gepubliceerd op 20 juli 2009
Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 21 september 2004 houdende vaststelling van de normen voor de bijzondere erkenning als rust- en verzorgingstehuis, als centrum voor dagverzorging of als centrum voor niet aangeboren hersenletsels
7 JUNI 2009. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 21 september 2004 houdende vaststelling van de normen voor de bijzondere erkenning als rust- en verzorgingstehuis, als centrum voor dagverzorging of als centrum voor niet aangeboren hersenletsels
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet betreffende de ziekenhuizen en andere verzorgingsinrichtingen gecoördineerd op 10 juli 2008, artikel 170;
Gelet op het koninklijk besluit van 21 september 2004 houdende vaststelling van de normen voor de bijzondere erkenning als rust- en verzorgingstehuis, als centrum voor dagverzorging of als centrum voor niet aangeboren hersenletsels;
Gelet op het advies van de Nationale Raad voor Ziekenhuisvoorzieningen, gegeven op 4 december 2008;
Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 11 december 2008;
Gelet op de akkoordbevinding van de Staatssecretaris voor Begroting van 13 maart 2009;
Gelet op het advies 46.176/3 van de Raad van State, gegeven op 24 maart 2009, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;
Op de voordracht van de Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.In artikel 1 van het koninklijk besluit van 21 september 2004 houdende vaststelling van de normen voor de bijzondere erkenning als rust- en verzorgingstehuis, als centrum voor dagverzorging of als centrum voor niet aangeboren hersenletsels, worden volgende wijzigingen aangebracht : a) de bepaling onder 6° wordt aangevuld met de bepaling onder c), luidende : « c) bij gebrek aan de in a) en b) bedoelde personen, een personeelslid van het bevoegde O.C.M.W., met uitzondering van alle personen die een activiteit uitoefenen in of deelnemen aan het beheer van de betrokken instelling. »; b) de bepaling onder 7° wordt ingevoegd, luidende : « 7° « beoefenaar van de verpleegkunde » : de beoefenaar bedoeld in artikel 21quater van het koninklijk besluit nr.78 betreffende de uitoefening van de gezondheidszorgberoepen. »
Art. 2.In hetzelfde besluit, wordt het opschrift van de bijlage 1 vervangen als volgt : « Bijlage 1 - Rust- en verzorgingstehuizen ».
Art. 3.In artikel N1 - Bijlage 1 « Rust- en verzorgingstehuizen », A. « Algemene normen », van hetzelfde besluit wordt de bepaling onder 2. vervangen als volgt : « 2. Vanaf 1 januari 2010 moet ieder rust- en verzorgingstehuis beschikken over minstens 25 woongelegenheden. »
Art. 4.In artikel N1 - Bijlage 1 « Rust- en verzorgingstehuizen », B. « Specifieke normen », 1. « Architectonische normen », van hetzelfde besluit worden volgende wijzigingen aangebracht : 1° de bepaling onder j/1) wordt ingevoegd, luidende : « j/1) De datum van 1 januari 2010 die in h), i) en j) wordt vermeld, kan tot uiterlijk 1 januari 2015 uitgesteld worden door de overheid die bevoegd is voor de erkenning;op voorwaarde dat de betrokken instellingen bij deze een gemotiveerd verzoek indienen, vergezeld van een gedetailleerd tijdschema voor de uit te voeren werken. »; 2° de bepaling onder m) wordt vervangen als volgt : « m) In alle normale meteorologische omstandigheden moet een minimale temperatuur van 22 °C in de kamers kunnen bereikt worden. In de instellingen waarvoor werkzaamheden van wederopbouw of van aanpassingswerken worden uitgevoerd alsmede in de nieuwe gebouwen erkend vanaf 2015, moeten alle nuttige beschikkingen genomen worden om de temperatuur, in normale meteorologische omstandigheden, onder 27 °C te handhaven. »; 3° de bepalingen onder m/1), m/2) en m/3) worden ingevoegd, luidende : « m/1) In geval van een hittegolf moet één van de leefruimten geklimatiseerd zijn en moet ze voldoende groot zijn om de bewoners te kunnen opvangen. m/2) Alle voor de bewoners toegankelijke lokalen moeten voorzien zijn van een intern of extern systeem dat de bewoners tegen de zonnestralen beschermt. m/3) Alle bewoners moeten zittend een ongehinderd zicht hebben op de buitenwereld. »
Art. 5.In artikel N1 - Bijlage 1 « Rust- en verzorgingstehuizen », B. « Specifieke normen », 2. « Functionele normen », van hetzelfde besluit, worden volgende wijzigingen aangebracht : 1° de bepaling onder d) wordt vervangen als volgt : « d) ten minste de helft van de bedden in het rust- en verzorgingstehuis moet in de hoogte verstelbaar zijn en aangepast aan de noden van de bewoner.Een jaar na de inwerkingtreding van het koninklijk besluit van 7 juni 2009 tot wijziging van het koninklijk besluit van 21 september 2004 houdende vaststelling van de normen voor de bijzondere erkenning als rust- en verzorgingstehuis, als centrum voor dagverzorging of als centrum voor niet aangeboren hersenletsels moeten alle bedden in de hoogte verstelbaar zijn en aangepast aan de noden van de bewoner. »; 2° in de bepaling onder e), eerste streepje, wordt het woord « voldoende » opgeheven;3° de bepaling onder f) wordt vervangen als volgt : « Ieder rust- en verzorgingstehuis moet beschikken over minstens één aangepast bad;boven de 30 bewoners is een bijkomend aangepast bad verplicht wanneer de instelling de helft van elke nieuwe schijf van 30 bewoners overschrijdt. »
Art. 6.In artikel N1 - Bijlage 1 « Rust- en verzorgingstehuizen », B. « Specifieke normen », 3. « Organisatorische normen », van hetzelfde besluit worden volgende wijzigingen aangebracht : 1° in de Franse versie van de bepaling onder b) wordt het woord « individualisé » vervangen door de woorden « individuel de soins.»; 2° in de bepaling onder c), zesde streepje, worden de woorden « de hoofdverpleegkundige » vervangen door de woorden « de beoefenaars van de verpleegkunde.»; 3° in de bepaling onder d) wordt de zin « De Minister die de Volksgezondheid onder zijn bevoegdheid heeft kan praktische modaliteiten vaststellen i.v.m. de structuur en de uitwisseling van de gegevens van die elektronische dossiers, na advies van de Commissie « Standaarden inzake Telematica ten behoeve van de sector van de Gezondheidszorg » » opgeheven; 4° in de Nederlandse versie van de bepaling onder e), eerste streepje, wordt het woord « verpleegkundigen » vervangen door de woorden « beoefenaars van de verpleegkunde.»; 5° in de bepaling onder e), wordt tussen het derde en het vierde streepje een streepje ingevoegd, luidende : « - 0,10 lid van het personeel voor reactivering dat een bekwaming heeft in palliatieve zorg, ter ondersteuning van de verzorging van de terminale patiënten en dat over één van de volgende kwalificaties beschikt : graduaat of licentiaat of master kinesitherapie, graduaat of bachelor of licentiaat of master logopedie, graduaat of bachelor ergotherapie, graduaat of bachelor arbeidstherapie, graduaat of bachelor readaptatiewetenschappen, graduaat of bachelor dieetleer, graduaat of bachelor of licentiaat of master in de ortho-pedagogie, graduaat of bachelor of post-graduaat of master in de psychomotoriek, licentiaat of master in de psychologie, graduaat of bachelor psychologisch assistent en gelijkgestelden, graduaat of bachelor maatschappelijk assistent en gelijkgestelden, graduaat of bachelor in de gezinswetenschappen, licentiaat of master in de gerontologie, graduaat of bachelor opvoeder »;6° in de bepaling onder e) wordt het vroegere vierde streepje, dat het vijfde streepje wordt, vervangen als volgt : « - een voltijds equivalent verpleegkundige, naar rata van maximum 1 voltijds equivalent per 30 bewoners, mag, voor zover de permanentie bedoeld in g) wordt gerespecteerd, worden vervangen door een persoon die bij voorkeur één van de volgende kwalificaties heeft : graduaat of bachelor of licentiaat of master kinesitherapie, graduaat of bachelor of licentiaat of master logopedie, graduaat of bachelor ergotherapie, graduaat of bachelor arbeidstherapie, graduaat of bachelor readaptatiewetenschappen, graduaat of bachelor dieetleer, graduaat of bachelor of licentiaat of master in de ortho-pedagogie, graduaat of bachelor of post-graduaat of master in de psychomotoriek, licentiaat of master in de psychologie, graduaat of bachelor psychologisch assistent en gelijkgestelden, graduaat of bachelor maatschappelijk assistent en gelijkgestelden, graduaat of bachelor in de gezinswetenschappen, licentiaat of master in de gerontologie, graduaat of bachelor opvoeder of, bij gebrek eraan, door verzorgend personeel waarvoor de minister die de Volksgezondheid onder zijn bevoegdheid heeft, de minimum vereiste opleiding bepaalt.»; 7° de bepaling onder g), tweede lid, wordt vervangen als volgt : « Er wordt op toegezien dat de noden aan kinesitherapie en ergotherapie, opgenomen in het zorgplan, ingevuld worden.»; 8° in de bepaling onder h), eerste lid, wordt het woord « gerontologie » vervangen door de woorden « geriatrie en gerontologie »;9° de bepaling onder i), tweede lid, wordt aangevuld met een streepje, luidende : « - het bijhouden van het medische dossier alsook de medewerking aan het bijhouden van het individuele verzorgingsdossier.»
Art. 7.In artikel N1 - Bijlage 1 « Rust- en verzorgingstehuizen », B. « Specifieke normen », 10. « Kwaliteitsnormen », van hetzelfde besluit worden volgende wijzigingen aangebracht : 1° de bepaling onder b) wordt vervangen als volgt : « b ) Elk rust- en verzorgingstehuis moet beschikken over een kwaliteitsprogramma.Dit programma preciseert minstens het in a) bedoelde kwaliteitsbeleid, de in g) bedoelde vormingspolitiek en de wijze waarop de in h) bedoelde evaluatie geschiedt. »; 2° de bepalingen onder b/1) en b/2) worden ingevoegd, luidende : « b/1) De instellingen, erkend na inwerkingtreding van het koninklijk besluit van 7 juni 2009 tot wijziging van het koninklijk besluit van 21 september 2004 houdende vaststelling van de normen voor de bijzondere erkenning als rust- en verzorgingstehuis, als centrum voor dagverzorging of als centrum voor niet aangeboren hersenletsels, moeten binnen de twee jaar na het verkrijgen van hun erkenning over dat programma beschikken. b/2) De instelling moet beschikken over schriftelijke procedures met betrekking tot het hygiënisch wassen van de handen en de afzondering van bewoners die lijden aan een infectie met besmettingsgevaar.
De instelling moet beschikken over de producten i.v.m. handhygiëne en het materiaal noodzakelijk om deze procedures te kunnen toepassen. »; 3° de bepaling onder c) wordt aangevuld met de volgende zin : « De bewijzen van de concretisering van deze schriftelijke overeenkomsten moeten geleverd worden.»; 4° in de bepaling onder d) worden de woorden « de door de inrichtende macht aangewezen geneesheer en de hoofdverpleegkundige » vervangen door de woorden « de coördinerend en raadgevend arts en de hoofdverpleegkundige(n) »;5° de bepaling onder h), eerste lid, wordt vervangen als volgt : « Elk rust- en verzorgingstehuis moet de kwaliteit en de efficiëntie van de verzorging van de bewoners systematisch evalueren;in dit kader moet elke instelling de doorligwonden, de nosocomiale infecties, de valincidentie en het aantal incontinente personen registreren. »
Art. 8.In hetzelfde besluit wordt het opschrift van de bijlage 2 vervangen als volgt : « Bijlage 2 - Centra voor dagverzorging ».
Art. 9.In artikel N2 - Bijlage 2 « Centra voor dagverzorging », C. « Organisatorische normen », 1., van hetzelfde besluit, worden volgende wijzigingen aangebracht : a) de woorden « erkende plaatsen van het centrum voor dagverzorging » worden door het woord « gebruikers » vervangen;b) in de Nederlandse versie van de bepaling onder 1°, wordt het woord « verpleegkundige » vervangen door de woorden « beoefenaar van de verpleegkunde »;c) in de bepaling onder 2° worden de woorden « 1,5 voltijds equivalenten » vervangen door de woorden « 2, 03 voltijds equivalenten »;d) de bepaling onder 3° wordt vervangen als volgt : « 3° 0,63 voltijds equivalent die een functie met betrekking tot de reactivering van ouderen uitoefent en die over één van de volgende kwalificaties beschikt : graduaat of bachelor of licentiaat of master kinesitherapie, graduaat of bachelor of licentiaat of master logopedie, graduaat of bachelor ergotherapie, graduaat of bachelor arbeidstherapie, graduaat of bachelor readaptatiewetenschappen, graduaat of bachelor dieetleer, graduaat of bachelor of licentiaat of master in de ortho-pedagogie, graduaat of bachelor of post-graduaat of master in de psychomotoriek, licentiaat of master in de psychologie, graduaat of bachelor psychologisch assistent en gelijkgestelden, graduaat of bachelor maatschappelijk assistent en gelijkgestelden, graduaat of bachelor in de gezinswetenschappen, licentiaat of master in de gerontologie, graduaat of bachelor opvoeder.»
Art. 10.In artikel N2 - Bijlage 2 « Centra voor dagverzorging », D. « Statistische gegevens », van hetzelfde besluit, worden de woorden « door Ons » opgeheven.
Art. 11.In bijlage 3 « Centrum voor Niet Aangeboren Hersenletsels », wordt de bepaling onder B. « Architectonische normen », van hetzelfde besluit, vervangen als volgt : « B. Architectonische normen De netto-oppervlakte moet per éénpersoonskamer ten minste 12 m2 bedragen, het sanitaire niet meegerekend. Die oppervlakte wordt opgetrokken tot 18 m2 voor kamers voor twee personen, het sanitair niet meegerekend.
In geval van nieuwbouw worden de bedden in een individuele kamer opgesteld waarvan de oppervlakte minstens 18 m2 moet bedragen. »
Art. 12.De Minister bevoegd voor Sociale Zaken en Volksgezondheid is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 7 juni 2009.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, Mevr. L. ONKELINX