gepubliceerd op 20 oktober 2003
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 22 november 2002, gesloten in het Paritair Subcomité voor de industriële en ambachtelijke fabricage van bontwerk, betreffende de vermindering van de arbeidsduur
3 JULI 2003. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 22 november 2002, gesloten in het Paritair Subcomité voor de industriële en ambachtelijke fabricage van bontwerk, betreffende de vermindering van de arbeidsduur (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de industriële en ambachtelijke fabricage van bontwerk;
Op de voordracht van Onze Minister van Werkgelegenheid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 22 november 2002, gesloten in het Paritair Subcomité voor de industriële en ambachtelijke fabricage van bontwerk, betreffende de vermindering van de arbeidsduur.
Art. 2.Onze Minister van Werkgelegenheid is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 3 juli 2003.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Subcomité voor de industriële en ambachtelijke fabricage van bontwerk Collectieve arbeidsovereenkomst van 22 november 2002 Vermindering van de arbeidsduur (Overeenkomst geregistreerd op 20 februari 2003 onder het nummer 65519/CO/148.03)
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en de werknemers van de ondernemingen welke onder het Paritair Subcomité voor de industriële en ambachtelijke fabricage van bontwerk ressorteren.
Onder "werknemers" wordt verstaan : de mannelijke en vrouwelijke arbeiders.
Art. 2.De wekelijkse arbeidsgrens van de arbeidsduur voorzien in de arbeidswet van 16 maart 1971 (Belgisch Staatsblad van 30 maart 1971), wordt verminderd tot 38 uren per week.
Art. 3.De verkorting van de arbeidsduur voorzien bij artikel 2 van deze overeenkomst mag in geen geval een loonsverlaging tot gevolg hebben.
Bijgevolg worden de uurlonen verhoogd met 2,63 pct.
Art. 4.Onverminderd de bepalingen van artikel 29 van de arbeidswet van 16 maart 1971 betreffende het overwerk dient het overloon voor overwerk betaald te worden vanaf het overschrijden van het 38e uur.
Art. 5.De rustdagen bepaald bij de wet van 4 januari 1974 betreffende de feestdagen (Belgisch Staatsblad van 31 januari 1974) of krachtens een collectieve arbeidsovereenkomst met inbegrip van de compensatiedagen die voortvloeien uit een regeling inzake arbeidsduur, alsmede de periodes van schorsing van de uitvoering van de arbeidsovereenkomst bepaald bij wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten (Belgisch Staatsblad van 22 augustus 1978) en de rustdagen die toegekend worden in toepassing van artikel 29, § 4, van de arbeidswet van 16 maart 1971, gelden als arbeidsduur voor de berekening van de wekelijkse arbeidsduur.
Art. 6.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 december 2002 en is gesloten voor onbepaalde tijd.
Zij kan worden opgezegd op verzoek van de meest gerede partij, mits een opzegging van drie maanden, gericht bij een ter post aangetekende brief aan de voorzitter van het Paritair Subcomité voor de industriële en ambachtelijke fabricage van bontwerk.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 3 juli 2003.
De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX