Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 01 september 2004
gepubliceerd op 01 oktober 2004

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 juni 2003, gesloten in het Paritair Comité voor de handel in voedingswaren, betreffende het brugpensioen vanaf 58 jaar

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2004202559
pub.
01/10/2004
prom.
01/09/2004
ELI
eli/besluit/2004/09/01/2004202559/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

1 SEPTEMBER 2004. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 juni 2003, gesloten in het Paritair Comité voor de handel in voedingswaren, betreffende het brugpensioen vanaf 58 jaar (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de handel in voedingswaren;

Op de voordracht van Onze Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 30 juni 2003, gesloten in het Paritair Comité voor de handel in voedingswaren, betreffende het brugpensioen vanaf 58 jaar.

Art. 2.Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 1 september 2004.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werk, Mevr. F. VAN DEN BOSSCHE _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor de handel in voedingswaren Collectieve arbeidsovereenkomst van 30 juni 2003 Brugpensioen vanaf 58 jaar (Overeenkomst geregistreerd op 9 september 2003 onder het nummer 67357/CO/119)

Artikel 1.§ 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de arbeiders van de ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Comité voor de handel in voedingswaren. § 2. Met "arbeiders" worden de mannelijke en vrouwelijke arbeiders bedoeld.

Art. 2.Voor de toepassing van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 van 19 december 1974 van de Nationale Arbeidsraad, tot "invoering van een regeling van aanvullende vergoeding ten gunste van sommige bejaarde werknemers indien zij worden ontslagen" (koninklijk besluit van 16 januari 1975, Belgisch Staatsblad van 31 januari 1975), wordt de leeftijd van 60 jaar verlaagd tot 58 jaar voor de arbeiders met een beroepsloopbaan van minstens 25 jaar.

Art. 3.In de ondernemingen die minder dan 10 arbeiders tewerkstellen, moet het ontslag met het oog op brugpensioen een gevolg zijn van het initiatief van de werkgever. In de ondernemingen die 10 of meer arbeiders tewerkstellen, wordt het ontslag door de werkgever betekend, hetzij op zijn eigen initiatief hetzij op geschreven aanvraag van de arbeider.

Art. 4.De werkgevers zijn verplicht de arbeiders die hun recht op brugpensioen hebben doen gelden krachtens deze overeenkomst te vervangen.

Art. 5.Het "Waarborg- en Sociaal Fonds voor de handel in voedingswaren" wordt ermee belast de betaling van de aanvullende vergoeding in geval van brugpensioen vanaf 58 jaar te vergemakkelijken en te waarborgen, volgens de modaliteiten voorzien in de overeenkomst van 30 juni 2003.

Art. 6.Voor de arbeiders die genieten van een vermindering van de arbeidsprestaties tot een halftijdse betrekking of tot een vier vijfde betrekking, en die overstappen in het stelsel van brugpensioen, wordt de aanvullende vergoeding berekend op basis van het brutomaandloon dat de werknemer zou verdienen indien hij zijn arbeidsprestaties niet zou verminderd hebben en de werkloosheidsuitkeringen overeenstemmend met het arbeidsregime in voege voor de aanvang van het tijdskrediet.

Art. 7.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 september 2003 en houdt op van kracht te zijn op 30 juni 2005.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 1 september 2004.

De Minister van Werk, Mevr. F. VAN DEN BOSSCHE

^