6 OKTOBER 1999. - Koninklijk besluit houdende toekenning van een subsidie van 10 665 000 BEF aan de Internationale Organisatie voor Migratie voor de uitvoering van het project voor de bijstand aan de Kosovaarse oorlogsvluchtelingen in België

ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 23 december 1998 houdende de Algemene uitgavenbegroting voor het begrotingsjaar 1999;

Gelet op de gecoördineerde wetten op de Rijkscomptabiliteit van 17 juli 1991, inzonderheid op artikels 55 tot 58;

Gelet op het projectvoorstel van 22 juni 1999 van de Internationale Organisatie voor Migratie betreffende de bijstand aan Albanese Kosovaren in België;

Gelet op de overeenkomst nr. JAI/1999/REF/107 van 17 augustus 1999 tussen de Europese Gemeenschap en het Ministerie van Sociale Zaken, Volksgezondheid en Leefmilieu, betreffende de opvang en begeleiding van de Kosovaarse oorlogsvluchtelingen;

Gelet op het advies van de inspecteur van financiën, gegeven op 19 juli 1999;

Gelet op het koninklijk besluit van 16 november 1994 betreffende de administratieve en begrotingscontrole, inzonderheid artikel 14;

Op de voordracht van Onze Minister van Maatschappelijke Integratie, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Een toelage van tien miljoen zeshonderdvijfenzestigduizend BEF (10 665 000 BEF) wordt ter beschikking gesteld van de Internationale Organisatie voor Migratie voor de uitvoering van het project voor de bijstand aan de Kosovaarse oorlogsvluchtelingen in België. 20 % van dit bedrag, zijnde 2 133 000 BEF, wordt aangerekend op basisallocatie 26.55.32.33.26 van de Algemene Uitgavenbegroting 1999. 80 % van dit bedrag, zijnde 8 532 000 BEF, wordt betaald van de gelden die door de Europese Commissie werden toegekend aan het Ministerie van Sociale Zaken, Volksgezondheid en Leefmilieu voor de uitvoering van het project betreffende de opvang en de begeleiding van de Kosovaarse oorlogsvluchtelingen.

Art. 2.De toelage heeft als doel de Internationale Organisatie voor Migratie in staat te stellen een programma uit te werken voor de bijstand aan de Kosovaarse oorlogsvluchtelingen gedurende hun verblijf in België.

Dit programma heeft twee doelstellingen : het bevorderen van de integratie gedurende hun tijdelijk verblijf in België en bijstand verlenen bij de reïntegratie in hun land van oorsprong.

Hiertoe wordt een « Information Focal Point » gecreëerd, evenals ontmoetingscentra voor cultuur en informatieuitwisseling. Er wordt tevens een gegevensbank uitgewerkt, waarin de noden en wensen van de doelgroep worden opgenomen.

Art. 3.Het project loopt van 14.07.1999 tot 14.12.1999.

Art. 4.§ 1. De uitbetaling van de toelage zal gebeuren op de bankrekening van het dagelijks bestuur I.O.M. bij de Generale Bankmaatschappij (nr. 210-0377977-20/280.050).

Het toegekende bedrag zal in drie schijven worden betaald : - een eerste schijf van 50 % zal betaald worden binnen de 60 dagen na de ondertekening van onderhavig besluit; - een tweede schijf van 25 % zal betaald worden binnen de 60 dagen na ontvangst van een tussentijds rapport, na voorlegging van de noodzakelijke verantwoordingsstukken en na akkoord van de opdrachtgever; - het saldo van 25 % zal betaald worden binnen de 60 dagen na voorlegging van de noodzakelijke verantwoordingsstukken en oplevering van het eindrapport en na akkoord van de opdrachtgever. § 2. De bewijsstukken worden gedateerd, ondertekend door de IOM en voor de gevorderde sommen voor waar en echt verklaard. Zij worden in drie exemplaren ingediend. § 3. Alle schuldvorderingen en verantwoordingsstukken in het kader van deze overeenkomst dienen uiterlijk op 29 februari 2000 in het bezit te zijn van de administratie. § 4. Op de administratieve verwerking wordt toegezien door de Bestuursdirectie voor het Maatschappelijk Welzijn van het Ministerie van Sociale Zaken, Volksgezondheid en Leefmilieu, Zwarte Lievevrouwstraat 3C, 5e verdieping, 1000 Brussel. Alle briefwisseling in verband met de administratieve verwerking in het kader van deze overeenkomst wordt aan dit adres gericht.

In geval van betwisting zijn enkel de Brusselse rechtbanken bevoegd.

Art. 5.Onze Minister van Maatschappelijke Integratie is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 6 oktober 1999.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Maatschappelijke Integratie J. VANDE LANOTTE