Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 07 mei 2023
gepubliceerd op 30 augustus 2023

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 11 oktober 2021, gesloten in het Paritair Comité voor de gezondheidsinrichtingen en -diensten, betreffende de procedures voor de invoering van een nieuwe sectorale functieclassificatie en voor de rapportering aan de vzw IFIC

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2023041834
pub.
30/08/2023
prom.
07/05/2023
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

7 MEI 2023. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 11 oktober 2021, gesloten in het Paritair Comité voor de gezondheidsinrichtingen en -diensten, betreffende de procedures voor de invoering van een nieuwe sectorale functieclassificatie en voor de rapportering aan de vzw IFIC (1)


FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de gezondheidsinrichtingen en -diensten;

Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 11 oktober 2021, gesloten in het Paritair Comité voor de gezondheidsinrichtingen en -diensten, betreffende de procedures voor de invoering van een nieuwe sectorale functieclassificatie en voor de rapportering aan de vzw IFIC.

Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 7 mei 2023.

FILIP Van Koningswege : De Minister van Werk, P.-Y. DERMAGNE _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor de gezondheidsinrichtingen en -diensten Collectieve arbeidsovereenkomst van 11 oktober 2021 Procedures voor de invoering van een nieuwe sectorale functieclassificatie en voor de rapportering aan de vzw IFIC (Overeenkomst geregistreerd op 23 augustus 2022 onder het nummer 174488/CO/330) De ondertekenende partijen erkennen dat de aanpassing van de lonen op basis van deze nieuwe sectorale functieclassificatie slechts mogelijk is voor zover de vereiste financiering afgesproken in het tripartiete sectorale kaderakkoord van de Waalse non-profitsector voor de periode 2021-2024, gesloten op 27 mei 2021 tussen de sociale partners enerzijds, en de Waalse regering anderzijds, gewaarborgd wordt en ter beschikking wordt gesteld door de bevoegde overheden. De ondertekenende partijen engageren zich om binnen dit gewaarborgd budgettair kader te opereren. HOOFDSTUK I. Toepassingsgebied

Artikel 1.§ 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en de werknemers van de inrichtingen en diensten die hieronder worden vermeld en die door het Waalse Gewest worden erkend en/of gesubsidieerd : - de rusthuizen voor bejaarden, de rust- en verzorgingstehuizen, de dagverzorgingscentra, de assistentiewoningen, de dagcentra voor bejaarden, de centra voor kortverblijf voor bejaarden; - de psychiatrische verzorgingstehuizen; - de initiatieven voor beschut wonen; - de revalidatiecentra met inbegrip van de multidisciplinaire begeleidingsequipes palliatieve zorgen. § 2. In het kader van deze collectieve arbeidsovereenkomst, moet worden verstaan : - onder "werkgever" : iedere natuurlijke of rechtspersoon die, krachtens de wet, een instelling kan vertegenwoordigen en engageren (gezondheidsinrichting of -dienst) en die werknemers tewerkstelt die ressorteren onder het toepassingsgebied van deze overeenkomst; - onder "werknemer" : het mannelijk en vrouwelijk personeel; - onder "subsector" : de inrichtingen en diensten die worden vermeld onder elk lid van dit artikel en § 1 ervan. § 3. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is niet van toepassing op de artsen of het directiepersoneel zoals bedoeld in artikel 4, 4° van de wet van 4 december 2007Relevante gevonden documenten type wet prom. 04/12/2007 pub. 07/12/2007 numac 2007012768 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Wet betreffende de sociale verkiezingen van het jaar 2008 type wet prom. 04/12/2007 pub. 16/04/2008 numac 2008000345 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de sociale verkiezingen van het jaar 2008. - Duitse vertaling sluiten betreffende de sociale verkiezingen, en dit, wat betreft het directiepersoneel, met uitzondering van de bepalingen betreffende de verplichte loonrapportering vermeld in artikel 20.

Concreet beteken dit dat er geen enkele sectorale referentiefunctie moet worden toegewezen of meegedeeld aan het directiepersoneel, maar dat gegevens met betrekking tot het directiepersoneel kunnen worden verzameld in het kader van de verplichte loonrapportering, en dit, om in de toekomst over bruikbare gegevens te beschikken ter ondersteuning van de denkoefeningen met betrekking tot de integratie van directiefuncties in de sectorale functieclassificatie. § 4. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op het studentenpersoneel, met uitzondering van de artikelen 21, § 2 - § 4, en de artikelen 22 tot 26. Concreet betekent dit dat het studentenpersoneel een sectorale referentiefunctie moet toegewezen krijgen volgens de procedure vastgesteld in deze overeenkomst en moet worden opgenomen in de verplichte loonrapportering, maar dat de beroepsprocedure op hen niet van toepassing is. § 5. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is niet van toepassing op werknemers die in dienst treden vanaf 9 januari 2023. Werknemers die in dienst treden vanaf 9 januari 2023, krijgen onmiddellijk een sectorale referentiefunctie toegewezen zoals opgenomen in bijlage 1 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 28 september 2016 "tot het bepalen van sectorale referentiefuncties en een sectorale functieclassificatie" (registratienummer 135642/CO/330) en zijn uitgesloten van de procedures zoals beschreven in deze collectieve arbeidsovereenkomst. § 6. Een besluit tot beëindiging van de arbeidsovereenkomst voorafgaand aan 9 januari 2023 sluit de werknemer uit van het toepassingsgebied van deze collectieve arbeidsovereenkomst, op voorwaarde dat deze niet meer in dienst zal zijn op 27 februari 2023. HOOFDSTUK II. - Actoren

Art. 2.§ 1. Werkgever : - De werkgever wijst de procesverantwoordelijke aan (alsook de voorzitter van de begeleidingscommissie en de voorzitter van de interne beroepscommissie, als hij valt onder hoofdstuk 5.1 van deze overeenkomst). Hij waakt erover dat de procesverantwoordelijke (en de leden van deze commissies, in voorkomend geval) de ad hoc IFIC opleidingen volg(t)en. - De werkgever waakt erover dat de procesverantwoordelijke (alsook de voorzitter van de begeleidingscommissie en de voorzitter van de interne beroepscommissie, als hij valt onder hoofdstuk 5.1 van deze overeenkomst) over de nodige middelen beschik(ken)t om zijn (hun) taak te vervullen. - De werkgever is verantwoordelijk voor het besluit inzake toewijzing van de sectorale functies aan de werknemers. Hij meldt de ontbrekende functies van zijn instelling aan de vzw IFIC. § 2. Intern paritair overlegorgaan : - Wanneer de instelling beschikt over een paritair overlegorgaan, wordt onder "intern paritair overlegorgaan" verstaan de ondernemingsraad (OR) of, bij ontstentenis, het comité voor preventie en bescherming op het werk (CPBW) of, bij ontstentenis, de syndicale delegatie (SD) van de instelling. - Voor de instellingen die een centraal paritair overlegorgaan hebben (OR of, bij ontstentenis, CPBW of, bij ontstentenis, SD op het niveau van een werkgeversgroepering), kunnen de opdrachten die door deze overeenkomst aan het intern paritair overlegorgaan worden toegekend, in voorkomend geval en met het akkoord van de lokale sociale partners, worden gedelegeerd aan dit centraal paritair overlegorgaan. § 3. Procesverantwoordelijke : De procesverantwoordelijke wordt aangesteld door en werkt onder de eindverantwoordelijkheid van de werkgever. Hij vergemakkelijkt de uitvoering van de implementatie van de functieclassificatie : hij adviseert en stuurt aan. - In de instellingen die geen intern of centraal paritair overlegorgaan hebben en niet beschikken over minstens een halftijdse administratieve medewerker die gemachtigd is om toegang te hebben tot de HR gegevens van de personeelsleden, kan de werkgever in voorkomend geval zelf de taak van procesverantwoordelijke uitoefenen. - In de instellingen die behoren tot een werkgeversgroepering moet in elke instelling van de groep verplicht een procesverantwoordelijke worden aangewezen. Bovendien kan, met het akkoord van de lokale sociale partners, een bijkomende procesverantwoordelijke op het niveau van de werkgeversgroepering worden aangesteld. § 4. Begeleidingscommissie : - De begeleidingscommissie moet de werkgever alsook de procesverantwoordelijke ondersteunen bij de toewijzing van de functies. In dat verband kan de begeleidingscommissie de werkgever en de procesverantwoordelijke bijstaan wanneer de begeleidingscommissie dit nodig acht. De begeleidingscommissie wordt samengesteld door het intern paritair overlegorgaan. - Voor de instellingen zonder intern paritair overlegorgaan, wordt de begeleidingscommissie samengesteld op het niveau van elke subsector die valt onder het toepassingsgebied van deze collectieve arbeidsovereenkomst met, indien nodig, een opsplitsing per geografische zone. In dit geval spreken we over een sectorale begeleidingscommissie. Het Paritair Comité voor de gezondheidsinrichtingen en -diensten bepaalt de samenstelling van de sectorale begeleidingscommissies. § 5. Interne beroepscommissie : - De interne beroepscommissie heeft als taak het intern beroep van de werknemer tegen de toegewezen sectorale referentiefunctie(s), de vaststelling van een ontbrekende functie en/of categorie in het kader van een ontbrekende functie en/of de verdeling van de arbeidstijd in het kader van een hybride functie te bespreken, te oordelen over de ontvankelijkheid van het beroep en te beslissen over een alternatieve functietoewijzing of, in geval van een ontbrekende functie, een alternatieve categorie of, in geval van een hybride functie, over een verdeling overeenkomstig de bepalingen van deze collectieve arbeidsovereenkomst. Het intern paritair overlegorgaan bepaalt de samenstelling van de interne beroepscommissie. - Voor de instellingen zonder intern paritair overlegorgaan wordt de "interne" beroepscommissie opgericht op het niveau van elke subsector die valt onder het toepassingsgebied van deze collectieve arbeidsovereenkomst met, indien nodig, een opsplitsing per geografische zone. We spreken in dat geval van een sectorale beroepscommissie. Het Paritair Comité voor de gezondheidsinrichtingen en-diensten bepaalt de samenstelling van de sectorale beroepscommissies. § 6. Externe beroepscommissie : De externe beroepscommissie moet het extern beroep van de werknemer bespreken met betrekking tot de toegewezen sectorale referentiefunctie(s), de vaststelling van een ontbrekende functie of de toewijzing van een categorie in het geval van een ontbrekende functie, en/of de verdeling van de arbeidstijd in het geval van een hybride functie. De externe beroepscommissie onderzoekt de ontvankelijkheid van het beroep en beslist over een alternatieve functietoewijzing, een alternatieve categorie in het geval van een ontbrekende functie, of een alternatieve verdeling van functies bij hybride functies overeenkomstig de bepalingen van deze collectieve arbeidsovereenkomst. Het Paritair comité voor de gezondheidsinrichtingen en -diensten bepaalt de samenstelling van de externe beroepscommissie. § 7. De vzw IFIC : De vzw IFIC is de systeemhouder van de classificatiemethode onderliggend aan de sectorale functieclassificatie zoals beschreven in de collectieve arbeidsovereenkomst van 28 september 2016 "tot het bepalen van sectorale referentiefuncties en een sectorale functieclassificatie" (registratienummer 135642/CO/330). HOOFDSTUK III. - Doel

Art. 3.§ 1. Enerzijds bepaalt deze collectieve arbeidsovereenkomst de procedures die moeten gevolgd worden om de sectorale referentiefuncties, zoals beschreven in de collectieve arbeidsovereenkomst van 28 september 2016 "tot het bepalen van sectorale referentiefuncties en een sectorale functieclassificatie" (registratienummer 135642/CO/330), toe te wijzen aan de werknemers tewerkgesteld in de instellingen die vallen onder het toepassingsgebied van deze collectieve arbeidsovereenkomst, evenals de te ondernemen stappen in de instellingen met het oog op de implementatie van deze nieuwe functieclassificatie. § 2. Deze collectieve arbeidsovereenkomst geeft uitvoering aan de maatregelen betreffende de implementatie van IFIC bedoeld in de artikelen 1 en 3 van het tripartiete intersectoraal kaderakkoord van de Waalse non-profitsector voor de periode 2021-2024 gesloten op 27 mei 2021 tussen de sociale partners enerzijds, en de Waalse regering anderzijds. § 3. De procedures bepaald voor de toepassing van deze collectieve arbeidsovereenkomst verlopen in 4 afzonderlijke stappen : - stap 1 : fase van de voorbereiding van de toewijzingen van de sectorale referentiefuncties (en van de verplichte loonrapportering); - stap 2 : fase van de rapportering van de toewijzingen en de loongegevens aan de vzw IFIC; - stap 3 : fase van de mededeling van de individuele toewijzingen; - stap 4 : beroepsfase.

Deze collectieve arbeidsovereenkomst bepaalt in haar hoofdstukken V, VII en VIII de procedures voor de fasen 1, 3 en 4.

De procedure die de werkgever moet volgen in het kader van de verplichte rapportering aan de vzw IFIC van de toewijzingen van sectorale referentiefuncties en een aantal specifieke loongegevens (fase 2) is vastgesteld in hoofdstuk VI van deze overeenkomst en zal uiterlijk tegen 31 december 2021 worden opgenomen in een specifieke arbeidsovereenkomst. HOOFDSTUK IV. - Kalender van de verscheidenen stappen

Art. 4.Voor een optimaal verloop van de diverse stappen beschreven in artikel 3 van deze collectieve arbeidsovereenkomst, zorgen de werkgevers ervoor dat ze de deadlines naleven vermeld in het schema van bijlagen 2 en 3 van deze collectieve arbeidsovereenkomst. Deze kalender stuurt de instellingen aan met het oog op de organisatie van alle noodzakelijke activiteiten.

De ondernemingsraad (OR), of bij ontstentenis, het comité voor preventie en bescherming op het werk (CPBW), of bij ontstentenis, de syndicale delegatie (SD) samen met de werkgever, of de werkgever alleen bij ontstentenis van een intern paritair overlegorgaan, kan deze deadlines enkel in de voorbereidende fase (fase 1) aanpassen. De twee volgende verplichte cruciale momenten, die vallen in fase 2 en 3, kunnen in geen enkel geval worden aangepast : - Uiterlijk op 18 april 2022, overdracht van de individuele toewijzingsgegevens en van de individuele loongegevens aan IFIC; - Uiterlijk tussen 9 januari 2023 en 16 januari 2023 deelt de werkgever individueel aan elke werknemer zijn toewijzing van sectorale referentiefunctie mee. HOOFDSTUK V. - Stap 1 : fase van de voorbereiding van de toewijzingen van de sectorale referentiefuncties (en van de verplichte loonrapportering) 5.1. Procedures voor instellingen MET een intern paritair overlegorgaan

Art. 5.Verantwoordelijkheid van de werkgever § 1. De werkgever is verantwoordelijk voor de toewijzing van de sectorale referentiefuncties aan alle werknemers die vallen onder het toepassingsgebied van deze collectieve arbeidsovereenkomst. De werkgever wordt hierin bijgestaan door de procesverantwoordelijke.

Uiterlijk op 15 november 2021 stelt de werkgever de procesverantwoordelijke aan. § 2. De werkgever waakt erover dat de procesverantwoordelijke, de leden van de begeleidingscommissie en de leden van de interne beroepscommissie een opleiding volgen tijdens één van de opleidingssessies georganiseerd door de vzw IFIC. Voor de procesverantwoordelijken moet deze opleiding uiterlijk voltooid zijn op 17 december 2021, voor de leden van de begeleidingscommissie uiterlijk op 18 februari 2022 en uiterlijk op 31 december 2022 voor de leden van de interne beroepscommissie.

Hiertoe organiseert de vzw IFIC opleidingen : - voor de procesverantwoordelijken : tussen 15 november 2021 en 17 december 2021; - voor de leden van de begeleidingscommissies (en de interne beroepscommissies als zij reeds een opleiding willen volgen) : tussen 10 januari 2022 en 18 februari 2022; - voor de leden van de interne beroepscommissies : tussen 7 november 2022 en 23 december 2022.

Daarnaast wordt een andere opleiding over de verplichte loonrapportering bedoeld in artikel 20 van deze collectieve arbeidsovereenkomst georganiseerd die exclusief is voorbehouden voor de procesverantwoordelijken en de werkgevers. Die opleiding moet uiterlijk voltooid zijn op 1 april 2022 (waarbij de sociale partners de precieze nadere regels voor rapportering tegen uiterlijk 31 december 2021 moeten bepalen).

De deelname aan de IFIC opleidingen alsook de tijd die nodig is om deel te nemen aan de procedure, worden beschouwd als effectieve arbeidstijd. § 3. De werkgever waakt erover dat de begeleidingscommissie en de interne beroepscommissie kunnen bijeenkomen. Hij waakt erover dat de commissies over de nodige faciliteiten beschikken om hun opdracht naar behoren te vervullen. § 4. In de begeleidingscommissie rapporteert en overlegt de werkgever over de stand van zaken en geplande werkzaamheden in uitvoering van deze collectieve arbeidsovereenkomst.

Art. 6.Verantwoordelijkheden van de procesverantwoordelijke § 1. De procesverantwoordelijke bereidt de toewijzingen voor, neemt het secretariaat waar van de begeleidingscommissie en van de interne beroepscommissie. Hij maakt de uitnodigingen op en verstuurt ze. Hij maakt de verslagen van de bijeenkomsten op. § 2. Hij neemt in alle vrijheid deel aan de beraadslagingen doch zonder beslissingsbevoegdheid. § 3. In afwijking van § 2, neemt, wanneer de functie van procesverantwoordelijke door de werkgever zelf wordt uitgevoerd, die laatste aan alle vergaderingen deel zonder dat hij zijn beslissingsbevoegdheid verliest, waarbij hij ervoor waakt om onafhankelijk de functie inzake advies en aansturing die aan de procesverantwoordelijke is toegewezen, uit te voeren. § 4. De werkgever kan te allen tijde de procesverantwoordelijke wijzigen, voor zover hij onverwijld het interne paritair overlegorgaan, de begeleidingscommissie en de interne beroepscommissie hiervan in kennis stelt en zijn beslissing motiveert. Bij een wijziging van de procesverantwoordelijke moet de werkgever erop toezien dat hij zodra dit mogelijk is een IFIC opleiding volgt, zoals bedoeld in het vorige artikel.

Art. 7.Verantwoordelijkheden van de begeleidingscommissie § 1. Het interne paritair overlegorgaan stelt uiterlijk tegen 1 december 2021 met de werkgever een begeleidingscommissie samen. Hij valideert de samenstelling en de nadere regels voor de organisatie ervan. § 2. De begeleidingscommissie is paritair samengesteld en dient zodanig te worden samengesteld dat ze minstens één vertegenwoordiger telt van elke werknemersorganisatie die vertegenwoordigd is in één van de interne paritaire overlegorganen in de instelling en voor zover deze organisaties erkend zijn in het Paritair Comité voor de gezondheidsinrichtingen en -diensten. Het totaal aantal leden wordt bepaald door het intern paritair overlegorgaan, rekening houdend met de vereisten van efficiëntie en representativiteit; het intern paritair overlegorgaan kan ook besluiten om al dan niet vervangende leden aan te stellen.

Daarnaast maakt de procesverantwoordelijke ook deel uit van de begeleidingscommissie, zonder beslissingsbevoegdheid, met uitzondering van de situatie bedoeld in artikel 6, § 3.

De werkgever stelt binnen de begeleidingscommissie een voorzitter in de werkgeversafvaardiging aan. § 3. De begeleidingscommissie legt haar vergaderkalender vast. Buiten deze vergaderkalender kan de werkgever of de procesverantwoordelijke de begeleidingscommissie bij hoogdringendheid bijeenroepen, in principe tijdens de normale werkuren van de administratieve diensten van de werkgever. § 4. Minstens de helft van het aantal leden aan werknemerszijde en de helft van het aantal leden aan werkgeverszijde zijn vereist opdat de begeleidingscommissie geldig kan bijeenkomen en beraadslagen. § 5. Indien noodzakelijk of bij problemen met de werking in de commissie en mits motivering, kunnen werknemers- en werkgeversvertegenwoordigers in de begeleidingscommissie een beroep doen op deskundigen van de werknemers- of werkgeversorganisaties. Deze kunnen op vraag van de leden aan de vergaderingen deelnemen. Zij hebben een adviserende rol.

Art. 8.Mededeling § 1. Uiterlijk op 1 december 2021 deelt de werkgever de naam van de procesverantwoordelijke mee aan het intern paritair overlegorgaan (de OR, of bij ontstentenis het CPBW, of bij ontstentenis de SD) aan de begeleidingscommissie en aan de interne beroepscommissie. § 2. De werkgever organiseert, na overleg met de begeleidingscommissie, uiterlijk op 17 januari 2021, een algemene schriftelijke, al dan niet in elektronische vorm, mededeling ten behoeve van de werknemers. In ieder geval zal deze mededeling gebeuren door bekendmaking op een voor de werknemer goed zichtbare en zonder tussenpersoon vlot toegankelijke plaats1. Hiertoe zal de vzw IFIC een model van mededeling ter beschikking van de werkgevers stellen.

Die algemene mededeling omvat : - informatie over de invoering van de nieuwe sectorale functieclassificatie in de instelling; - toelichting bij de procedures die doorlopen moeten worden; - informatie over de plaats waar de werknemer de functiewijzer en de sectorale functiebeschrijvingen kan consulteren; - de kalender van de procedure, meer bepaald het tijdstip waarop de werknemer zal geïnformeerd worden over de toewijzing van een sectorale referentiefunctie; - uitleg over de mogelijkheid en de nadere regels voor het indienen van een beroep en de syndicale ondersteuning; - het webadres van de vzw IFIC waar men algemene informatie over de sectorale functieclassificatie kan terugvinden.

De algemene mededeling moet duidelijk preciseren dat het lopende proces verband houdt met de toewijzing van functies, en dat de nadere regels met betrekking tot de toepassing van de IFIC barema's zullen opgenomen worden in een volgende collectieve arbeidsovereenkomst, die de sociale partners moeten sluiten vóór 31 december 2022, rekening houdend met de resultaten van de verplichte loonrapportering waarin deze overeenkomst voorziet en de beschikbare begrotingsenveloppe. § 3. De werkgever deelt, in voorkomend geval, de eventuele wijzigingen aan voornoemde mededeling onverwijld en op dezelfde wijze mee.

Art. 9.Voorbereiding door de procesverantwoordelijke § 1. De procesverantwoordelijke staat in voor de voorbereiding van de werkzaamheden van de begeleidingscommissie tegen uiterlijk 21 februari 2022. § 2. Die voorbereiding omvat het verzamelen van de volgende elementen : - de personeelslijst met alle werknemers verbonden aan de instelling, die ressorteren onder het toepassingsgebied van deze collectieve arbeidsovereenkomst; - de organogram(men), met een overzicht van alle diensten en afdelingen in de instelling evenals de vermelding van de hiërarchische positie van de directieleden, de diensthoofden en, in voorkomend geval, de departements- en afdelingsverantwoordelijken van elke dienst. Bij ontstentenis van een dergelijk organogram, stelt de werkgever er een op, stelt de werknemers en hun afgevaardigden ervan in kennis en stelt het ter beschikking van de procesverantwoordelijke voor gebruik in de diverse opgerichte commissies (begeleidings- en beroepscommissie); - de interne functiebeschrijvingen die al werden opgesteld binnen de instelling.

Art. 10.Voorstel van toewijzing door werkgever § 1. De werkgever is verantwoordelijk voor de toewijzing van één of meerdere sectorale referentiefunctie(s) aan elke werknemer of, in voorkomend geval, het in kaart brengen van een ontbrekende functie. In geval van een ontbrekende functie, moet de werkgever een categorie aan de werknemer toewijzen (dit wil zeggen : de ontbrekende functie onderbrengen in één van de bestaande wegingscategorieën), en dit op grond van een vergelijking met gelijkaardige sectorale referentiefuncties. § 2. De werkgever neemt voor de toewijzing de classificatieprincipes (vuistregels) in acht, zoals beschreven in bijlage 1 van deze collectieve arbeidsovereenkomst. § 3. De werkgever kan bij de toewijzingen het advies vragen van de rechtstreeks leidinggevenden van de betrokken werknemer. Zij moeten hiertoe toegang hebben tot de functiewijzer en de sectorale functiebeschrijvingen zoals opgenomen in de collectieve arbeidsovereenkomst van 28 september 2016 "tot het bepalen van sectorale referentiefuncties en een sectorale functieclassificatie" (registratienummer 135642/CO/330), en geïnformeerd zijn over de algemene classificatieprincipes (vuistregels) van de sectorale functieclassificatie, zoals opgenomen in bijlage 1 van deze collectieve arbeidsovereenkomst. § 4. De werkgever kan aan de procesverantwoordelijke advies vragen over de correcte toepassing van de classificatieprincipes (vuistregels) opgenomen in bijlage 1 van deze collectieve arbeidsovereenkomst. De werkgever kan zich ook laten bijstaan door deskundigen uit zijn werkgeversorganisatie. § 5. De toewijzing kan drie resultaten hebben : - de toewijzing van één overeenstemmende sectorale referentiefunctie; - de toewijzing van een hybride functie, zoals omschreven in bijlage 1 van deze collectieve arbeidsovereenkomst; - de vaststelling dat er geen sectorale referentiefunctie kan toegewezen worden. In dit geval is er sprake van een ontbrekende functie. § 6. In geval van een ontbrekende functie, moet de werkgever de werknemer een categorie toewijzen (dit wil zeggen : de ontbrekende functie onderbrengen in één van de bestaande wegingscategorieën), en dit op grond van een vergelijking met gelijkaardige sectorale referentiefuncties, en de ontbrekende functie rapporteren middels het formulier dat hiertoe ter beschikking staat op de website van de vzw IFIC. Het formulier wordt onverwijld ingevuld en overgemaakt aan de vzw IFIC. Deze ontbrekende functies zullen behandeld worden in de onderhoudsprocedure overeenkomstig artikel 8 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 28 september 2016 "tot het bepalen van sectorale referentiefuncties en een sectorale functieclassificatie" (registratienummer 135642/CO/330). § 7. De werkgever bezorgt, uiterlijk op 21 februari 2022, de personeelslijst met het voorstel van toewijzing voor elk personeelslid aan de begeleidingscommissie. Per werknemer wordt de toegewezen functietitel(s), de unieke functiecode(s) en de functiecategorie opgenomen en, in het geval van hybride functies, eveneens de verdeling van de werktijd. In geval van een ontbrekende functie, deelt de werkgever ook de toegewezen categorie mee. Waar gevraagd, motiveert de werkgever de toewijzingen aan de begeleidingscommissie.

De werknemersvertegenwoordigers in de begeleidingscommissie geven hun bemerkingen en advies over de toewijzingen door en dit uiterlijk op 11 april 20222. Als de werknemersvertegenwoordigers een negatief advies geven, moeten zij een gemotiveerde alternatieve toewijzing voorstellen. Daarvoor duiden ze in de voorgestelde sectorale referentiefunctie aan welke elementen niet overeenstemmen met de effectieve functie of welke elementen ontbreken ten opzichte van de effectieve functie. Dit advies is niet bindend voor de werkgever en houdt geen goedkeuring in namens de werknemer(s) die deze functie uitoefenen. De werkgever is vrij om het voorstel van toewijzing aan te passen of te handhaven.

Na de individuele mededeling (tussen 9 januari 2023 en uiterlijk 16 januari 2023) van de functietoewijzing aan de werknemer, moeten dit advies en de betreffende argumentatie toegelicht worden aan de werknemer die hierom verzoekt. § 8. De procesverantwoordelijke waakt tijdens de besprekingen over het naleven van de sectorale classificatieprincipes (vuistregels) zoals beschreven in bijlage 1 van deze collectieve arbeidsovereenkomst.

Art. 11.Definitieve toewijzing van de functies door de werkgever § 1. De werkgever beslist na het overleg in de begeleidingscommissie, zoals bedoeld in voorgaand artikel, over de definitieve toewijzing van de functies. Deze beslissing wordt uiterlijk op 18 april 2022 ter informatie aan de begeleidingscommissie voorgelegd. § 2. Bij ontstentenis van enige wijziging in de samenstelling van het personeel tussen deze informatieve mededeling aan de begeleidingscommissie en 9 januari 2023, zal de toewijzingslijst in zijn huidige vorm worden beschouwd als de definitieve situatie van de personeelstoewijzingen. Als de werkgever later wijzigingen wil aanbrengen in deze functietoewijzingen, vóór ze aan de werknemers worden meegedeeld, om andere redenen dan deze bedoeld in § 3 van dit artikel, moet hij de begeleidingscommissie hiervan verplicht in kennis stellen voor de mededeling van de functietoewijzingen aan de individuele werknemers. § 3. In geval van wijzigingen in de personeelssamenstelling (intredingen en uittredingen tussen de datum van de informatieve mededeling aan de begeleidingscommissie en de dag vóór 9 januari 2023), roept de werkgever uiterlijk 1 week vóór de datum van de mededeling van de functietoewijzingen aan de werknemers (te bepalen tussen uiterlijk 9 januari 2023 en 16 januari 2023) om de toewijzingen te onderzoeken aan nieuwe personeelsleden of personeelsleden die sinds de datum van de informatieve mededeling van functie zijn veranderd, volgens dezelfde regels als die bedoeld in artikel 10 van deze collectieve arbeidsovereenkomst. 5.2. Procedures voor instelling ZONDER een intern paritair overlegorgaan

Art. 12.Verantwoordelijkheden van de werkgever § 1. De werkgever is verantwoordelijk voor de toewijzing van de sectorale referentiefuncties aan alle werknemers die vallen onder het toepassingsgebied van deze collectieve arbeidsovereenkomst. De werkgever wordt hierin bijgestaan door de procesverantwoordelijke.

Uiterlijk op 15 november 2021 stelt de werkgever de procesverantwoordelijke aan. § 2. De werkgever waakt erover dat de procesverantwoordelijke een opleiding volgt tijdens één van de opleidingssessies georganiseerd door de vzw IFIC tussen 15 november 2021 en 17 december 2021 en volgt deze opleiding ook zelf. De opleiding moet uiterlijk tegen 17 december 2021 voltooid zijn.

Daarnaast wordt een andere opleiding over de verplichte loonrapportering bedoeld in artikel 20 van deze collectieve arbeidsovereenkomst georganiseerd die exclusief is voorbehouden voor de procesverantwoordelijken en de werkgevers. Die opleiding moet uiterlijk voltooid zijn op 18 maart 2022 (waarbij de sociale partners de precieze nadere regels voor rapportering uiterlijk tegen 31 december 2021 moeten bepalen).

De deelname aan de IFIC opleidingen alsook de tijd die nodig is om deel te nemen aan de procedure, worden beschouwd als effectieve arbeidstijd.

Art. 13.Verantwoordelijkheden van de procesverantwoordelijke § 1. De procesverantwoordelijke bereidt de toewijzingen voor en fungeert als contactpersoon in de instelling voor de sectorale begeleidingscommissie en de sectorale beroepscommissie. § 2. Hij neemt in alle vrijheid deel aan de beraadslagingen doch zonder beslissingsbevoegdheid. § 3. In afwijking van § 2, neemt, wanneer de functie van procesverantwoordelijke door de werkgever zelf wordt uitgevoerd, die laatste aan alle vergaderingen deel zonder dat hij zijn beslissingsbevoegdheid verliest, waarbij hij ervoor waakt om onafhankelijk de functie inzake advies en aansturing die aan de procesverantwoordelijke is toegewezen, uit te voeren. § 4. De werkgever kan te allen tijde de procesverantwoordelijke wijzigen. Bij een wijziging van de procesverantwoordelijke moet de werkgever erop toezien dat hij zodra dit mogelijk is een IFIC opleiding volgt, zoals bedoeld in het vorige artikel.

Art. 14.Mededeling § 1. De werkgever organiseert uiterlijk op 17 januari 2021 een algemene schriftelijke mededeling, al dan niet in elektronische vorm, ten behoeve van de werknemers. In ieder geval zal deze mededeling gebeuren door middel van bekendmaking op een voor de werknemer goed zichtbare en zonder tussenpersoon vlot toegankelijke plaats3. Hiertoe stelt IFIC een model van communicatie ter beschikking van de werkgevers.

Die algemene mededeling omvat : - informatie over de invoering van de nieuwe sectorale functieclassificatie in de instelling; - een toelichting bij de procedures die doorlopen moeten worden; - informatie over de plaats waar de werknemer de functiewijzer en de sectorale functiebeschrijvingen kan raadplegen; - de kalender van de procedure, meer bepaald het tijdstip waarop de werknemer zal geïnformeerd worden over de toewijzing van een sectorale referentiefunctie; - uitleg over de mogelijkheid en de nadere regels voor het indienen van een beroep en de syndicale ondersteuning; - het webadres van IFIC waar men algemene informatie over de sectorale functieclassificatie kan terugvinden.

De algemene mededeling moet duidelijk preciseren dat het lopende proces verband houdt met de toewijzing van functies, en dat de nadere regels met betrekking tot de toepassing van de IFIC barema's zullen opgenomen worden in een volgende collectieve arbeidsovereenkomst, die de sociale partners moeten sluiten vóór 31 december 2022, rekening houdend met de resultaten van de verplichte loonrapportering waarin deze overeenkomst voorziet en de beschikbare begrotingsenveloppe. § 2. De werkgever geeft onverwijld en op dezelfde wijze de wijzigingen aan de bovenvermelde mededeling door.

Art. 15.Voorbereiding door de procesverantwoordelijke De procesverantwoordelijke staat in voor de voorbereiding van de toewijzing door de werkgever tegen uiterlijk 21 februari 2022.

Die voorbereiding omvat het verzamelen van de volgende elementen : - de personeelslijst met alle werknemers verbonden aan de instelling en die ressorteren onder het toepassingsgebied van deze collectieve arbeidsovereenkomst; - een organogram, met een overzicht van alle diensten en afdelingen in de instelling evenals de vermelding van de hiërarchische positie van de directieleden, de diensthoofden en, in voorkomend geval, de departements- en afdelingsverantwoordelijken van elke dienst. Bij ontstentenis van een dergelijk organogram, stelt de werkgever er een op en stelt de werknemers en hun afgevaardigden ervan in kennis en stelt het ter beschikking van de procesverantwoordelijke voor gebruik in de diverse opgerichte commissies (begeleidings- en beroepscommissie); - de interne functiebeschrijvingen die reeds werden opgesteld binnen de instelling.

Art. 16.Voorstel van toewijzing door werkgever § 1. De werkgever is verantwoordelijk voor de toewijzing van één of meerdere sectorale referentiefunctie(s) aan elke werknemer of, in voorkomend geval, de identificatie van een ontbrekende functie. In geval van een ontbrekende functie, moet de werkgever de werknemer een categorie toewijzen (dit wil zeggen : de ontbrekende functie onderbrengen in één van de bestaande wegingscategorieën), en dit op grond van een vergelijking met gelijkaardige sectorale referentiefuncties. § 2. De werkgever neemt voor de toewijzing de classificatieprincipes (vuistregels) in acht, zoals beschreven in bijlage 1 van deze collectieve arbeidsovereenkomst. § 3. De werkgever kan bij de toewijzingen het advies vragen van de rechtstreeks leidinggevenden van de betrokken werknemer. Zij moeten hiertoe toegang hebben tot de functiewijzer en de sectorale functiebeschrijvingen zoals opgenomen in de collectieve arbeidsovereenkomst van 28 september 2016 "tot het bepalen van sectorale referentiefuncties en een sectorale functieclassificatie" (registratienummer 135642/CO/330), en geïnformeerd zijn over de algemene classificatieprincipes (vuistregels) van de sectorale functieclassificatie, zoals opgenomen in bijlage 1 van deze collectieve arbeidsovereenkomst. § 4. De werkgever kan aan de procesverantwoordelijke advies vragen over de correcte toepassing van de classificatieprincipes (vuistregels) opgenomen in bijlage 1 van deze collectieve arbeidsovereenkomst. De werkgever kan zich ook laten bijstaan door de deskundigen van de werkgeversorganisaties. § 5. De toewijzing kan drie resultaten hebben : - de toewijzing van één overeenstemmende sectorale referentiefunctie; - de toewijzing van een hybride functie, zoals omschreven in bijlage 1 van deze collectieve arbeidsovereenkomst; - de vaststelling dat er geen sectorale referentiefunctie kan toegewezen worden. In dit geval is er sprake van een ontbrekende functie. § 6. In geval van een ontbrekende functie, moet de werkgever de werknemer een categorie toewijzen (dit wil zeggen : de ontbrekende functie onderbrengen in één van de bestaande wegingscategorieën), en dit op grond van een vergelijking met gelijkaardige sectorale referentiefuncties, en de ontbrekende functie rapporteren middels het formulier dat hiertoe ter beschikking staat op de website van de vzw IFIC. Het formulier wordt onverwijld ingevuld en overgemaakt aan de vzw IFIC. Deze ontbrekende functies zullen behandeld worden in de onderhoudsprocedure overeenkomstig artikel 8 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 28 september 2016 "tot het bepalen van sectorale referentiefuncties en een sectorale functieclassificatie" (registratienummer 135642/CO/330). § 7. Indien de werkgever een beroep wil doen op de sectorale begeleidingscommissie, informeert hij de voor zijn organisatie verantwoordelijke sectorale begeleidingscommissie hierover tegen uiterlijk 31 januari 2022 en bezorgt deze de contactgegevens van zijn procesverantwoordelijke. De bevoegde sectorale begeleidingscommissie wordt bepaald op basis van de sector waarvan de werkgever afhangt en, in voorkomend geval, op basis van de maatschappelijke zetel.

De werkgever bezorgt de informatie bedoeld in artikel 18, § 1 uiterlijk op 21 februari 2022 aan de verantwoordelijke sectorale begeleidingscommissie.

Art. 17.Samenstelling van de sectorale begeleidingscommissie § 1. Het Paritair Comité voor de gezondheidsinrichtingen en -diensten stelt uiterlijk op 1 december 2021 een sectorale begeleidingscommissie samen voor de respectievelijke sectoren bedoeld in deze collectieve arbeidsovereenkomst. Indien wenselijk en/of noodzakelijk is een bijkomende geografische opsplitsing mogelijk. § 2. De sectorale begeleidingscommissies zijn paritair samengesteld uit deskundigen aangesteld door de syndicale organisaties en de werkgeversorganisaties die zitting hebben in het Paritair Comité voor de gezondheidsinrichtingen en -diensten. Het totaal aantal leden per begeleidingscommissie wordt bepaald door het paritair comité, rekening houdend met de vereisten inzake efficiëntie en representativiteit.

De sectorale begeleidingscommissies stellen elk een secretaris aan. De secretaris maakt de uitnodigingen op en verstuurt ze. Hij maakt de verslagen van de bijeenkomsten op. Hij neemt in alle vrijheid deel aan de beraadslagingen doch zonder stemrecht. De secretaris heeft louter een adviserende en sturende rol.

De werkgeversorganisaties die zitting hebben in de commissie, wijzen een voorzitter aan in de werkgeversdelegatie.

De procesverantwoordelijke op wie het dossier betrekking heeft, neemt in alle vrijheid deel aan de beraadslagingen over de toewijzingen van zijn instelling, doch zonder beslissingsbevoegdheid (met uitzondering van de situatie bedoeld in artikel 6, § 3). Hij waakt tijdens de besprekingen over de naleving van de sectorale classificatieprincipes (vuistregels) zoals beschreven in bijlage 1 van deze collectieve arbeidsovereenkomst. § 3. Minstens de helft van het aantal leden aan werknemerszijde en de helft van het aantal leden aan werkgeverszijde zijn vereist opdat de sectorale begeleidingscommissie geldig kan bijeenkomen en beraadslagen. § 4. De sectorale begeleidingscommissie legt haar vergaderkalender vast. Buiten deze vergaderkalender kan de secretaris bedoeld in § 2 van dit artikel bij hoogdringendheid de sectorale begeleidingscommissie bijeenroepen.

Art. 18.Werking van de sectorale begeleidingscommissie § 1. In voorkomend geval bezorgt de werkgever aan de sectorale begeleidingscommissie uiterlijk op 21 februari 2022 de personeelslijst met het voorstel van toewijzing voor elk personeelslid, alsook alle elementen bedoeld in artikel 15 van deze overeenkomst. Per werknemer wordt de toegewezen functietitel(s), de unieke functiecode(s) en de functiecategorie opgenomen en, in het geval van hybride functies, eveneens de verdeling van de werktijd. In geval van een ontbrekende functie, deelt de werkgever ook de toegewezen categorie mee. Waar gevraagd, motiveert de werkgever de toewijzingen. § 2. Uiterlijk op 11 april 2022 geven de leden van de sectorale begeleidingscommissie hun bemerkingen en advies over de toewijzingen door. Als de werknemersvertegenwoordigers een negatief advies geven, moeten zij een gemotiveerde alternatieve toewijzing voorstellen.

Daarvoor duiden ze in de voorgestelde sectorale referentiefunctie aan welke elementen niet overeenstemmen met de effectieve functie of welke elementen ontbreken ten opzichte van de effectieve functie. Dit advies is niet bindend voor de werkgever en houdt geen goedkeuring in namens de werknemer(s) die deze functie uitoefenen. De werkgever is vrij om het voorstel van toewijzing aan te passen of te handhaven.

Na de individuele mededeling (tussen 9 januari 2023 en uiterlijk 16 januari 2023) van de functietoewijzing aan de werknemer, moeten dit advies en de betreffende argumentatie toegelicht worden aan de werknemer die hierom verzoekt.

Art. 19.Definitieve toewijzing van de functies door de werkgever § 1. De werkgever beslist, in voorkomend geval na het advies van de sectorale begeleidingscommissie over de definitieve toewijzing van de functies. § 2. Bij ontstentenis van enige wijziging in de samenstelling van het personeel tussen deze informatieve mededeling aan de sectorale begeleidingscommissie en 9 januari 2023, zal de toewijzingslijst in zijn huidige vorm a priori worden beschouwd als de definitieve situatie van de personeelstoewijzingen. HOOFDSTUK VI. - Stap 2 : rapportering van de toewijzingen en van bepaalde loongegevens aan IFIC

Art. 20.De rapportering van de loongegevens heeft tot doel de sociale partners in staat te stellen het door de overheid beschikbaar gestelde budget, conform de artikelen 1 en 3 van het tripartiete intersectorale kaderakkoord van de Waalse non-profitsector voor de periode 2021-2024, efficiënt in te zetten en moet worden uitgevoerd door de werkgevers die ressorteren onder het toepassingsgebied van deze overeenkomst.

In die optiek is de werkgever verplicht zijn beslissingen met betrekking tot de toewijzingen en van bepaalde loongegevens door middel van een door IFIC gestructureerd formaat te rapporteren en dit uiterlijk op 18 april 2022.

De sociale partners van het Paritair Comité voor de gezondheidsinrichtingen en -diensten sluiten uiterlijk tegen 31 december 2021 een collectieve arbeidsovereenkomst die tot doel heeft de procedures vast te stellen die de werkgever moet volgen in het kader van deze procedure alsook de aard van de gegevens die gerapporteerd moeten worden. HOOFDSTUK VII. - Stap 3 : individuele toewijzing van de functies 7.1. De individuele functietoewijzing

Art. 21.§ 1. Tussen 9 januari 2023 en 16 januari 2023 deelt de werkgever schriftelijk de definitieve beslissing mee met betrekking tot de toewijzing aan elke werknemer. Deze beslissing heeft betrekking op de situatie waarin de werknemer zich bevindt op de dag vóór 9 januari 2023. § 2. Deze schriftelijke mededeling, al dan niet in elektronische vorm, omvat minstens volgende informatie : - de huidige functietitel(s) (uitgevoerde functie(s) op de dag vóór 9 januari 2023); - de toegewezen sectorale referentiefunctie(s) en de overeenstemmende unieke functiecode(s) of in voorkomend geval de vaststelling van een ontbrekende functie; - in het geval van hybride functies, het percentage toegewezen aan elke sectorale referentiefunctie; - de categorie waarin de toegewezen sectorale referentiefunctie(s) is(zijn) ingeschaald of, in voorkomend geval, de categorie waarin de werkgever de ontbrekende functie van de werknemer heeft ondergebracht; - de locatie in de instelling waar de werknemers de functiewijzer en de sectorale functiebeschrijvingen kunnen raadplegen; - de mogelijkheden en procedures inzake beroep; - de plaats waar de typeformulieren kunnen bekomen worden om respectievelijk intern/sectoraal of extern beroep aan te tekenen (website van de vzw IFIC : www.if-ic.org) en de plaats waar het beroep moet ingediend worden. De werkgever kan dit formulier eventueel beschikbaar stellen op zijn intranet of, indien van toepassing, de werknemer hiervoor doorverwijzen naar de website van de vzw IFIC : www.if-ic.org. De werkgever moet het formulier samen met zijn beslissing doorsturen; - de contactgegevens van de secretaris van de bevoegde sectorale en externe beroepscommissies; - de mogelijkheid om bijstand te vragen bij de werknemersvertegenwoordigers in de instelling; - de onderhoudsprocedure; - het webadres van de vzw IFIC en de locatie waar men algemene informatie over de functieclassificatie kan terugvinden. § 3. De werknemer wordt geacht in kennis gesteld te zijn van de beslissing van zodra hij deze voor ontvangst heeft bevestigd of getekend, dan wel dat ze hem aangetekend ter kennis is gebracht. Deze kennisname houdt geen goedkeuring in vanwege de werknemer. § 4. Na de individuele mededeling (tussen 9 januari 2023 en 16 januari 2023) van de functietoewijzing aan de werknemer, moeten het advies van de begeleidingscommissie en de argumentatie toegelicht worden aan de werknemer die hierom verzoekt. HOOFDSTUK VIII. - Stap 4 : het beroep, de betwisting van de toewijzing

Art. 22.Het instellen van beroep § 1. De werknemer die niet akkoord gaat met de toegewezen functie(s), de vaststelling van een ontbrekende functie of, in het geval van een ontbrekende functie, de toegewezen categorie en/of de verdeling van de arbeidstijd in het geval van een hybride functie, kan individueel beroep aantekenen tegen deze toewijzing. Het beroep mag enkel de toewijzing betwisten, gebaseerd op de inhoud van de door de werknemer uitgeoefende functie en de beschreven sectorale referentiefuncties. De sectorale functiebeschrijvingen en de weging van de functie die geleid hebben tot de indeling in categorieën, kunnen niet ter discussie gesteld worden.

Beroep is enkel mogelijk met betrekking tot de tewerkstellingssituatie op de dag vóór 9 januari 2023.

Het extern beroep, zoals omschreven in artikel 26, kan enkel ingesteld worden na het doorlopen van de interne, in voorkomend geval sectorale beroepsprocedure, zoals omschreven in artikel 24 van deze collectieve arbeidsovereenkomst. § 2. Het intern, respectievelijk sectorale beroep moet uiterlijk tegen 27 februari 2023 door middel van een verzoekschrift betekend worden.

Het extern beroep moet betekend worden binnen de 2 weken na kennisname van het besluit van de interne, respectievelijk sectorale beroepscommissie, en in ieder geval uiterlijk op 9 juni 2023.

De beroepen moeten schriftelijk overgemaakt worden middels een schrijven met ondertekende en gedateerde ontvangstbevestiging of middels aangetekend schrijven. De postdatum of datum van de handtekening voor ontvangst is bepalend. Het verzoekschrift wordt opgestuurd naar : - in het kader van een interne procedure voor de instellingen met een intern paritair overlegorgaan : de procesverantwoordelijke. De procesverantwoordelijke treedt op als secretaris van de interne beroepscommissie; - in het kader van een sectorale procedure voor instellingen zonder een intern paritair overlegorgaan : de secretaris van de verantwoordelijke sectorale beroepscommissie met een kopie van het volledig dossier naar de procesverantwoordelijke in de instelling; - in het kader van de externe procedure : de secretaris van de externe beroepscommissie met kopie van het volledig dossier naar de procesverantwoordelijke in de instelling. § 3. Het intern of, in voorkomend geval, het sectoraal beroep kan enkel ingediend worden door middel van het typeformulier voor intern beroep dat hiertoe ter beschikking staat op de website van de vzw IFIC. Het extern beroep kan enkel ingediend worden door middel van het type-formulier voor extern beroep dat hiertoe ter beschikking staat op de website van de vzw IFIC. Ook de werkgever moet het type-formulier ter beschikking stellen. § 4. Het indienen van het intern of, in voorkomend geval, het sectoraal en extern beroep gebeurt door de werknemer. Het indienen van het intern beroep kan eveneens gebeuren via de werknemersafgevaardigde die hiertoe schriftelijk gemandateerd is door de werknemer die vragende partij is. Een beroep kan slechts betrekking hebben op één werknemer. § 5. Gelijkaardige beroepen (bijvoorbeeld over dezelfde functies) kunnen door de secretaris gegroepeerd worden voor de besprekingen in de interne, in voorkomend geval sectorale, beroepscommissie, waarbij er wordt op toegezien dat de deadline overeenkomstig artikel 25, § 6 niet overschreden wordt. § 6. De werknemer voert in zijn verzoekschrift argumenten aan waarom hij niet akkoord gaat met de toewijzing van een sectorale referentiefunctie, de vaststelling van een ontbrekende functie of de toewijzing van een categorie in het geval van een ontbrekende functie, en/of met de verdeling van de arbeidstijd in het geval van een hybride functie. Concreet duidt de werknemer aan op welke punten de uitgevoerde functie wezenlijk verschilt van de toegewezen sectorale referentiefunctie. De werknemer duidt in voorkomend geval ook aan welke alternatieve sectorale referentiefunctie hij meent te moeten toegewezen worden en motiveert en argumenteert dit.

In het geval dat er geen functie werd toegewezen (ontbrekende functie), geeft de werknemer ook aan welke sectorale referentiefunctie hij meent te moeten toegewezen worden en motiveert en argumenteert dit. § 7. In het geval van hybride functies, kan het beroep gaan over zowel de sectorale referentiefuncties als het percentage van verdeling tussen de toegewezen functies. In dat geval moet de werknemer in het verzoekschrift een alternatief voorstel motiveren en argumenteren. § 8. Het verzoekschrift dat, na controle door de interne, respectievelijk sectorale en externe, beroepscommissie, niet voldoet aan bovenvermelde formele verplichtingen en indieningstermijnen, is niet ontvankelijk. De werknemer die vaststelt dat zijn verzoekschrift om vormelijke reden niet ontvankelijk is, kan een nieuw verzoekschrift indienen conform de bovenvermelde verplichtingen en indieningstermijnen, mits hij hierbij uitdrukkelijk aangeeft dat dit nieuwe verzoekschrift zijn vorig verzoekschrift vervangt. § 9. Het verzoekschrift moet alle relevante stukken bevatten. Stukken die de werknemer later wil toevoegen aan zijn dossier, worden geweerd uit de debatten, tenzij de interne, respectievelijk sectorale en externe, beroepscommissie anders beslist.

Art. 23.Interne beroepscommissie § 1. Het interne paritair overlegorgaan stelt met de werkgever uiterlijk tegen 1 december 2021 een interne beroepscommissie samen.

Het betrokken orgaan (OR/CPBW/SD) kan de samenstelling later wijzigen.

Bij een wijziging nadat de opleiding voor de leden van de interne beroepscommissie, zoals bedoeld in artikel 5, § 2, reeds plaatsvond, organiseert de werkgever zo spoedig mogelijk opnieuw de planning van deze opleiding voor de nieuwe leden. § 2. De interne beroepscommissie dient paritair te worden samengesteld, en bestaat uit minstens 2 leden die de werkgever vertegenwoordigen, en minstens 2 leden die de werknemers vertegenwoordigen, met maximaal zes leden in totaal. De interne beroepscommissie dient zodanig te worden samengesteld dat ze minstens één vertegenwoordiger telt van elke werknemersorganisatie die vertegenwoordigd is in één van de lokale paritaire overlegorganen van de instelling en voor zover zij erkend zijn in het Paritair Comité voor de gezondheidsinrichtingen en -diensten.

Daarnaast maakt de procesverantwoordelijke ook deel uit van de interne beroepscommissie, maar zonder beslissingsbevoegdheid (met uitzondering van de situatie bedoeld in artikel 6, § 3). De werkgever stelt binnen de begeleidingscommissie een voorzitter in de werkgeversafvaardiging aan. § 3. De interne beroepscommissie bepaalt haar vergaderkalender. Buiten deze vergaderkalender kan de werkgever of de procesverantwoordelijke de interne beroepscommissie bij hoogdringendheid bijeenroepen, in principe tijdens de normale werkuren van de administratieve diensten van de werkgever. § 4. Minstens de helft van het aantal leden aan werknemerszijde en de helft van het aantal leden aan werkgeverszijde zijn vereist opdat de interne beroepscommissie geldig kan bijeenkomen, beraadslagen en beslissen. De beslissingen worden genomen bij unanimiteit van de aanwezige leden.

Art. 24.De sectorale beroepscommissie § 1. Het Paritair Comité voor de gezondheidsinrichtingen en -diensten stelt ten laatste op 1 december 2022 een sectorale beroepscommissie samen voor de respectievelijke sectoren die onder deze collectieve arbeidsovereenkomst vallen, indien wenselijk en/of noodzakelijk is een bijkomende geografische opsplitsing mogelijk. § 2. De sectorale beroepscommissies zijn paritair samengesteld uit experten aangesteld door de syndicale organisaties en de werkgeversorganisaties die zitting hebben in het Paritair Comité voor de gezondheidsinrichtingen en -diensten. Zij bestaan uit minimaal 3 leden per bank (vertegenwoordiging werknemers en werkgevers) en maximaal 6 leden in totaal.

Bovendien neemt de procesverantwoordelijke in alle vrijheid deel aan de beraadslagingen over de toewijzingen van zijn organisatie, doch zonder beslissingsbevoegdheid (met uitzondering van de situatie bedoeld in artikel 6, § 3).

De leden van de sectorale begeleidingscommissies wijzen een voorzitter aan. § 3. De sectorale beroepscommissies stellen elk een secretaris aan. De secretaris maakt de uitnodigingen op en verstuurt ze. Hij maakt de verslagen van de bijeenkomsten op. Hij neemt in alle vrijheid deel aan de beraadslagingen, doch zonder stemrecht. De secretaris heeft louter een adviserende en sturende rol. § 4. Minstens de helft van het aantal leden aan werknemerszijde en de helft van het aantal leden aan werkgeverszijde zijn vereist opdat de sectorale beroepscommissie geldig kan bijeenkomen, beraadslagen en beslissen. De beslissingen worden genomen bij unanimiteit van de aanwezige leden.

Art. 25.De behandeling van het interne beroep of, in voorkomend geval van het sectorale beroep § 1. De secretaris legt het verzoekschrift na ontvangst, samen met de bijgevoegde stukken, onverwijld over aan de leden van de beroepscommissie. Stukken die een lid van de beroepscommissie wilt toevoegen aan het dossier, bezorgt hij onverwijld aan de secretaris, die ze aan de andere commissieleden overlegt. Het betrokken commissielid mag de stukken ook onverwijld aan alle leden van de beroepscommissie overleggen. De beroepscommissie onderzoekt bij ontvangst van het verzoekschrift of dit voldoet aan de vormvoorwaarden zoals bedoeld in artikel 22.

Stukken die pas op de laatste werkdag voor de zittingsdag van de beroepscommissie of later worden aangebracht, worden geweerd uit de debatten, tenzij de beroepscommissie anders beslist.

De beroepscommissie behandelt alle beroepen. Indien de beroepscommissie het nodig acht, kan ze een hoorzitting organiseren waarbij de werknemer de argumenten mondeling kan toelichten. Ook de leidinggevende van de werknemer kan daarbij gehoord worden. De werknemer kan zich tijdens de hoorzitting laten bijstaan door een syndicale vertegenwoordiger. § 2. De beroepscommissie beoordeelt eerst de ontvankelijkheid van het beroep. Dit behelst enerzijds een beoordeling of het beroep binnen de juiste termijn en volgens de correcte procedure werd ingediend. Het beroep is niet ontvankelijk als de termijnen en de procedures niet werden gerespecteerd. Anderzijds dienen de aangebrachte argumenten eveneens op ontvankelijkheid te worden behandeld. Het beroep is niet ontvankelijk als de argumenten niet classificatiegebonden zijn (diploma, huidig of toekomstig loon, prestatiebeoordeling, titel, classificatie andere werknemers enz.). § 3. Indien een beroep ontvankelijk is, bestudeert de beroepscommissie de aangebrachte argumenten op hun inhoud en volgens de classificatieprincipes (vuistregels) zoals opgenomen in bijlage 1 van deze collectieve arbeidsovereenkomst. § 4. De beroepscommissie beslist bij unanimiteit. Het beroep kan verscheidene beslissingen opleveren : - De beroepscommissie stelt unaniem de onontvankelijkheid van het verzoekschrift vast; - De beroepscommissie bevestigt unaniem de toewijzing en/of de verdeling van hybride functies door de werkgever; - De beroepscommissie stelt unaniem een alternatieve toewijzing voor en/of een nieuwe verdeling van hybride functies; - De beroepscommissie stelt vast dat het een ontbrekende functie betreft en stelt een categorie voor; - De beroepscommissie neemt geen beslissing omdat ze geen unaniem besluit kan nemen. In dat geval blijft de toewijzing van de werkgever van kracht. § 5. Indien de beroepscommissie vaststelt dat de toewijzing niet kan gebeuren conform de classificatieprincipes opgenomen in bijlage 1, omdat er geen corresponderende sectorale referentiefunctie bestaat, wordt de ontbrekende functie aan IFIC gerapporteerd door de werkgever aan de hand van het formulier dat hiertoe ter beschikking staat op de website van de vzw IFIC. De beroepscommissie moet een categorie toewijzen.

De vzw IFIC behandelt deze meldingen in de onderhoudsprocedure, zoals omschreven in de collectieve arbeidsovereenkomst van 28 september 2016 "tot het bepalen van sectorale referentiefuncties en een sectorale functieclassificatie" (registratienummer 135642/CO/330). § 6. Het besluit of, in voorkomend geval, het verdeeld advies van de interne beroepscommissie wordt ondertekend door de aanwezige leden van de beroepscommissie en schriftelijk meegedeeld aan de werknemer binnen de 3 maanden na het indienen van het beroep per aangetekend schrijven of schriftelijk met ondertekend ontvangstbewijs en uiterlijk op 26 mei 2023. Het besluit van de commissie wordt gemotiveerd.De mogelijkheid tot extern beroep wordt aan de medewerker meegedeeld. § 7. In afwijking van § 5 en § 6 wordt het besluit of, in voorkomend geval, het verdeeld advies van de sectorale beroepscommissie schriftelijk meegedeeld aan de werkgever uiterlijk op 19 mei 2023 per aangetekend schrijven of schriftelijk met ondertekend ontvangstbewijs.

Het besluit van de commissie wordt gemotiveerd. De werkgever is vrij om zijn toewijzing aan te passen of te handhaven. De werkgever deelt het advies samen met de functietoewijzing schriftelijk mee aan de werknemer uiterlijk op de 7de dag volgend op de ontvangst van het advies. De mogelijkheid tot extern beroep wordt aan de medewerker meegedeeld.

Indien de werkgever, op advies van de sectorale beroepscommissie, beslist dat de toewijzing niet kan gebeuren conform de classificatieprincipes opgenomen in bijlage 1, omdat er geen corresponderende sectorale referentiefunctie bestaat, wordt de ontbrekende functie aan IFIC gerapporteerd door de werkgever aan de hand van het formulier dat hiertoe ter beschikking staat op de website van de vzw IFIC en moet hij toch een categorie toewijzen. § 8. De werknemer kan binnen de 2 weken die volgen op de ontvangst van de toewijzingsbeslissing beroep aantekenen bij de externe beroepscommissie na afloop van de interne (of sectorale) beroepsprocedure en dit uiterlijk op 9 juni 2023.

Art. 26.De externe beroepscommissie en de behandeling van het externe beroep § 1. De externe beroepscommissie moet het extern beroep van de werknemer bespreken met betrekking tot de toegewezen sectorale referentiefunctie(s), de vaststelling van een ontbrekende functie of de toewijzing van een categorie in het geval van een ontbrekende functie, en/of de verdeling van de arbeidstijd in het geval van een hybride functie. De externe beroepscommissie onderzoekt de ontvankelijkheid van het beroep en beslist over een alternatieve functietoewijzing, een alternatieve categorie in het geval van een ontbrekende functie, of een alternatieve verdeling van functies bij hybride functies, conform de bepalingen van deze collectieve arbeidsovereenkomst. § 2. De externe beroepscommissie wordt paritair samengesteld uit experten aangesteld door de werkgevers- en werknemersorganisaties vertegenwoordigd in het Paritair Comité voor de gezondheidsinrichtingen en -diensten. De samenstelling en benoeming gebeurt door het Paritair Comité voor de gezondheidsinrichtingen en -diensten.

De externe beroepscommissie moet paritair samengesteld zijn, met minimaal 2 leden die de werkgeversfederaties lid van het Paritair Comité voor de gezondheidsinrichtingen en -diensten en minimaal 2 leden die de werknemersorganisaties lid van het Paritair Comité voor de gezondheidsinrichtingen en diensten vertegenwoordigen, met een maximum van tien leden per vergadering. § 3. De secretaris van de externe beroepscommissie wordt aangesteld door de externe beroepscommissie. De secretaris maakt de uitnodigingen op en verstuurt ze. Hij maakt de verslagen van de bijeenkomsten op.

Hij neemt in alle vrijheid deel aan de beraadslagingen, doch zonder stemrecht. De secretaris heeft louter een adviserende en sturende rol.

De secretaris is bij voorkeur een medewerker-deskundige aangesteld door de vzw IFIC. § 4. De externe beroepscommissie bepaalt de vergaderkalender en de nadere regels voor de interne werking. Buiten deze vergaderkalender kan de secretaris zoals bepaald in § 3 van dit artikel de externe beroepscommissie buiten de bestaande kalender, in principe tijdens de normale werkuren van de vzw IFIC. § 5. Minstens de helft van het aantal leden aan werknemerszijde en de helft van het aantal leden aan werkgeverszijde, met een minimum van twee leden per afvaardiging, zijn vereist opdat de externe beroepscommissie geldig kan bijeenkomen, beraadslagen en beslissen.

De beslissing van de externe beroepscommissie is bindend voor alle partijen.

De externe beroepscommissie stelt, na haar oprichting, in unanimiteit een huishoudelijk reglement op over de wijze waarop ze tot een besluit komt. § 6. De externe beroepscommissie kan volgende beslissingen nemen met unanimiteit : - De externe beroepscommissie stelt de onontvankelijkheid van het verzoekschrift vast; - De externe beroepscommissie wijst een sectorale referentiefunctie toe; - De externe beroepscommissie wijst een nieuwe verdeling van hybride functies toe; - De externe beroepscommissie wijst definitief een categorie toe in het kader van een ontbrekende functie. § 7. Indien de externe beroepscommissie vaststelt dat de toewijzing niet kan gebeuren overeenkomstig de classificatieprincipes opgenomen in bijlage 1 van deze collectieve arbeidsovereenkomst, omdat er geen corresponderende sectorale referentiefunctie bestaat, moet de externe beroepscommissie door middel van vergelijking toch een categorie uit de functiewijzer toewijzen. Deze toewijzing is definitief. § 8. De externe beroepscommissie dient de ontbrekende functies te melden aan de vzw IFIC. De vzw IFIC behandelt deze meldingen in de onderhoudsprocedure, zoals omschreven in de collectieve arbeidsovereenkomst van 28 september 2016 "tot het bepalen van sectorale referentiefuncties en een sectorale functieclassificatie" (registratienummer 135642/CO/330). § 9. Het besluit van de externe beroepscommissie wordt uiterlijk op 11 december 2023 schriftelijk meegedeeld aan de werknemer en zijn werkgever. Het besluit van de externe beroepscommissie wordt gemotiveerd. HOOFDSTUK IX. - Slotbepalingen

Art. 27.De besprekingen en alle informatie verkregen over individuele werknemers in de interne, respectievelijk sectorale begeleidingscommissie en beroepscommissie alsook de externe beroepscommissie, zijn vertrouwelijk. De werknemersvertegenwoordigers respecteren de vertrouwelijkheid van de debatten en de informatie die gecommuniceerd wordt tijdens deze debatten, alsook de voorgelegde beslissingen en verslagen. Een uitwisseling met betrekking tot de voorgestelde functietoewijzing kan echter plaatsvinden tussen de werknemersvertegenwoordiger en de betrokken werknemer indien hier onduidelijkheden over bestaan. De argumenten uit de besprekingen in de begeleidingscommissie kunnen door de werknemersvertegenwoordigers gebruikt worden, en dit uitsluitend om een correcte toewijzing te garanderen en om individuele werknemers bij te staan indien deze daarom verzoeken (in het kader van de beroepsprocedure en zoals bedoeld in artikel 10, § 7 en 18, § 2 van deze collectieve arbeidsovereenkomst).

Art. 28.§ 1. De partijen komen uitdrukkelijk overeen dat de sectorale implementatie vastgesteld in deze collectieve arbeidsovereenkomst beperkt wordt ten belope van de structurele financiering door de subsidiërende overheid van de sectorale implementatiekosten zoals beoordeeld op grond van de sectorale rapportering vermeld onder artikel 20 van deze collectieve arbeidsovereenkomst. § 2. Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten onder de sectoraal opschortende voorwaarde dat de bevoegde overheid een structureel en aan de evolutie van de index, de evolutie van de anciënniteit en de evolutie van het aantal VTE aangepast budget, specifiek voor een (gedeeltelijke) invoering van het functieclassificatiesysteem, juridisch bindend garandeert aan de ondertekenende partijen.

Art. 29.§ 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking met ingang van 11 oktober 2021 en is gesloten voor onbepaalde tijd.

Zij kan op verzoek van de meest gerede ondertekenende partij worden herzien of opgezegd met inachtneming van een opzeggingstermijn van zes maanden bij de voorzitter van het Paritair Comité van de gezondheidsinrichtingen en -diensten. § 2. De organisatie die het initiatief tot herziening of opzegging neemt, moet in een gewone brief aan de voorzitter van het Paritair Comité voor de gezondheidsinrichtingen en -diensten de redenen ervan aangeven en amendementsvoorstellen indienen. De andere ondertekenende organisaties verbinden zich ertoe deze binnen een maand na ontvangst ervan in het Paritair Comité voor de gezondheidsinrichtingen en -diensten te bespreken.

Bijlage 1 : Procedures en toewijzingsregels Bijlage 2 : Schematisch overzicht van de timing voor de instellingen MET een intern paritair overlegorgaan (OR/CPBW/SD) Bijlage 3 : Schematisch overzicht van de timing voor de instellingen ZONDER intern paritair overlegorgaan (OR/CPBW/SD) Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 7 mei 2023.

De Minister van Werk, P.-Y. DERMAGNE _______ Nota's 1) Deze informaties wordt ook niet-digitaal ter beschikking gesteld op dezelfde plaats/manier als het arbeidsreglement.3) Of, in voorkomend geval, uiterlijk 1 week vóór de datum van de mededeling van de toekenningen van de functies aan de werknemers, in geval van een nieuwe bijeenroeping van de begeleidingscommissie door de werkgever volgens de nadere regels bepaald in artikel 11, § 3.5) Deze informatie wordt ook niet-digitaal ter beschikking gesteld op dezlfde plaats/manier als het arbeidsreglement. Bijlage 1 aan de collectieve arbeidsovereenkomst van 11 oktober 2021, gesloten in het Paritair Comité voor de gezondheidsinrichtingen en -diensten, betreffende de procedures voor de invoering van een nieuwe sectorale functieclassificatie en voor de rapportering aan de vzw IFIC Procedures en toewijzingsregels Deze vuistregels zijn van toepassing in het kader van de toewijzing van de sectorale referentiefuncties door de werkgever aan de betrokken werknemers, zoals bedoeld door deze collectieve arbeidsovereenkomst.

REGEL 1 : Navigeer doorheen de functiewijzer (Bijlage 1 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 28 september 2016 "tot het bepalen van de sectorale referentiefuncties en een sectorale functieclassificatie", die ook online beschikbaar is op de website van IFIC : www.if-ic.org).

De functiewijzer telt 221 verschillende sectorale referentiefuncties.

Zoek in de eerste plaats het functiedepartement waar de sectorale referentiefunctie kan voorkomen. Kijk dan naar de verschillende functiefamilies. Voor het functiedepartement "verpleging-verzorging" kan je zoeken in de sector(en) waarin de referentiefuncties voorkomen.

REGEL 2 : Vergelijk de functie-inhoud met de sectorale functiebeschrijving De functietitel geldt slechts als een indicatie voor het vinden van de juiste sectorale referentiefunctie(s). Op de IFIC-website staat voor elke functie de meest recente versie van elke sectorale referentiefunctiebeschrijving IFIC vermeld. De inhoud van functie die voorkomt in de onderneming dient vergeleken te worden met de inhoud van de sectorale referentiefunctie(s), op basis van de functietitel, de activiteiten en de taken. Elementen die niet in aanmerking komen voor de vergelijking van de functie-inhoud met de sectorale referentiefunctie (niet-exhaustieve lijst), zijn de graad of het diploma, het functioneren van de betrokken werknemer of het huidige barema.

REGEL 3 : 80 pct. regel van de functie-inhoud Bij de vergelijking van de functie-inhoud zijn verschillende hypotheses mogelijk : 1. De functie in de onderneming stemt volledig overeen met de sectorale referentiefunctie.De toewijzing van de sectorale referentiefunctie kan gebeuren; 2. De functie in de instelling verschilt weinig van de sectorale referentiefunctie (stemt voor 80 pct.overeen met het takenpakket). De toewijzing van de sectorale referentiefunctie is mogelijk. Het gaat hierbij om de volgende gevallen : a. de uitoefening van de functie in de onderneming omvat minder of meer activiteiten, zonder dat daardoor het algemeen doel van de sectorale referentiefunctie wordt aangetast;b. de afwijkingen op één of meerdere criteria (kennis en kunde, leidinggeven, communicatie, probleemoplossing, verantwoordelijkheid en omgevingsfactoren) zijn niet niveau-bepalend voor de functie. REGEL 4 : De hybride functie : een combinatie van sectorale referentiefuncties In bepaalde gevallen toont de vergelijking aan dat de werknemer in de onderneming niet één maar verscheidene sectorale referentiefuncties uitoefent. Er is sprake van een hybride functie indien de werknemer in het kader van éénzelfde arbeidsovereenkomst verschillende sectorale referentiefuncties met elkaar combineert, voor zover de gecombineerde functies niet hiërarchisch met elkaar verbonden zijn of gelijkaardige taken in dezelfde beroepscategorie omvatten. Gespecialiseerde en uitvoerende functies in dezelfde beroepsgroep kunnen niet met elkaar gecombineerd worden : in functies met een grotere complexiteit worden de courante taken (bijvoorbeeld klasseren, kopiëren) niet meegenomen, terwijl zij wel worden opgenomen in uitvoerende functies waar ze tot de essentie van het takenpakket behoren (bijvoorbeeld administratieve hulp).

Er kunnen maximaal 3 sectorale referentiefuncties worden toegewezen, elk met een aanduiding van het arbeidsvolume, uitgedrukt in procenten, dat aan elke toegewezen sectorale referentiefunctie wordt besteed. Een sectorale referentiefunctie waaraan de werknemer niet meer dan 10 pct. van zijn arbeidstijd besteedt, komt niet in aanmerking voor de toewijzing van een hybride functie.

REGEL 5 : Ontbrekende sectorale referentiefunctie(s) Indien de werkgever vaststelt dat de toewijzing niet kan gebeuren omdat er geen overeenstemmende sectorale referentiefunctie bestaat, kent hij verplicht toch een categorie toe (dat wil zeggen dat hij de ontbrekende functie onderbrengt in één van de bestaande wegingscategorieën), door middel van vergelijking met één of meerdere gelijkaardige sectorale referentiefuncties waarvan de relatieve waarde en het functieniveau overeenstemt met de uitgeoefende functie in de instelling.

Voornoemde vuistregels worden toegelicht en geïllustreerd aan de hand van concrete voorbeelden in de handleiding voor het correct gebruik van de functieclassificatie, online opgesteld door de vzw IFIC (www.if-ic.org). De handleiding is een aanvulling op deze bijlage.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 7 mei 2023.

De Minister van Werk, P.-Y. DERMAGNE

Bijlage 2 aan de collectieve arbeidsovereenkomst van 11 oktober 2021, gesloten in het Paritair Comité voor de gezondheidsinrichtingen en -diensten, betreffende de procedures voor de invoering van een nieuwe sectorale functieclassificatie en voor de rapportering aan de vzw IFIC Kalender - Schematisch overzicht van de timing voor de instellingen MET een intern paritair overlegorgaan (OR/CPBW/SD)

Datum

To do :

Uiterlijk op 15 november 2021

- Aanwijzing van de procesverantwoordelijke door de werkgever;

Tussen 15 november 2021 en 17 december 2021

- Opleiding van de procesverantwoordelijken door de vzw IFIC;

Uiterlijk op 1 december 2021

- Mededeling van de naam van de procesverantwoordelijke aan het intern paritair overlegorgaan (OR, CPBW, SD); - Samenstelling begeleidingscommissie/interne beroepscommissie;

Uiterlijk vanaf 20 december 2021, en tot 21 februari 2022

- Voorbereiding procesverantwoordelijke + informatie aan de leden van de begeleidingscommissie (lijst personeel, organogram, functiebeschrijvingen);

Uiterlijk op 17 januari 2022

- Algemene mededeling aan de werknemers;

Tussen 10 januari 2022 en 18 februari 2022

- Opleidingssessies "functieclassificatie" leden begeleidingscommissie (en interne beroepscommissie);

Tussen 21 februari 2022 en 18 maart 2022

- Opleidingssessies "rapportering";

Tussen 21 februari 2022 en 11 april 2022

- Bespreken van de toekenningen in de begeleidingscommissie;

Uiterlijk op 18 april 2022

- Rapportering aan IFIC (toewijzing + loongegevens); - Meedelen van de door de werkgever besliste toewijzingen aan de begeleidingscommissie;

Uiterlijk op 18 april 2022

- Meedelen toewijzingen aan de begeleidingscommissie;

Tussen 7 november 2022 en 23 december 2022

- Opleidingssessies "functieclassificatie" leden interne beroepscommissies;

Uiterlijk op 9 januari 2023 (uiterlijk 1 week voor de mededeling van de functietoewijzing aan de werknemer)

- Meedelen definitieve toewijzing in de begeleidingscommissie vóór de werknemer in kennis wordt gesteld;

Tussen 9 januari 2023 en 16 januari 2023

- Mededeling aan de werknemer van de functietoewijzing;

Uiterlijk op 27 februari 2023

- Indien intern beroep : indienen van het dossier;

Januari-mei 2023, en uiterlijk tegen 26 mei 2023

- Mededeling van de beslissing van het intern beroep aan de werknemer, binnen de 3 maanden die volgen op het indienen van het beroep;

Uiterlijk op 9 juni 2023

- Zodra het resultaat van het intern beroep bekend is : keuze om extern beroep aan te tekenen (15 dagen);

Uiterlijk op 11 december 2023

- Uiterste datum voor behandeling en mededeling van de definitieve toewijzing na afloop van het externe beroep.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 7 mei 2023.

De Minister van Werk, P.-Y. DERMAGNE

Bijlage 3 aan de collectieve arbeidsovereenkomst van 11 oktober 2021, gesloten in het Paritair Comité voor de gezondheidsinrichtingen en -diensten, betreffende de procedures voor de invoering van een nieuwe sectorale functieclassificatie en voor de rapportering aan de vzw IFIC Schematisch overzicht van de timing voor de instellingen ZONDER intern paritair overlegorgaan (OR/CPBW/SD)

Datum

To do :

Uiterlijk op 15 november 2021

- Aanwijzing van de procesverantwoordelijke door de werkgever;

Tussen 15 november 2021 en 17 december 2021

- Opleiding van de procesverantwoordelijken en de werkgevers door de vzw IFIC;

Uiterlijk op 1 december 2021

- Samenstelling door Paritair Comité voor de gezondheidsinrichtingen en -diensten van de sectorale begeleidingscommissies;

Uiterlijk tussen 20 december 2021 en 21 februari 2022

- Voorbereiding procesverantwoordelijke + eventueel informatie aan de leden van de sectorale begeleidingscommissie (lijst personeel, organogram, functiebeschrijvingen);

Uiterlijk op 17 januari 2022

- Algemene mededeling aan de werknemers;

Uiterlijk op 31 januari 2022

- Eventueel : kennisgeving door de werkgever dat hij een beroep wenst te doen op de diensten van de sectorale begeleidingscommissie (+ mededelingen contactgegevens van de procesverantwoordelijke);

Tussen 21 februari 2022 en 18 maart 2022

- Opleidingssessies "rapportering";

Tussen 21 februari 2022 en 11 april 2022

- Bespreken van de toewijzingen in de sectorale begeleidingscommissie;

Uiterlijk op 18 april 2022

- Rapportering aan IFIC (toewijzing + loongegevens);

Uiterlijk op 1 december 2022

- Samenstelling door Paritair Comité voor de gezondheidsinrichtingen en -diensten van de sectorale beroepscommissies;

Tussen 9 januari 2023 en 16 januari 2023

- Mededeling aan de werknemer van de toewijzing van de functie;

Uiterlijk op 27 februari 2023

- Indien sectoraal beroep : indienen van het dossier;

Januari-mei 2023, en uiterlijk tegen 26 mei 2023

- Mededeling van de beslissing van de toewijzing aan de werknemer ingevolge het sectoraal beroep, binnen de 3 maanden die volgen op het indienen van het beroep;

Uiterlijk op 9 juni 2023

- Zodra het resultaat van het sectoraal beroep bekend is : keuze om extern beroep aan te tekenen (15 dagen);

Uiterlijk op 11 december 2023

- Uiterste datum voor behandeling en mededeling van de definitieve toewijzing na afloop van het externe beroep.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 7 mei 2023.

De Minister van Werk, P.-Y. DERMAGNE

^