gepubliceerd op 21 april 2009
Koninklijk besluit tot uitvoering van artikel 10, § 2, van het koninklijk besluit van 30 januari 1997 betreffende het pensioenstelsel der zelfstandigen met toepassing van de artikelen 15 en 27 van de wet van 26 juli 1996 tot modernisering van de sociale zekerheid en tot vrijwaring van de leefbaarheid van de wettelijke pensioenstelsels en van artikel 3, § 1, 4°, van de wet van 26 juli 1996 strekkende tot realisatie van de budgettaire voorwaarden tot deelname van België aan de Europese en Monetaire Unie
2 APRIL 2009. - Koninklijk besluit tot uitvoering van artikel 10, § 2, van het koninklijk besluit van 30 januari 1997 betreffende het pensioenstelsel der zelfstandigen met toepassing van de artikelen 15 en 27 van de wet van 26 juli 1996 tot modernisering van de sociale zekerheid en tot vrijwaring van de leefbaarheid van de wettelijke pensioenstelsels en van artikel 3, § 1, 4°, van de wet van 26 juli 1996 strekkende tot realisatie van de budgettaire voorwaarden tot deelname van België aan de Europese en Monetaire Unie
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op het koninklijk besluit van 30 januari 1997 betreffende het pensioenstelsel der zelfstandigen met toepassing van de artikelen 15 en 27 van de wet van 26 juli 1996 tot modemisering van de sociale zekerheid en tot vrijwaring van de leefbaarheid van de wettelijke pensioenstelsels en van artikel 3, § 1, 4°. van de wet van 26 juli 1996 strekkende tot realisatie van de budgettaire voorwaarden tot deelname van België aan de Europese en Monetaire Unie, bekrachtigd bij de wet van 26 juni 1997, artikel 10, § 2, gewijzigd bij de wet van 22 december 2003;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 25 oktober 2007;
Gelet op de akkoordbevinding van Onze Staatssecretaris voor Begroting, gegeven op 24 juni 2008;
Gelet op het advies nr. 46.050/1 van de Raad van State, gegeven op 5 maart 2009, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;
Op de voordracht van de Minister van Pensioenen en de Minister van de Zelfstandigen en op het advies van de in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Het bedrag bedoeld in de artikelen 6, § 2, eerste lid, 3°, en 9, § 2, eerste lid, 3°, van het koninklijk besluit van 30 januari 1997 betreffende het pensioenstelsel der zelfstandigen met toepassing van de artikelen 15 en 27 van de wet van 26 juli 1996 tot modernisering van de sociale zekerheid en tot vrijwaring van de leefbaarheid van de wettelijke pensioenstelsels en van artikel 3, § 1, 4°, van de wet van 26 juli 1996 strekkende tot realisatie van de budgettaire voorwaarden tot deelname van België aan de Europese en Monetaire Unie, bekrachtigd bij de wet van 26 juni 1997, artikel 10, § 2, gewijzigd bij de wet van 22 december 2003, wordt voor de jaren na 2006 vermenigvuldigd met 1,003.
Art. 2.De Minister bevoegd voor de Pensioenen en de Minister bevoegd voor de Zelfstandigen zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 2 april 2009.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van de Zelfstandigen, Mevr. S. LARUELLE De Minister van Pensioenen, Mevr. M. ARENA