← Terug naar "Ministerieel besluit tot wijziging van de bijlagen bij het koninklijk besluit van 10 januari 1999 betreffende een steekproefenquête naar de arbeidskrachten "
Ministerieel besluit tot wijziging van de bijlagen bij het koninklijk besluit van 10 januari 1999 betreffende een steekproefenquête naar de arbeidskrachten | Arrêté ministériel modifiant les annexes de l'arrêté royal du 10 janvier 1999 relatif à l'organisation d'une enquête par sondage sur les forces de travail |
---|---|
FEDERALE OVERHEIDSDIENST ECONOMIE, K.M.O., MIDDENSTAND EN ENERGIE | SERVICE PUBLIC FEDERAL ECONOMIE, P.M.E., CLASSES MOYENNES ET ENERGIE |
4 JULI 2006. - Ministerieel besluit tot wijziging van de bijlagen bij | 4 JUILLET 2006. - Arrêté ministériel modifiant les annexes de l'arrêté |
het koninklijk besluit van 10 januari 1999 betreffende een | royal du 10 janvier 1999 relatif à l'organisation d'une enquête par |
steekproefenquête naar de arbeidskrachten | sondage sur les forces de travail |
De Minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en | Le Ministre de l'Economie de l'Energie, du Commerce extérieur et de la |
Wetenschapsbeleid, | Politique scientifique, |
Gelet op de wet van 4 juli 1962 betreffende de openbare statistiek, | Vu la loi du 4 juillet 1962 relative à la statistique publique, |
inzonderheid op artikel 1, gewijzigd bij de wet van 1 augustus 1985; | notamment l'article 1er, modifié par la loi du 1er août 1985; |
Gelet op het koninklijk besluit van 10 januari 1999 betreffende een | Vu l'arrêté royal du 10 janvier 1999 relatif à l'organisation d'une |
steekproefenquête naar de arbeidskrachten, inzonderheid op artikel 6; | enquête par sondage sur les forces de travail, notamment l'article 6; |
Overwegende de overeenkomst van 28 november 2005 die tussen de | Considérant la convention du 28 novembre 2005 conclue entre la |
Duitstalige Gemeenschap en de Belgische Staat (FOD Economie, K.M.O., | Communauté germanophone et l'Etat belge (SPF Economie, P.M.E., Classes |
Middenstand en Energie - Algemene Directie Statistiek en Economische | moyennes et Energie - Direction générale Statistique et Information |
Informatie) werd afgesloten om de representativiteit van de resultaten | Economique) en vue d'assurer une meilleure représentativité des |
van de enquête naar de arbeidskrachten op het niveau van de | résultats de l'enquête sur les forces de travail au niveau de la |
Duitstalige Gemeenschap te verbeteren en een aangepaste verspreiding | Communauté germanophone ainsi qu'une diffusion adaptée des résultats obtenus; |
van de verkregen resultaten te verzekeren; Overwegende dat dit een herziening vereist van het steekproefplan van | Considérant que cela nécessite une révision du plan de sondage de |
de enquête naar de arbeidskrachten; | l'enquête sur les forces de travail; |
Gelet op het advies van de Hoge Raad voor de Statistiek, gegeven op 8 maart 2006; | Vu l'avis du Conseil supérieur de Statistique, donné le 8 mars 2006; |
Gelet op het advies nr. 40.380/1 van de Raad van State, gegeven op 23 | Vu l'avis n° 40.380/1 du Conseil d'Etat, donné le 23 mai 2006, en |
mei 2006, met toepassing van artikel 84, §1, eerste lid, 1°, van de | application de l'article 84, §1er, alinéa 1er, 1°, des lois |
gecoördineerde wetten op de Raad van State, | coordonnées sur le Conseil d'Etat, |
Besluit : | Arrête : |
Artikel 1.Het steekproefplan in bijlage 1 van het koninklijk besluit |
Article 1er.Le plan de sondage figurant en annexe 1 de l'arrêté royal |
van 10 januari 1999 betreffende een steekproefenquête naar de | du 10 janvier 1999 relatif à l'organisation d'une enquête par sondage |
arbeidskrachten, wordt vervangen door het steekproefplan in bijlage 1 bij dit besluit. | sur les forces de travail, est remplacé par le plan de sondage figurant à l'annexe 1 du présent arrêté. |
Art. 2.De vragenlijst waarvan het model vastgesteld is in bijlage 2 |
Art. 2.Le questionnaire dont le modèle est établi en annexe 2 de |
van het koninklijk besluit van 10 januari 1999 betreffende een | l'arrêté royal du 10 janvier 1999 relatif à l'organisation d'une |
steekproefenquête naar de arbeidskrachten, wordt vervangen door de | enquête par sondage sur les forces de travail, est remplacé par le |
vragenlijst in bijlage 2 bij dit besluit. | questionnaire figurant à l'annexe 2 du présent arrêté. |
Art. 3.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2006. |
Art. 3.Le présent arrêté produit ses effets le 1er janvier 2006. |
Brussel, 4 juli 2006. | Bruxelles, le 4 juillet 2006. |
M. VERWILGHEN | M. VERWILGHEN |
Bijlage 1 | Annexe 1re |
Steekproefplan voor de organisatie | Plan de sondage pour l'organisation de l'enquête |
van de enquête naar de arbeidskrachten vanaf 2006. | sur les forces de travail à partir de 2006 |
1. Aantal in de enquête opgenomen huishoudens | 1. Nombre de ménages soumis à l'enquête |
Voor elk kwartaal wordt er een steekproef getrokken die voor heel het | |
Rijk 14 924 houshoudens omvat; die huishoudens worden een eerste keer | L'échantillon tiré chaque trimestre est fixé pour le Royaume à 14 924 |
ondervraagd en nog eens na 13 weken. 1.Indeling van de steekproef De provincie Luik wordt verdeeld in twee strata, die overeenkomen met de Franstalige gemeenten en de Duitstalige gemeenten. De andere provincies van het Rijk, alsook het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, vormen elk één stratum. De steekproef mh van elk stratum wordt berekend op basis van de vierkantswortel van het aantal Mh van de huishoudens die er verblijven, echter met minimum 782 huishoudens per stratum en per kwartaal, en minimum 2 366 houshoudens per gewest en per kwartaal. 3. Aanduiding van de huishoudens De huishoudens worden aangeduid met een tweetrapssteekproef met stratificatie. De primaire eenheden zijn, naar gelang van het stratum, de statistische afdelingen of de statistische sectoren, waarbij eventueel de minst bevolkte eenheden gegroepeerd kunnen worden. Binnen elk stratum gebeurt een trekking met een waarschijnlijkheid die evenredig is met het aantal huishoudens dat er woont. De secundaire eenheden zijn de huishoudens. Alle huishoudens in de steekproefbasis van een stratum hebben dezelfde kans om opgenomen te worden. Gezien om te worden gevoegd bij het ministerieel besluit van 4 juli 2006 tot wijziging van de bijlagen bij het koninklijk besluit van 10 januari 1999 betreffende een steekproef enquête naar de arbeidskrachten. De Minister van Economie, M. VERWILGHEN Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om te worden gevoegd bij het ministerieel besluit van 4 juli 2006 tot wijziging van de bijlagen bij het koninklijk besluit van 10 januari 1999 betreffende een steekproefenquête naar de arbeidskrachten. De Minister van Economie, | ménages; ces ménages sont interrogés une première fois, puis à nouveau interrogés à l'issue d'une période de 13 semaines. 2. Répartition de l'échantillon La province de Liège est divisée en deux strates, correspondant aux communes de langue française et aux communes de langue allemande. Les autres provinces du Royaume, ainsi que la Région de Bruxelles-Capitale, constituent chacune une strate. L'échantillon mh de chaque strate est calculé sur la base de la racine carrée du nombre Mh de ménages qui y résident, avec toutefois un minimum de 782 ménages par strate et par trimestre, et un minimum de 2 366 ménages par Région et par trimestre. 3. Désignation des ménages La désignation des ménages fait l'objet d'un sondage à deux degrés dans un univers stratifié. Les unités primaires sont, suivant la strate, les sections statistiques ou les secteurs statistiques; avec le cas échéant regroupement des unités les moins peuplées. Au sein de chaque strate, il est procédé à un tirage avec probabilité proportionnelle au nombre de ménages. Les unités secondaires sont les ménages. Tous les ménages figurant dans la base de sondage d'une strate ont la même probabilité d'inclusion. Vu pour être annexé à l'arrêté ministériel du 4 juillet 2006 modifiant les annexes de l'arrêté royal du 10 janvier 1999 relatif à l'organisation d'une enquête par sondage sur les forces de travail. Le Ministre de L'Economie, M. VERWILGHEN Pour la consultation du tableau, voir image Vu pour être annexé à l'arrêté ministériel du 4 juillet 2006 modifiant les annexes de l'arrêté royal du 10 janvier 1999 relatif à l'organisation d'une enquête par sondage sur les forces de travail. Le Ministre de l'Economie, |
M. VERWILGHEN | M. VERWILGHEN |