Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 07 november 2021
gepubliceerd op 08 december 2021

Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 18 oktober 2004 betreffende de organisatie, de samenstelling en de werkwijze van de Raad van het Begrotingsfonds voor de grondstoffen en de producten

bron
federale overheidsdienst volksgezondheid, veiligheid van de voedselketen en leefmilieu
numac
2021022485
pub.
08/12/2021
prom.
07/11/2021
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

7 NOVEMBER 2021. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 18 oktober 2004Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 18/10/2004 pub. 25/11/2004 numac 2004022871 bron federale overheidsdienst volksgezondheid, veiligheid van de voedselketen en leefmilieu Koninklijk besluit betreffende de organisatie, de samenstelling en de werkwijze van de Raad van het Begrotingsfonds voor de grondstoffen en de producten sluiten betreffende de organisatie, de samenstelling en de werkwijze van de Raad van het Begrotingsfonds voor de grondstoffen en de producten


FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 24 december 1976 betreffende de budgettaire voorstellen 1976-1977, artikel 82, vierde lid, ingevoegd bij de wet van 21 december 1994 en gewijzigd bij de wet van 28 maart 2003;

Gelet op het koninklijk besluit van 18 oktober 2004Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 18/10/2004 pub. 25/11/2004 numac 2004022871 bron federale overheidsdienst volksgezondheid, veiligheid van de voedselketen en leefmilieu Koninklijk besluit betreffende de organisatie, de samenstelling en de werkwijze van de Raad van het Begrotingsfonds voor de grondstoffen en de producten sluiten betreffende de organisatie, de samenstelling en de werkwijze van de Raad van het Begrotingsfonds voor de grondstoffen en de producten;

Gelet op het advies van de inspecteur van Financiën, gegeven op 22 maart 2021;

Gelet op de adviesaanvraag 69.596/3 binnen dertig dagen, die op 11 juni 2021 bij de Raad van State is ingediend, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Overwegende dat het advies niet is meegedeeld binnen die termijn;

Gelet op artikel 84, § 4, tweede lid, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Op de voordracht van de Minister van Volksgezondheid, de Minister van Landbouw en de Minister van Leefmilieu, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Artikel 2 van het koninklijk besluit van 18 oktober 2004Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 18/10/2004 pub. 25/11/2004 numac 2004022871 bron federale overheidsdienst volksgezondheid, veiligheid van de voedselketen en leefmilieu Koninklijk besluit betreffende de organisatie, de samenstelling en de werkwijze van de Raad van het Begrotingsfonds voor de grondstoffen en de producten sluiten betreffende de organisatie, de samenstelling en de werkwijze van de Raad van het Begrotingsfonds voor de grondstoffen en de producten, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 21 mei 2013, wordt vervangen als volgt : « Art.2. De Raad wordt opgericht bij het Directoraat Generaal (hierna DG) Dier, Plant en Voeding - Dienst Gewasbeschermingsmiddelen en Meststoffen van de Federale Overheidsdienst Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu. ».

Art. 2.Artikel 3 van hetzelfde besluit, vervangen bij het koninklijk besluit van 21 mei 2013, wordt vervangen als volgt: «

Art. 3.De Raad bestaat uit drieëntwintig leden en is als volgt samengesteld: 1° tien ambtenaren van de Federale Overheidsdienst Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu: a) de directeur-generaal van het DG Dier, Plant en Voeding;b) zes ambtenaren van het DG Dier, Plant en Voeding, waarvan vier van de Dienst Gewasbeschermingsmiddelen en Meststoffen, één van de Dienst Voedingsmiddelen, Dierenvoeders en andere consumptieproducten en één van de Dienst Inspectie Consumptieproducten;c) drie ambtenaren van het DG Leefmilieu, waarvan twee van de Afdeling Productbeleid en Chemische Stoffen en een van de Dienst CITES;2° een ambtenaar van het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen (hierna FAVV);3° een afgevaardigde van de minister bevoegd voor Begroting;4° twee vertegenwoordigers van PHYTOFAR vzw;5° een vertegenwoordiger van ESSENSCIA vzw;6° een vertegenwoordiger van BE-SUP vzw;7° een vertegenwoordiger van BACHI vzw;8° een vertegenwoordiger van DETIC vzw;9° een vertegenwoordiger van BIOPLUS vzw;10° een vertegenwoordiger van PROBOIS vzw;11° twee vertegenwoordigers van de landbouwsector;12° één vertegenwoordiger van het geheel van de verenigingen waarvan de leden de retributies verschuldigd zijn zoals bedoeld in artikel 13, § 1, van het koninklijk besluit van 13 november 2011Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 13/11/2011 pub. 29/11/2011 numac 2011024326 bron federale overheidsdienst volksgezondheid, veiligheid van de voedselketen en leefmilieu Koninklijk besluit tot vaststelling van de retributies en bijdragen verschuldigd aan het Begrotingsfonds voor de grondstoffen en de producten sluiten tot vaststelling van de retributies en bijdragen verschuldigd aan het Begrotingsfonds voor de grondstoffen en de producten.».

Art. 3.Artikel 4 van hetzelfde besluit, vervangen bij het koninklijk besluit van 21 mei 2013, wordt vervangen als volgt: «

Art. 4.De leden bedoeld bij artikel 3, 1°, c) en hun plaatsvervangers worden voorgedragen door de Minister bevoegd voor Leefmilieu.

Het lid bedoeld bij artikel 3, 2° en zijn plaatsvervanger worden voorgedragen door de gedelegeerd bestuurder van het FAVV. Het lid bedoeld bij artikel 3, 3° en zijn plaatsvervanger worden voorgedragen door de Minister bevoegd voor Begroting.

De leden bedoeld bij artikel 3, 4° tot 10° worden voorgedragen door de betrokken beroepsvereni-gingen. ».

Art. 4.Artikel 5 van hetzelfde besluit, vervangen bij het koninklijk besluit van 21 mei 2013, wordt vervangen als volgt: «

Art. 5.Een plaatsvervanger kan het lid bij afwezigheid vervangen.

De leden en hun plaatsvervangers worden aangewezen door de Minister.

De plaatsvervanger heeft dezelfde bevoegdheden als het lid en voldoet aan dezelfde bepalingen inzake voordracht en aanwijzing. ».

Art. 5.De Minister bevoegd voor Volksgezondheid, de Minister bevoegd voor Landbouw en de Minister bevoegd voor Leefmilieu zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 7 november 2021.

FILIP Van Koningswege : De Minister van Volksgezondheid, F. VANDENBROUCKE De Minister van Landbouw, D. CLARINVAL De Minister van Leefmilieu, Z. KHATTABI

^