gepubliceerd op 29 januari 2020
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 3 juni 2019, gesloten in het Paritair Comité voor de gezondheidsinrichtingen en -diensten, betreffende de toekenning van een éénmalige premie betreffende het jaar 2018 voor de ambulante sectoren die afhangen van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie
7 JANUARI 2020. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 3 juni 2019, gesloten in het Paritair Comité voor de gezondheidsinrichtingen en -diensten, betreffende de toekenning van een éénmalige premie betreffende het jaar 2018 voor de ambulante sectoren die afhangen van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie (1)
FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de gezondheidsinrichtingen en -diensten;
Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 3 juni 2019, gesloten in het Paritair Comité voor de gezondheidsinrichtingen en -diensten, betreffende de toekenning van een éénmalige premie betreffende het jaar 2018 voor de ambulante sectoren die afhangen van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie.
Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 7 januari 2020.
FILIP Van Koningswege : De Minister van Werk, N. MUYLLE _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor de gezondheidsinrichtingen en -diensten Collectieve arbeidsovereenkomst van 3 juni 2019 Toekenning van een éénmalige premie betreffende het jaar 2018 voor de ambulante sectoren die afhangen van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie (Overeenkomst geregistreerd op 24 juli 2019 onder het nummer 152806/CO/330) HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en de werknemers van de sociale diensten, de diensten voor geestelijke gezondheid, van de hulp aan rechtzoekenden, de wijkgezondheidscentra en andere ambulante diensten die ressorteren onder het Paritair Comité voor de gezondheidsinrichtingen en -diensten en die erkend en gesubsidieerd zijn door de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.
Art. 2.De werknemers van de sectoren waarop de maatregelen van toepassing zullen zijn, zijn de werknemers die behoren tot de gesubsidieerde kaders van de erkende organisaties alsook hun werknemers "buiten kader" die worden ingezet voor taken in verband met de erkenning.
Onder "werknemers" wordt begrepen : het mannelijk en vrouwelijk werklieden- en bediendepersoneel. HOOFDSTUK II. - Algemene bepalingen
Art. 3.Met toepassing van punt D.1. Overgangsbepalingen van het protocolakkoord 2018-2019 van 18 juli 2018 voor de non-profitsectoren van de Franse Gemeenschapscommissie en van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie, "rekening houdend met de termijnen en om zeker te kunnen zijn van de mobilisatie in vastleggingen en vereffeningen van het bedrag van 9 000 000 EUR dat op de begroting 2018 voorzien is, werd beslist dit bedrag te vereffenen in de vorm van een éénmalige premie die effectief aan alle werknemers toegekend wordt (...). De premie moet worden uitgekeerd vóór eind 2018.". HOOFDSTUK III. - Bedragen en toepassingsmodaliteiten
Art. 4.Het bedrag van de éénmalige premie wordt forfaitair vastgesteld op 500 EUR bruto voor elke werknemer die in 2018 minimaal 11 weken gewerkt heeft (gelijkstellingen inbegrepen : ziekteperiodes (maximaal één jaar) en ouderschapsverloven, het moederschapsverlof en het vaderschapsverlof, de jaarlijkse vakantie, de vrijstellingen van prestaties, enz.) in de referteperiode van 9 maanden (van 1 januari 2018 tot 30 september 2018).
Het bedrag van de éénmalige premie is vastgesteld voor de werknemers die tijdens die referteperiode voltijds tewerkgesteld waren. Voor deeltijdse werknemers wordt het bedrag van de premie berekend naar rato van de contractueel bepaalde wekelijkse arbeidstijd.
Art. 5.De éénmalige premie wordt tegelijkertijd met het loon betreffende de maand juni 2019 betaald aan de werknemers.
Art. 6.De partijen komen overeen dat de voordelen verkregen in deze collectieve arbeidsovereenkomst slechts effectief zullen worden toegekend aan de werknemers voor zover de Regering de bepaling volledig uitvoert waarin voorzien is in punt D.1. van het protocolakkoord 2018-2019 gesloten op datum van 18 juli 2018 en dat de operatoren door haar gemandateerd (cf. brief COCOF van 28 november 2018 en brief GGC van 24 december 2018) om de gegevens te verzamelen van de werkgevers en van de werknemers, om het bedrag te berekenen en te storten van de subsidie die bestemd is om het bedrag te dekken van de premie rekening houdend met de werkgeversbijdragen voor de sociale zekerheid, hun opdrachten volledig uitvoeren.
Art. 7.Deze éénmalige premie vervangt niet geheel of gedeeltelijk de premies die reeds bij collectieve arbeidsovereenkomst, bedrijfsakkoord of -overeenkomst aan de werknemers zijn toegekend. HOOFDSTUK IV. - Slotbepalingen
Art. 8.Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking met ingang van 1 juni 2018.
Zij wordt gesloten voor bepaalde tijd en loopt ten einde op 31 december 2019.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 7 januari 2020.
De Minister van Werk, N. MUYLLE