gepubliceerd op 07 oktober 1997
Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 28 oktober 1996 tot vaststelling van de extra betalingen van de zoogkoeienpremie en de speciale premie voor producenten van rundvlees
8 SEPTEMBER 1997. Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 28 oktober 1996 tot vaststelling van de extra betalingen van de zoogkoeienpremie en de speciale premie voor producenten van rundvlees
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 28 maart 1975 betreffende de handel in landbouw-, tuinbouw- en zeevisserijprodukten;
Gelet op de wet van 16 december 1996 houdende vierde aanpassing van de Algemene Uitgavenbegroting van het begrotingsjaar 1996 en tweede aanpassing van de Rijksmiddelenbegroting van het begrotingsjaar 1996;
Gelet op de wet van 4 juli 1962 betreffende de openbare statistiek, inzonderheid op artikel 5;
Gelet op de verordening (EEG) nr. 805/68 van de Raad van 27 juni 1968, houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector rundvlees, laatst gewijzigd bij verordening (EG) nr. 894/96 van 29 april 1996;
Gelet op de verordening (EG) nr. 1357/96 van de Raad van 8 juli 1996 tot vaststelling van extra betalingen in 1996 bovenop de premiebedragen die zijn vastgesteld in Verordening (EEG) nr. 805/68 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector rundvlees en tot wijziging van die verordening, inzonderheid op artikel 5;
Gelet op de verordening (EG) nr. 1504/96 van de Commissie van 29 juli 1996 houdende bepalingen ter uitvoering van verordening (EG) nr. 1357/96 van de Raad tot vaststelling van extra betalingen in 1996 bovenop de premiebedragen die zijn vastgesteld in verordening (EEG) nr. 805/68 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector rundvlees, en tot wijziging van die verordening, en houdende wijziging, ten aanzien van de verwerkingspremie, van verordening (EEG) nr. 3886/92 tot vaststelling van de uitvoeringsbepalingen inzake de premieregeling in de rundvleessector;
Gelet op het koninklijk besluit van 28 oktober 1996 tot vaststelling van de extra betalingen van de zoogkoeienpremie en de speciale premie voor producenten van rundvlees;
Gelet op het koninklijk besluit van 1 juni 1992 waarbij een jaarlijkse landbouw- en tuinbouwtelling per 15 mei wordt voorgeschreven, inzonderheid op artikel 12;
Gelet op het overleg met de Gewestregeringen;
Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, gewijzigd bij de wetten van 9 augustus 1980, 16 juni 1989, 4 juli 1989, 6 april 1995 en 4 augustus 1996;
Gelet op de dringende noodzakelijkheid;
Overwegende dat de rundvleesmarkt ernstig is verstoord wegens de boviene spongiforme encefalopathie (BSE) en dat het noodzakelijk is om onverwijld extra steunbetalingen te verrichten ten einde de toekomst van de rundvleessector veilig te stellen, Overwegende dat het onontbeerlijk is beroep te doen op de gegevens van de land-en tuinbouwtelling, beschikbaar bij het Nationaal Instituut voor de Statistiek, om de uitbetaling van de steun binnen de gestelde termijnen te kunnen uitvoeren, Overwegende dat nochtans de mogelijkheid moet voorzien worden om andere gegevens te gebruiken, Op de voordracht van Onze Minister van Landbouw en de Kleine en Middelgrote Ondernemingen, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Artikel 1 van het koninklijk besluit van 28 oktober 1996 tot vaststelling van de extra betalingen van de zoogkoeienpremie en de speciale premie voor producenten van rundvlees wordt aangevuld als volgt : « Een nationaal premiesupplement wordt toegekend aan de producent die in 1995 deelgenomen heeft aan de landbouw- en tuinbouwtelling conform de bepalingen van het koninklijk besluit van 1 juni 1992 waarbij een jaarlijkse landbouw- en tuinbouwtelling per 15 mei wordt voorgeschreven.
Het nationaal premiesupplement wordt toegekend voor het aantal melkkoeien en het aantal zoogkoeien dat door de producent werd aangegeven onder de respectievelijke codes 521 en 522 van model 1 van de vragenlijst vastgelegd in de bijlage van het koninklijk besluit van 1 juni 1992 bedoeld in het vorige lid.
Het nationale premiesupplement per aangegeven melkkoe bedraagt 653 BEF. Het nationale premiesupplement per zoogkoe bedraagt 1.419 BEF. De Minister kan andere bijzondere berekeningswijzen vastleggen.
De betalingen, bedoeld in het eerste lid, die verricht worden na 15 oktober 1996, worden ten laste gebracht van de middelen voorzien bij de wet van 16 december 1996 houdende vierde aanpassing van de Algemene Uitgavenbegroting van het begrotingsjaar 1996 en tweede aanpassing van de Rijksmiddelenbegroting van het begrotingsjaar 1996, op de basisallocatie 31.52.20.3155 van het Ministerie van Middenstand en Landbouw binnen de limieten van de niet-gebruikte middelen van deze basisallocatie. »
Art. 2.Artikel 2 van hetzelfde besluit wordt aangevuld als volgt : « De betaling aan de rechthebbende producenten van het in artikel 1 bedoelde nationale premiesupplement gebeurt door uitgifte van één of meerdere circulaire cheques.
Op straf van uitsluiting dient elk bezwaar per aangetekende brief te worden ingediend bij het Ministerie van Middenstand en Landbouw, Bestuur voor het landbouwproduktiebeheer (DG3) binnen de maand die volgt op de publicatie van dit besluit. »
Art. 3.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 14 april 1997.
Art. 4.Onze Minister van Landbouw en de Kleine en Middelgrote Ondernemingen is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Châteauneuf-de-Grasse, 8 september 1997.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Landbouw en de Kleine en Middelgrote Ondernemingen, K. PINXTEN