gepubliceerd op 03 augustus 1999
Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 1 maart 1989 houdende instelling van een stelsel van studie- en stagebeurzen, in België, ten gunste van onderhorigen van ontwikkelingslanden
3 JUNI 1999. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 1 maart 1989 houdende instelling van een stelsel van studie- en stagebeurzen, in België, ten gunste van onderhorigen van ontwikkelingslanden
VERSLAG AAN DE KONING Sire, U hebt op 21 december 1998 de wet tot oprichting van de « Belgische Technische Coöperatie » in de vorm van een vennootschap van publiek recht ondertekend.
U hebt op 15 februari 1999 het koninklijk besluit tot uitvoering van artikel 13 van de wet tot oprichting van de "Belgische Technische Coöperatie" in de vorm van een vennootschap van publiek recht ondertekend.
U hebt op 5 mei 1999 het koninklijk besluit houdende instemming met het eerste beheerscontract tussen de Belgische staat en de vennootschap van publiek recht met sociaal oogmerk « Belgische Technische Coöperatie » ondertekend.
Op grond van artikel 41, § 2 van de wet waarin staat dat de Administratie niet meer het bilaterale beurzen- en stageprogramma beheert, zonder afbreuk te doen aan de bevoegdheden van de Gemeenschappen inzake onderwijs, is er reden om zich zonder uitstel te houden aan de wet.
Het is in die context dat dit koninklijk besluit u wordt voorgelegd.
Artikel 1 neemt de opheffingsbepalingen die nodig zijn.
Artikel 2 verduidelijkt de overgangsbepalingen.
Artikel 3 geeft de dag aan waarop dit koninklijk besluit in werking treedt.
Ik heb de eer te zijn, Sire, van Uwe Majesteit, de zeer eerbiedige en zeer getrouwe dienaar, De Minister van Ontwikkelingssamenwerking, R. MOREELS
3 JUNI 1999. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 1 maart 1989 houdende instelling van een stelsel van studie- en stagebeurzen, in België, ten gunste van onderhorigen van ontwikkelingslanden ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de programmawet van 24 december 1993;
Gelet op de wet van 21 december 1998 tot oprichting van de « Belgische Technische Coöperatie » in de vorm van een vennootschap van publiek recht;
Gelet op de wet van 21 december 1998 betreffende de oprichting van de « Belgische Technische Coöperatie » in de vorm van een vennootschap van publiek recht;
Gelet op het koninklijk besluit van 1 maart 1989 houdende instelling van een stelsel van studie- en stagebeurzen, in België, ten gunste van onderhorigen van ontwikkelingslanden, gewijzigd bij koninklijk besluit van 24 maart 1993 en 2 december 1997;
Gelet op het koninklijk besluit van 10 februari 1999 tot uitvoering van artikel 41 van de wet van 21 december 1998 tot oprichting van de « Belgische Technische Coöperatie » in de vorm van een vennootschap van publiek recht;
Gelet op het koninklijk besluit van 15 februari 1999 tot uitvoering van artikel 13 van de wet van 21 december 1998 tot oprichting van de « Belgische Technische Coöperatie » in de vorm van een vennootschap van publiek recht;
Gelet op het koninklijk besluit van 5 mei 1999 houdende instemming met het eerste beheerscontract tussen de Belgische staat en de naamloze vennnootschap van publiek recht met sociaal oogmerk « Belgische Technische Coöperatie »;
Gelet op het advies van de inspecteur van financiën, gegeven op 31 mei 1999;
Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, §1, gewijzigd bij de wetten van 9 augustus 1980, 16 juni 1989, 4 juli 1989 en 4 augustus 1996;
Gelet op de hoogdringendheid;
Overwegende dat op grond van artikel 41, § 2, van de wet van 21 december 1998 tot oprichting van de « Belgische Technische Coöperatie » in de vorm van een vennootschap van publiek recht, het beheer van het bilateraal beurzen- en stageprogramma, zonder afbreuk te doen aan de bevoegdheden van de Gemeenschappen inzake onderwijs, niet meer aan de Administratie wordt toegewezen, is het noodzakelijk om onmiddellijk over te gaan tot het wijzigen van het koninklijk besluit van 1 maart 1989 houdende instelling van een stelsel van studie-en stagebeurzen, in België, ten gunste van onderhorigen van ontwikkelingslanden, zoals tot op heden gewijzigd, teneinde tegemoet te komen aan de bepalingen van de wet;
Op de voordracht van Onze Minister van Ontwikklingssamenwerking, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Worden in het koninklijk besluit van 1 maart 1989 houdende instelling van een stelsel van studie- en stagebeurzen, in België, ten gunste van onderhorigen van ontwikkelingslanden opgeheven : 1° de artikelen 1 tot 20;2° de artikelen 25 tot 33.
Art. 2.De studie- en stagebeurzen die aan onderhorigen van ontwikkelingslanden werden toegewezen overeenkomstig het koninklijk besluit dat in artikel 1 werd gewijzigd, blijven aan de begunstigden toegekend, onder de door het bedoeld besluit gestelde voorwaarden, tot het einde van de opleiding waarvoor de beurs werd toegewezen.
Art. 3.Dit besluit treedt heden in werking.
Art. 4.Onze Minister van Ontwikkelingssamenwerking is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 3 juni 1999.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Ontwikkelingssamenwerking, R. MOREELS