4 JUNI 1997. Koninklijk besluit houdende wijziging van het koninklijk besluit van 11 april 1984 houdende statuut van de Adviseurs voor de Buitenlandse Handel

ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op artikel 107, 2e lid, van de Grondwet;

Gelet op het koninklijk besluit van 11 april 1984 houdende statuut van de Adviseurs voor de Buitenlandse Handel;

Gelet op artikel 3 van de gecoördineerde wetten inzake de Raad van State;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid;

Overwegende dat het past om de functie van Adviseur voor de Buitenlandse Handel in het belang van de instellingen voor exportbevordering en van de exportondernemingen beter te valoriseren;

Overwegende dat er in dit opzicht reden toe is om de inspanningen van de vzw Vereniging van de Adviseurs voor de Belgische Buitenlandse Handel (VABH), die op 30/01/1997 werd opgericht, te steunen om het netwerk van Adviseurs van de Buitenlandse Handel te structureren en hun activiteiten te ontwikkelen en te coördineren;

Overwegende dat het, met het oog daarop, dringend is om de functie van Adviseur van de Buitenlandse Handel te herdefiniëren en over te gaan tot de hernieuwing van de mandaten van Adviseur van de Buitenlandse Handel die zijn vervallen;

Op de voordracht van Onze Vice-Eerste Minister, Minister van Financiën en Buitenlandse Handel, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Lid 1 van artikel 2 van het koninklijk besluit van 11 april 1984 houdende statuut van de Adviseurs voor de Buitenlandse Handel wordt door de volgende tekst vervangen : « Om als Adviseur voor de Buitenlandse Handel benoemd te worden dient men te voldoen aan de volgende voorwaarden : a) Belg zijn;b) van onberispelijk gedrag zijn en een eervolle faam genieten;c) de burgerlijke en politieke rechten genieten;d) minstens 30 jaar oud zijn en, behoudens behoorlijk gemotiveerde afwijking, 65 jaar niet overschreden hebben op de datum van de benoeming;e) een ervaring van minimum 10 jaar hebben inzake export.»

Art. 2.In hetzelfde besluit wordt een nieuw artikel 2bis ingevoegd, luidende als volgt : « Komen niet in aanmerking voor benoeming tot Adviseur voor de Buitenlandse Handel : a) personen die actief zijn in de openbare sector of in een parastatale instelling;b) personen met een mandaat van Ereconsul van België.»

Art. 3.In hetzelfde besluit wordt een nieuw artikel 2ter ingevoegd, luidende als volgt : « Zijn Adviseurs voor de Buitenlandse Handel van rechtswege : de ambtenaar die aan het hoofd staat respectievelijk van de Algemene Directie van de Buitenlandse Economische Betrekkingen van het Ministerie van Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, van de Belgische Dienst voor de Buitenlandse Handel, van de Nationale Delcredere Dienst, van de Belgische Maatschappij voor Internationale Investeringen en de Goeverneur van de Nationale Bank. » « Hebben de mogelijkheid, indien ze het wensen, om Adviseurs voor de Buitenlandse Handel te worden : de ambtenaar die aan het hoofd staat respectievelijk van de Agence wallonne à l'Exportation, van Export Vlaanderen, van de Dienst Buitenlandse Handel van het Brusselse-Hoofdstedelijk Gewest en van de Vlaamse Dienst voor Agro-Marketing. »

Art. 4.Artikel 3 van hetzelfde besluit wordt vervangen door een nieuw artikel 3, luidende als volgt : « De Adviseurs voor de Buitenlandse Handel hebben als opdracht : a) aan de Minister onder wie de Buitenlandse Handel ressorteert, mededelingen van alle aard voor te leggen die kunnen bijdragen tot de ontwikkeling van het handelsverkeer tussen België en het buitenland. Minstens eenmaal per jaar zal een verslag daarover eigener beweging worden voorgelegd aan de Minister onder wie de Buitenlandse Handel ressorteert; b) te antwoorden op elk verzoek om advies of om inlichtingen van dezelfde aard dat tot hen gericht wordt door de Minister onder wie de Buitenlandse Handel ressorteert;c) de federale en gewestelijke openbare en particuliere instanties die actief zijn inzake de bevordering van de buitenlandse handel, alsook de Belgische en Luxemburgse exporteurs in hun benadering van de buitenlandse markten op basis van hun ervaring van advies te dienen.»

Art. 5.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Art. 6.Onze Minister van Buitenlandse Handel is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 4 juni 1997.

ALBERT Van Koningswege : De Vice-Eerste Minister, Minister van Financiën en van Buitenlandse Handel, Ph. MAYSTADT