Etaamb.openjustice.be
Meertalige weergave van Koninklijk Besluit van 12/01/2000
← Terug naar "Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 29 oktober 1971 tot vaststelling van het organiek reglement van het Ministerie van Financiën en van de bijzondere bepalingen die er voorzien in de uitvoering van het Statuut van het Rijkspersoneel "
Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 29 oktober 1971 tot vaststelling van het organiek reglement van het Ministerie van Financiën en van de bijzondere bepalingen die er voorzien in de uitvoering van het Statuut van het Rijkspersoneel Arrêté royal modifiant l'arrêté royal du 29 octobre 1971 fixant le règlement organique du Ministère des Finances, ainsi que les dispositions particulières y assurant l'exécution du Statut des agents de l'Etat
MINISTERIE VAN FINANCIEN 12 JANUARI 2000. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 29 oktober 1971 tot vaststelling van het organiek reglement van het Ministerie van Financiën en van de bijzondere bepalingen die er voorzien in de uitvoering van het Statuut van het Rijkspersoneel ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. Gelet op de artikelen 37 en 107, tweede lid, van de Grondwet; MINISTERE DES FINANCES 12 JANVIER 2000. - Arrêté royal modifiant l'arrêté royal du 29 octobre 1971 fixant le règlement organique du Ministère des Finances, ainsi que les dispositions particulières y assurant l'exécution du Statut des agents de l'Etat ALBERT II, Roi des Belges, A tous, présents et à venir, Salut. Vu les articles 37 et 107, alinéa 2, de la Constitution;
Gelet op het koninklijk besluit van 29 oktober 1971 tot vaststelling Vu l'arrêté royal du 29 octobre 1971 fixant le règlement organique du
van het organiek reglement van het Ministerie van Financiën en van de Ministère des Finances, ainsi que les dispositions particulières y
bijzondere bepalingen die er voorzien in de uitvoering van het Statuut
van het Rijkspersoneel, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 19 assurant l'exécution du Statut des agents de l'Etat, modifié par les
januari 1972, 18 juli 1972, 11 oktober 1973, 7 december 1973, 25 juli arrêtés royaux des 19 janvier 1972, 18 juillet 1972, 11 octobre 1973,
1974, 10 oktober 1974, 19 november 1974, 30 juni 1975, 9 januari 1976, 7 décembre 1973, 25 juillet 1974, 10 octobre 1974, 19 novembre 1974,
10 februari 1976, 30 maart 1976, 30 juli 1976, 15 maart 1977, 31 30 juin 1975, 9 janvier 1976, 10 février 1976, 30 mars 1976, 30
oktober 1977, 23 juni 1978, 13 november 1978, 14 november 1978, 11 juillet 1976, 15 mars 1977, 31 octobre 1977, 23 juin 1978, 13 novembre
december 1978, 5 juni 1979, 4 februari 1980, 11 december 1980, 2 maart 1978, 14 novembre 1978, 11 décembre 1978, 5 juin 1979, 4 février 1980,
1981, 26 maart 1982, 27 januari 1983, 9 september 1983, 8 december 11 décembre 1980, 2 mars 1981, 26 mars 1982, 27 janvier 1983, 9
1983, 2 mei 1984, 31 augustus 1984, 9 oktober 1984, 16 januari 1985, 9 septembre 1983, 8 décembre 1983, 2 mai 1984, 31 août 1984, 9 octobre
april 1985, 21 maart 1986, 11 juni 1986, 22 juni 1988, 21 februari 1984, 16 janvier 1985, 9 avril 1985, 21 mars 1986, 11 juin 1986, 22
1989, 14 augustus 1989, 5 december 1989, 22 juni 1990, 6 augustus juin 1988, 21 février 1989, 14 août 1989, 5 décembre 1989, 22 juin
1990, 13 augustus 1990, 18 januari 1991, 16 juli 1991, 16 september 1990, 6 août 1990, 13 août 1990, 18 janvier 1991, 16 juillet 1991, 16
1991, 26 september 1991, 17 oktober 1991, 23 oktober 1991, 4 mei 1992, septembre 1991, 26 septembre 1991, 17 octobre 1991, 23 octobre 1991, 4
22 oktober 1992, 15 januari 1993, 14 april 1993, 2 juli 1993, 1 mai 1992, 22 octobre 1992, 15 janvier 1993, 14 avril 1993, 2 juillet
december 1993, 10 november 1994, 2 maart 1995, 13 februari 1996, 10 1993, 1er décembre 1993, 10 novembre 1994, 2 mars 1995, 13 février
mei 1996, 10 juni 1996, 10 juli 1996, 6 juli 1997, 1 maart 1998 en 28 1996, 10 mai 1996, 10 juin 1996, 10 juillet 1996, 6 juillet 1997, 1er
april 1998, 18 december 1998, 17 juni 1999 en 5 juli 1999; mars 1998 et 28 avril 1998, 18 décembre 1998, 17 juin 1999 et 5
Gelet op het advies van de Directieraad van het Ministerie van juillet 1999; Vu l'avis du Conseil de direction du Ministère des Finances, donné le
Financiën, gegeven op 2 september 1994; 2 septembre 1994;
Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 27 november 1996; Vu l'avis de l'Inspection des Finances, donné le 27 novembre 1996;
Gelet op de akkoordbevinding van Onze Miniser van Begroting van 25 Vu l'accord de Notre Ministre du Budget, donné le 25 août 1997;
augustus 1997; Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Ambtenarenzaken van 25 augustus 1997; Vu l'accord de Notre Ministre de la Fonction publique, donné le 25 août 1997;
Gelet op het overlegprotocol van 16 december 1998 van het Sectorcomité Vu le protocole de négociation du 16 décembre 1998 du Comité de
II - Financiën; secteur II - Finances;
Gelet op het advies van de Raad van State, Vu l'avis du Conseil d'Etat,
Op de voordracht van Onze Minister van Financiën, Sur la proposition de Notre Ministre des Finances,
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : Nous avons arrêté et arrêtons :

Artikel 1.Het opschrift van hoofdstuk V van titel I van het

Article 1er.L'intitulé du chapitre V du titre 1er de l'arrêté royal

koninklijk besluit van 29 oktober 1971 tot vaststelling van het du 29 octobre 1971 fixant le règlement organique du Ministère des
organiek reglement van het Ministerie van Financiën en van de Finances, ainsi que les dispositions particulières y assurant
bijzondere bepalingen die er voorzien in de uitvoering van het Statuut l'exécution du Statut des agents de l'Etat, inséré par l'arrêté royal
van het Rijkspersoneel, ingevoegd door het koninklijk besluit van 26
september 1991, wordt vervangen door het volgende opschrift : du 26 septembre 1991 est remplacé par l'intitulé suivant :
« Hoofdstuk V. - Interne audit-cel van de fiscale administraties ». « Chapitre V. - Cellule d'audit interne des administrations fiscales

Art. 2.In artikel 7sexies van hetzelfde besluit, ingevoegd door het

».

Art. 2.Dans l'article 7sexies du même arrêté, inséré par l'arrêté

koninklijk besluit van 26 september 1991, wordt het eerste lid door de royal du 26 septembre 1991, l'alinéa 1er est remplacé par la
volgende bepaling vervangen : disposition suivante :
« Onder het onmiddellijke gezag van de Administrateur-generaal van de « Il est institué sous l'autorité directe de l'Administrateur général
belastingen wordt een interne audit-cel van de fiscale administratie des impôts une cellule d'audit interne des administrations fiscales,
opgericht, in dit hoofdstuk de « cel » genoemd. ». dénommée « cellule » dans le présent chapitre. ».

Art. 3.Titel I van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de koninklijke

Art. 3.Le titre Ier du même arrêté, modifié par les arrêtés royaux

besluiten van 25 juli 1974, 15 maart 1977, 14 november 1978, 4 des 25 juillet 1974, 15 mars 1977, 14 novembre 1978, 4 février 1980, 8
februari 1980, 8 december 1983, 16 januari 1985, 21 maart en 11 juni décembre 1983, 16 janvier 1985, 21 mars et 11 juin 1986, 14 août 1989
1986, 14 augustus 1989 en 26 september 1991, 4 mei 1992, 14 april et 26 septembre 1991, 4 mai 1992, 14 avril 1993, 2 mars 1995, 13
1993, 2 maart 1995, 13 februari 1996, 21 februari 1997, 6 juli 1997, 1 février 1996, 21 février 1997, 6 juillet 1997, 1er mars 1998 et 18
maart 1998 en 18 december 1998, wordt aangevuld met een nieuw décembre 1998, est complété par un nouveau chapitre VI intitulé «
hoofdstuk VI, met als titel « Interne audit-cel van de Administratie Cellule d'audit interne de l'Administration de la trésorerie »,
der thesaurie », dat de artikelen 7nonies tot 7tredecies bevat, comprenant les articles 7nonies à 7tredecies rédigés comme suit :
luidend als volgt : «

Art. 7nonies.Onder het onmiddellijke gezag van de

«

Art. 7nonies.Il est institué sous l'autorité directe de

Administrateur-generaal der thesaurie wordt een interne audit-cel van de Administratie der thesaurie opgericht, in dit hoofdstuk de « cel » genoemd. «

Art. 7decies.De bevoegdheid van de cel strekt zich uit over alle diensten van de Administratie der thesaurie en in het bijzonder over de Dienst van de schuld en over de Centrale Dienst der Vaste Uitgaven. «

Art. 7undecies.Ter verbetering van het beheer en de organisatie van de diensten waarover haar bevoegdheid zich uitstrekt, kan de cel worden belast : 1° met het beoordelen van de bruikbaarheid van de regels voor interne controle van die diensten; 2° met het evalueren van de nalevingsgraad van die regels; 3° met het onderzoeken of die regels al dan niet geschikt zijn; 4° in het algemeen, met het evalueren van de organisatie van de interne controle; 5° met het evalueren van de regels voor interne controle die worden toegepast op de geautomatiseerde gegevensverwerking; 6° met het evalueren van de uitvoering en de naleving van de boekhoudingsregels. «

Art. 7duodecies.Binnen de in artikelen 7undecies gedefinieerde bevoegdheden belast de Administrateur-generaal der thesaurie de cel met een opdracht. De verslagen over de opdrachten worden gericht aan de Administrateur-generaal der thesaurie die beslist of ze aan de bevoegde directeur-generaal en/of auditeur-generaal moeten worden medegedeeld. De Administrateur-generaal der thesaurie licht de Minister van Financiën en de Secretaris-generaal in over de activiteiten van de cel. De cel stelt jaarlijks een activiteitenverslag op. Dat verslag wordt medegedeeld aan de Minister van Financiën, aan de Secretaris-generaal, aan de Administrateur-generaal der thesaurie en aan de Inspectie van Financiën. Bij de uitvoering van haar opdracht beschikt de cel over alle nodige informatie. De diensten verlenen haar daartoe hun medewerking. «

Art. 7tredecies.De cel bestaat uit een audit-raadgever per taalrol. De audit-raadgevers worden door de Minister van Financiën, op de voordracht van de Directieraad, aangesteld uit de ambtenaren van de Administratie der Thesaurie. Zij moeten ten minste de graad van eerste attaché van financiën of van eerst-aanwezend adjunct-adviseur bekleden en beantwoorden aan de selectienormen zoals bepaald door de Minister van Financiën op voorstel van de Directieraad. Zij dragen de titel van audit-raadgever tijdens de periode dat zij bij de cel zijn aangesteld. De eerste aanstelling van een ambtenaar bij de cel geschiedt voor drie jaar. Op voordracht van de Directieraad kan aan die aanstelling evenwel een einde worden gemaakt na een ambtstermijn van zes maanden. De in het derde lid bedoelde aanstelling mag worden verlengd met termijnen van drie jaar. Elk van die termijnen mag tijdens de periode worden ingekort indien dat voor de werking van de cel nodig is. De Minister van Financiën bepaalt de gespecialiseerde opleiding welke de voor die ambten aangestelde ambtenaren moeten volgen. De in dit artikel bedoelde ambtenaren behouden hun rechten op bevordering in graad bij de Administratie der thesaurie. Zodra zij er benoemd worden in een betrekking van auditeur-generaal van financiën of adviseur-generaal, wordt aan hun aanstelling een einde gemaakt. ».

Art. 4.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Art. 5.Onze Minister van Financiën is belast met de uitvoering van dit besluit. Gegeven te Brussel, 12 januari 2000. ALBERT Van Koningswege : De Minister van Financiën

l'Administrateur général de la trésorerie une cellule d'audit interne de l'Administration de la trésorerie, dénommée « cellule » dans le présent chapitre.

Art. 7decies.La compétence de la cellule s'étend à tous les services de l'Administration de la trésorerie et en particulier au Service de la dette et au Service central des dépenses fixes. «

Art. 7undecies.Dans le but d'améliorer la gestion et l'organisation des services auxquels s'étend sa compétence, la cellule peut être chargée : 1° d'apprécier la valeur des règles de contrôle interne de ces services; 2° d'évaluer la mesure dans laquelle ces règles sont respectées; 3° d'examiner la caractère approprié ou non de ces règles; 4° d'une manière générale, d'évaluer l'organisation du contrôle interne; 5° d'évaluer les régles de contrôle interne appliquées au traitement automatisé des données; 6° d'évaluer l'exécution et le respect des règles comptables. «

Art. 7duodecies.Dans le cadre des attributions définies par l'article 7undecies, la cellule est saisie d'une mission par l'Administrateur général de la trésorerie. Les rapports relatifs aux missions sont adressés à l'Administrateur général de la trésorerie qui décide s'il y a lieu de les communiquer au directeur général et/ou à l'auditeur général compétent. L'Administrateur général de la trésorerie informe le Ministre des Finances et le Secrétaire général des activités de la cellule. Annuellement, la cellule établit un rapport d'activités. Ce rapport est communiqué au Ministre des Finances, au Secrétaire général, à l'Administrateur général de la trésorerie et à l'Inspection des Finances. Dans l'exécution de ses missions, la cellule dispose de toute l'information nécessaire. Les services lui prêtent leur concours à cet effet. «

Art. 7tredecies.La cellule se compose d'un audit-conseil par rôle linguistique. Les audits-conseil sont désignés par le Ministre des Finances, sur la proposition du Conseil de direction, parmi les agents de l'Administration de la trésorerie. Ils doivent être titulaires au moins du grade de premier attaché des finances ou de conseiller adjoint principal et répondre aux critères de sélection déterminés par le Ministre des Finances sur proposition du Conseil de direction. Ils portent le titre d'audit-conseil pendant la période de leur désignation à la cellule. La première désignation d'un agent à la cellule d'audit est faite pour trois ans. Sur proposition du Conseil de direction il peut y être mis fin après six mois de fonction. La désignation visée à l'alinéa 3 est renouvelable par termes de trois ans. Chacun de ces termes peut être réduit en cours de période, si le fonctionnement de la cellule l'exige. Le Ministre des Finances détermine la formation spécialisée que les fonctionnaires désignés à ces fonctions doivent suivre. Les agents visés au présent article conservent leurs droits à l'avancement de grade au sein de l'Administration de la trésorerie. Dès qu'ils y sont nommés dans un emploi d'auditeur général des finances ou de conseiller géneral, il est mis fin à leur désignation. ».

Art. 4.Le présent arrêté entre en vigueur le jour de sa publication au Moniteur belge.

Art. 5.Notre Ministre des Finances est chargé de l'exécution du présent arrêté. Donné à Bruxelles, le 12 janvier 2000. ALBERT Par le Roi : Le Ministre des Finances,

D. REYNDERS D. REYNDERS
^