gepubliceerd op 28 november 1997
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 juni 1995, gesloten in het Paritair Comité voor de uitzendarbeid, betreffende de eenmaligheid van de proeftijd
6 JUNI 1997. Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 juni 1995, gesloten in het Paritair Comité voor de uitzendarbeid, betreffende de eenmaligheid van de proeftijd (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de uitzendarbeid;
Op de voordracht van Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 30 juni 1995, gesloten in het Paritair Comité voor de uitzendarbeid, betreffende de eenmaligheid van de proeftijd.
Art. 2.Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 6 juni 1997.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Tewerkstelling en Arbeid, Mevr. M. SMET Bijlage Paritair Comité voor de uitzendarbeid Collectieve arbeidsovereenkomst van 30 juni 1995 Eenmaligheid van de proeftijd (Overeenkomst geregistreerd op 21 november 1995 onder het nummer 39763/CO/322)
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op : a) De uitzendbureaus, bedoeld bij artikel 7, 1° van de wet van 24 juli 1987 betreffende de tijdelijke arbeid, de uitzendarbeid en het ter beschikking stellen van werknemers ten behoeve van gebruikers;b) De uitzendkrachten, bedoeld bij artikel 7, 3° van voormelde wet van 24 juli 1987, die door deze uitzendbureaus worden tewerkgesteld.
Art. 2.Conform de bepalingen van de artikelen 5 en 8 van voormelde wet van 24 juli 1987 worden, behoudens strijdige overeenkomst, de eerste drie arbeidsdagen van de overeenkomst voor uitzendarbeid als proeftijd beschouwd.
Art. 3.Partijen komen overeen dat ingeval een uitzendkracht, via opeenvolgende arbeidsovereenkomsten voor uitzendarbeid, in dezelfde functie, op dezelfde arbeidspost en bij dezelfde gebruiker tewerkgesteld wordt, opeenvolgende proeftermijnen verboden zijn.
Art. 4.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 juli 1995 en is gesloten voor onbepaalde duur.
Zij kan mits een opzeggingstermijn van drie maanden door elk van de partijen worden opgezegd bij een ter post aangetekende brief gericht aan de Voorzitter van het Paritair Comité voor de uitzendarbeid.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 6 juni 1997.
De Minister van Tewerkstelling en Arbeid, Mevr. M. SMET Voor de raadpleging van de voetnoot, zie beeld