gepubliceerd op 14 juli 2006
Koninklijk besluit houdende uitvoering van het artikel 1411bis, § 2 en § 3, van het Gerechtelijk Wetboek en tot vaststelling van de inwerkingtreding van de artikelen 4 tot 8 van de wet van 27 december 2005 houdende diverse bepalingen
4 JULI 2006. - Koninklijk besluit houdende uitvoering van het artikel 1411bis, § 2 en § 3, van het Gerechtelijk Wetboek en tot vaststelling van de inwerkingtreding van de artikelen 4 tot 8 van de wet van 27 december 2005 houdende diverse bepalingen
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op artikel 1411bis, §§ 2 en 3, van het Gerechtelijk Wetboek;
Gelet op artikel 11 van de wet van 27 december 2005 houdende diverse bepalingen;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 19 april 2006;
Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Begroting, gegeven op 5 mei 2006;
Gelet op het advies 40.509/2 van de Raad van State gegeven op 14 juni 2006;
Op de voordracht van Onze Minister van Justitie en op het advies van Onze in Raad vergaderde ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Teneinde te beantwoorden aan het bepaalde in artikel 1411bis, § 3, eerste lid, van het Gerechtelijk Wetboek, vermeldt de opdrachtgever de volgende codes in de overschrijvingsopdracht wanneer een bedrag bedoeld in de artikelen 1409, 1409bis en 1410 van hetzelfde Wetboek gecrediteerd wordt op een zichtrekening bij een kredietinstelling door middel van een overschrijving : 1° de drie tekens /A/ voor de bedragen beoogd in de artikelen 1409, § 1, en 1409bis van hetzelfde Wetboek;2° de drie tekens /B/ voor de bedragen beoogd in de artikelen 1409, § 1bis, en 1410, § 1, van hetzelfde Wetboek;3° de drie tekens /C/ voor de bedragen beoogd in artikel 1410, § 2, van hetzelfde Wetboek; De letters A, B, C moeten steeds een hoofdletter zijn.
De opdrachtgever vermeldt de code, gevolgd door een spatie, in de eerste vakjes van de ruimte voor vrije mededelingen, voor enige andere mededeling.
Art. 2.Teneinde te beantwoorden aan het bepaalde in artikel 1411bis, § 3, tweede lid, van hetzelfde Wetboek, deelt de opdrachtgever, ingeval hij niet de rekeninghouder is, de in artikel 1 bedoelde code mee aan de kredietinstelling overeenkomstig de door dit artikel bepaalde modaliteiten, wanneer een bedrag bedoeld in de artikelen 1409, 1409bis en 1410 van hetzelfde Wetboek in contanten wordt betaald op een zichtrekening bij een kredietinstelling. De kredietinstelling levert aan de opdrachtgever een document waarop de betaling en de meegedeelde code wordt vermeldt. De kredietinstelling vermeldt eveneens de code tegenover het gecrediteerde bedrag.
Art. 3.Teneinde te beantwoorden aan het bepaalde in artikel 1411bis, § 2, tweede lid, van hetzelfde Wetboek, krijgen de bedragen, die de werkgever van de schuldenaar door middel van een overschrijving of in contanten betaalt op een zichtrekening van de schuldenaar, de code /A/. Het bepaalde in de artikelen 1 en 2 is van overeenkomstige toepassing.
Art. 4.Op 1 januari 2007 treden in werking : 1° de artikelen 4 tot 8 van de wet van 27 december 2005 houdende diverse bepalingen;2° dit besluit. Gegeven te Brussel, 4 juli 2006.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Justitie, Mevr. L. ONKELINX