5 OKTOBER 1998. - Koninklijk besluit betreffende de agenten en ambtenaren van de Regie der Luchtwegen, gelijktijdig inspecteurs van luchtvaartpolitie

ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 27 juni 1937 houdende herziening van de wet van 16 november 1919, betreffende de regeling der Luchtvaart, inzonderheid op de artikelen 38, 39, 40, 40bis en 41, gewijzigd bij de wet van 6 augustus 1973;

Gelet op het koninklijk besluit van 17 juli 1998 houdende aanvullende bepalingen betreffende de hervorming van de beheersstructuren van de luchthaven Brussel-Nationaal, inzonderheid artikel 11;

Overwegende dat bij de overdracht van de exploitatie van de luchthaven van Brussel-Nationaal van de Regie der Luchtwegen naar de naamloze vennootschap van publiek recht « Brussel International Airport Company », ook personeelsleden van deze Regie, aan wie een mandaat verleend was van inspecteur van luchtvaartpolitie, werden overgedragen naar de naamloze vennootschap van publiek recht « Brussel International Airport Company »;

Overwegende dat deze mandaten van luchtvaartpolitie die aan deze personeelsleden verleend waren dienen behouden te blijven;

Overwegende dat de bevoegdheid van deze inspecteurs beperkt dient te worden tot Brussel-Nationaal waarvan de exploitatie overgedragen werd aan de naamloze vennootschap van publiek recht « Brussels International Airport Company », terwijl zij met het oog op de eenvormigheid en overeenkomstig de wet van 27 juni 1937 houdende regeling van de luchtvaart dienen onderworpen te worden aan het gezag van de hoofdinspecteur van luchtvaartpolitie wat hun ambt van inspecteur betreft;

Op de voordracht van Onze Minister van Vervoer, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.De agenten en ambtenaren van de Regie der Luchtwegen, tevens inspecteur van luchtvaartpolitie, die op 1 oktober 1998 als statutaire personeelsleden overgedragen worden naar de naamloze vennootschap van publiek recht « Brussels International Airport Company » (B.I.A.C.) blijven het ambt van inspecteur luchtvaartpolitie vervullen.

Art. 2.De inspecteurs bedoeld bij artikel 1 zullen onder het gezag staan van de directeur-generaal van het Bestuur van de Luchtvaart, hoofdinspecteur van luchtvaarpolitie. Zij zullen bevoegd zijn op de luchthaven van Brussel-Nationaal.

Art. 3.Onze Minister van Vervoer is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 5 oktober 1998.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Vervoer, M. DAERDEN