gepubliceerd op 25 september 2003
Huishoudelijk reglement van het Directiecomité Voorzitterschap : Artikel 1. De Voorzitter van het Directiecomité staat in voor de goede werking van het Directiecomité, hierna « het Comité » genoemd. Hij doet het reglement naleven. Hij Hij leidt de besprekingen. Ingeval de Voorzitter verhinderd is, duidt hij het lid van het Comité(...)
Huishoudelijk reglement van het Directiecomité Voorzitterschap :
Artikel 1.De Voorzitter van het Directiecomité staat in voor de goede werking van het Directiecomité, hierna « het Comité » genoemd.
Hij doet het reglement naleven.
Hij opent en sluit de vergaderingen van het Comité.
Hij leidt de besprekingen.
Ingeval de Voorzitter verhinderd is, duidt hij het lid van het Comité aan dat hem vervangt.
Secretariaat :
Art. 2.De Voorzitter duidt een secretaris en een adjunct-secretaris van de andere taalrol aan die belast worden : a) met de voorbereiding van de vergaderingen;b) met het acteren van de beraadslagingen van het Comité;c) met het opstellen van de notulen. Vergadering en agenda van het Directiecomité :
Art. 3.Het Comité vergadert op uitnodiging van de Voorzitter tenminste éénmaal per maand. De Voorzitter nodigt het Comité uit op eigen initiatief of op aanvraag van ten minste 3 leden.
Art. 4.Behalve bij gemotiveerde dringendheid, stuurt de Voorzitter de uitnodiging samen met de agenda en de nodige stukken ten minste drie dagen vóór de vergadering aan de leden. De stukken worden in de taal van hun auteur opgesteld.
Art. 5.§ 1. De Voorzitter stelt de agenda op. § 2. Ieder lid van het Comité mag de Voorzitter verzoeken punten aan de agenda toe te voegen, samen met de betreffende documenten. § 3. Tijdens de vergadering kunnen enkel bij eenparigheid van de aanwezige leden nieuwe punten aan de agenda worden toegevoegd. § 4. Op gemotiveerde aanvraag van een lid, kan de Voorzitter beslissen het onderzoek van één of meerdere punten te verdagen.
Art. 6.Het Comité kan zich laten bijstaan door personen die omwille van hun bijzondere bevoegdheden het Comité nuttig kunnen inlichten over een punt van de agenda.
Notulen :
Art. 7.Het ontwerp van de notulen, in het Frans en in het Nederlands opgesteld, wordt aan de aanwezige leden toegezonden ten laatste 3 werkdagen na de vergadering. Indien het nodig blijkt kan het Comité bij eenparigheid afwijken van deze termijn en een andere termijn bepalen. Indien geen enkele schriftelijke opmerking aan de Voorzitter wordt toegestuurd binnen vijf werkdagen die op deze toezending volgen, worden de notulen als goedgekeurd beschouwd. In geval van opmerkingen, wordt de goedkeuring van de notulen aan de agenda van de eerstvolgende vergadering toegevoegd.
Art. 8.Twee exemplaren van de notulen worden ondertekend door de Voorzitter en de Secretaris. a) Een kopie van de definitieve tekst, ondertekend door de Voorzitter en de Secretaris, wordt aan alle leden van het Comité toegezonden.b) Een origineel met bijgevoegde stukken wordt door de Voorzitter aan de bevoegde Ministers toegezonden voor de materies waarvoor zij bevoegd zijn.Het andere origineel wordt op het secretariaat bewaard waar het door de leden kan geraadpleegd worden.
Art. 9.Ieder uittreksel van de notulen wordt door de Voorzitter of een lid van het Comité ondertekend.
Art. 10.Op het einde van elke vergadering, wordt in voorkomend geval afgesproken over de communicatie van de beslissingen aan het personeel. De notulen en uittreksels van de vergaderingen zijn vertrouwelijk behalve andere beslissing van het Comité.
Beraadslaging en stemming :
Art. 11.Het Comité kan alleen geldig beraadslagen wanneer de meerderheid der leden aanwezig is.
Art. 12.Alle leden en personen betrokken bij de activiteiten van het Comité zijn gebonden door de geheimhouding van de besprekingen en beslissingen van het Comité.
Art. 13.De leden, betrokken bij een punt van de agenda dat verband houdt met hun administratief statuut, nemen niet deel aan de besprekingen en de beslissingen van het Comité.
Art. 14.Zonder afbreuk te doen aan de bepalingen van artikel 16, worden de beslissingen en adviezen van het Comité bij gewone meerderheid van de uitgebrachte stemmen genomen. Bij staking van stemmen is de stem van de Voorzitter doorslaggevend. Alleen de door de aanwezige leden uitgebrachte stemmen worden in aanmerking genomen, zonder rekening te houden met de onthoudingen en in voorkomend geval de blanco of ongeldige stemmen.
Art. 15.De stemming gebeurt bij handopsteking.
Art. 16.Elke individuele beslissing ten opzichte van een ambtenaar geschiedt bij geheime stemming.
Bevorderingsprocedure : a) § 1.Het Comité onderzoekt de ontvankelijkheid van de kandidaturen, behalve voor de agenten van de buitenlandse carrières voor dewelke een kandidaatstelling niet nodig is overeenkomstig artikelen 16, 17, 18, 49, § 2, 50bis, 77 en 78 van het koninklijk besluit van 25 april 1956. § 2. Het vergelijkt de titels en verdiensten van de kandidaten. § 3. Na deze vergelijking wordt er gestemd.
De stemming geschiedt door aan ieder van deze ambtenaren een rangschikkinggetal toe te kennen gaande van één tot een maximum dat is bepaald door het aantal te klasseren ambtenaren.
Het totaal aantal behaalde stemmen bepaalt het klassement met dien verstande dat de ambtenaar met het laagste aantal stemmen op de eerste plaats wordt geklasseerd en dat het klassement van de overige kandidaten dienovereenkomstig op dezelfde manier geschiedt.
De ambtenaren die een gelijk aantal stemmen behalen worden ex aequo geklasseerd.
De Raad moet herstemmen tot dat elk lid aan ieder van de kandidaten een rangschikkinggetal heeft toegekend. b) Herziening van de klassering. § 1. In volgende gevallen beslist het Comité per gewone meerderheid of het nodig is de klassering die na het bevorderingsvoorstel werd opgemaakt te herzien : - na het onderzoek van de ingediende bezwaarschriften; - op grond van feiten welke zich hebben voorgedaan of die zijn vastgesteld na voormeld voorstel. § 2. In geval van herziening wordt er door het Comité opnieuw gestemd overeenkomstig de bepalingen van punt a) , § 3. § 3. De klassering wordt aan de kandidaten medegedeeld.
Tuchtprocedure : Bij staking van stemmen wordt een voor de ambtenaar gunstiger maatregel voorgesteld waarover een nieuwe stemming geschiedt.
Als er nog altijd staking der stemmen is na het einde van deze procedure wordt de voor de ambtenaar meest gunstige maatregel genomen.
Art. 17.Dit huishoudelijk reglement treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.
Art. 18.Het huishoudelijk reglement van de Directieraad voor de binnenlandse carrière van 6 maart 1996 (Belgisch Staatsblad van 11 juni 1996), gewijzigd op 22 november 1999 (Belgisch Staatsblad van 15 januari 2000) wordt opgeheven.
Het huishoudelijk reglement van de Directieraad voor de buitenlandse carrières bekendgemaakt op 26 januari 1996 en gewijzigd op 9 februari 1996 (Belgisch Staatsblad van 27 maart 1996) en op 9 juni 1998 (Belgisch Staatsblad van 25 juni 1998) wordt opgeheven.
Goedgekeurd door het Directiecomité tijdens de zitting van 16 mei 2003.