Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 28 mei 2001, gesloten in het Paritair Subcomité voor de schoeiselindustrie, de laarzenmakers en de maatwerkers, betreffende de vaststelling van de bijdrage van de werkgevers in de vervoerskosten van de werklieden en werksters tewerkgesteld in de ondernemingen van de schoeiselindustrie, de laarzenmakers en de maatwerkers | Arrêté royal rendant obligatoire la convention collective de travail du 28 mai 2001, conclue au sein de la Sous-commission paritaire de l'industrie de la chaussure, des bottiers et des chausseurs, relative à la fixation de l'intervention des employeurs dans les frais de transport des ouvriers et ouvrières occupés dans les entreprises de l'industrie de la chaussure, des bottiers et des chausseurs |
---|---|
MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID | MINISTERE DE L'EMPLOI ET DU TRAVAIL |
4 SEPTEMBER 2002. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend | 4 SEPTEMBRE 2002. - Arrêté royal rendant obligatoire la convention |
wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 28 mei 2001, | collective de travail du 28 mai 2001, conclue au sein de la |
gesloten in het Paritair Subcomité voor de schoeiselindustrie, de | Sous-commission paritaire de l'industrie de la chaussure, des bottiers |
laarzenmakers en de maatwerkers, betreffende de vaststelling van de | et des chausseurs, relative à la fixation de l'intervention des |
bijdrage van de werkgevers in de vervoerskosten van de werklieden en | employeurs dans les frais de transport des ouvriers et ouvrières |
werksters tewerkgesteld in de ondernemingen van de schoeiselindustrie, | occupés dans les entreprises de l'industrie de la chaussure, des |
de laarzenmakers en de maatwerkers (1) | bottiers et des chausseurs (1) |
ALBERT II, Koning der Belgen, | ALBERT II, Roi des Belges, |
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. | A tous, présents et à venir, Salut. |
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve | Vu la loi du 5 décembre 1968 sur les conventions collectives de |
travail et les commissions paritaires, notamment l'article 28; | |
arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28; | Vu la demande de la Sous-commission paritaire de l'industrie de la |
Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de | chaussure, des bottiers et des chausseurs; |
schoeiselindustrie, de laarzenmakers en de maatwerkers; | Sur la proposition de Notre Ministre de l'Emploi, |
Op de voordracht van Onze Minister van Werkgelegenheid, | |
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : | Nous avons arrêté et arrêtons : |
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage |
Article 1er.Est rendue obligatoire la convention collective de |
overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 28 mei 2001, gesloten | travail du 28 mai 2001, reprise en annexe, conclue au sein de la |
in het Paritair Subcomité voor de schoeiselindustrie, de laarzenmakers | Sous-commission paritaire de l'industrie de la chaussure, des bottiers |
en de maatwerkers, betreffende de vaststelling van de bijdrage van de | et des chausseurs, relative à la fixation de l'intervention des |
werkgevers in de vervoerskosten van de werklieden en werksters | employeurs dans les frais de transport des ouvriers et ouvrières |
tewerkgesteld in de ondernemingen van de schoeiselindustrie, de | occupés dans les entreprises de l'industrie de la chaussure, des |
laarzenmakers en de maatwerkers. | bottiers et des chausseurs. |
Art. 2.Onze Minister van Werkgelegenheid is belast met de uitvoering |
Art. 2.Notre Ministre de l'Emploi est chargé de l'exécution du |
van dit besluit. | présent arrêté. |
Gegeven te Brussel, 4 september 2002. | Donné à Bruxelles, le 4 septembre 2002. |
ALBERT | ALBERT |
Van Koningswege : | Par le Roi : |
De Minister van Werkgelegenheid, | La Ministre de l'Emploi, |
Mevr. L. ONKELINX | Mme L. ONKELINX |
_______ | _______ |
Nota | Note |
(1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : | (1) Référence au Moniteur belge : |
Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. | Loi du 5 décembre 1968, Moniteur belge du 15 janvier 1969. |
Bijlage | Annexe |
Paritair Subcomité voor de schoeiselindustrie, de laarzenmakers en de | Sous-commission paritaire de l'industrie de la chaussure, des bottiers |
maatwerkers | et des chausseurs |
Collectieve arbeidsovereenkomst van 28 mei 2001 | Convention collective de travail du 28 mai 2001 |
Vaststelling van de bijdrage van de werkgevers in de vervoerskosten | Fixation de l'intervention des employeurs dans les frais de transport |
van de werklieden en werksters tewerkgesteld in de ondernemingen van | des ouvriers et ouvrières occupés dans les entreprises de l'industrie |
de schoeiselindustrie, de laarzenmakers en de maatwerkers | de la chaussure, des bottiers et des chausseurs (Convention |
(Overeenkomst geregistreerd op 28 september 2001 onder het nummer | enregistrée le 28 septembre 2001 sous le numéro 58979/CO/128.02) |
58979/CO/128.02) | |
HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied | CHAPITRE Ier. - Champ d'application |
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op |
|
de werkgevers, de werklieden en de werksters van de ondernemingen | Article 1er.La présente convention collective de travail s'applique |
welke ressorteren onder het Paritair Subcomité voor de | aux employeurs, ouvriers et ouvrières des entreprises ressortissant à |
schoeiselindustrie, de laarzenmakers en de maatwerkers. | la Sous-commission paritaire de l'industrie de la chaussure, des |
bottiers et des chausseurs. | |
HOOFDSTUK II. - Tussenkomst van de werkgever | CHAPITRE II. - Intervention de l'employeur |
Art. 2.Rekening houdend met de collectieve arbeidsovereenkomst nr. |
Art. 2.Tenant compte de la convention collective de travail n° 19ter |
19ter gesloten op 5 maart 1991 in de Nationale Arbeidsraad, | conclue le 5 mars 1991 au sein du Conseil national du travail |
betreffende de financiële bijdrage van de werkgever in de prijs van | concernant l'intervention financière de l'employeur dans le prix du |
het vervoer van de werknemers, algemeen verbindend verklaard bij | transport des travailleurs, rendue obligatoire par arrêté royal du 21 |
koninklijk besluit van 21 mei 1991 (Belgisch Staatsblad van 4 juni | mai 1991 (Moniteur belge du 4 juin 1991), l'intervention des |
1991), wordt de bijdrage van de werkgevers in de vervoerskosten van de | employeurs dans les frais de transport des ouvriers et ouvrières entre |
werklieden en werksters tussen hun woonplaats en de werkplaats hierna | leur domicile et le lieu de travail est fixée ci-après. |
vastgesteld. Art. 3.De werklieden en werksters die, om zich naar hun werk te |
Art. 3.Les ouvriers et ouvrières qui doivent se déplacer pour se |
begeven, een verplaatsing moeten doen van 3 of 4 kilometer tussen | rendre à leur travail, sur une distance de 3 ou 4 kilomètres entre le |
woning en werkplaats, ongeacht het gebruikte vervoermiddel, hebben | domicile et le lieu de travail, quel que soit le moyen de transport |
recht ten laste van de werkgever op een wekelijkse forfaitaire | utilisé, ont droit à charge de l'employeur à un remboursement |
bijdrage. | forfaitaire par semaine. |
Dit bedrag is gelijk aan de wettelijke bijdrage van de werkgevers in | Ce montant est égal à l'intervention légale des employeurs dans le |
de prijs van de sociale abonnementen 2e klasse van de Nationale | prix des abonnements sociaux 2e classe de la Société nationale des |
Maatschappij der Belgische Spoorwegen, hierna vernoemd N.M.B.S., meer | Chemins de Fer belges, ci-après dénommée S.N.C.B., plus |
bepaald naar rato van 75 pct. van de wekelijkse werkgeversbijdrage | particulièrement à raison de 75 p.c. de l'intervention hebdomadaire |
voor 5 km. | des employeurs pour 5 km. |
Art. 4.De werklieden en werksters die, om zich naar hun werk te |
Art. 4.Les ouvriers et les ouvrières qui doivent se déplacer pour se |
begeven, een verplaatsing moeten doen van 5 kilometer of meer tussen | rendre à leur travail, sur une distance de 5 kilomètres ou plus entre |
woning en werkplaats, ongeacht het gebruikte vervoermiddel, hebben | le domicile et le lieu de travail, quel que soit le moyen de transport |
recht ten laste van de werkgever op een terugbetaling van 50 pct. van | utilisé, ont droit à charge de l'employeur, au remboursement de 50 |
de prijs van de treinkaart geldend als sociaal abonnement 2e klasse | p.c. du prix d'un ticket de train valant abonnement social 2e classe |
van de N.M.B.S. voor de afgelegde afstand. | de la S.N.C.B. pour la distance parcourue. |
Art. 5.In afwijking van artikel 4 bedraagt de bijdrage van de |
Art. 5.En dérogation à l'article 4, l'intervention de l'employeur |
werkgever in de prijs van de abonnementen voor de verplaatsingen vanaf | |
5 kilometer, berekend vanaf de vertrekhalte voor de werknemer die | dans le prix des abonnements pour les déplacements à partir de 5 |
kilomètres, calculés à partir de l'arrêt de départ pour le travailleur | |
gebruik maakt van het gemeenschappelijk openbaar vervoer, met | recourant aux transports en commun, à l'exception du transport par |
uitzondering van het vervoer per spoorwegen, de effectief door de | chemin de fer, est égale au prix effectivement payé par le |
werknemer betaalde prijs. | travailleur. |
Art. 6.In afwijking van de artikelen 3 en 4 bedraagt de bijdrage van |
Art. 6.En dérogation aux articles 3 et 4, l'intervention de |
de werkgever voor de werknemer die gebruik maakt van het vervoer per | l'employeur pour le travailleur recourant au transport par chemin de |
spoorwegen (Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen) de prijs | fer (Société nationale des Chemins de Fer belges) est égale au prix de |
van de treinkaart 2de klasse. | la carte de train de 2e classe. |
Art. 7.De terugbetaling van de kosten, geschiedt ten minste maandelijks. |
Art. 7.Le remboursement des frais se fait au moins mensuellement. |
Art. 8.Onverminderd de bepalingen voorzien in de artikelen 3, 4, 5 en |
Art. 8.Sans préjudice des dispositions prévues aux articles 3, 4, 5 |
6, blijven gunstiger toestanden inzake vervoer en terugbetaling van | et 6, les situations plus favorables en matière de transport et de |
vervoerskosten op het vlak van de onderneming of het gewest behouden. | remboursement des frais de transport sur le plan de l'entreprise ou de |
la région sont maintenues. | |
HOOFDSTUK III. - Slotbepalingen | CHAPITRE III. - Dispositions finales |
Art. 9.Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking met |
Art. 9.La présente convention collective de travail produit ses |
ingang van 1 januari 2001 en is gesloten voor een onbepaalde duur. | effets le 1er janvier 2001 et est conclue pour une durée indéterminée. |
Zij vervangt de collectieve arbeidsovereenkomst van 7 november 1977, | Elle remplace la convention collective de travail du 7 novembre 1977, |
gesloten in het Paritair Subcomité voor de schoeiselindustrie, de | conclue au sein de la Sous-commission paritaire de l'industrie de la |
laarzenmakers en de maatwerkers, tot vaststelling van de bijdrage van | chaussure, des bottiers et des chausseurs, fixant l'intervention des |
de werkgevers in de vervoerskosten van de werklieden en werksters tewerkgesteld in de ondernemingen van de schoeiselindustrie, de laarzenmakers en de maatwerkers. Zij mag worden opgezegd door een van de partijen met een opzegtermijn van drie maanden, bij een ter post aangetekende brief, gericht aan de voorzitter van het Paritair Subcomité voor de schoeiselindustrie, de laarzenmakers en de maatwerkers. De termijn van drie maanden begint te lopen vanaf de datum waarop de aangetekende brief aan de voorzitter is gestuurd. Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 4 september 2002. De Minister van Werkgelegenheid, | employeurs dans les frais de transport des ouvriers et ouvrières occupés dans les entreprises de l'industrie de la chaussure, des bottiers et des chausseurs. Elle peut être dénoncée par une des parties, moyennant un préavis de trois mois, par lettre recommandée à la poste, adressée au président de la Sous-commission paritaire de l'industrie de la chaussure, des bottiers et des chausseurs. Le délai de trois mois prend cours à partir de la date à laquelle la lettre recommandée est envoyée au président. Vu pour être annexé à l'arrêté royal du 4 septembre 2002. La Ministre de l'Emploi, |
Mevr. L. ONKELINX | Mme L. ONKELINX |