4 APRIL 2022. - Koninklijk besluit betreffende de toekenning van maaltijdcheques aan bepaalde militairen in werkelijke dienst

FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 20 mei 1994 betreffende de geldelijke rechten van de militairen, artikel 11bis, ingevoegd bij de wet van 27 maart 2003;

Gelet op het protocol van onderhandelingen N-527 van het Onderhandelingscomité van het militair personeel, gesloten op 26 mei 2021;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 28 juni 2021;

Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Ambtenarenzaken, d.d. 28 oktober 2021;

Gelet op de akkoordbevinding van de Staatssecretaris voor Begroting, d.d. 2 februari 2022;

Gelet op het advies van de Raad van State 71.015, gegeven op 9 maart 2022, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Op de voordracht van de Minister van Defensie, en op het advies van de in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit worden de begrippen van "gewone plaats van het werk" en "dienstreis" gebruikt overeenkomstig de definities bedoeld in artikel 1, 3° en 4°, van het koninklijk besluit van 21 oktober 1975 tot vaststelling van het vergoedingsstelsel toepasselijk op de militair die in België verplicht wordt bepaalde werkelijke lasten te dragen.

Art. 2.Dit besluit is van toepassing op de militair en de kandidaat-militair in werkelijke dienst wanneer die zich in de deelstand "in normale dienst" bevinden en van wie de gewone plaats van het werk zich in België bevindt, met uitzondering van het personeelslid dat: 1° in mobiliteit of gebezigd is;2° ter beschikking gesteld is, hetzij bij de geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus, hetzij bij een openbare dienst. Een kandidaat-militair in de deelstand "in vorming", gedurende een afwachtingsstage of een afwachtingsperiode, geniet evenwel van de bepalingen van dit besluit.

Art. 3.Het personeelslid bedoeld in artikel 2 geniet, overeenkomstig de bepalingen van dit besluit, van elektronische maaltijdcheques.

Art. 4.De nominale waarde van een maaltijdcheque bedraagt 6 euro, waarvan het personeelslid 1,09 euro bijdraagt en Defensie als werkgever 4,91 euro bijdraagt. Dit bedrag wordt niet geïndexeerd.

Art. 5.De dagen die in aanmerking worden genomen voor de berekening van het aantal maaltijdcheques waarop het personeelslid recht heeft, zijn de dagen waarop hij dienstprestaties verricht, onafhankelijk van de duur van de prestaties, op voorwaarde dat hij niet geniet van de ten laste neming van de voedingskosten door de Staat in toepassing van het koninklijk besluit van 9 januari 2014Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 09/01/2014 pub. 27/01/2014 numac 2014007022 bron ministerie van landsverdediging Koninklijk besluit betreffende het recht op voeding ten laste van de staat ten voordele van de militairen die zich in bepaalde bijzondere omstandigheden bevinden sluiten betreffende het recht op voeding ten laste van de Staat ten voordele van de militairen die zich in bepaalde bijzondere omstandigheden bevinden of van een andere tussenkomst die tot doel heeft de maaltijden te vergoeden.

De maaltijdcheque is eveneens verschuldigd voor de prestaties verricht in het weekend of op feestdagen, wanneer het personeelslid er het bevel voor heeft gekregen volgens de noden van de dienst.

De maaltijdcheque is niet verschuldigd wanneer het personeelslid gedurende desbetreffende dag geen prestaties verricht, onder andere wanneer hij: 1° met verlof is;2° met afwezigheid om gezondheidsredenen is;3° met dienstontheffing is;4° met compensatie in tijd is.

Art. 6.§ 1. Het personeelslid dat een dienstreis in België uitvoert, ontvangt een maaltijdcheque voor deze dag van de dienstprestatie en wordt, met uitzondering van de hoofdofficieren en opperofficieren, vergoed overeenkomstig het koninklijk besluit van 21 oktober 1975 tot vaststelling van het vergoedingsstelsel toepasselijk op de militair die in België verplicht wordt bepaalde werkelijke lasten te dragen.

Wanneer voor deze dag van de dienstprestatie, het totale bedrag van de toegekende maaltijdvergoedingen in toepassing van het voornoemd koninklijk besluit van 21 oktober 1975, hoger is dan het bedrag van de tussenkomst van de werkgever in de maaltijdcheque, dan wordt deze tussenkomst in mindering gebracht van de te ontvangen maaltijdvergoedingen.

Wanneer het personeelslid geen maaltijdvergoedingen ontvangt in toepassing van het voornoemd koninklijk besluit van 21 oktober 1975 of indien deze vergoeding voor die dag gelijk is aan of lager is dan het bedrag van de tussenkomst van de werkgever in de maaltijdcheque, is de vermindering bedoeld in het tweede lid niet van toepassing. Bijgevolg ontvangt het personeelslid enkel een maaltijdcheque. § 2. Het personeelslid dat een dienstreis uitvoert in het buitenland ontvangt een maaltijdcheque voor deze dagen van de dienstprestatie, en dit vanaf de eerste dag tot en met de laatste dag van deze dienstreis, en wordt vergoed overeenkomstig het koninklijk besluit van 15 januari 1962 tot vaststelling van het vergoedingsstelsel toepasselijk op de militairen die dienstreizen volbrengen in het buitenland.

Het bedrag van de tussenkomst van de werkgever in de maaltijdcheque wordt eveneens in mindering gebracht van de te ontvangen maaltijdvergoedingen overeenkomstig het voornoemd koninklijk besluit van 15 januari 1962.

Wanneer het personeelslid geen maaltijdvergoedingen ontvangt in toepassing van het voornoemd koninklijk besluit van 15 januari 1962, is de vermindering bedoeld in het tweede lid niet van toepassing.

Art. 7.De elektronische maaltijdcheques worden gecrediteerd op het einde van de maand volgend op de maand waarin de dienstprestaties worden geleverd op de maaltijdchequerekening van het personeelslid volgens het aantal dagen die werkelijk werden gepresteerd.

Indien blijkt dat er te veel of te weinig maaltijdcheques zijn uitgekeerd, dan worden die verrekend op de volgende maand.

Indien er te veel maaltijdcheques zijn uitgekeerd en de verrekening niet mogelijk is, worden deze bedragen teruggevorderd ten belope van de tussenkomst van Defensie.

Art. 8.Dit besluit treedt in werking op 1 november 2022.

Art. 9.De Minister bevoegd voor Defensie is belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 4 april 2022.

FILIP Van Koningswege : De Minister van Defensie, L. DEDONDER