Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 07 januari 1998
gepubliceerd op 19 maart 1998

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 19 januari 1996, gesloten in het Paritair Subcomité voor de technische filmbedrijvigheid, betreffende de loon- en arbeidsvoorwaarden

bron
ministerie van tewerkstelling en arbeid
numac
1997012898
pub.
19/03/1998
prom.
07/01/1998
ELI
eli/besluit/1998/01/07/1997012898/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

7 JANUARI 1998. Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 19 januari 1996, gesloten in het Paritair Subcomité voor de technische filmbedrijvigheid, betreffende de loon- en arbeidsvoorwaarden (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de technische filmbedrijvigheid;

Op de voordracht van Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 19 januari 1996, gesloten in het Paritair Subcomité voor de technische filmbedrijvigheid, betreffende de loon- en arbeidsvoorwaarden.

Art. 2.Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 7 januari 1998.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Tewerkstelling en Arbeid, Mevr. M. SMET

Bijlage Paritair Subcomité voor de technische filmbedrijvigheid Collectieve arbeidsovereenkomst van 19 januari 1996 Loon- en arbeidsvoorwaarden (Overeenkomst geregistreerd op 26 januari 1996, onder het nummer 40974/CO/303.04) HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en werknemers die ressorteren onder het Paritair Subcomité voor de technische filmbedrijvigheid. Onder "werknemers" verstaat men het mannelijk en vrouwelijk werklieden- en bediendenpersoneel. HOOFDSTUK II. - Werknemers die hoofdzakelijk handenarbeid verrichten

Art. 2.Het minimumuurloon van de meerderjarige werklieden en werksters wordt, vanaf 1 december 1994, vastgesteld als volgt voor een wekelijkse arbeidsduur van 38 uur : Categorie I : 233 F. - hulparbeiders Categorie II : 256 F. - filmreinigers - tweede verificateurs - tweede afdrukkers - tweede ontwikkelaars Categorie III : 273 F. - badenaanmakers - eerste verificateurs - filmoperateurs - eerste afdrukkers Categorie IV : 294 F. - eerste ontwikkelaars - monteerders van negatieven - lichtnummeraars - ondertitelaar

Art. 3.Het minimumuurloon van de minderjarige werklieden en werksters wordt vastgesteld op de volgende percentages van het minimumuurloon van de meerderjarige werklieden en werksters die dezelfde functie uitoefenen : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld

Art. 4.De werklieden en werksters die minstens achttien jaar oud zijn en een rendement hebben dat identiek wordt geacht aan dat van de meerderjarige werklieden en werksters van dezelfde functie genieten hetzelfde loon als de meerderjarigen.

Art. 5.De lonen vastgesteld in artikel 2 van deze collectieve arbeidsovereenkomst gelden als minima na een aanwezigheid van 6 maanden in de firma.

Bij de indienstneming bedragen deze lonen 75 pct. van het loon vastgesteld voor de functie waarvoor de werknemer wordt in dienst genomen.

Na drie maanden aanwezigheid bedraagt het loon 87,5 pct.

Na zes maanden aanwezigheid bedraagt het loon 100 pct.

Deze bepaling is niet meer van toepassing indien de werknemer reeds een grotere anciënniteit heeft in het vak waarvoor hij wordt in dienst genomen of zodra hij het bewijs heeft geleverd dat hij sneller kennis verwerkt. HOOFDSTUK III. - Werknemers die hoofdzakelijk hoofdarbeid verrichten I. Beroepsindeling

Art. 6.De functies van het uitvoerend personeel worden in vier klassen ingedeeld die door de hierna vermelde algemene maatstaven worden bepaald : 1. Eerste categorie : hulppersoneel. Normale aanvangsleeftijd : eenentwintig jaar.

Bepaling : Tot de eerste categorie, behoren de bedienden waarvan de functie is gekenmerkt door : a) een kennis die overeenstemt met het leerplan van het lager onderwijs en die voldoende is voor het uitoefenen van functies van het laagste niveau die behoren tot degene die bij de wet of de rechtspraak als van intellectuele aard worden beschouwd;b) de juiste uitvoering van eenvoudig werk van secundaire aard. Voorbeelden : - bediende belast met het classement; - bediende zonder ervaring, die begint te werken op kantoor- of mechanografische machines; - bediende hulpmagazijnier of hulpbediende bij de goederenreceptie (bijkomstig administratiewerk); - copietypist; - schrijver die hoofdzakelijk eenvoudig schrijf- of cijferwerk doet, opsommingen registreert, staten opmaakt of elementair werk van gelijk niveau uitvoert, zonder interpretatie; - titreerder (laboratorium) : bediende die eenvoudige metingen uitvoert (meten van inhoud, kleur, zwaarte, eenvoudige metingen op probatiegoederen) op monsters, volgens werkplan en nauwkeurige onderrichtingen, zonder de uitslag te interpreteren. 2. Tweede categorie : klerken. Normale aanvangsleeftijd : eenentwintig jaar.

Bepaling : Tot de tweede categorie, behoren de bedienden waarvan de functie is gekenmerkt door : a) de verwerving door onderwijs of door praktijk, van kennis gelijkwaardig aan deze die wordt verkregen door volledig onderwijs van de vierde graad of van de lagere secundaire graad;b) de uitvoering van eenvoudige werkzaamheden die weinig uiteenlopend zijn, waarvoor de verantwoordelijkheid door een rechtstreekse en bestendige controle is beperkt;c) een beperkte tijd van aanpassing die het verwerven van handigheid in een bepaald werk mogelijk maakt. Voorbeelden : - ponser, verificateur, hulp-operator van statistiekmachines; - stockbediende (magazijn, opslagplaatsen, reserves), administratiewerk voor magazijnen waar voorraden of afgewerkte producten zijn opgeslagen, zonder boekhoudkundige toewijzing; - ervaren typist die keurig werk zonder spelfouten levert; - stenotypist zonder ervaring, bij aanvang van de functie; - schrijver belast met eenvoudig schrijf- of rekenwerk, het registreren van opsommingen, het opmaken van staten of ander bijkomstig werk van gelijk niveau, dat enige oordeelkunde vereist en onder rechtstreekse controle wordt uitgevoerd; - telefonist die aan deze bediening zijn volle werktijd wijdt; - bediende die verzendstukken opstelt, doch niet moet opzoeken welke fiscale- of douanerechten van toepassing zijn; - hulpscheikundige : bediende die courante analyses uitvoert, de metingen van titreerders naziet, zulks op grond van nauwkeurige onderrichtingen en zonder de uitslagen te moeten interpreteren. 3. Derde categorie : geschoolde klerken. Normale aanvangsleeftijd : drieëntwintig jaar.

Bepaling : Tot de derde categorie behoren de bedienden waarvan de functie is gekenmerkt door : a) een praktische vorming gelijkwaardig aan die welke wordt verkregen door volledig secundair onderwijs of door secundair onderwijs van de lagere graad aangevuld met speciaal vakonderwijs, ofwel een beroepsopleiding die werd verworven door stages of door het uitoefenen van identieke of gelijkaardige betrekkingen;b) de uitvoering van een zelfstandige en gevarieerd werk, dat doorgaans initiatief en overleg vergt van degene die het verricht en waaraan de verantwoordelijkheid voor de uitvoering ervan is verbonden. Voorbeelden : - operator aan statistiekmachines; - bediende verantwoordelijk voor magazijn, voorraden, reserves en opslagplaatsen; - typist belast met een secretariaat; - ervaren stenotypist, die tegen 80 tot 100 woorden per minuut in stenografie kan opnemen en tegen 40 woorden per minuut typen met correcte uitvoering van het werk; - bediende belast met het berekenen van lonen; - hulpboekhouder die tot taak heeft aan de hand van basisbescheiden, een gedeelte van de boekhouding of van de gewone schrifturen samen te stellen, dat niettemin een homogeen geheel vormt tot voorbereiding van de centralisatie, om het even of dit werd gedaan met de hand of met de machine; - facturist belast met het opmaken van omslachtige facturen, waarbij onder meer opmetingen, kubusberekeningen, omrekeningen van waarden, vreemde maten en gewichten, enz. te pas komen; - vertaler van courante teksten die twee talen machtig is; - scheikundige analist : bediende die alle normale ontledingen uitvoert op grond van nauwkeurige onderrichtingen en aanwijzingen van een hoger geplaatst scheikundige; - meesterpersoneel. 4. Vierde categorie : meer dan geschoolde klerken. Normale aanvangsleeftijd : vijfentwintig jaar.

Bepaling : Tot de vierde categorie, behoren de bedienden waarvan de functie is gekenmerkt door : a) een opleiding die opweegt tegen de bekwaamheid verworven door volledig secundair onderwijs en gespecialiseerde vakstudies van een zelfde peil of ook de verwerving van een praktische opleiding door stages of door het bekleden van identieke of gelijkaardige betrekkingen;b) een aanpassing van beperkte duur;c) een meer uiteenlopend zelfstandig werk dat vanwege hem die het uitvoert, een meer dan middelmatige vakkennis, initiatief en verantwoordelijkheidszin vereist;d) de mogelijkheid : 1° al de mindere werkzaamheden van hun specialiteit uit te voeren;2° al de bestanddelen van de hun toevertrouwde werkzaamheden samen te voegen, eventueel met de hulp van de bedienden der lagere categorieën. Voorbeelden : - stenotypist-secretaris die het secretariaat van een bestuurspost waarneemt; - bediende die de verantwoordelijkheid draagt voor het toepassen van alle regelingen op gebied van lonen en/of sociale wetgeving; - boekhouder, dit is bediende die tot taak heeft alle verrichtingen boekhoudkundig vast te leggen, samen te brengen en te ordenen om er de algemene balansen van op te maken, die de voorzieningen, de balans en de resultatenrekeningen voorafgaan; - scheikundige analist : maakt alle kwantitatieve en kwalitatieve analyses van een grondstof of een product dat de onderneming betreft; - gediplomeerde scheikundige : maakt alle kwantitatieve en kwalitatieve analyses van een grondstof of een product dat de onderneming betreft en geeft aan de personeelsleden van lagere rang de nodige aanwijzingen voor hun werk.

Algemene bepalingen

Art. 7.§ 1. Deze indeling heeft tot doel de toepassing van de in deze collectieve arbeidsovereenkomst bepaalde minimumlonen voor de ondernemingen te vergemakkelijken.

De functies of werkzaamheden die in elke categorie worden vermeld, gelden als voorbeelden. De niet genoemde functies of werkzaamheden worden naar analogie met de aangehaalde voorbeelden ingedeeld. § 2. Mededeling van de classificatie.

De werkgevers gaan de verbintenis aan de bedienden, op wie de loonschalen van toepassing zijn, in kennis te stellen van de categorie waarin zij zijn ingedeeld.

Deze mededeling wordt gedaan bij de indienstneming, of op het tijdstip dat de classificatie een wijziging ondergaat, of ook nog bij de afgifte van de jaarlijkse afrekening van de lonen.

In ieder geval wordt de classificatie op verzoek van de bediende medegedeeld. 3. Begrip "genoten onderwijs". Het begrip "genoten onderwijs" dat bij elke trap wordt vermeld, komt slechts als beoordelingsfactor in aanmerking bij de aanvang van de loopbaan en bij ontstentenis van de andere factoren waaruit het algemeen criterium van elk der categorieën bestaat. § 4. Kennis en gebruik van verschillende talen.

De in deze collectieve arbeidsovereenkomst bepaalde minima gelden voor het gebruik van één enkele taal. Wanneer voor het uitoefenen van een functie de kennis of het gebruik van meer dan één taal wordt vereist, rechtvaardigt dit niet de overgang naar een hogere categorie wanneer de aard van de functie er niet door verandert; wel past het er rekening mee te houden bij de vaststelling van het loon.

II. Lonen A. Schaal voor het personeel genoemd in hoofdstuk III.

Art. 8.§ 1. De maandelijkse minimumlonen per categorie voor het uitvoerend personeel worden per 1 september 1994 als volgt vastgesteld : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld

Art. 9.In afwijking van de bepalingen van artikel 8 mag het loon van de bedienden, die na de normale aanvangsleeftijd voor hun categorie worden in dienst genomen, bij hun indiensttreding gelijk zijn aan het minimum maandloon dat vastgesteld is voor de normale aanvangsleeftijd van die categorie.

Het minimum maandloon dat overeenstemt met de leeftijd van de bediende en met zijn categorie moet evenwel progressief worden bereikt, uiterlijk zes maanden na de indiensttreding.

Te dien einde wordt na drie maanden dienst het loon bij de indienstneming verhoogd met 50 pct. van het verschil tussen dit loon en dat overeenstemmend met de leeftijd en de categorie van de belanghebbende. HOOFDSTUK IV. - Gemeenschappelijke bepalingen Koppeling van de lonen en wedden aan het indexcijfer van de consumptieprijzen.

Art. 10.§ 1. De in artikelen 2 en 8 vastgestelde lonen, alsmede de lonen die werkelijk worden uitbetaald aan de werklieden, werksters en bedienden, waarop deze collectieve arbeidsovereenkomst van toepassing is, staan tegenover het indexcijfer van de consumptieprijzen 116,52 vanaf 1 september 1994. § 2. Het laatstgenoemde referentie-indexcijfer 116,52 vormt de spil van de eerste stabilisatieschijf 114,24 tot 118,85.

De minimumlonen- en wedden en deze die werkelijk worden uitbetaald aan de werklieden, werksters en bedienden, zoals vermeld in § 1, schommelen met 2 pct. volgens de hierna vermelde stabilisatieschijven, wanneer het rekenkundig gemiddelde van de indexcijfers van de laatste drie maanden deze schijven overschrijdt : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld § 3. De honderdsten van de cijfers vermeld in § 2 van dit artikel, alsmede die van de cijfers vermeld in de artikelen 2, 3 en 5 van deze overeenkomst worden afgerond tot het onmiddellijk hogere honderdste of blijven ongewijzigd, naargelang het duizendste de waarde 5 al dan niet overschrijdt. § 4. De decimalen van de cijfers vermeld in artikel 3 van deze overeenkomst worden afgerond tot de hogere eenheid of worden verwaarloosd, naargelang zij al dan niet de waarde 5 overschrijden.

Art. 11.De verhogingen en verlagingen van de lonen ten gevolge van de schommelingen van het indexcijfer van de consumptieprijzen worden van kracht met ingang van de eerste dag van de maand die volgt op die waarop het gemiddelde van de indexcijfers, dat de verhoging of de verlaging van de lonen veroorzaakt, betrekking heeft. HOOFDSTUK V. - Slotbepaling

Art. 12.Deze collectieve arbeidsovereenkomst vervangt de collectieve arbeidsovereenkomst van 17 mei 1989, gesloten in het Paritair Subcomité voor de technische filmbedrijvigheid, tot vaststelling van de loon- en arbeidsvoorwaarden, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 29 januari 1990 Belgisch Staatsblad van 15 maart 1990).

Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking met ingang van 1 september 1994. Zij wordt gesloten voor onbepaalde duur.

Zij kan op verzoek van de meest gerede partij worden herzien of opgezegd met een opzeggingstermijn van drie maanden, betekend bij aangetekende brief aan de voorzitter van het Paritair Subcomité voor de technische filmbedrijvigheid en aan de ondertekenende partijen.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 7 januari 1998.

De Minister van Tewerkstelling en Arbeid, Mevr. M. SMET

(1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.

^