Etaamb.openjustice.be
Meertalige weergave van Koninklijk Besluit van 30/12/2005
← Terug naar "Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 3 juli 2003, gesloten in het Paritair Subcomité voor het bedrijf der grint- en zandgroeven welke in openlucht geëxploiteerd worden in de provincies Antwerpen, West-Vlaanderen, Oost-Vlaanderen, Limburg en Vlaams-Brabant, betreffende de permanente vorming "
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 3 juli 2003, gesloten in het Paritair Subcomité voor het bedrijf der grint- en zandgroeven welke in openlucht geëxploiteerd worden in de provincies Antwerpen, West-Vlaanderen, Oost-Vlaanderen, Limburg en Vlaams-Brabant, betreffende de permanente vorming Arrêté royal rendant obligatoire la convention collective de travail du 3 juillet 2003, conclue au sein de la Sous-commission paritaire de l'industrie des carrières de gravier et de sable exploitées à ciel ouvert dans les provinces d'Anvers, de Flandre occidentale, de Flandre orientale, de Limbourg et du Brabant flamand, relative à la formation permanente
FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG SERVICE PUBLIC FEDERAL EMPLOI, TRAVAIL ET CONCERTATION SOCIALE
30 DECEMBER 2005. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend 30 DECEMBRE 2005. - Arrêté royal rendant obligatoire la convention
wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 3 juli 2003, collective de travail du 3 juillet 2003, conclue au sein de la
gesloten in het Paritair Subcomité voor het bedrijf der grint- en Sous-commission paritaire de l'industrie des carrières de gravier et
zandgroeven welke in openlucht geëxploiteerd worden in de provincies de sable exploitées à ciel ouvert dans les provinces d'Anvers, de
Antwerpen, West-Vlaanderen, Oost-Vlaanderen, Limburg en Flandre occidentale, de Flandre orientale, de Limbourg et du Brabant
Vlaams-Brabant, betreffende de permanente vorming (1) flamand, relative à la formation permanente (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, ALBERT II, Roi des Belges,
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. A tous, présents et à venir, Salut.
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve Vu la loi du 5 décembre 1968 sur les conventions collectives de
arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28; travail et les commissions paritaires, notamment l'article 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor het bedrijf der Vu la demande de la Sous-commission paritaire de l'industrie des
grint- en zandgroeven welke in openlucht geëxploiteerd worden in de carrières de gravier et de sable exploitées à ciel ouvert dans les
provincies Antwerpen, West-Vlaanderen, Oost-Vlaanderen, Limburg en provinces d'Anvers, de Flandre occidentale, de Flandre orientale, de
Vlaams-Brabant; Limbourg et du Brabant flamand;
Op de voordracht van Onze Minister van Werk, Sur la proposition de Notre Ministre de l'Emploi,
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : Nous avons arrêté et arrêtons :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage

Article 1er.Est rendue obligatoire la convention collective de

overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 3 juli 2003, gesloten travail du 3 juillet 2003, reprise en annexe, conclue au sein de la
in het Paritair Subcomité voor het bedrijf der grint- en zandgroeven Sous-commission paritaire de l'industrie des carrières de gravier et
welke in openlucht geëxploiteerd worden in de provincies Antwerpen, de sable exploitées à ciel ouvert dans les provinces d'Anvers, de
West-Vlaanderen, Oost-Vlaanderen, Limburg en Vlaams-Brabant, Flandre occidentale, de Flandre orientale, de Limbourg et du Brabant
betreffende de permanente vorming. flamand, relative à la formation permanente.

Art. 2.Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit

Art. 2.Notre Ministre de l'Emploi est chargé de l'exécution du

besluit. présent arrêté.
Gegeven te Châteauneuf-de-Grasse, 30 december 2005. Donné à Châteauneuf-de-Grasse, le 30 décembre 2005.
ALBERT ALBERT
Van Koningswege : Par le Roi :
De Minister van Werk, Le Ministre de l'Emploi,
P. VANVELTHOVEN P. VANVELTHOVEN
_______ _______
Nota Note
(1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : (1) Référence au Moniteur belge :
Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Loi du 5 décembre 1968, Moniteur belge du 15 janvier 1969.
Bijlage Annexe
Paritair Subcomité voor het bedrijf der grint- en zandgroeven welke in Sous-commission paritaire de l'industrie des carrières de gravier et
openlucht geëxploiteerd worden in de provincies Antwerpen, de sable exploitées à ciel ouvert dans les provinces d'Anvers, de
West-Vlaanderen, Oost-Vlaanderen, Limburg en Vlaams-Brabant Flandre occidentale, de Flandre orientale, de Limbourg et du Brabant flamand
Collectieve arbeidsovereenkomst van 3 juli 2003 Convention collective de travail du 3 juillet 2003
Permanente vorming in de witzandexploitaties (Overeenkomst Formation permanente dans les exploitations de sable blanc (Convention
geregistreerd op 14 oktober 2003 onder het nummer 68054/CO/102.06)

Art. 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de werklieden van de witzandexploitaties welke in openlucht geëxploiteerd worden in de provincies Antwerpen, West-Vlaanderen, Oost-Vlaanderen, Limburg en Vlaams-Brabant. Met "werklieden" worden de arbeiders en arbeidsters bedoeld.

Art. 2.De werkgever biedt aan zijn werklieden de mogelijkheid tot technische vorming en opleiding.

Art. 3.De partijen komen in het kader van de permanente vorming overeen dat de nadruk van de vorming zal liggen op interne opleidingen. De gegeven opleidingen zullen gebeuren in samenspraak tussen de werknemer en de werkgever. Het soort en de duurtijd van de interne opleiding zal afhankelijk gesteld worden van elke afzonderlijke functie en afhankelijk van de op te leiden werknemer. Een werknemer zal pas effectief alleen komen te werken als hij voldoende interne opleiding heeft genoten en hij zelfstandig de functie aankan. Over de zelfstandigheid zal de werkgever in samenspraak met de werknemer beslissen.

Art. 4.Na overleg met de werknemers leggen de werkgevers jaarlijks ter goedkeuring een opleidingsplan voor aan de ondernemingsraad.

Art. 5.De ondernemingsraad krijgt jaarlijks een rapport over de gevolgde opleidingen van het afgelopen jaar.

Art. 6.De resultaten worden jaarlijks in de maand mei aan het paritair subcomité voorgelegd.

Art. 7.De tussenkomst in de kosten van de technische vorming en opleiding wordt voorbehouden aan personeelsleden voorzover deze opleiding tot gevolg heeft dat de ruimere beroepskennis van de betrokkenen een positieve weerslag heeft op de beroepsbekwaamheid en een grotere waarborg geeft tot blijvende tewerkstelling.

Art. 8.De kosten kunnen betrekking hebben op een tussenkomst in reiskosten, het loonverlies en de eventuele inschrijvingsrechten of cursusgelden. Voor interne opleidingen komen ook de kosten van de opleiders in aanmerking.

Art. 9.Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2003 en treedt buiten werking op 31 december 2004. Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 30 december 2005. De Minister van Werk,

enregistrée le 14 octobre 2003 sous le numéro 68054/CO/102.06)

Art. 1.La présente convention collective de travail s'applique aux employeurs et aux ouvriers des exploitations de sable blanc exploitées à ciel ouvert dans les provinces d'Anvers, de Flandre occidentale, de Flandre orientale, de Limbourg et du Brabant flamand. Par "ouvriers", on entend : les ouvriers et ouvrières.

Art. 2.L'employeur offre à ses travailleurs la possibilité de formation et d'apprentissage technique.

Art. 3.Les parties conviennent que, dans le cadre de la formation permanente, l'accent de la formation sera mis sur les formations internes. Les formations données se feront en concertation entre le travailleur et l'employeur. Le genre et la durée de la formation interne seront modulés en fonction de chaque fonction individuellement et du travailleur à former. Un travailleur n'en viendra à travailler effectivement seul qu'au moment où il aura bénéficié de suffisamment de formation interne et où il sera en mesure d'exercer la fonction de façon autonome. L'employeur décidera de l'autonomie en concertation avec le travailleur.

Art. 4.Après concertation avec les travailleurs, les employeurs présenteront chaque année un plan de formation pour approbation au conseil d'entreprise.

Art. 5.Le conseil d'entreprise reçoit chaque année un rapport relatif aux formations suivies durant l'exercice écoulé.

Art. 6.Les résultats sont présentés chaque année, au mois de mai, à la sous-commission paritaire.

Art. 7.L'intervention dans les frais de formation et apprentissages techniques est réservée aux membres du personnel, pour autant que cette formation peut avoir pour effet que les connaissances professionnelles élargies des personnes concernées ont un effet positif sur la qualification professionnelle et donnent une plus grande garantie d'un emploi définitif.

Art. 8.Les frais peuvent concerner l'intervention dans les frais de voyage, la perte de salaire et les éventuels droits d'inscription ou minervals de cours. Pour les formations internes, les frais des formateurs sont également pris en compte.

Art. 9.La présente convention collective de travail produit ses effets le 1er janvier 2003 et cesse d'avoir effet au 31 décembre 2004. Vu pour être annexé à l'arrêté royal du 30 décembre 2005. Le Ministre de l'Emploi,

P. VANVELTHOVEN P. VANVELTHOVEN
^