Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 02 oktober 2009
gepubliceerd op 03 november 2009

Koninklijk besluit betreffende het invoeren van een toelage voor voorlichtings- en vormingsevenementen over het thema klimaatverandering

bron
federale overheidsdienst volksgezondheid, veiligheid van de voedselketen en leefmilieu
numac
2009024374
pub.
03/11/2009
prom.
02/10/2009
ELI
eli/besluit/2009/10/02/2009024374/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

2 OKTOBER 2009. - Koninklijk besluit betreffende het invoeren van een toelage voor voorlichtings- en vormingsevenementen over het thema klimaatverandering


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 27 december 1990 houdende oprichting van begrotingsfondsen, rubriek 25-1, 6°, van de bijgevoegde tabel;

Gelet op de programmawet (I) van 22 december 2008, artikel 278;

Gelet op de wetten op de Rijkscomptabiliteit, gecoördineerd door het koninklijk besluit van 17 juli 1991, artikel 12, derde lid;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 2 april 2009;

Gelet op het akkoordbevinding van de Staatssecretaris voor Begroting, gegeven op 13 mei 2009;

Gelet op het advies nr.46947/3 van de Raad van State, gegeven op 9 juli 2009, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Op de voordracht van de Minister van Klimaat en Energie, Hebben Wij besloten en besluiten Wij : Toepassingssfeer

Artikel 1.Dit besluit is van toepassing op het organiseren van voorlichtings- en/of vormingsvergaderingen voor het grote publiek over de problematiek van de klimaatverandering of over een problematiek die er nauw bij aansluit. De toelagen die door dit besluit voorzien worden, kunnen niet toegekend worden aan politieke partijen, noch gebruikt worden ter ondersteuning van politieke programma's.

Begripsomschrijvingen

Art. 2.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder : 1° « de aanvrager » : de natuurlijke of rechtsperso(o)n(en) die het evenement organise(ert)(eren) en om de in dit besluit bepaalde toelage verzoek(t)(en);2° « het evenement » : de dienstverlening op het vlak van de voorlichting en/of vorming over het thema klimaatverandering, bestemd voor het grote publiek en subsidieerbaar overeenkomstig de bepalingen van dit besluit.Eén evenement kan bestaan uit een reeks activiteiten of bijeenkomsten. 3° « de Dienst » : de Dienst Klimaatverandering van het Directoraat-generaal Leefmilieu, binnen de Federale Overheidsdienst Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu;4° « de toelage » : de toelage door de federale overheid toegekend overeenkomstig de bepalingen van dit besluit. Toelage

Art. 3.Binnen de perken van de beschikbare begrotingskredieten en volgens de in dit besluit bepaalde voorwaarden, kan de minister tot wiens bevoegdheid leefmilieu behoort, toelagen toekennen voor de organisatie van evenementen. Deze toelagen zijn geplafonneerd tot een bedrag van 500 euro per evenement en tot een maximum van drie evenementen per kalenderjaar voor eenzelfde aanvrager. De Dienst kan eventueel een limiet vastleggen aan de totale op jaarbasis toegekende bedragen of aan het aantal evenementen dat op jaarbasis gesubsidieerd wordt.

Voor zover de uitgaven noodzakelijk zijn en in overeenstemming zijn met de aard en de omvang van het voorziene evenement, zijn de begrotingsposten die in aanmerking kunnen genomen worden voor de toelage, onder meer de volgende : - de huur van de lokalen waarin het evenement plaatsheeft; - de huur van de technische uitrusting, voor zover die voor het evenement noodzakelijk is; - de uitgaven in verband met de bekendmaking van het evenement; - de vergoeding en de kosten van de spreker; - de aankoop van materiaal onder de voorwaarden vastgelegd door de Dienst.

De financiële tegemoetkoming die de toelage vertegenwoordigt mag 75 % van de totale kosten van de begrotingsposten die overeenkomstig het tweede lid in aanmerking komen niet overschrijden; deze totale kost wordt vastgesteld na aftrek van de uitgaven die eventueel via andere bronnen worden gefinancierd.

Elke bijkomende financiering, afkomstig van de publieke sector of van de privé-sector, moet op het aanvraagformulier worden vermeld. Geen enkele uitgave mag het voorwerp zijn van een dubbele financiering.

Voorwaarden voor toekenning van de toelage

Art. 4.§ 1. De informatie die naar aanleiding van het evenement wordt verspreid moet wetenschappelijk gezien juist zijn en, in het bijzonder, in overeenstemming met de conclusies van het Intergovernmental Panel on Climate Change (IPCC) van het Raamverdrag van de Verenigde Naties inzake klimaatverandering en met de informatie, verschaft door de federale of gewestelijke overheden door middel van de websites, brochures of andere informatieve middelen. § 2. De aanvrager moet, bij het aanvraagformulier en overeenkomstig de vermeldingen die het bevat, bewijzen dat de sprekers op het gebied van klimaatveranderingen over een voldoende kennis beschikken, hetzij door de beroepsbezigheden die zij uitoefenen, hetzij dankzij een persoonlijke belangstelling ontwikkeld voor deze problematiek. § 3. De informatie die tijdens het evenement wordt verstrekt mag niet louter theoretisch blijven, maar moet hoofdzakelijk een oplossingsgericht karakter hebben, in het bijzonder door technieken, maatregelen en concrete acties voor te stellen die kunnen bijdragen aan het tegengaan van klimaatveranderingen en de gevolgen ervan. § 4. Het evenement moet in principe bestemd zijn voor het grote publiek. Indien het georganiseerd wordt in het kader van een beperkte groep personen, zoals een onderwijsinstelling of een vereniging, mag de toegang niet beperkt worden tot uitsluitend de leden van deze groep, en moet het evenement aangekondigd worden bij een voldoend groot publiek.

Art. 5.§ 1. Op het aanvraagformulier en overeenkomstig de vermeldingen die het bevat, moet de aanvrager aantonen dat de organisatie van het evenement gepaard zal gaan met een voldoende publiciteit om de gebeurtenis en zijn modaliteiten op relatief grote schaal aan de voorziene doelgroepen aan te kondigen en hem een redelijke opkomst te verzekeren. Indien het evenement in een beperkt kader georganiseerd wordt, moet de aanvrager eveneens bewijzen dat het voor iedereen toegankelijk was. § 2. De samenwerking met name met de lokale overheden, belangengroepen, en de niet gouvernementele organisaties op het gebied van de organisatie of de kennisgeving is niet verplicht maar kan een aanzienlijke meerwaarde betekenen op het ogenblik van de evaluatie van het dossier van de toelageaanvraag.

Procedure voor de aanvraag en toekenning van de toelage

Art. 6.§ 1. De aanvrager stuurt, ten laatste een maand vóór het evenement, per brief of per elektronische post, een aanvraagformulier aan de Dienst. Het aanvraagdossier is samengesteld uit een volledig en gedetailleerd ingevuld aanvraagformulier, eventueel aangevuld met de reeds beschikbare bewijsstukken. § 2. De Dienst stuurt zo spoedig mogelijk aan de aanvrager een princiepsakkoord, dat op geen enkele wijze een betalingsverbintenis inhoudt. Uiterlijk twee weken voor het evenement, ontvangt de Dienst een persoonlijke uitnodiging. § 3. Binnen de twee maanden volgend op het evenement stuurt de aanvrager een dossier naar de Dienst met de nodige bewijsstukken van het evenement (voorlegging van een voor echt en waar verklaarde staat van inkomsten en uitgaven vergezeld van de verantwoordingsstukken) alsmede van een evenementenverslag. § 4. De Dienst evalueert het dossier, stelt het bedrag van de toelage vast en legt een voorstel van besluit voor aan de minister bevoegd voor Leefmilieu. Van zodra deze het heeft goedgekeurd en ondertekend, wordt het bedrag van de toelage vastgelegd en een kopie van het besluit aan de aanvrager toegestuurd.

Art. 7.De Dienst behoudt zich het recht voor de toelage niet toe te kennen ingeval zij oordeelt dat de aanvraag en/of het evenement niet voldoet aan de bepalingsvoorwaarden van dit besluit.

Art. 8.Het aanvraagformulier kan bij het secretariaat van de Dienst bekomen worden.

Art. 9.Alle schriftelijke, elektronische en telefonische contacten gebeuren alleen en rechtstreeks via het secretariaat van de Dienst.

Art. 10.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van op 8 januari 2009.

Art. 11.De Minister bevoegd voor Leefmilieu is belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 2 oktober 2009.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Klimaat en Energie, P. MAGNETTE

^