijke titel worden gepubliceerd na goedkeuring door de FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu.
Art. 6.§ 1. De toelage bepaald in artikel 1 betreft de periode van 1 juli 2009 tot 30 juni 2010. § 2. De toelage wordt vereffend in de vorm van : 1) een voorschot dat ten vroegste een maand na de publicatie in het Belgisch Staatsblad.Dit bedrag wordt vastgesteld op 50.000 euro; 2) een saldo dat niet meer dan 10.000 euro mag bedragen. § 3. Het saldo wordt voorgelegd aan de FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu in de vorm van een bewijsstuk op het volgende adres : FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu, Budget en Beheerscontrole-Logistiek, Boekhouding 9 C, Eurostation II, Victor Hortaplein 40, bus 10, 1060 Brussel.
Onder bewijsstuk wordt minimaal het verslag bedoeld in artikel 4 waarin de gesubsidieerde activiteiten worden toegelicht en de kostenrekening per initiatief gedetailleerd wordt omschreven.
Zijn toegelaten : - de personeelskosten; - de aankoop van klein materiaal; - de werkingskosten.
De investeringen kunnen worden toegelaten indien ze passen in het kader van de doelstellingen van de toelage, maar enkel voor het bedrag van de waardevermindering van het materiaal. De interesten van leningen kunnen niet in aanmerking worden genomen. § 4. Voor hun vereffening worden de schuldvorderingen betreffende de kosten geviseerd door de afgevaardigden van de FOD in het nationaal Stuurcomité van het « PIT »-project.
Art. 7.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 juli 2009.
Art. 8.De Minister bevoegd voor Volksgezondheid is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 9 december 2009.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, Mevr. L. ONKELINX