| Koninklijk besluit tot vaststelling van bepaalde ministeriële bevoegdheden | Arrêté royal fixant certaines attributions ministérielles |
|---|---|
| FEDERALE OVERHEIDSDIENST KANSELARIJ VAN DE EERSTE MINISTER 5 FEBRUARI 2015. - Koninklijk besluit tot vaststelling van bepaalde ministeriële bevoegdheden FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. | SERVICE PUBLIC FEDERAL CHANCELLERIE DU PREMIER MINISTRE 5 FEVRIER 2015. - Arrêté royal fixant certaines attributions ministérielles PHILIPPE, Roi des Belges, A tous, présents et à venir, Salut. |
| Gelet op de Grondwet, de artikelen 37, 96 en 104; | Vu la Constitution, les articles 37, 96 et 104; |
| Gelet op het koninklijk besluit van 8 januari 2012 tot vaststelling | Vu l'arrêté royal du 8 janvier 2012 fixant certaines attributions |
| van bepaalde ministeriële bevoegdheden; | ministérielles; |
| Gelet op het koninklijk besluit van 11 oktober 2014 houdende benoeming | Vu l'arrêté royal du 11 octobre 2014 portant nomination des membres du |
| van de regeringsleden; | gouvernement; |
| Op de voordracht van de Eerste Minister, | Sur la proposition du Premier Ministre, |
| Hebben Wij besloten en besluiten Wij : | Nous avons arrêté et arrêtons : |
Artikel 1.De Minister van Werk oefent de voogdij uit over : |
Article 1er.Le Ministre de l'Emploi exerce la tutelle sur : |
| - de Rijksdienst voor jaarlijkse vakantie; | - l'Office national des vacances annuelles; |
| - de Rijksdienst voor arbeidsvoorziening; | - l'Office national de l'emploi; |
| - de Hulpkas voor werkloosheidsuitkeringen. | - la Caisse auxiliaire de paiement des allocations de chômage. |
Art. 2.De Minister van Economie en Consumenten is bevoegd voor wat |
Art. 2.Le Ministre de l'Economie et des Consommateurs est compétent |
| betreft : | en matière de: |
| 1° verzekeringen en financiële producten en diensten; | 1° les assurances et produits et services financiers; |
| 2° de dienstconcessie met betrekking tot de verdeling van erkende | 2° la concession de service portant sur la distribution de journaux et |
| dagbladen en tijdschriften. | périodiques reconnus. |
Art. 3.De Minister van Digitale Agenda, Telecommunicatie en Post is |
Art. 3.Le Ministre de l'Agenda numérique, des Télécommunications et |
| bevoegd voor : | de la Poste est compétent pour : |
| 1° Belgacom en bpost; | 1° Belgacom et bpost; |
| 2° het Belgisch Instituut voor post en telecommunicatie; | 2° l'Institut belge de la poste et des télécommunications; |
| 3° de informatisering van de overheidsdiensten. | 3° l'informatisation des services publics. |
Art. 4.De Minister van Pensioenen oefent de voogdij uit over de |
Art. 4.Le Ministre des Pensions exerce la tutelle sur l'Office |
| Rijksdienst voor Pensioenen en de Pensioendienst voor de overheidssector. | national des Pensions et le Service des Pensions des services publics. |
Art. 5.De Minister van Financiën is bevoegd voor de Federale |
Art. 5.Le Ministre des Finances est compétent en matière de la |
| Participatie- en Investeringsmaatschappij. | Société fédérale des participations et d'investissement. |
Art. 6.De Minister van Landbouw is bevoegd voor wat betreft : |
Art. 6.Le Ministre de l'Agriculture est compétent en matière de : |
| 1° de veiligheid van de voedselketen, en oefent de voogdij uit over | 1° la sécurité de la chaîne alimentaire, et exerce la tutelle sur |
| het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen, met | l'Agence fédérale pour la Sécurité de la Chaîne alimentaire, étant |
| dien verstande dat een protocol wordt afgesloten met de Minister van | entendu qu'un protocole est conclu avec la Ministre de la Santé |
| Volksgezondheid; | publique; |
| 2° het Centrum voor Onderzoek in Diergeneeskunde en Agrochemie; | 2° Centre d'Etude et de Recherches Vétérinaires et Agrochimiques; |
| 3° het Belgisch interventie- en restitutiebureau. | 3° Bureau d'intervention et de restitution belge. |
Art. 7.De Minister van Zelfstandigen is bevoegd voor wat betreft : |
Art. 7.Le Ministre des Indépendants est compétent en matière de : |
| 1° de voogdij over het Rijksinstituut voor de sociale verzekeringen | 1° la tutelle sur l'Institut national d'assurances sociales pour |
| der zelfstandigen; | travailleurs indépendants; |
| 2° het sociaal statuut der zelfstandigen, waaronder ook de pensioenen | 2° statut social des indépendants, y compris les pensions des |
| van de zelfstandigen, met dien verstande dat een protocol wordt | indépendants, étant entendu qu'un protocole est conclu entre le |
| afgesloten tussen de Minister van Zelfstandigen en de Minister van | Ministre des Indépendants et le Ministre des Pensions, en ce qui |
| Pensioenen, voor wat betreft de uitvoering van de gemengde pensioenen. | concerne l'exécution des pensions mixtes. |
Art. 8.De Minister van Middenstand is bevoegd voor wat betreft : |
Art. 8.Le Ministre des Classes moyennes est compétent en matière de : |
| 1° het afleveren van vergunningen om erkend te worden als | 1° délivrer des licences permettant d'être reconnue comme entreprise |
| spoorwegonderneming, en oefent het gezag uit over de Dienst Veiligheid | ferroviaire, et exerce l'autorité sur le Service de sécurité et |
| en Interoperabiliteit der Spoorwegen en de hoofdonderzoeker en de | d'interopérabilité des chemins de fer et l'enquêteur principal et |
| adjunct-onderzoeker van het Onderzoeksorgaan voor Ongevallen en | l'enquêteur adjoint de l'Organisme d'enquête sur les accidents et |
| Incidenten op het Spoor; | incidents ferroviaires; |
| 2° het toepassen van disciplinaire procedures ten aanzien van de | 2° l'application des procédures disciplinaires par rapport au Service |
| Dienst Regulering van het spoorwegvervoer en van de Exploitatie van de | de régulation du transport ferroviaire et de l'exploitation de |
| Luchthaven Brussel-Nationaal. | l'aéroport de BXL-National. |
Art. 9.De Minister van Defensie is bevoegd voor oorlogsslachtoffers. |
Art. 9.Le Ministre de la Défense est compétent en matière des victimes de la guerre. |
Art. 10.De Minister van Mobiliteit is bevoegd voor Infrabel. |
Art. 10.La Ministre de la Mobilité est compétente pour Infrabel. |
Art. 11.Zijn bevoegd voor wat betreft : |
Art. 11.Sont compétents en matière de : |
| 1° de gezamenlijke voogdij over de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid | 1° tutelle conjointe sur l'Office national de Sécurité sociale : le |
| : de Minister van Werk en de Minister van Sociale Zaken; | Ministre de l'Emploi et la Ministre des Affaires sociales; |
| 2° de gezamenlijke voogdij over de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid | 2° tutelle conjointe sur l'Office national de Sécurité sociale des |
| van de provinciale en plaatselijke overheidsdiensten : de Minister van | administrations provinciales et locales : le Ministre de l'Emploi, le |
| Werk, de Minister van Veiligheid en Binnenlandse Zaken, de Minister | Ministre de la Sécurité et de l'Intérieur, la Ministre des Affaires |
| van Sociale Zaken en de Minister van Pensioenen; | sociales et le Ministre des Pensions; |
| 3° de Autoriteit voor Financiële Diensten en Markten: de Minister van | 3° l'Autorité des Services et Marchés Financiers: le Ministre de |
| Economie en Consumenten, de Minister van Pensioenen en de Minister van | l'Economie et des Consommateurs, le Ministre des Pensions et le |
| Financiën, met dien verstande dat een protocol wordt afgesloten; | Ministre des Finances, étant entendu qu'un protocole est conclu; |
| 4° de gezamenlijke voogdij over de Nationale Delcrederedienst: de | 4° tutelle conjointe sur l'Office national du Ducroire: le Ministre de |
| Minister van Economie, de Minister van Financiën en de | l'Economie, le Ministre des Finances et le Secrétaire d'Etat au |
| Staatssecretaris voor Buitenlandse Handel, toegevoegd aan de Minister | Commerce extérieur, adjoint au Ministre chargé du Commerce extérieur; |
| belast met Buitenlandse Handel; | |
| 5° de opvolging van de uitvoering van de Schengen-akkoorden : de | 5° suivi de l'exécution des Accords de Schengen : le Ministre de la |
| Minister van Veiligheid en Binnenlandse Zaken en de Minister van | |
| Justitie, in functie van de respectievelijke opdrachten van de | Sécurité et de l'Intérieur et le Ministre de la Justice, en fonction |
| Federale Overheidsdienst Binnenlandse Zaken en de Federale | de missions respectives du Service public fédéral Intérieur et du |
| Overheidsdienst Justitie, met dien verstande dat het voorzitterschap | Service public fédéral Justice, étant entendu que la présidence sera |
| beurtelings zal uitgeoefend worden door de Minister van Veiligheid en | assurée à tour de rôle par le Ministre de la Sécurité et de |
| Binnenlandse Zaken en de Minister van Justitie; | l'Intérieur et le Ministre de la Justice; |
| 6° de NV ASTRID: de Minister van Veiligheid en Binnenlandse Zaken en | 6° SA ASTRID : le Ministre de la Sécurité et de l'Intérieur et le |
| de Minister van Financiën; | Ministre des Finances; |
| 7° de gezamenlijke voogdij over de Dienst voor Overzeese Sociale | 7° tutelle conjointe sur l'Office de sécurité sociale d'Outre-Mer : la |
| Zekerheid: de Minister van Sociale Zaken en de Minister van Pensioenen. | Ministre des Affaires sociales et le Ministre des Pensions. |
Art. 12.De Staatssecretaris voor Buitenlandse Handel, toegevoegd aan |
Art. 12.Le Secrétaire d'Etat au Commerce extérieur, adjoint au |
| de Minister belast met Buitenlandse Handel, oefent het gezag uit over | Ministre chargé du Commerce extérieur, exerce l'autorité sur Finexpo |
| Finexpo en het Agentschap voor Buitenlandse Handel. | et l'Agence pour le commerce extérieur. |
Art. 13.De Staatssecretaris voor Bestrijding van de sociale fraude, |
Art. 13.Le Secrétaire d'Etat à la Lutte contre la fraude sociale, |
| toegevoegd aan de Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, | adjoint à la Ministre des Affaires sociales et de la Santé publique |
| oefent het gezag uit over de Sociale inlichting- en opsporingsdienst. | exerce l'autorité sur le Service d'information et recherche sociale. |
Art. 14.De Staatssecretaris voor Privacy, toegevoegd aan de Minister |
Art. 14.Le Secrétaire d'Etat à la Protection de la vie privée, |
| van Sociale Zaken en Volksgezondheid, is bevoegd voor de wetgeving | adjoint à la Ministre des Affaires sociales et de la Santé publique, |
| inzake de bescherming van de persoonlijke levenssfeer. | est compétent pour la législation en matière de protection de la vie |
Art. 15.De Staatssecretaris voor Noordzee, toegevoegd aan de Minister |
privée. Art. 15.Le Secrétaire d'Etat à la Mer du Nord, adjoint à la Ministre |
| van Sociale Zaken en Volksgezondheid, is bevoegd voor marien milieu en | des Affaires sociales et de la Santé publique, est compétent pour |
| maritieme mobiliteit, met inbegrip van het beleid inzake vergunningen | l'environnement marin et la mobilité maritime, y compris la politique |
| en toelatingen voor de uitbating van infrastructuur voor hernieuwbare | en matière de permis et autorisations à l'exploitation des |
| energie in de Noordzee. | infrastructures d'énergies renouvelables en Mer du Nord. |
Art. 16.De Staatssecretaris voor Gelijke Kansen, toegevoegd aan de |
Art. 16.La Secrétaire d'Etat à l'Egalité des chances, adjointe au |
| Minister van Financiën, is bevoegd voor wat betreft : | Ministre des Finances, est compétente en matière de : |
| 1° het Instituut voor de gelijkheid van vrouwen en mannen; | 1° Institut pour l'égalité des femmes et des hommes; |
| 2° het Impulsfonds voor migrantenbeleid; | 2° Fonds d'impulsion à la politique des immigrés; |
| 3° de interculturele dialoog. | 3° dialogue interculturel. |
Art. 17.De Staatssecretaris voor Bestrijding van de fiscale fraude, |
Art. 17.La Secrétaire d'Etat à la Lutte contre la fraude fiscale, |
| toegevoegd aan de Minister van Financiën, oefent het gezag uit over de | adjointe au Ministre des Finances, exerce l'autorité sur |
| Algemene administratie fraudebestrijding. | l'Administration générale de la lutte contre la fraude fiscale. |
Art. 18.De Staatssecretaris voor Asiel en Migratie, toegevoegd aan de |
Art. 18.Le Secrétaire d'Etat à l'Asile et la Migration, adjoint au |
| Minister van Veiligheid en Binnenlandse Zaken, oefent de voogdij uit over : | Ministre de la Sécurité et de l'Intérieur, exerce la tutelle sur : |
| 1° de Dienst Vreemdelingenzaken; | 1° l'Office des étrangers; |
| 2° het Commissariaat-generaal voor de Vluchtelingen en Staatlozen; | 2° le Commissariat général aux Réfugiés et Apatrides; |
| 3° de Raad voor vreemdelingenbetwistingen; | 3° le Conseil du contentieux des étrangers; |
| 4° het Federaal Agentschap voor de opvang van asielzoekers; | 4° l'Agence fédérale d'accueil des demandeurs d'asile; |
| 5° het Federaal Centrum voor de analyse van de migratiestromen, de | 5° le Centre fédéral pour l'analyse des flux migratoires, la |
| bescherming van de grondrechten van de vreemdelingen en de strijd | protection des droits fondamentaux des étrangers et la lutte contre la |
| tegen de mensenhandel. | traite des êtres humains. |
Art. 19.De Staatssecretaris voor Administratieve Vereenvoudiging, |
Art. 19.Le Secrétaire d'Etat à la Simplification administrative, |
| toegevoegd aan de Minister van Veiligheid en Binnenlandse Zaken, | adjoint au Ministre de la Sécurité et de l'Intérieur, exerce la |
| oefent de voogdij uit over de Dienst voor de administratieve | tutelle sur l'Agence pour la simplification administrative. |
| vereenvoudiging. | |
Art. 20.Het koninklijk besluit van 8 januari 2012 tot vaststelling |
Art. 20.L'arrêté royal du 8 janvier 2012 fixant certaines |
| van bepaalde ministeriële bevoegdheden, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 17 maart 2013, wordt opgeheven. | attributions ministérielles, modifié par l'arrêté royal du 17 mars 2013, est abrogé. |
Art. 21.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 11 oktober 2014. |
Art. 21.Le présent arrêté produit ses effets le 11 octobre 2014. |
Art. 22.De Eerste Minister is belast met de uitvoering van dit |
Art. 22.Le Premier Ministre est chargé de l'exécution du présent |
| besluit. | arrêté. |
| Gegeven te Brussel, 5 februari 2015. | Donné à Bruxelles, le 5 février 2015. |
| FILIP | PHILIPPE |
| Van Koningswege : | Par le Roi : |
| De Eerste Minister, | Le Premier Ministre, |
| Ch. MICHEL | Ch. MICHEL |