4 MAART 1998. Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 10 september 1981 betreffende de handel in groentezaad

ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op het koninklijk besluit van 10 september 1981 betreffende de handel in groentezaad, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 29 februari 1984, 2 januari 1990 en 25 oktober 1990;

Gelet op de richtlijn 70/458/EEG van 29 september 1970, van de Raad van de Europese Economische Gemeenschap, betreffende het in de handel brengen van groentezaad, inzonderheid gewijzigd bij de richtlijn van de Raad 96/72/EG van 18 november 1996;

Gelet op het overleg met de Gewestregeringen;

Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, gewijzigd bij de wetten van 9 augustus 1980, 16 juni 1989, 4 juli 1989, 6 april 1995 en 4 augustus 1996;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid;

Overwegende dat, enerzijds, de noodzaak om onverwijld maatregelen te nemen voortvloeit uit de verplichting om te voldoen aan de richtlijn van de Raad 96/72/EG van 18 november 1996 en dat, anderzijds, de operatoren dringend de passende maatregelen moeten kunnen nemen;

Op de voordracht van Onze Minister van Landbouw en de Kleine en Middelgrote Ondernemingen, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.In het koninklijk besluit van 10 september 1981 betreffende de handel in groentezaad wordt in bijlage IV, deel A onder a) punt 1, en deel B, onder a) punt 1 de afkorting « EEG » vervangen door de afkorting « EG ».

Art. 2.Resterende voorraden etiketten met de afkorting « EEG » mogen tot en met 31 december 2001 worden gebruikt.

Art. 3.Onze Minister van Landbouw en de Kleine en Middelgrote Ondernemingen is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 4 maart 1998.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Landbouw en de Kleine en Middelgrote Ondernemingen, K. PINXTEN