← Terug naar "Ministeriële omzendbrief GPI 27 : nadere richtlijnen inzake de individuele afwijkingen op de beroepsonverenigbaarheden in hoofde van de leden van het operationeel kader van de politiediensten "
Ministeriële omzendbrief GPI 27 : nadere richtlijnen inzake de individuele afwijkingen op de beroepsonverenigbaarheden in hoofde van de leden van het operationeel kader van de politiediensten | Circulaire ministérielle GPI 27 : directives complémentaires relatives aux dérogations individuelles aux incompatibilités professionnelles dans le chef des membres du cadre opérationnel des services de police |
---|---|
MINISTERIE VAN BINNENLANDSE ZAKEN | MINISTERE DE L'INTERIEUR |
19 SEPTEMBER 2002. -Ministeriële omzendbrief GPI 27 : nadere | 19 SEPTEMBRE 2002. - Circulaire ministérielle GPI 27 : directives |
richtlijnen inzake de individuele afwijkingen op de | complémentaires relatives aux dérogations individuelles aux |
beroepsonverenigbaarheden in hoofde van de leden van het operationeel | incompatibilités professionnelles dans le chef des membres du cadre |
kader van de politiediensten | opérationnel des services de police |
Aan de Heer Commissaris-generaal, | A Monsieur le Commissaire général, |
Aan Mevrouw en Heren Gouverneurs, | A Madame et Messieurs les Gouverneurs, |
Aan Mevrouw de Gouverneur van het Administratief arrondissement | A Madame le Gouverneur de l'arrondissement administratif de |
Brussel-Hoofdstad, | Bruxelles-Capitale, |
Aan de Dames en Heren Burgemeesters, | A Mesdames et Messieurs les Bourgmestres, |
Aan de Dames en Heren Voorzitters van de Politiecolleges, | A Mesdames et Messieurs les Présidents des Collèges de police, |
Aan de Dames en Heren Korpschefs van de lokale politie, | A Mesdames et Messieurs les Chefs de corps de la police locale, |
Ter info : aan de Heer Minister van Justitie, | Pour info : à Monsieur le Ministre de la Justice, |
aan de Voorzitter van de Vaste Commissie van de Lokale Politie | à Monsieur le Président de la Commission permamente de la police locale. |
Dames en Heren, | Mesdames, Messieurs, |
I. Algemeen | I. Généralités |
De wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde | La loi du 7 décembre 1998 organisant un service de police intégré, |
politiedienst, gestructureerd op twee niveaus (B.S. van 5 januari | structuré à deux niveaux (M.B., 5 janvier 1999, ci-après abrégée « LPI |
1999, hierna verkort tot WGP) stelt in de artikelen 134 tot 136 een | ») prévoit en ses articles 134 à 136 un nouveau régime |
nieuw stelsel van beroepsonverenigbaarheden in. Deze bepalingen | |
treden, luidens artikel 260 WGP, op 1 april 2001, in werking. | d'incompatibilités professionnelles. Conformément à l'article 260 de |
De in de WGP vervatte regeling maakt een onderscheid tussen het | la LPI, ces dispositions entrent en vigueur le 1er avril 2001. |
personeel van het operationeel kader van de politiediensten enerzijds | La réglementation contenue dans la LPI établit une distinction entre |
(art. 134 en 135) en het personeel van het administratief en logistiek | le personnel du cadre opérationnel des services de police (art. 134 et |
135) d'une part, et le personnel du cadre administratif et logistique | |
kader van de politiediensten anderzijds (art. 136). | des services de police (art. 136) d'autre part. |
Artikel 134, eerste lid, 1°, 2° en 3°, en tweede lid, WGP, bepaalt de | L'article 134, alinéa 1er, 1°, 2° et 3°, et alinéa 2, de la LPI, fixe |
onverenigbaarheden die zijn verbonden met de hoedanigheid van | les incompatibilités liées à la qualité de membre du cadre |
personeelslid van het operationeel kader van de politiediensten. | |
Daarenboven laat artikel 134, eerste lid, 4°, WGP toe dat de minister | opérationnel des services de police. En outre, l'article 134, alinéa 1er, |
van Binnenlandse Zaken de onverenigbaarheid vaststelt met de | 4°, de la LPI permet au ministre de l'Intérieur de fixer |
hoedanigheid van lid van het operationeel kader, van andere opdrachten | l'incompatibilité entre la qualité de membre du cadre opérationnel et |
of diensten dan deze vermeld in artikel 134, eerste lid, 1°, 2° en 3°, | tout autre mandat ou service non visé à l'article 134, alinéa 1er, 1°, |
WGP. Deze opdrachten zijn nader bepaald in het ministerieel besluit | 2° et 3°, de la LPI. Ces mandats sont visés à l'arrêté ministériel du |
van 28 november 2001 (B.S. van 20 december 2001) tot vaststelling van | 28 novembre 2001 (Moniteur belge 20 décembre 2001) précisant les |
de opdrachten en diensten waarvan de uitoefening onverenigbaar is met | missions et les services dont l'exercice est incompatible avec la |
de hoedanigheid van personeelslid van het operationeel kader van de | qualité de membre du personnel du cadre opérationnel des services de |
politiediensten. | police. |
Artikel 135, eerste lid, WGP bepaalt dat, naar gelang van het geval, | |
de commissaris-generaal, de burgemeester of het politiecollege, | L'article 135, alinéa 1er, de la LPI prévoit que des dérogations |
individuele afwijkingen kunnen toestaan van de verbodsbepalingen in | |
artikel 134 WGP en dit binnen het raam van de richtlijnen gegeven door | individuelles aux interdictions portées par l'article 134 peuvent être |
accordées, selon le cas, par le commissaire général, le bourgmestre ou | |
le collège de police, dans le respect des directives données par le | |
de minister van Binnenlandse Zaken. Die richtlijnen maken het voorwerp | ministre de l'Intérieur. L'objet de la présente directive est |
uit van deze omzendbrief. | précisément d'énoncer ces directives. |
II. Uitoefening van bijkomende betrekkingen, beroepen of bezigheden | II. Exercice d'emplois, professions ou occupations accessoires |
Luidens artikel 135, eerste lid, WGP kunnen individuele afwijkingen | Selon l'article 135, alinéa 1er, de la LPI, des dérogations |
van de verbodsbepalingen in artikel 134 WGP worden toegestaan, naar | individuelles aux interdictions portées par l'article 134 peuvent être |
gelang van het geval, door de commissaris-generaal, de burgemeester of | accordées, selon le cas, par le commissaire général, le bourgmestre ou |
het politiecollege, binnen het raam van de richtlijnen gegeven door de | le collège de police, dans le respect des directives données par le |
minister van Binnenlandse Zaken voor bijkomende betrekkingen, beroepen | ministre de l'Intérieur, pour des emplois, professions ou occupations |
of bezigheden die : | accessoires qui : |
1) niet het belang van de dienst schaden; | 1) ne compromettent ni l'intérêt du service; |
2) noch afbreuk doen aan de waardigheid van de status van personeelslid. Elke aanvraag tot het bekomen van een afwijking moet door de commissaris-generaal, de burgemeester of het politiecollege in concreto worden beoordeeld en getoetst aan beide voornoemde criteria. De beslissing zelf moet formeel worden gemotiveerd. Telkenmale het betrokken personeelslid wordt aangewezen voor een betrekking in een andere politiedienst (de federale politie of een (ander) korps van de lokale politie), moet een nieuwe aanvraag worden ingediend. Tenzij de concrete toetsing van de aanvraag tot het bekomen van die afwijking, tot een ander inzicht leidt, meen ik dat het belang van de | 2) ni la dignité de l'état de membre du personnel. Toute demande visant à obtenir une dérogation doit être appréciée in concreto et analysée à la lumière des critères précités par le commissaire général, le bourgmestre ou le collège de police. La décision doit être formellement motivée. Une nouvelle demande doit être introduite par le membre du personnel concerné chaque fois qu'il est désigné à un emploi dans un autre corps de police (la police fédérale ou un (autre) corps de police locale). A moins que l'examen concret de la demande de dérogation ne fasse |
dienst wordt geschaad of dat er afbreuk wordt gedaan aan de | apparaître le contraire, j'estime que l'intérêt du service ou que la |
waardigheid van de status van personeelslid, door iedere bijkomende | dignité de l'état de membre du personnel est compromis par l'exercice |
betrekking, beroep of bezigheid waarvan het onderzoek in concreto doet blijken dat die activiteit : | de tout emploi, profession ou occupation accessoire dont il apparaît : |
1° verhindert dat het personeelslid zijn ambtsplichten vervult en/of | 1° qu'il empêche le membre du personnel d'accomplir ses tâches ou |
waarvan het redelijkerwijze te voorzien is dat die de beschikbaarheid | qu'il est raisonnable de penser que la disponibilité du membre du |
van het personeelslid in het gedrang kan brengen; | personnel sera mise en péril; |
2° de onafhankelijkheid en onpartijdigheid van het personeelslid in | 2° qu'il peut mettre en péril l'indépendance et l'impartialité du |
het gedrang kan brengen; | membre du personnel; |
3° een strijdigheid tussen het persoonlijk belang van het | 3° qu'il peut aboutir à un conflit entre l'intérêt personnel du membre |
personeelslid en het belang van de betrokken politiedienst tot gevolg | du personnel et l'intérêt du service de police concerné; |
kan hebben; 4° het beroepsgeheim van het personeelslid in het gedrang kan brengen; | 4° qu'il peut mettre en péril le secret professionnel dont le membre du personnel est dépositaire; |
5° de lichamelijke of mentale geschiktheid van het personeelslid voor | 5° que l'aptitude physique ou mentale du membre du personnel à exercer |
het uitoefenen van zijn politieambt in het gedrang kan brengen. | ses fonctions de police peut être mise en danger. |
Bij de concrete toetsing van de aanvraag aan beide voormelde criteria | Lors de l'examen concret de la demande sur base des deux critères |
moet tevens rekening worden gehouden met o.a. de volgende elementen : | susmentionnés, il convient, à chaque fois, de prendre en compte, entre |
a) criteria die betrekking hebben op de hoedanigheid van de aanvrager | autres, les éléments suivants : a) critères relatifs à la qualité du demandeur comme membre du |
als personeelslid van het operationeel kader : | personnel du cadre opérationnel : |
- de plaats die betrokkene bekleedt in de hiërarchie; | - la place qu'occupe l'intéressé dans la hiérarchie; |
- het ambt dat betrokkene uitoefent; | - la fonction qu'occupe l'intéressé; |
- de mate waarin betrokkene of zijn ambt bij het publiek gekend zijn; | - la mesure dans laquelle l'intéressé ou la fonction qu'il exerce est |
connu du public; | |
- de mate waarin betrokkene contact heeft met het publiek; | - la mesure dans laquelle l'intéressé est en contact avec le public; |
b) criteria die betrekking hebben op de activiteit die de aanvrager | b) critères relatifs à l'activité accessoire que l'intéressé souhaite |
bijkomend wil uitoefenen : | exercer : |
- de inhoud en de omvang van de desbetreffende beroepsactiviteit, | - le contenu et l'étendue de l'activité professionnelle, de la mission |
opdracht of dienst; | ou du service envisagé; |
- de aard van deze; | - sa nature; |
- de wijze van uitvoering ervan. | - la manière de l'exercer. |
Tenzij de toetsing in concreto van de aanvraag aan de in artikel 135, | A moins que l'examen in concreto de la demande à la lumière des |
eerste lid, WGP vervatte criteria tot een ander besluit leidt, meen ik | critères contenus à l'article 135, alinéa 1er, de la LPI aboutissent à |
dat een individuele afwijking kan worden toegestaan voor het | une conclusion différente, j'estime que la dérogation individuelle |
uitoefenen van de volgende betrekkingen, beroepen of bezigheden, | peut être autorisée pour l'exercice des emplois, professions ou |
indien dit geschiedt tijdens de uren waarop het personeelslid niet met | occupations accessoires suivants, à condition que celui-ci ait lieu en |
dienst is bevolen : | dehors des heures de service du membre du personnel concerné : |
1° artistieke en culturele activiteiten met inbegrip van ambachten | 1° les activités culturelles et artistiques, en ce compris l'artisanat |
(gedacht kan worden aan o.a. muziek, toneel,...); | (on songe entre autres aux activités musicales, théâtrales,...); |
2° het ambt van hoogleraar of leraar, docent, lector of assistent in | 2° la fonction de professeur ou professeur ordinaire, maître de |
een erkende onderwijsinrichting, voor zover dat ambt gedurende niet | conférences ou assistant dans une institution d'enseignement agréée, |
meer dan 10 % van de tijd van een voltijds ambt wordt uitgeoefend; | pour autant que l'exercice de cette fonction n'excède pas 10 % du |
temps d'une fonction à temps plein; | |
3° het ambt van lid van een examencommissie. | 3° la fonction de membre d'une commission d'examen. |
Voor de uitoefening van het ambt van lid van het lerarenkorps van een | Pour l'exercice de la fonction de membre du corps professoral d'une |
politieschool moet geen individuele afwijking in de zin van artikel | école de police, aucune dérogation individuelle au sens de l'article |
135, eerste lid, WGP worden gevraagd. Het komt het betrokken | 135, alinéa 1er, de la LPI, ne doit être demandée. Il appartient au |
personeelslid evenwel toe om de korpschef of, naar gelang van het | membre du personnel concerné d'informer le chef de corps ou, selon le |
geval, de commissaris-generaal in kennis te stellen van de draagwijdte | cas, le commissaire général, de la portée de cette mission |
van zijn onderwijsopdracht. | d'enseignement. |
Ik wil u er bovendien op wijzen dat er voor sommige activiteiten reeds | J'insiste en outre sur le fait qu'une base réglementaire existe déjà |
een reglementaire grondslag voorhanden is : | pour certaines activités : |
a) portier en andere security-opdrachten : overeenkomstig de artikelen | a) portier et autres missions de sécurité : conformément aux articles |
5, 6°, en 6, 6°, van de wet van 10 april 1990 op de | 5, 6°, et 6, 6°, de la loi du 10 avril 1990 sur les entreprises de |
gardiennage, sur les entreprises de sécurité et sur les services | |
bewakingsondernemingen, de beveiligingsondernemingen en de interne | internes de gardiennage, il y a incompatibilité entre la qualité de |
bewakingsdiensten is er een onverenigbaarheid tussen het ambt van | membre du personnel d'un service de police et la qualité de membre |
personeelslid van een politiedienst en het ambt van personeelslid van | d'une entreprise de gardiennage, d'une entreprise de sécurité ou d'un |
een bewakingsonderneming, een beveiligingsonderneming of een interne | service interne de gardiennage; |
bewakingsdienst; | |
b) het uitoefenen van een beroepsactiviteit in kansspelinrichtingen : | b) l'exercice d'une activité professionnelle dans un établissement de |
gelet op het toegangsverbod voor de leden van de politiediensten | jeux de hasard : étant donné l'interdiction d'accès aux salles de jeux |
buiten het kader van de uitoefening van hun functies tot de speelzalen | des établissements de jeux de classe I et II imposée aux membres des |
van kansspelinrichtingen klasse I en II, overeenkomstig artikel 54, § | services de police en dehors de leurs fonctions, conformément à |
2, van de wet van 7 mei 1999 op de kansspelen, de kansspelinrichtingen | l'article 54, § 2, de la loi du 7 mai 1999 sur les jeux de hasard, les |
en de bescherming van de spelers, kan er in die inrichtingen door de | établissements de jeux de hasard et la protection des joueurs, il est |
personeelsleden van het operationeel kader van de politiediensten | évident que les membres du personnel du cadre opérationnel ne peuvent |
uiteraard geen beroepsactiviteit worden uitgeoefend; | y exercer d'activités professionnelles; |
c) opdrachten of diensten bedoeld in artikel 134, eerste lid, 4°, WGP, | c) missions ou services visés à l'article 134, alinéa 1er, 4°, de la |
zoals bepaald in het ministerieel besluit van 28 november 2001 tot | LPI, tels que précisés par l'arrêté ministériel du 28 novembre 2001 |
vastelling van de opdrachten en diensten waarvan de uitoefening | précisant les missions et les services dont l'exercice est |
onverenigbaar is met de hoedanigheid van personeelslid van het operationeel kader van de politiediensten : 1) operationeel lid van een hulpdienst / ambulancier : op grond van het ontwerp van koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 6 mei 1971 tot vaststelling van de modellen van de gemeentelijke reglementen betreffende de organisatie van de gemeentelijke brandweerdiensten, kunnen de personeelsleden die reeds bij een brandweerdienst in dienst zijn van vóór 1 april 1999 toelating krijgen om de functie van brandweerman te blijven uitoefenen, voor zover dit nodig is om de continuïteit van de betrokken brandweerdienst te verzekeren; 2) het verstrekken als lid van het leidende en onderwijzende personeel van een erkende rijschool van het praktische onderricht inzake het besturen van voertuigen indien dit onderricht geheel of gedeeltelijk wordt uitgeoefend op de openbare weg; 3) het uitoefenen van het ambt van bijzondere veldwachter. Het spreekt voor zich dat voor de opdrachten of diensten bedoeld in artikel 134, eerste lid, 4°, WGP geen afwijking kan worden toegestaan met toepassing van artikel 135 WGP. Ik wens u tot slot te herinneren aan artikel XII.III.1 RPPol op grond waarvan elk personeelslid van het operationeel kader dat, op datum van 1 april 2001, een ander beroep, ambt, betrekking, opdracht, dienst, mandaat of welkdanige bezigheid uitoefende in de zin van artikel 134 WGP, overeenkomstig de procedure bepaald in de artikelen III.VI.2 tot III.VI.5 RPPol, uiterlijk op 1 juli 2001 een aanvraag moest hebben ingediend tot het bekomen van een individuele afwijking in de zin van artikel 135, eerste lid, WGP. Ik dring er, onverminderd de voormelde datum van 1 juli 2001, bij de bevoegde overheden evenwel op aan om de betrokken personeelsleden, die een dergelijke aanvraag thans nog niet hebben ingediend, er toe aan te zetten dit alsnog te doen. U gelieve, Mevrouw, Mijnheer de Gouverneur, de datum waarop deze omzendbrief in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt, in het Bestuursmemoriaal te willen vermelden. De Minister, | incompatible avec la qualité de membre du personnel du cadre opérationnel des services de police : 1) membre opérationnel d'un service de secours/ambulancier : sur base du projet d'arrêté royal modifiant l'arrêté royal du 6 mai 1971 fixant les types de règlements communaux relatifs à l'organisation des services communaux d'incendie, les membres du personnel qui étaient déjà en service auprès d'un service d'incendie avant le 1er avril 1999 peuvent recevoir l'autorisation de continuer à exercer leurs fonctions, pour autant que cela soit nécessaire à la continuité du service du service d'incendie concerné; 2) en tant que membre du personnel dirigeant ou enseignant d'une école de conduite agréée, donner des cours pratiques de conduite de véhicules si cet enseignement est pratiqué, en tout ou en partie, sur la voie publique; 3) l'exercice de la fonction de garde champêtre particulier. Il va de soi qu'aucune dérogation, telle que visée à l'article 135, ne peut être accordée pour les missions ou services visés à l'article 134, alinéa 1er, 4°, de la LPI. Je tiens enfin à vous rappeler l'article XII.III.1er PJPol sur base duquel tout membre du personnel du cadre opérationnel qui, à la date du 1er avril 2001, exerce une autre profession, fonction, emploi, charge mandat ou une occupation similaire au sens de l'article 134 de la LPI, doit avoir introduit, au plus tard au 1er juillet 2001, une demande visant à obtenir une dérogation individuelle au sens de l'article 135 de la LPI, selon la procédure visée aux articles III.VI.2 à III.VI.5 PJPol. Sans préjudice de la date susmentionnée du 1er juillet 2001, j'invite instamment les autorités compétentes à prier les membres du personnel qui ne se seraient pas encore conformés à la réglementation en vigueur, à introduire leur demande au plus tôt. Je vous prie, Madame, Monsieur le Gouverneur, de bien vouloir mentionner au Mémorial administratif la date à laquelle cette circulaire a été publiée au Moniteur belge . Le Ministre, |
A. DUQUESNE | A. DUQUESNE |