Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 06 september 2016
gepubliceerd op 21 september 2016

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 9 juli 2013, gesloten in het Paritair Subcomité voor de betonindustrie, betreffende de tussenkomst van het "Sociaal Fonds van de betonindustrie" in de kosten van externe opleiding

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2016012133
pub.
21/09/2016
prom.
06/09/2016
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

6 SEPTEMBER 2016. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 9 juli 2013, gesloten in het Paritair Subcomité voor de betonindustrie, betreffende de tussenkomst van het "Sociaal Fonds van de betonindustrie" in de kosten van externe opleiding (1)


FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 7 januari 1958Relevante gevonden documenten type wet prom. 07/01/1958 pub. 31/03/2011 numac 2011000170 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de Fondsen voor bestaanszekerheid Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de fondsen voor bestaanszekerheid, inzonderheid op artikel 2;

Gelet op de wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de betonindustrie;

Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 9 juli 2013, gesloten in het Paritair Subcomité voor de betonindustrie, betreffende de tussenkomst van het "Sociaal Fonds van de betonindustrie" in de kosten van externe opleiding.

Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 6 september 2016.

FILIP Van Koningswege : De Minister van Werk, K. PEETERS _______ Nota (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 7 januari 1958Relevante gevonden documenten type wet prom. 07/01/1958 pub. 31/03/2011 numac 2011000170 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de Fondsen voor bestaanszekerheid Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, Belgisch Staatsblad van 7 februari 1958. Wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.

Bijlage Paritair Subcomité voor de betonindustrie Collectieve arbeidsovereenkomst van 9 juli 2013 Tussenkomst van het "Sociaal Fonds van de betonindustrie" in de kosten van externe opleiding (Overeenkomst geregistreerd op 23 juli 2013 onder het nummer 116295/CO/106.02)

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de arbeid(st)ers van de ondernemingen die onder het Paritair Subcomité voor de betonindustrie (PSC 106.02) ressorteren.

Art. 2.In toepassing van artikel 3 van de statuten van het "Sociaal Fonds van de betonindustrie", vastgesteld bij collectieve arbeidsovereenkomst van 13 mei 1981 tot oprichting van een fonds voor bestaanszekerheid en vaststelling van zijn statuten, gewijzigd bij collectieve arbeidsovereenkomst van 27 mei 2009, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 18 november 2009, en in toepassing van artikel 3 van collectieve arbeidsovereenkomst van 26 oktober 2011 (koninklijk besluit van 14 januari 2013, Belgisch Staatsblad van 9 april 2013, nummer 106866/CO/106.02), betreffende bijkomende vormingsinspanningen, draagt het "Sociaal Fonds van de betonindustrie" bij in de externe opleidingskosten van de arbeid(st)ers.

Art. 3.De modaliteiten van tussenkomst en de door de werkgevers te volgen procedure, gevoegd in bijlage van deze collectieve arbeidsovereenkomst, zijn van toepassing.

Art. 4.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 september 2013 en is gesloten voor onbepaalde tijd.

Zij kan door elk van de partijen opgezegd worden mits een opzeggingstermijn van drie maanden wordt betekend, per aangetekende brief gericht aan de voorzitter van het Paritair Subcomité voor de betonindustrie.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 6 september 2016.

De Minister van Werk, K. PEETERS

Bijlage aan de collectieve arbeidsovereenkomst van 9 juli 2013, gesloten in het Paritair Subcomité voor de betonindustrie, betreffende de tussenkomst van het "Sociaal Fonds van de betonindustrie" in de kosten van externe opleiding Procedure opleidingen De sociale partners hebben volgende procedure afgesproken voor wat betreft de organisatie en terugbetaling van de collectieve sectorale opleidingen. 1. Opleidingsverstrekkers De voorkeur gaat naar door het "Sociaal Fonds van de betonindustrie" erkende opleidingsversterkers.Er wordt steeds gestreefd naar een gelijk aanbod van opleidingen in de drie gewesten.

In uitzonderlijke gevallen kan beroep gedaan worden op nog niet erkende opleidingsverstrekkers. Voor zulke aanvragen dient de aanvrager (onderneming) een Bedrijfsopleidingsplan (BOP) in te dienen. - In ondernemingen met een ondernemingsraad dient het BOP ter advies voorgelegd te worden aan de ondernemingsraad. - Bij ontstentenis van een ondernemingsraad, wordt het BOP ter advies voorgelegd aan de syndicale afvaardiging. - Bij ontstentenis van syndicale afvaardiging, dient een BOP goedgekeurd te worden door de woordvoerders van de sociale partners met een mandaat van het SFBI. Opleidingen gegeven door de interne opleiders worden niet erkend.

Nieuwe opleidingen die niet in het programma voorzien zijn kunnen alleen goedgekeurd worden op basis van hun collectief karakter.

Bedrijfsspecifieke opleidingen worden niet goedgekeurd. Wel kan in het bestaand programma een opleiding aan het niveau en de behoeften van de deelnemers aangepast worden.

Het secretariaat wordt belast met de praktische organisatie van de afgesproken opleidingen en met het organiseren van de samenwerking met de betrokken opleidingsverstrekkers. Uitzonderingen worden vooraf, afzonderlijk en systematisch ter goedkeuring voorgelegd aan de woordvoerders van SFBI. 2. Aanbod Het opleidingsprogramma wordt elk jaar bepaald, op basis van behoeften van de deelnemers, populariteit van specifieke opleidingen of andere evoluties op de opleidingsmarkt.Het compleet aanbod wordt vervolgens opgenomen in een informatiebrochure die tevens gepubliceerd wordt op de website van het fonds. Een exemplaar van de brochure wordt aan elke medewerker met de post op zijn privéadres gestuurd en wordt in aantallen verspreid over de vakbonden en de werkgevers.

Uitzonderlijk kunnen op vraag van de werkgever andere opleidingen goedgekeurd worden, op voorwaarde dat het collectieve opleidingen betreft (= opleidingen die ook een andere bedrijven voorgesteld kunnen worden), en mits het voorleggen van een BOP. Bedrijfsgebonden opleidingen zoals bijvoorbeeld "besturen van een bedrijfsspecifieke machine" worden niet erkend.

Wij kunnen onderscheid maken naar twee soorten leeractiviteiten, namelijk opleidingen opgenomen in het standaard aanbod van SFBI en de opleidingen buiten het standaard aanbod van SFBI. Omschrijving -

Aanvraag voor opleiding met BOP* -

Aanvraag voor opleiding zonder BOP*

Tijdstip van opleiding

Altijd tijdens de arbeidsuren.

Uitzonderlijk tijdens de productieactiviteit

Altijd tijdens de arbeidsuren.

Niet tijdens productieactiviteit

Plaats van opleiding

Intern/extern

Intern/extern

Opleidingsverstrekker

Erkend/Nog niet erkend

Enkel erkend (standard aanbod is beschikbaar)

Opleider intern/extern

Steeds extern

Steeds extern

Inschrijving

Een BOP indienen. Inschrijving voor opleiding via de website

Via de website

Goedkeuring

Noodzakelijk

Niet noodzakelijk bij standard aanbod (automatisch)

Voordeel

Financiële tussenkomst voor opleidingskost en loonkost mits advies (OR/SA) dan wel goedkeuring (geen OR/SA) van BOP

Financiële tussenkomst voor opleidingskost


* Bedrijfsopleidingsplan 2.1. Aanvraag voor opleiding met een Bedrijfsopleidingsplan (BOP) Werkgevers kunnen een hogere tussenkomst in de opleidingskosten bekomen bij SFBI indien ze een opleiding willen organiseren voor hun werknemers mits voorleggen van een BOP. Een BOP dient opgesteld worden voor de periode van minimum één jaar.

In ondernemingen met een ondernemingsraad wordt dit BOP vooral ter advies voorgelegd aan de ondernemingsraad (in bedrijven zonder ondernemingsraad aan de syndicale afvaardiging). Voor ondernemingen zonder ondernemingsraad en/of syndicale afvaardiging dienen de woordvoerders van de sociale partners met een mandaat in het SFBI het ingediende BOP goed te keuren.

Na een positief antwoord op de aanvraag, kan de werkgever zijn werknemers inschrijven via de website van SFBI. Na het vervolledigen van de inschrijving, zal de opleidingsverstrekker de aanvrager contacteren in verband met de concrete afspraken.

Alle door de woordvoerders van SFBI erkende opleidingen worden regelmatig gepubliceerd op de website van SFBI. Tevens wordt het opleidingsaanbod van SFBI jaarlijks gepubliceerd in een opleidingsfolder die verstuurd wordt naar iedere arbeider/ster tewerkgesteld in de sector, naar alle werkgevers en ook naar vertegenwoordigers van de werknemers.

Indien een gewenste opleiding en/of opleidingsverstrekker (nog) niet erkend is en bijgevolg ook niet gepubliceerd werd op de website van SFBI, kan de werkgever een potentiële opleiding en/of opleidingsverstrekker voorstellen indien hij een BOP voor zijn onderneming heeft opgesteld. Indien de woordvoerders van de sociale partners met een mandaat in het SFBI akkoord zijn, zal de aanvraag positief behandeld worden.

Bij voorkeur organiseren wij enkel de opleidingen tijdens de werkuren maar niet tijdens de productieactiviteiten. 2.2. Aanvraag voor opleiding zonder een Bedrijfsopleidingsplan (BOP) Werkgevers kunnen een tussenkomst in de opleidingskosten bekomen bij SFBI indien ze een opleiding willen organiseren voor hun werknemers.

Aanvraag gebeurt steeds via de website van SFBI door een werkgever of een persoon aangesteld door de werkgever. Na het vervolledigen van de inschrijving, zal de opleidingsverstrekker de aanvrager contacteren in verband met de concrete afspraken. Aanvraag door de deelnemers is niet mogelijk.

Iedere opleidingsaanvraag dient ter advies voorgelegd worden aan de ondernemingsraad of, bij ontstentenis, aan de syndicale afvaardiging.

Een aanvraag voor een opleiding buiten het standaard aanbod is niet mogelijk. Deze mogelijkheid wordt gereserveerd voor de aanvragers die een BOP indienen (zie punt 2.1.).

De aanvrager dient het aanvraagformulier volledig en correct in te vullen en te vervolledigen met een offerte. Er dient een aanvraagformulier per opleidingsdossier gestuurd te worden. De goedkeuring van de ondernemingsraad of, bij ontstentenis, door de syndicale afvaardiging is noodzakelijk. De goedkeuringsdatum dient vermeld te worden op het aanvraagformulier.

De goedkeuringsprocedure bedraagt één week vanaf de datum waarop het dossier werd ontvangen door SFBI. 3. Procedure 3.1. Inschrijvingen Voor het Vlaams Gewest gebeurt de inschrijving via de website van het SFBI. Voor het Waalse Gewest wordt de inschrijving per mail verstuurd via een specifiek aanvraagformulier naar : formations@fondsbeton.be tot het ogenblik dat de nieuwe tweetalige website van SFBI in gebruik zal genomen worden. De nieuwe website zal in het najaar 2013 operationeel worden.

Vanaf 1 september 2013 voorzien wij een verhoogde tussenkomst in de opleidingskost mits het opstellen van een Bedrijfsopleidingsplan (BOP) voor de periode van minstens één jaar. Voor bedrijven zonder ondernemingsraad en/of syndicale afvaardiging analyseert de sectorconsulent het Bedrijfsopleidingsplan en legt het dossier dan vervolgens voor aan de woordvoerders van SFBI ter goedkeuring. 3.2. Coördinatie De opleidingsverstrekker coördineert met elk bedrijf de organisatie, plaats en datum van de opleiding. Deze informatie wordt aan het secretariaat van het fonds voor de effectieve datum van de opleiding meegedeeld.

Het secretariaat van het SFBI zorgt voor de algemene coördinatie en het onder controle houden van de kosten. 3.3. Controle op aanwezigheid en kwaliteit van de opleiding Elke deelnemer aan een opleiding tekent elke dag van de opleiding een aanwezigheidslijst en vult op het einde van de opleiding een evaluatieformulier in.

De originele aanwezigheidslijsten en de evaluatieformulieren worden aan het secretariaat bezorgd, ten laatste bij de afrekening van de opleidingskost.

De sectorconsulent heeft op elk ogenblik het recht om op het adres van elke opleiding controle uit te voeren op de werkelijke aanwezigheid van de deelnemers. 3.4. Opleidingsvoorwaarden De opleidingen worden steeds georganiseerd tijdens de werkuren en buiten de productieactiviteiten. Uitzonderlijk wordt een specifiek opleidingsconcept toegestaan die tijdens de productieactiviteiten plaatsvindt (zie punt 2.1.).

Indien de opleiding bedrijfsintern wordt georganiseerd, verbindt de werkgever zich toe tijdens de opleiding de werknemers niet weg te roepen of productieactiviteiten te laten uitvoeren.

Dergelijke incidenten worden door de opleider vastgesteld in zijn schriftelijke rapportering en kunnen het niet terugbetalen van de opleidingskosten als gevolg hebben. 4. Kosten

Omschrijving -

Aanvraag voor opleiding met BOP -

Aanvraag voor opleiding zonder BOP

Opleidingskost

Maximum 130 EUR/deelnemer/dag

Maximum 130 EUR/deelnemer/dag

Uurloon

Uurloon van de arbeider met een maximum van 14,3011 EUR/uur

Niet voorzien

Verplaatsing

Niet voorzien

Niet voorzien


4.1. Tussenkomst in de opleidingskost De gemiddelde kostprijs per werknemer per gevolgde dag van opleiding wordt als referentie genomen als maximale tussenkomst van het fonds voor opleidingen georganiseerd door de erkende en niet erkende opleidingsverstrekkers.

De raad van beheer van het SFBI bepaalt elk jaar de referentiekostprijs per dag per werknemer.

De eventuele meerkost blijft ten laste van de werkgever en de terugbetaling wordt voor elke opleiding apart berekend. 4.2. Tussenkomst in de uurlonen De tussenkomst in de uurloonkosten is enkel voorzien mits het voorleggen van een BOP dat vooraf ter advies werd voorgelegd aan de ondernemingsraad dan wel de syndicale afvaardiging en voor bedrijven zonder ondernemingsraad en/of syndicale afvaardiging mits de goedkeuring van de woordvoerders met een mandaat in het SFBI. De in rekening genomen uurlonen, zijn deze aangegeven door de werkgevers. In geen geval zal de tussenkomst van het SFBI hoger zijn dan het hoogste sectoraal minimumloon (in het 38-urenstelsel) dat op het ogenblik van de opleiding van toepassing is. Indien de werkgever, wanneer gevraagd, zijn uurlonen niet of niet tijdig meedeelt, zal rekening gehouden worden een forfaitair uurloon, dat het gemiddelde is van de sectorale minimumlonen, in het 38-urenstelsel, van de 5 looncategorieën (niet kuispersoneel) op het ogenblik van de opleiding. 4.3. Tussenkomst in de verplaatsingskosten SFBI voorziet geen tussenkomst in de verplaatsingskosten. 5. Facturatie Na afloop van alle opleidingen opgenomen in het BOP, dient de aanvrager alle originele aanwezigheidslijsten te bezorgen aan het secretariaat samen met andere bewijzen van de deelname in opleiding. De werking en betaling van de facturen gebeurt conform de afgesproken met de opleidingsverstrekkers voorwaarden. De terugbetaling aan de werkgever vindt plaats na afloop van alle opleidingen opgenomen in het BOP. 6. Attesten, brevetten, ...

De opleidingsverstrekker zorgt voor het bezorgen van alle attesten, brevetten, diploma's,... aan de betrokken deelnemers, rechtstreeks of via de werkgever, volgens hun gebruikelijke procedures. 7. Samenwerking met de opleidingsverstrekkers Het secretariaat zorgt voor een correcte en gelijke behandeling van alle aanvaarde opleidingsverstrekkers. Bij conflicten of betwistingen wordt in eerste instantie beroep gedaan op de werkgroep van de woordvoerders, en indien nodig op de voltallige raad van beheer.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 6 september 2016.

De Minister van Werk, K. PEETERS

^