gepubliceerd op 03 februari 2020
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 2 september 2019, gesloten in het Paritair Comité voor de non-ferro metalen, betreffende het loopbaanverlof
7 JANUARI 2020. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 2 september 2019, gesloten in het Paritair Comité voor de non-ferro metalen, betreffende het loopbaanverlof (1)
FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de non-ferro metalen;
Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 2 september 2019, gesloten in het Paritair Comité voor de non-ferro metalen, betreffende het loopbaanverlof.
Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 7 januari 2020.
FILIP Van Koningswege : De Minister van Werk, N. MUYLLE _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor de non-ferro metalen Collectieve arbeidsovereenkomst van 2 september 2019 Loopbaanverlof (Overeenkomst geregistreerd op 20 september 2019 onder het nummer 153976/CO/105)
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Comité voor de non-ferro metalen en op de werklieden die zij tewerkstellen.
Onder "werklieden" wordt verstaan : de werklieden en de werksters.
Art. 2.Vanaf 1 januari 2019 heeft iedere werkman recht op : - 1 extralegale verlofdag per jaar bij het bereiken van de leeftijd van 55 jaar; - 2 extralegale verlofdagen per jaar vanaf het bereiken van de leeftijd van 58 jaar; - 3 extralegale verlofdagen per jaar vanaf het bereiken van de leeftijd van 60 jaar.
Age
Nombre de jours de congé extra-légaux/an
Leeftijd
Aantal extralegale verlofdagen/jaar
55, 56 et 57 ans
1 jour
55, 56 en 57 jaar
1 dag
58 et 59 ans
2 jours
58 en 59 jaar
2 dagen
A partir de 60 ans
3 jours
Vanaf 60 jaar
3 dagen
Deze regeling is suppletief. Dit houdt in dat ondernemingsregelingen betreffende een loopbaanverlof, welke benaming er ook aan gegeven wordt, die gunstiger zijn, integraal van toepassing blijven en niet beïnvloed worden door deze overeenkomst.
Art. 3.Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2019 en is gesloten voor onbepaalde duur. Zij kan door elk van de ondertekenende partijen worden opgezegd met een opzegging van drie maanden, betekend bij een ter post aangetekende brief, gericht aan de voorzitter van het paritair comité en aan elk van de ondertekenende partijen.
Deze collectieve arbeidsovereenkomst vervangt de collectieve arbeids overeenkomst van 21 september 2015Relevante gevonden documenten type overeenkomst prom. 21/09/2015 pub. 13/10/2015 numac 2015022357 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Verordening tot wijziging van de verordening van 28 juli 2003 tot uitvoering van artikel 22, 11° van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994 sluiten betreffende het loopbaanverlof (registratienummer 130063/CO/105).
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 7 januari 2020.
De Minister van Werk, N. MUYLLE